• No results found

Het nieuwe grijs is kleurrijker dan ooit Trendrapport december 2020

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Het nieuwe grijs is kleurrijker dan ooit Trendrapport december 2020"

Copied!
35
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Trendrapport| december 2020

Levensloopbestendigheid & zelfredzaamheid

Het nieuwe grijs is

kleurrijker dan ooit

(2)

Inleiding

Nederland wordt steeds ouder. In 2019 woonden er 17,3 miljoen mensen in Nederland. En zoals al voor velen bekend is, worden deze mensen steeds grijzer. Bijna één op de vijf Nederlanders was in 2019 vijfenzestig jaar of ouder. De prognose voor 2050 is dat dit groeit naar één op de vier, een groei van vijf procent (CBS, 2019).

Dit komt voort uit het feit dat er minder kinderen worden geboren maar ook doordat we steeds ouder worden. In 2019 werden mensen gemiddeld 85 jaar, de prognose is dat dit blijft toenemen en dat daarbij het aantal honderdjarigen zal stijgen. In 2019 waren er al 2.189 honderdjarigen, dit is een verdubbeling in vergelijking tot twintig jaar geleden (CBS, 2019).

Met het gegeven dat onze demografie verandert, zullen we ook iets moeten veranderen aan de wijze waarop onze voorzieningen zijn ingericht. Dus niet alleen de woningen, maar ook de inrichting van gebieden waar de oudere Nederlander woont. Daarbij blijven ouderen langer vitaal en actief. Ouderen gaan minder snel naar een verzorgingstehuis. Dat moet ook wel, want de druk op de zorg is enorm en de wachtrijen voor verzorgingstehuizen blijven

toenemen. Daarnaast groeit het aantal ouderen zonder kinderen, dat betekent dat er minder naaste familie is om op terug te vallen.

Eén op de tien ‘Babyboomers’ heeft geen kinderen. De verwachting is dat dit in 2050 zal stijgen naar één op de vijf, een verdubbeling (CBS, 2009). Dit eist van ouderen dat zij hun zelfredzaamheid vergroten, mocht de druk op de zorgsector even groot blijven.

Onder andere door deze factoren verandert de woonbehoefte van

de Nederlandse vijfenzestigplusser. Het is belangrijk dat er meer

tussenoplossingen komen voor deze doelgroep, die aansluiten op

de vijfenzestigplusser van nu en in de toekomst.

(3)

Al enige tijd vragen wij in ons continu onderzoek aan ouderen in heel Nederland wat hun huidige (woon)situatie is en wat hun wensen zijn. Ook vragen we praktische zaken uit zoals het gebruik van verschillende technologieën en hun tevredenheid over hun eigen gesteldheid en welzijn. In deze rapportage geven we je een inkijkje van wat we hebben opgehaald. We gaan in deze rapportage verder in op wie de Nederlandse vijfenzestigplusser is, wat zijn of haar huidige situatie is en wat zijn of haar (woon)wensen zijn voor de toekomst. Ook gaan we dieper in op de

verschillende leefstijlen onder ouderen en hoe de ideale woning- en woonomgeving

er voor hen uitziet.

(4)

De leefstijlen van de vijfenzestigplusser

Naast de sociaal demografische verschuivingen, kijken we natuurlijk ook naar de psychografie van de 65-plussers. Welke type mensen zijn het en hoe staan zij in het leven? Wat zijn hun belangrijkste waarden en behoeften? In ons BSR- leefstijlenmodel is te zien hoe, procentueel gezien, de leefstijlen zijn verdeeld binnen de groep vijfenzestigplus. De gestippelde lijn is het gemiddelde percentage in Nederland. Wat opvalt, is dat de groep vijfenzestigplussers in de oranje leefwereld, de actieve bewoners, een stuk minder groot is dan gemiddeld in Nederland (5% t.o.v. 22% in NL, weergegeven met een stippellijn). Maar dat betekent niet dat ze

onbelangrijk zijn. In onze data zien we namelijk dat de oranje leefwereld steeds meer in

opkomst is. We verwachten dan ook dat in de toekomst de oranje leefwereld steeds vaker voor zal komen onder vijfenzestigplussers. Verder valt op dat ouderen vaker behoren tot de gele en rode leefwereld dan de gemiddelde Nederlander. De gele leefwereld is daarbij met 23% de grootste groep.

ROOD ORANJE GEEL GROEN AQUA BLAUW

65+ 13% 5% 23% 18% 19% 13%

Gemiddeld NL 9% 22% 15% 20% 21% 13%

Ten opzichte van het gemiddelde in Nederland

65+: n=4.116 NL: n=9.277

5%

18%

23%

13%

13%

19%

(5)

Diverse levenshoudingen

Ouder worden door de ogen van verschillende type ouderen

Zoals we hebben gezien, zijn Nederlandse ouderen er in verschillende leefstijlen. Deze ouderen hebben ieder ook een andere manier waarop ze in het leven staan, en daarbij ook een andere kijk op ouder worden. Zo staat de oudere met een rode leefstijl nog volop in het leven, ze willen zich dan ook absoluut niet tegen laten houden door het feit dat ze ouder worden. De rode oudere is niet oud en wordt ook niet oud, vinden zij zelf. Ze zullen ouder worden eerder ontkennen dan omarmen, ook al is het soms beter als ze toch de nodige maatregelen nemen.

Dan hebben we nog de oranjeleefstijlgroep. Ook deze groep denkt liever niet na over het ouder worden, maar zal het minder sterk ontkennen. Ze zijn wat afwachtend, maar niet bang om de touwtjes in handen te nemen als ze iets moeten organiseren. Deze groep heeft goede contacten met de buurt en een hechte vriendenkring, dit vangnet geeft de oranje oudere een gevoel van steun en zekerheid. De geleouderen worden sterk beïnvloed door de mening van hun omgeving en dan vooral die van familie. Ze weten dat ze ouder en minder mobiel worden, maar ze zijn wat afwachtend ingesteld. Ze zullen niet snel zelf initiatief nemen, maar als een familielid aandringt zullen zij toch overstag gaan om bijvoorbeeld een woningaanpassing te doen.

Blauwis de leefstijlgroep, die het meest pragmatisch en proactief omgaat met ouder worden.

Ze houden niet van verassingen, houden graag de controle en zorgen dat ze goed voorbereid zijn. Niks is erger dan gezichtsverlies en afhankelijkheid. Zij beginnen eerder met oriënteren dan de andere segmenten en maken vooral zelfstandig beslissingen. De aquaoudere treft eveneens in een vroeg stadium voorbereidingen zodat ze comfortabel kunnen (blijven) wonen.

Zelfredzaamheid vinden deze ouderen belangrijk, maar indien ze op een gegeven moment enkel comfortabel kunnen blijven wonen met hulp vinden ze dat geen gezichtsverlies zoals de blauwe oudere. Tot slot zijn er de groeneouderen. Deze groep voelt zich, in tegenstelling tot de rode groep, al vroeg oud. Ze laten het ouder worden over zich heenkomen en durven geen risico´s te nemen. Ze veranderen het liefst zo min mogelijk aan hun huidige situatie en houden alles zoals het nu is. Want nu gaat het goed.

Aanpak opmaat

Deze vijf verschillende houdingen vragen van instellingen en organisaties een aanpak op maat.

Zowel in het aansluiten op woonwensen als de wijze waarop deze mensen worden

aangesproken. Want waar je bijvoorbeeld derode oudere zal beledigen wanneer je hen ´op leeftijd´ noemt, zal de groeneoudere zich juist meer aangesproken voelen. De geleoudere zoekt bevestiging bij vrienden en familie. De oranjeoudere zal iets meer open staan voor communicatie gericht op het ouder worden, maar houdt er niet van als het te zwaar wordt.

Het liefst worden ze op een spontane en sympathieke manier benaderd. De blauween aqua oudere wil zich graag goed oriënteren en laten inlichten om een weloverwogen beslissing te maken. Daarbij is expertise en een professionele uitstraling erg belangrijk.

(6)

Wanneer houdt men rekening met ouder worden?

Een andere leefstijl en de bijbehorende segmentspecifieke houding ten opzichte van ouder worden zorgt voor onderlinge verschillen in hoe mensen graag hun oude dag willen beleven.

Daarbij zien we dat de volgorde van voorsorteren op het gebied van zorg en

hulpbehoevendheid start onderin het model, bij de introverte leefstijlen blauw en groen. Rood anticipeert als laatste, zij willen er nog niet over nadenken als het er nog niet is. In de

onderstaande figuur is te zien wat typische uitspraken zijn van ouderen ten opzichte van ouder worden. Op de volgende pagina is te zien wat de verschillende wensen zijn bij dreigende afhankelijkheid, in de ogen van de verschillende groepen ouderen.

Je bent zo oud als je je voelt.

Voorlopig blijf ik doen wat ik altijd heb

gedaan.

6.

Ik wil goed voorbereid zijn op de toekomst,

zodat ik mijn zelfstandigheid behoud.

Ik zorg op tijd voor aanpassingen aan mijn huis of verhuis

naar een mooi appartement.

1.

Ouder worden hoort erbij. Gelukkig is mijn familie erg met mij begaan, ik kan altijd

op hen terugvallen als er iets gebeurt.

4.

Ik merk dat ik ouder word en dat ik geen risico´s moet nemen. Het

liefst houd ik alles zoals het nu is. Ik klop liever niet aan bij familie of vrienden voor hulp. Als ik hulp nodig heb verhuis

ik wel naar een verzorgingstehuis.

3.

Oud worden, daar denk ik nog niet over

na. Voorlopig red ik mijzelf wel, en anders kan ik altijd

op mijn omgeving terugvallen.

5.

Afhankelijk EXTRAVERT

INTROVERT Onafhankelijk

Ik wil op tijd een levensloopbestendige

woning. Rust en comfort vind ik

belangrijk.

2.

(7)

Wensen bij dreigende afhankelijkheid

De verschillende houdingen ten aanzien van ouder worden zorgen ook voor een verschil in (woon)wensen. Zo wil de oudere met de rode leefstijl graag een leefomgeving waarbij ze in beweging kan blijven maar ook zelfstandigheid behoudt, terwijl de oudere met de groene leefstijl eerder de veiligheid en zekerheid wil ervaren van een verzorgende of bijvoorbeeld zorginstelling.

In het onderstaande model zijn typische uitspraken te zien die gaan over de verschillende woonwensen bij dreigende afhankelijkheid. Op de volgende pagina zijn uitspraken te zien die zijn gedaan door deelnemers aan het onderzoek.

Afhankelijk Zelfstandig wonen

EXTRAVERT

INTROVERT Verzorgd wonen Onafhankelijk

Ik vind het belangrijk dat ik mijn eigen ding kan blijven doen en dat ik mij begeef in een dynamische omgeving.

Ik wil graag de touwtjes in eigen hand houden. Ik houd er niet van als anderen voor mij dingen

gaan bepalen. Als ik afhankelijk word, schakel ik het liefst professionals in en zorg

ik er voor dat mijn woonruimte van alle gemakken voorzien is.

Ik vind het belangrijk dat ik mij begeef tussen mensen zoals ik, en dat er voldoende plekken zijn

om bijvoorbeeld gezellig een kopje thee te

drinken.

Ik vind het belangrijk dat ik een vangnet heb

maar ook mijn eigen privacy en rust behoud.

Ik ben bang dat mij iets overkomt, en alles gaat steeds moeizamer.

Daarom vind ik het fijn wanneer ik de juiste zorg om mij heen heb.

Ik vind het belangrijk dat ik dichtbij mijn vrienden ben. Ook vind

ik het leuk om samen dingen te ondernemen, daarom moet er genoeg

te beleven zijn.

Ik vind het fijn dat ik lekker mijn eigen gang

kan gaan. Ik ben me bewust van het ouder

worden en accepteer dat. Wat ik zelf kan doen

doe ik zelf, wanneer ik hulp nodig heb om comfortabel te blijven

wonen schakel ik de juiste zorg in.

(8)

Levensloopbestendig wonen

Als u denkt aan levensloopbestendig wonen, wat komt er dan in u op?

Noteer maar alles wat u te binnen schiet.

• Een ruime woning in een prettige buurt, met een tuin, met aanspreekbare buren, met winkels en uitgaansmogelijkheden in de nabije omgeving en als het even kan met de energietransitie voltooid. In een middelgrote stad met een natuuromgeving en wandelmogelijkheden.

• Voorzieningen in huis. Zorg op maat thuis. Brede deuren en geen drempels.

Ruime badkamer. Gemakkelijk in onderhoud en schoonmaken. Simpele technologie, voor gemak en comfort.

• Kleiner wonen, samen met anderen, gelijkvloers, hulp bij de hand.

• Bouwkundige aanpassingen en woongroepen met voldoende onafhankelijkheid.

• Toegankelijkheid en beschikbaarheid van winkels, openbaar vervoer in de buurt en voldoende sociale voorzieningen.

• Verhuizen naar een kleinere woning, dichter bij mijn kinderen wonen, gelijkvloers wonen.

• Sociale controle, kinderen, kleinkinderen, buren, vrienden.

• Actieve woonomgeving, openbaar vervoer, winkels in de buurt, woonoppervlak beperken, opruimen in huis, contacten met jongeren.

(9)

• Regeren is vooruitzien: ouderen dienen bij de koop van een woning nu al rekening te houden met bijvoorbeeld gelijkvloers wonen en slapen.

• Een huis waarin je zonder veel hulp van derden ook bij lichamelijke klachten lang kunt blijven wonen.

• Levensloopbestendig wonen, een woning die het mogelijk maakt om ook op je oude dag in te wonen. Veilig. Comfortabel. En toegankelijk.

• Een vrijstaand huis in een goede en rustige buurt, veel sportgelegenheid, leuke restaurants.

• Samenwonen met je kinderen. Waar we op dit moment mee bezig zijn.

• Gewoon een leuk huis, waar je kan blijven wonen wat je ook gaat mankeren.

Voorzieningen in de buurt en hulp om de hoek.

• Voorzieningen dichtbij, alles gelijkvloers, goede verstandhouding met de buren, sociale controle en familie dichtbij.

• Zoals ik nu woon, een appartement met gezamenlijke parkeerplaats onder de flat en afgesloten tuin voor alle bewoners. Ook een ruimte waar je elkaar kan ontmoeten om te kaarten, lezen, koffie drinken enz. Flat zelf heeft eigen voordeur en er is altijd hulp in de buurt.

• Ik ben 83 en maak me niet zo heel druk over wonen. Redelijk comfort nu in verband met leeftijd.

• Verhuizen is niet nodig doordat het huis geschikt is voor alle leeftijden en lichamelijke beperkingen.

• Veilige woonruimte. Gelijkvloers en geen drempels. Niet te afgelegen wonen.

Dus winkels, medische voorzieningen in de buurt.

• Ik zoek in een woning toegankelijkheid en aanpassingsmogelijkheden in en om het huis. Huisartsen, wijkzorg en specialistische zorg moet goed geregeld (en nabij), winkels nabij. Goed contact met de buren. Infrastructuur speelt in op scootmobiel en rolstoel.

• Ik woon al bijna 80 jaar in dezelfde woning. Ik hoop nog hier te blijven wonen tot zolang mijn gezondheid dit toelaat.

• Geen hoge drempels, winkels op loopafstand, mogelijkheid beneden te wonen of traplift, mogelijkheid tot thuiszorg, tafeltje dekje etc., ziekenhuis in de buurt, voorzieningen in de buurt.

• Een kleinere woning die gelijkvloers is, niet gehorig en in een rustige buurt.

(10)

De Nederlandse vijfenzestigplusser

De huidige situatie

De vijfenzestigplusser van vandaag is niet hetzelfde als de vijfenzestigplusser van 50 jaar geleden. Nederland verandert zowel demografisch als cultureel, en daarmee veranderen ook de levensstandaarden van de verschillende leeftijdscategorieën.

Van stille naar protestgeneratie

Een veelgemaakte fout is de manier waarop we ouderen stereotyperen. De oudere uit de ‘Stille Generatie’, 1925 tot 1940, past vaak in dit stereotype. Namelijk dat van de behoudende en traditionele oudere die houdt van veiligheid en geborgenheid. Deze groep heeft veel overeenkomsten met wat wij classificeren als de groene leefstijl. Zo is deze generatie ook opgevoed. Maar de Babyboomers, 1940 tot 1955, beslaan al een veel breder kleurenpalet op het gebied van hoe zij in het leven staan en welke waarden zij belangrijk vinden. De groep Babyboomers wordt ook wel de ‘Protestgeneratie’ genoemd. Dit was de generatie die tegen de verzuiling inging en experimenteerde met andere manieren van leven dan dat zij van huis uit hadden meegekregen. Vandaag de dag staat deze groep ouderen nog volop in het leven en zijn zeer actief. Deze groep sport, doet aan vrijwilligerswerk, maakt reizen, is actief op Social Media en geniet van uitstapjes met de kleinkinderen. Het begrip ‘achter de geraniums zitten’ lijkt voor de oudere van nu en de toekomst niet meer op te gaan.

Technologie

De vijfenzestigplusser van nu is al aardig up-to-date wat betreft de hedendaagse technologie. Zeven op de tien

vijfenzestigplussers uit ons onderzoek is in het bezit van een smartphone met internet, en gemiddeld genomen maakt iets meer dan de helft regelmatig gebruik van Social Media als Facebook en Youtube. Ook zien we dat het merendeel van de ouderen in bezit is van een tablet. Nu onze technologie steeds geavanceerder wordt, biedt dit ook nieuwe kansen voor de zorgsector en levensloopbestendigheid van de woonomgeving van ouderen. Zo wordt er ook al eens gesproken over

(zorg)robots. Een grote groep ouderen ziet dit best wel zitten, al één op de vier vindt het idee dat een robot hen in de toekomst zal helpen best aantrekkelijk.

Mits zij afhankelijk zouden worden.

Zeven op de tien ouderen is in bezit van een smartphone met internet.

Eén op de vier vijfenzestigplussers ziet het wel zitten als een robot hen

zal helpen, als zij afhankelijk zouden worden.

(11)

Het profiel van de Nederlandse vijfenzestigplusser

In Nederland zien we dat de vijfenzestigplussers, op basis van de verschillende

leefstijlsegmenten, redelijk divers zijn qua houding en wensen ten aanzien van ouder worden.

Als we uitzoomen en kijken naar de vijfenzestigplusser in het algemeen, dan zijn er een aantal zaken die belangrijk zijn voor de welgesteldheid en leefomstandigheden van de Nederlandse ouderen. Zoals het opleidingsniveau, gezinssamenstelling en hoogte van het inkomen.

Opleidingsniveau

De Nederlandse vijfenzestigplusser is over het algemeen steeds hoger opgeleid. Van de ouderen geboren tussen 1920 en 1924, waren circa 15% van de mannen en 5% van de vrouwen hoogopgeleid (HBO en WO). Bij de ouderen van nu, geboren in 1950 tot 1954, is de verdeling 30% van de mannen en 20% van de vrouwen. Als we kijken naar oudere van de toekomst ofwel de 41- tot 45-jarige van nu, 1975 tot 1979, zien we dat het gemiddeld opleidingsniveau wederom zal toenemen. Binnen deze groep is namelijk 34% van de mannen en 39% van de vrouwen hoogopgeleid (Herweijer, 2010). Vooral de vrouwen hebben in de loop der jaren duidelijk een inhaalslag gemaakt.

Gezinssamenstelling

In ons onderzoek zien we dat ongeveer een derde van de vijfenzestigplussers alleenstaand is.

Dit zijn significant vaker vrouwen dan mannen. Ook wonen gemiddeld genomen de meeste alleenstaande ouderen in de drie grootste gemeenten (Amsterdam, Rotterdam en Den Haag).

Een kwart van de ouderen is hoogopgeleid, over 20 jaar stijgt

dit naar een derde.

Eén op de drie ouderen is alleenstaand.

(12)

Inkomensniveau

Gemiddeld genomen zien we dat een kleine meerderheid van de ouderen een beneden modaal gezinsinkomen heeft, namelijk 38%. 27% van de ouderen heeft een modaal inkomen en 34%

heeft een boven modaal inkomen. Vaak zijn het de alleenstaande ouderen die een beneden modaal inkomen hebben. In het noorden van Nederland (Groningen, Friesland en Drenthe) is het aantal ouderen met een beneden modaal inkomen het hoogst (45%). Maar dit is slechts een procent hoger dan het aantal in de drie grote gemeenten (44%). In het westen van Nederland (Utrecht, Noord-Holland en Zuid-Holland) (37%) en in de randgemeenten (42%) hebben ouderen gemiddeld gezien vaker een boven modaal inkomen.

0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%

Randgemeenten West (Utrecht, Noord-Holland, Zuid-Holland excl. 3 grote

gemeenten en randgemeenten)

Zuid (Zeeland, Noord-Brabant, Limburg) Oost (Overijssel, Gelderland, Flevoland) Noord (Groningen, Friesland, Drenthe) 3 grote gemeenten: Amsterdam, Rotterdam, Den Haag Gemiddeld gezinsinkomen 65+

beneden modaal ongeveer modaal boven modaal

* Indeling o.b.v. de vijf Nielsen districten (gouden standaard)

Onder de randgemeenten vallen: (Amstelveen, Diemen, Landsmeer, Ouder -Amstel, Ridderkerk, Barendrecht, Albrandwaard, Krimpen a\d IJssel, Capelle a\d IJssel, Schiedam, Westland, Rijswijk,Leidschendam-Voorburg, Wassenaar

NL: n=3.892

(13)

De meeste vijfenzestigplussers zijn gezond genoeg om voorlopig thuis te blijven wonen

Mensen die ouder worden krijgen vaak te maken met gebreken en soms ook chronische aandoeningen. Maar voor veel ouderen geldt niet dat zij direct intensieve hulp nodig hebben.

Een grote groep wordt gezien als niet of nauwelijks kwetsbaar, dit geldt voor 77% van de 65-74 jarigen, 55% van de 75-84 jarigen en 32% van de 85-plussers (PBL, 2019) (Leidelmeijer, 2018).

Uit ons onderzoek kwam daarbij naar voren dat bijna de helft van de vijfenzestigplussers hun gezondheid zelf als goed tot zeer goed beoordeeld. Slechts één op de tien beoordeeld hun gezondheid als slecht. Verder zeggen ouderen dat zij geen moeite hebben met het uitvoeren van alledaagse klusjes, in totaal acht op de tien. Op basis hiervan zou kunnen worden

geconcludeerd dat het goed gesteld is met de gemiddelde vijfenzestigplusser, wat betreft hun gezondheid. En dat ze voor de alledaagse handelingen zichzelf nog goed kunnen redden.

Ondanks de bevinding dat de meeste vijfenzestigplussers in Nederland nog vitaal en fit zijn voor hun leeftijd, zijn zij zich er van bewust dat dit snel kan veranderen. Ruim drie op de vier

vijfenzestigplussers wil zo lang als dat mogelijk is thuis blijven wonen. Ook als ze daarvoor de nodige aanpassingen moeten doen en mensen moeten inhuren.

Ze beseffen zich dat als zij in hun vertrouwde omgeving willen blijven wonen, zij in de toekomst ook de nodige aanpassingen moeten doen. Meer dan de helft van de ondervraagde

vijfenzestigplussers vindt het erg belangrijk dat zijn of haar huidige woning levensloopbestendig is, maar toch geeft een kwart aan dat ze nog niet tevreden zijn over de

levensloopbestendigheid van hun woning.

Eén op de vier is niet tevreden over de levensloopbestendigheid van

zijn of haar woning.

Drie op de vier vijfenzestigplussers wil zo lang mogelijk thuis blijven wonen, ook als ze daarvoor mensen moeten inhuren

en hun woning moeten aanpassen.

De huidige situatie

(14)

De ouder wordende Nederlander wil zo lang mogelijk thuis blijven wonen

De gewenste woonsituatie

Mensen worden ouder en wonen tot op hogere leeftijd zelfstandig thuis. In 1975 woonde nog ruim driekwart van alle 75-plussers zelfstandig, in 2017 gold dit voor circa 92% (PBL, 2019). Een ruime meerderheid van de vijfenzestigplussers in ons onderzoek zegt in de huidige woning te willen blijven wonen, gevolgd door een levensloopbestendige woning. Op de derde plek staat de aanleunwoning. 92% ziet het daarbij niet zitten om naar een verzorgingstehuis te gaan. Het behouden van zelfstandigheid en zelfredzaamheid staat hoog in het vaandel.

Ook hebben we ouderen gevraagd waar zij nu direct behoefte aan hebben in hun buurt. De vijf belangrijkste zaken zijn; een veilige buurt (84%), voldoende straatverlichting (81%), een halte voor openbaar vervoer op loopafstand (59%), recreatie- en sportmogelijkheden in de buurt (42%) en tot slot een ontmoetingsruimte voor mensen in de buurt (31%).

0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%

Verzorgingtehuis Mantelzorgwoning Gemeenschappelijk wonen voor ouderen Gemeenschappelijk wonen met verschillende leeftijden Woonzorgcomplex Aanleunwoning Levensloopbestendige woning Blijven wonen in huidige woning

Eerste keus Tweede keus Derde keus

Waar ouderen nu het meeste behoefte aan hebben in de buurt

1. Een veilige buurt 2. Straatverlichting 3. Openbaar vervoer

(15)

Een nieuwe levensfase: de jonge versus de oude vijfenzestigplusser

Zoals eerder benoemd, worden we volgens het CBS niet alleen ouder maar blijven we ook vitaler. Het bestempelen van vijfenzestigplussers als één groep lijkt wat kort door de bocht. De groep vijfenzestigplussers wordt namelijk groter in omvang en ook meer divers door onder andere de toenemende leeftijdsspreiding en veranderende leefomstandigheden van deze groep. Nu heerst nog de vraag: wat is dan het omslagpunt? Is er een nieuwe ´levensfase´ waar te nemen binnen de groep vijfenzestigplus. Vanaf welke leeftijd wordt je dan wel echt ´oud´?

De nieuwe levensfase

Het lijkt er op dat de groep 65 tot en met 74 jaar qua gezondheidsniveau dichter bij de mid- vijftiger ligt dan bij de vijfenzeventigplusser. Bij de term ´vijfenzestigplus´ wordt al snel gedacht aan ouderen, en hierbij ook bijbehorende associaties. Maar op basis van de data uit onze database zien we dat ´ouderen´, of vijfenzestigplussers, bijna even positief zijn over hun gezondheid als Nederlanders tussen de 55 en 64 jaar. Er is geen significante toename in het aantal dat zijn gezondheid als minder goed of niet goed bestempelt. Als we verder kijken in de data, zien we dat de 65-tot 74--jarige net zo weinig moeite heeft met de alledaagse klusjes als de 55- tot 64-jarige. Ook voelt circa drie op de vier 65- tot 74- jarigen zich meestal niet eenzaam, net als de 55- tot 64- jarige. Pas vanaf de leeftijd 75 jaar of ouder is er een lichte stijging te zien in het aantal dat zich eenzaam voelt (niet significant) en de mate waarin zij minder goed zelfstandig klusjes kunnen uitvoeren (wel significant).

0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%

75 en ouder 65 t/m 74 55 t/m 64

Oordeel gezondheid

Niet goed Minder goed Gaat wel Goed Zeer goed

0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%

75 en ouder 65 t/m 74 55 t/m 64

Ik heb geen moeite met alledaagse klusjes als schoonmaken en boodschappen doen

0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%

75 en ouder 65 t/m 74 55 t/m 64

Ik voel me weleens eenzaam

Helemaal mee eens Mee eens Niet eens/niet oneens Mee oneens Helemaal mee oneens

(16)

55- tot en met 64- jarigen zijn het

vaakst ontevreden over de levensloop- bestendigheid van de woning

In de onderstaande grafieken is te zien dat het belang van een levensloopbestendige woning groeit naarmate mensen ouder worden, wat ook begrijpelijk is. Maar wat opvalt, is dat de grootste ontevredenheid met de levensloopbestendigheid van de woning vooral heerst bij de mensen tussen de 55 en 64 jaar. 42% geeft een beoordeling matig tot zeer slecht, terwijl bijna een even groot deel aangeeft een levensloopbestendige woning heel belangrijk te vinden. Een mogelijke verklaring kan zijn dat mensen boven de 65 jaar, en met name 75 jaar en ouder, inmiddels de nodige maatregelingen hebben genomen. En dat de groep 55 t/m 64 zich bewust begint te worden, maar nog geen stappen heeft ondernomen de woning aan te passen.

0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%

75 en ouder 65 t/m 74 55 t/m 64

Hoe belangrijk is het voor je dat jouw huidige woning levensloopbestendig is?

Helemaal niet belangrijk Niet zo belangrijk Niet onbelangrijk/niet belangrijk Een beetje belangrijk Heel belangrijk

0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%

75 en ouder 65 t/m 74 55 t/m 64

Hoe beoordeel je jouw woongenot?

1 t/m 5 slecht 6 matig 7 redelijk 8 goed 9 t/m 10 zeer goed

0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%

75 en ouder 65 t/m 74 55 t/m 64

Hoe beoordeel je de levensloopbestendigheid van je huidige woning?

1 t/m 5 slecht 6 matig 7 redelijk 8 goed 9 t/m 10 zeer goed

(17)

Aanwezigheid van hulpmiddelen en tools

Wat opvalt bij het aanzicht van deze grafieken, is dat er twee aanpassingen zijn waar een groot gat zit tussen de aanwezigheid en mogelijkheid van de installatie. Slechts 27% van de ouderen heeft namelijk beugels en handgrepen laten plaatsen, en slechts 20% heeft een douchestoel.

Dit terwijl het vrij eenvoudige aanpassingen zijn. Daarbij zijn slechts in 44% van de gevallen de drempels of opstapjes verwijderd, terwijl het verwijderen hiervan vaak nog vergoed wordt.

N = 1311

0% 20% 40% 60% 80% 100%

Beugels en handgrepen in badkamer en toilet

Aanwezig Mogelijk Geen van beide

0% 20% 40% 60% 80% 100%

Een douchestoel

Aanwezig Mogelijk Geen van beide

0% 20% 40% 60% 80% 100%

Verhoogd toilet

Aanwezig Mogelijk Geen van beide

0% 20% 40% 60% 80% 100%

Domotica

Aanwezig Mogelijk Geen van beide

0% 20% 40% 60% 80% 100%

Geen drempels of opstapjes

Aanwezig Mogelijk Geen van beide

0% 20% 40% 60% 80% 100%

Ruimte om rollator of scootmobiel te stallen

Aanwezig Mogelijk Geen van beide

0% 20% 40% 60% 80% 100%

Lichtschakelaars op zithoogte

Aanwezig Mogelijk Geen van beide

(18)

0% 20% 40% 60% 80% 100%

Inloopdouche

Aanwezig Mogelijk Geen van beide

0% 20% 40% 60% 80% 100%

Directe verbinding tussen woonkamer en keuken

Aanwezig Mogelijk Geen van beide

Aanwezigheid van grote woningaanpassingen

Grote woningaanpassingen vragen vaak een grotere ingreep en, afhankelijk van de gemeente, een investering van ouderen. In de meeste gevallen is er al een directe verbinding tussen de woonkamer en keuken. Op de tweede plaats staat de inloopdouche, deze is bij 54% van de ouderen aanwezig. Wat aan de hand van deze grafieken opvalt, is dat bij slechts 40% van de ouderen alles gelijkvloers is terwijl maar 5% aangeeft een traplift te hebben in huis. Dat betekent dat er een vrij grote groep ouderen is die op den duur moet investeren om hun woning gelijkvloers te maken, een traplift te installeren óf te verhuizen.

N = 1311

0% 20% 40% 60% 80% 100%

Brede gangen en deuren

Aanwezig Mogelijk Geen van beide

0% 20% 40% 60% 80% 100%

Alles gelijkvloers

Aanwezig Mogelijk Geen van beide

0% 20% 40% 60% 80% 100%

Slaap- en badkamer op dezelfde verdieping als de woonkamer

en de keuken

Aanwezig Mogelijk Geen van beide

0% 20% 40% 60% 80% 100%

Traplift

Aanwezig Mogelijk Geen van beide

(19)

De rode, eigenzinnige vijfenzestigplusser

Profiel

De ouderen met een rode leefstijl zijn creatief, eigenzinnig, avontuurlijk en ondernemend.

Daarnaast zijn deze ouderen milieubewust. Verder hechten ze erg veel waarde aan hun vrijheid. Ook zijn deze ouderen vrij zelfstandig, ze zijn zelfbewust en weten zichzelf goed te redden alleen. Ze trekken er graag op uit om bijvoorbeeld een museum of kunstzinnige uitvoering te bezoeken. Maar ook zijn ze graag buiten in de natuur. Thuis lezen ze graag een boek of gaan ze aan de slag in de tuin. Ook vinden ze het leuk om te koken, te bakken of om creatief bezig te zijn.

Houding ten aanzien van ouder worden

De eigenzinnig oudere is nog weinig bezig met ouder worden. Ze vinden het wel belangrijk dat hun woning levensloopbestendig is, maar ze zijn hier het minst mee bezig ten opzichte van de andere typen ouderen. Ze denken vooral dat dit iets is voor in de toekomst, niet iets waar zij zich nu mee bezig moeten houden. Ze zijn, naar eigen zeggen, tenslotte nog lang niet oud. Ze willen er niet mee geïdentificeerd worden.

Zelfredzaamheid

De rode persoon is vrij individualistisch en neemt initiatief. Ze redden zichzelf wel, vinden zij zelf. Zo hebben zij er geen moeite mee zich aan te passen aan nieuwe omstandigheden. Kunnen zij niet meer autorijden? Dan pakken ze gewoon even de bus of trein. De ouder wordende rode persoon let erop dat zij gezond leven. Zo vinden zij gezond eten belangrijk en zijn ze over het algemeen nog actief en in de buitenlucht. Het oordeel over hun gezondheid is bij deze groep dan ook vaak zeer goed. Verder staan zij er vaker voor open om geholpen te worden door een robot, mocht dat in de toekomst nodig zijn. Deze groep staat bekend als de Innovators. Over het algemeen zullen zij het meest openstaan voor veranderingen en zich makkelijk aanpassen. Dit zijn de ouderen die als eerst in het bezit waren van bijvoorbeeld een IPhone of IPad en de kleinkinderen berichten stuurt op Whatsapp.

De vijfenzestigplusser binnen de verschillende leefstijlen

(20)

De woonwensen van de rode, eigenzinnige vijfenzestigplusser

Gewenste woonomgeving

De ideale woonomgeving is in een bos- of waterrijke omgeving, of een centrale plek in de stad met veel groen. Ze gaan voor uitersten, of een zeer lage dichtheid of juist erg hoog.

Ook is het belangrijk dat zij in de buurt van uitvalswegen en openbaar vervoer wonen.

Locatie is voor deze groep belangrijker dan de woning. Daarbij houdt de rode oudere ervan als er reuring is in de omgeving. Ze vinden het leuk om tussen verschillende mensen te wonen en als er ruimte is voor een spontane ontmoeting en een praatje. Al hebben zij er geen problemen mee om af en toe alleen te zijn.

Tot slot is het voor deze groep belangrijk dat er voldoende mogelijkheden zijn voor (sport-) activiteit en ontspanning.

Gewenste woning

Als deze ouderen niet meer zelfstandig kunnen wonen, dan zouden zij er voor open staan om gemeenschappelijk te wonen in een complex met verschillende leeftijden met een overeenkomstige levensfilosofie (bijv. spiritualiteit, minimalistisch) . Maar het liefst wonen ze zolang als dat mogelijk is zelfstandig. De ideale woning is een vrijstaande woning of een bovenwoning.

De ideale architectuur is authentiek, speels en maakt gebruik van natuurlijke materialen.

De ideale inrichting is natuurlijk, licht en tijdloos. Verder vinden ze het belangrijk dat de woning sfeervol is en duurzaam. Daarnaast is een plek voor jezelf hebben in huis of ruimte om te klussen of hobby uit te oefenen belangrijk. Interessante hoekjes of elementen kunnen ze erg waarderen.

De vijfenzestigplusser binnen de verschillende leefstijlen

(21)

De oranje, spontane vijfenzestigplusser

Profiel

De oranje vijfenzestigplusser is creatief, gezellig, spontaan en meestal vrolijk. Ze staan er om bekend te houden van gezelligheid, plezier en vinden sociaal contact erg belangrijk.

Thuis voeren zij graag een goed gesprek en ze krijgen vaak bezoek. Buitenshuis gaan ze gezellig langs bij vrienden of gaan ze samen buiten de deur iets drinken of eten. De oranje vijfenzestigplusser zit qua leefstijl tussen de rode en de gele in, deze groep deelt dan ook enkele kenmerken van beide groepen.

Houding ten aanzien van ouder worden

De oranje oudere is nog niet bezig met ouder worden. Zolang ze zich goed voelen blijven ze lekker doorgaan met wat ze nu doen. Deze groep is vaak al tevreden met de

levensloopbestendigheid van de woning, maar ze vinden het dan ook niet zo belangrijk dat de woning levensloopbestendig is. Ze kijken namelijk nog niet zo ver vooruit.

De vijfenzestigplusser binnen de verschillende leefstijlen

Zelfredzaamheid

Binnen een aantal jaar vinden zij het vooral belangrijk om in een fijne buurt te wonen waar mensen zijn waar ze op terug kunnen vallen. Ook is het heel belangrijk dat de buurt veilig is. Verder zijn dit ouderen die zo lang mogelijk alles zelf blijven doen. Ze hebben over het algemeen geen moeite met het uitvoeren van alledaagse klusjes als schoonmaken en boodschappen doen.

Ook zijn het mensen die proberen bewust te leven door voldoende te bewegen en gezond te eten. Mocht er iets gebeuren, dan weten zij wel wie zij kunnen inschakelen. Ook voor hulp in huis of mantelzorg weten zij wel wie ze moeten bereiken.

(22)

De woonwensen van de rode, eigenzinnige vijfenzestigplusser

Gewenste woonomgeving

Het liefst wonen deze ouderen in een woonwijk of in het centrum van een dorp. Verder is het ook belangrijk dat openbaar vervoer makkelijk te bereiken is. Waar ze verder

rekening mee houden is dat ze dichtbij vrienden blijven wonen.

De oranje ouderen houden ervan om in een levendige buurt te wonen, ze houden niet van stilte. De buurt mag speelse straatjes hebben, moet kindvriendelijk zijn (voor de kleinkinderen) en er moet voldoende groen aanwezig zijn. Het liefst wonen ze in de buurt van een park en is er voldoende mogelijkheid voor sport en ontspanning. Tot slot, vinden de oranje ouderen het belangrijk dat er goed contact is binnen de buurt. Ze vinden het belangrijk dat er voldoende ruimte is voor ontmoeting en dat er activiteiten worden georganiseerd voor de buurt. Iets als een buurthuis of andere centrale ontmoetingsplek zouden zij prettig vinden. Ook zijn dit mensen die er voor open staan om zelf dingen te organiseren voor de buurt.

Gewenste woning

Deze ouderen zijn niet erg uitgesproken over het type woning, maar het merendeel woont het liefst in een twee-onder-een-kap woning of rijtjeshuis. Wat ze wel belangrijk vinden is dat de woning een mooie uitstraling heeft, en dat de buurt gezellig is. Als zij niet meer thuis zouden kunnen wonen, dan zouden deze ouderen wel gemeenschappelijk willen wonen met ouderen of met mensen van verschillende leeftijden.

De ideale inrichting is warm, sfeervol en open maar mag ook modern zijn. Verder moet de woning vooral knus en gezellig zijn. De ideale architectuurstijl is romantisch, speels en karakteristiek.

De vijfenzestigplusser binnen de verschillende leefstijlen

(23)

De gele gezellige vijfenzestigplusser

Profiel

De gele vijfenzestigplusser is vaak laag- of middelbaar opgeleid en heeft een beneden- tot modaal inkomen. Deze persoon is sociaal en is graag onder de mensen. Zij hechten veel waarde aan sociaal contact en het moet vooral gezellig zijn. Ook vinden ze het fijn om in een vertrouwde omgeving te zijn. Daarbij is dichtbij familie zijn en goed contact met de buren of buurt erg belangrijk. Verder staan zij bekend als personen die spontaan, hartelijk en behulpzaam zijn. In hun vrije tijd bezoeken ze graag familie en vrienden, gaan ze een dagje winkelen of gewoon een dagje op stap. Maar ook vinden ze het fijn om lekker thuis te zijn. Thuis spelen ze graag een spelletje of doen ze aan handwerken. Ook ontvangen ze thuis graag mensen.

Houding ten aanzien van ouder worden

De gele oudere laat het ouder worden op zich afkomen. Ze voelen wel dat ze ouder worden, maar zijn zelf niet actief bezig met het voorbereiden op de toekomst. Ze rekenen er op dat er voldoende mensen voor hun klaarstaan, mocht dat nodig zijn.

De vijfenzestigplusser binnen de verschillende leefstijlen

Zelfredzaamheid

Deze groep is iets minder zelfredzaam dan bijvoorbeeld de rode, oranje en blauwe oudere. Ze steunen meer op hun familie en vrienden. Deze groep is vaak minder tevreden over hun gezondheid en de mate waarin zij bijvoorbeeld zelfstandig klusjes kunnen uitvoeren. Ook maken zij iets minder dan gemiddeld gebruik van digitale middelen als tablets en smartphones.

Zij hebben minder vaak domotica in huis en zien het bijvoorbeeld nog niet zitten dat een robot hen in de toekomst zal helpen. Volgens deze groep is menselijke interactie belangrijk, dit kan niet vervangen worden door een robot.

(24)

De woonwensen van de gele, gezellige vijfenzestigplusser

Gewenste woonomgeving

De ideale woonomgeving is in een woonwijk en in een hofje. Verder vinden ze het belangrijk dat de buurt veilig is. Ook moet er ruimte zijn voor ontmoeting en een praatje.

Wonen in een gemengde buurt voor alle leeftijden zien zij wel zitten. Maar wel vinden ze het prettig als dit mensen zijn zoals zijzelf en die zij ook al kennen.

Verder vinden ze dat je in de buurt voor elkaar zorgt en het is belangrijk dat er een gemoedelijke sfeer is. Daarnaast vinden ze het prettig als voorzieningen en winkels in de buurt zijn. Het liefst doen zij alle dagelijkse boodschappen op loopafstand. Verder willen zij voorzieningen als een huisarts of gezondheidscentrum zo dichtbij mogelijk.

Gewenste woning

Het liefst wonen deze ouderen in een hoekwoning of appartement. Als zij niet langer thuis kunnen wonen, dan zien de gele ouderen het wel zitten om in een aanleunwoning te wonen.

De ideale architectuur is vertrouwd en gezellig, tijdloos en romantisch. De ideale inrichting is warm, sfeervol en straalt rust uit. Het is het belangrijkst voor hen als zij wonen op een plek waar zij kunnen genieten, plezier kunnen hebben en hun contacten kunnen onderhouden.

De vijfenzestigplusser binnen de verschillende leefstijlen

(25)

De groene behoudende vijfenzestigplusser

Profiel

De groene behoudende vijfenzestigplusser is laag- of middelbaar opgeleid en heeft een beneden- tot modaal inkomen. ‘’Doe maar gewoon, dan doe je gek genoeg’’, is een uitspraak die je de groene vijfenzestigplusser regelmatig zult horen zeggen. Kenmerkend voor deze leefstijl is dat zij bedachtzaam, kalm, serieus en gewoon zijn. Ze houden van rust en regelmaat en vermijden graag de drukte. Ze vinden het fijn hun eigen gang te kunnen gaan en vinden het niet erg om alleen te zijn. Ze zijn erg gesteld op hun privacy en rust.

De groene oudere is liever thuis dan dat zij erop uit trekken. Ze vinden het fijn om zich in hun vertrouwde omgeving te bevinden. Thuis moet volgens hen een plek zijn waar ze rust en ruimte vinden. Een eigen plek waar zij zich terug kunnen trekken. Thuis kijken ze graag TV of doen ze klusjes in- en rond het huis.

Houding ten aanzien van ouder worden

Deze ouderen vinden zichzelf mentaal eerder oud dan andere leefstijlen. Ze zijn pessimistischer ingesteld ten opzichte van hun gesteldheid. Ondanks dat deze mensen gesteld zijn op hun privacy, zijn dit ook de

mensen die het vaakst aangeven zich wel eens eenzaam te voelen. Ze weten vaak ook niet waar zij terecht kunnen voor hulp

of dagbesteding. Ze stellen zich soms wat gelaten op, maar zijn ook niet blij met de situatie waarin ze zich begeven.

De vijfenzestigplusser binnen de verschillende leefstijlen

Zelfredzaamheid

Deze groep is vrij afhankelijk van instanties en hun omgeving. Ze voelen zich minder goed en weten ook niet goed wie of wat ze kunnen inschakelen.

Ouderen met deze leefstijl houden niet zo van vernieuwing. Over het algemeen zijn zij meer afhoudend ten opzichte van woningaanpassingen en het installeren van domotica. Ook staat deze groep niet te springen om een (zorg)robot, ze weten namelijk nog niet wat voor gevolgen dit met zich mee zal brengen.

Verder is deze groep minder bezig met het levensloopbestendig maken van hun woning dan andere leefstijlen.

(26)

De woonwensen van de groene, behoudende vijfenzestigplusser

Gewenste woonomgeving

De ideale woning is gelegen aan een rustige weg of in een landelijk gebied. Ook willen de groene ouderen wel in een woonwijk wonen, maar dan is het belangrijk dat het een rustige buurt is en dat het een buurt is die zij al kennen. Overdag horen de groene ouderen het liefst zo min mogelijk geluiden. Verder vinden ze contact met de buurt niet erg belangrijk en aan activiteiten zullen zij niet snel deelnemen. Ze wonen het liefst in een vertrouwde omgeving, zoals de plek waar zij zijn opgegroeid. Verder vinden ze het fijn als de buurt netjes, overzichtelijk en schoon is.

Gewenste woning

Deze ouderen wonen het liefst in een hoekwoning. Als zij niet meer zelfstandig thuis kunnen wonen, dan zouden zij het liefst verhuizen naar een woon-zorgcomplex of serviceflat en anders een aanleunwoning.

De ideale architectuur is traditioneel of strak. De ideale inrichting is eenvoudig en rustig.

Verder vinden zij het vooral belangrijk dat de woning praktisch is en privacy biedt.

De vijfenzestigplusser binnen de verschillende leefstijlen

(27)

De aqua comfortgerichte vijfenzestigplusser

Profiel

De aqua vijfenzestigplusser is vaak hoogopgeleid en heeft een bovenmodaal inkomen.

Deze ouderen hebben een bedachtzaam en kalm karakter, zijn serieus, intelligent en rationeel. Zij kunnen goed op zichzelf zijn en houden van rust en regelmaat om hen heen.

In hun vrije tijd gaan ze naar musea of blijven rustig thuis en lezen ze de krant. Ze zijn graag op de hoogte van het laatste nieuws en actualiteiten.

Houding ten aanzien van ouder worden

De op comfortgerichte aqua bewoner is zich bewust van het ouder worden en accepteert dat ook. Net als de blauwe oudere houden ze niet per se van verrassingen en houden het liefst zelf de touwtjes in handen. Ze wonen daarom graag in een vroeg stadium van het ouder worden in een levensloopbestendige woning.

De vijfenzestigplusser binnen de verschillende leefstijlen

Zelfredzaamheid

De aqua oudere vind het fijn om lekker de eigen gang kan gaan. Wat deze bewoners zelf kunnen doen , doen ze zelf. Wanneer ze hulp nodig hebben om comfortabel te blijven wonen schakelen ze de juiste zorg in, dat kan zowel professioneel als in de eigen omgeving zijn. Zelfredzaamheid vinden deze ouderen belangrijk, maar indien ze op een gegeven moment enkel comfortabel kunnen blijven wonen met hulp vinden ze dat geen gezichtsverlies zoals de blauwe oudere. Ze staan er voor open om een robot in te schakelen als dat nodig is. De aqua oudere treft eveneens in een vroeg stadium voorbereidingen zodat ze comfortabel kunnen (blijven) wonen.

(28)

De woonwensen van de aqua

comfortgerichte vijfenzestigplusser

Gewenste woonomgeving

Een eigen plek en een plek om zich terug te trekken vinden de aqua bewoners belangrijk.

Ze zoeken in een woonomgeving rust, comfort, privacy, vrijheid en praktische luxe. De ideale locatie is landelijk gelegen of aan een rustige weg. Dat kan zijn in een bosrijke omgeving, met vrij uitzicht of in een woonwijk. Een rustige, veilige buurt nabij natuur.

Gewenste woning

Qua faciliteiten aan de woning wensen ze een eigen parkeerplaats, ruimte om te klussen/hobby uit te oefenen, een instapklare woning. Type woning is vrijstaand. De aqua bewoners staan open voor duurzame maatregelen. Ze hebben interesse in een energiezuinige of energieneutrale (nul op de meter) woning. De keuze voor een woning wordt vooral ingegeven door het inkomen, vermogensopbouw en de afstand tot werk.

De vijfenzestigplusser binnen de verschillende leefstijlen

(29)

De blauwe pragmatische vijfenzestigplusser

Profiel

De blauwe vijfenzestigplusser is vaak hoogopgeleid en heeft een bovenmodaal inkomen. Ze hebben vaak een sterk karakter, zijn doelgericht, ondernemend en rationeel. Zij zijn graag bezig in en om het huis. In hun vrije tijd klussen ze of lezen ze de krant. Ze zijn graag op de hoogte van het laatste nieuws en actualiteiten. Ook gaan deze ouderen als het nog even kan graag op een luxe reis. Verder voelen zij zich het minst vaak eenzaam en hebben zij vaak geen moeite met het uitvoeren van alledaagse klusjes.

Houding ten aanzien van ouder worden

Deze mensen zijn over het algemeen pragmatischer ingesteld dan andere groepen ouderen. Ze zijn graag goed voorbereid en houden niet van verassingen. Ze willen de touwtjes graag in handen houden. Ze voelen zich niet oud, maar weten wel dat ze er niet aan ontkomen. Daarom zijn zij vaak proactief wat betreft het treffen van voorbereidingen om comfortabel ouder te worden.

De vijfenzestigplusser binnen de verschillende leefstijlen

Zelfredzaamheid

De oudere blauwe persoon staat er, net als de rode leefstijl, het meest voor open om geholpen te worden door een robot. Dit is dan ook de groep die hun woning het vaakst voorziet van technische snufjes als domotica, of zij staan er voor open om dit op korte termijn te laten installeren. Deze groep vindt het heel erg belangrijk dat hun woning levensloopbestendig is en dat de woning hun van alle gemakken voorziet. Deze groep treft dan ook het meest proactief voorbereidingen om comfortabel ouder te worden. De blauwe ouderen vallen onder de groep Early Adopters, en zullen vaak na de rode ouderen nieuwe producten en diensten in huis nemen. Maar deze ouderen doen dit vooral vanuit hun voorkeur voor het beste wat er in de markt verkrijgbaar is. De ouderen met een rode leefstijl zullen dit eerder doen vanuit nieuwsgierigheid.

(30)

De woonwensen van de blauwe, pragmatische vijfenzestigplusser

Gewenste woonomgeving

De ideale woonomgeving is landelijk of in een ruim opgezette buurt. Ook houden de blauwe ouderen van wonen in een waterrijke omgeving. Ze houden van rust en ruimte.

Vrij uitzicht en groenvoorzieningen in de buurt zoals een park vinden deze mensen prettig. Verder moet de omgeving netjes en goed onderhouden zijn. Ook is het prettig als de woning gelegen is in de buurt van winkels en voorzieningen. De locatie is volgens de blauwe oudere belangrijker dan de woning zelf.

Verder vinden ze het fijn als ze in een omgeving wonen met mensen zoals zijzelf. Ze zijn redelijk op zichzelf gesteld. Ze vinden het fijn als er goed contact is met mensen in de buurt en als ze weten wie er wonen. Maar ze hebben niet direct behoefte om

vriendschappelijke banden op te bouwen met mensen in de buurt. Een praatje zo nu en dan is voldoende.

Gewenste woning

De ideale architectuur is modern, strak en statig met grote raampartijen. Maar ook waarderen ze een klassieke uitstraling. De ideale inrichting is licht, modern en luxe. Ze houden van luxe en exclusiviteit, een nette omgeving en een mooie uitstraling. Ook mag een woning beschikken over voorzieningen die het leven makkelijker maken, comfort is erg belangrijk. Verder zijn blauwe ouderen gesteld op hun privacy.

De ideale woning is een vrijstaande woning of een maisonnette woning. Ook zouden deze ouderen wel in een appartement willen wonen.

De vijfenzestigplusser binnen de verschillende leefstijlen

(31)

Woonconcepten

Voor de rode en oranje oudere is het belangrijk dat ze in beweging blijven en in contact blijven staan met de

omgeving. Ze gaan graag op pad, dus wonen op een centrale plek en in de buurt van openbaar vervoer is belangrijk.

Deze groepen staan er voor open te wonen op een plek waar meerdere mensen samen wonen, zowel van hun eigen leeftijd als andere leeftijden. Het liefst ook in de buurt van vrienden. Daarbij is het fijn als er zowel plek is voor ontmoeting, als een plek waar zij zich kunnen terugtrekken.

Kernwoorden:

Vermaak, beweging, centraal, groen, karakteristiek

De blauwe en aqua oudere is graag goed voorbereid op het ouder worden. Daarom willen deze mensen graag wonen op een plek die hen het gevoel ‘’in control’’ te zijn.

Zelfstandigheid en zelfredzaamheid zijn daarbij erg belangrijk.

Het liefst redden zij zichzelf zo lang mogelijk zodat zij geen hulp van buitenaf hoeven in te schakelen. Deze mensen zijn vaak nog redelijk actief, daarom wonen ze graag op een centrale plek die ook voldoende ruimte biedt voor beweging en ontspanning. Wat betreft de inrichting, houden deze ouderen vooral van luxe en comfort. Daarbij moet de woning ruimte bieden en rust. Een strakke, moderne inrichting met voldoende licht is daarbij belangrijk. Daarbij is het hebben van een vrij uitzicht een groot pluspunt.

Kernwoorden:

Luxe, rust, ruimte, licht, comfort, modern

Het dynamische stadscomplex

• Centrale locatie vlakbij het (stads)centrum.

• Gemeenschappelijk wonen met een gemixte groep aan leeftijden

• Binnenplaats met veel groen

• Voldoende ruimte voor ontmoeting

• Ruimte voor sport en ontspanning

• In de buurt van stedelijk vermaak als theaters en restaurants

De ruime en stijlvolle woning

• Nette en ruim opgezette buurt

• Aan het water of een plek met vrij uitzicht

• In de buurt van winkels en voorzieningen

• Een buurt met ‘’mensen zoals ik’’

• Woning voorzien van alle gemakken en technische snufjes

• Moderne uitstraling

• Vrijstaand, appartement of maisonnette

(32)

Woonconcepten

Gele ouderen vinden het vooral belangrijk om zich onder de mensen te bevinden. De buurt is daarom voor deze ouderen erg belangrijk. Daarbij komt familie op nummer één. Het liefst bevinden zij zich op korte afstand van hen om regelmatig een bezoekje te brengen, of om op de kleinkinderen te passen. In de buurt is het belangrijk dat je elkaar kent, en dat je voor elkaar klaar staat. Ze vinden het leuk om in een gemengde buurt wonen voor jong en oud. In hun vrije tijd doen ze graag mee aan sociale activiteiten. Zij zullen dan ook regelmatig in het buurthuis te vinden. Wonen in een hofje vinden zij het gezelligst. Qua inrichting houden deze mensen van een warme, sfeervolle en vertrouwde inrichting.

Kernwoorden:

Gezelligheid, familie, verbonden met de buurt, sfeer, genieten

De gezellige buurt

• In de buurt van familie en vrienden.

• Gezelligheid en sociaal contact

• Wonen in een hofje en gemengde buurt

• Dichtbij

gezondheidscentrum of huisarts

• Warm en sfeervol

• Veilige omgeving

De groene ouderen zijn redelijk op zichzelf. Ze hebben weinig behoefte aan contact en vermaken zichzelf. Rust en veiligheid is belangrijk. Ze vinden het fijn om het gevoel te hebben ergens op terug te kunnen vallen. Wonen in een woon- zorgcomplex of serviceflat spreekt dan ook aan. En als zij zelfstandig wonen, dan het liefst dichtbij zorgvoorzieningen.

De woonomgeving moet voldoende privacy bieden. Deze mensen houden niet van onrust en geluidsoverlast. Een buurt met veel buitenspelende kinderen zal dan ook niet de juiste plek zijn. De inrichting mag traditioneel en eenvoudig zijn. Als het maar functioneel en overzichtelijk is.

Kernwoorden:

Veilig, rustig, privacy, zorg

Vertrouwd en goed verzorgd

• Voldoende privacy

• Veiligheid

• Rustige buurt met niet te veel geluid

• Dichtbij zorgvoorzieningen

• Vertrouwde omgeving

• Wonen in eigen woning of woon-zorgcomplex of serviceflat

• Traditioneel en eenvoudig

• Overzichtelijk

• Schoon

(33)

Adoptie curve en communicatie

Over het algemeen zien we dat de rodedoelgroep de Innovators zijn. Zij staan het meest open voor vernieuwing en willen graag anders zijn dan anderen. Ze houden van uniek zijn en durven risico’s te nemen. Daarna verloopt de adoptiecurve van blauw en aqua, naar oranje en geel en tot slot groen.

Als we kijken naar de vijfenzestigplussers zien we dat de blauween aquadoelgroep in de meeste opzichten vooroploopt wat betreft het levensloopbestendig maken van de woning. Dit staat mogelijk in verband dat beide doelgroepen houden van comfort en luxe. Verder zien we dat de blauweén de rodedoelgroep het meest bezig zijn met levensloopbestendigheid en dit het meest belangrijk vinden van de vier leefstijlen. De groenegroep vindt dit het minst belangrijk van de vier, maar is daarbij wel de groep die de levensloopbestendigheid het vaakst als slecht beoordeeld. Als we kijken op gebied van gezondheid, dan zien we dat de geleen groenegroep hier vaker minder tevreden over is. Zij zullen mogelijk eerder een dringende behoefte hebben aan een aanpassing. De oranjegroep is niet echt bezig met de

levensloopbestendigheid van de huidige woning, ze zijn tevreden met de huidige woning. Ook zijn dit de mensen die zichzelf nog erg mobiel vinden en geen ongemakken ervaren.

Ons advies voor bedrijven is om naar de blauwe enaquagroep vooral het gemak en comfort te communiceren dat zal worden bereikt met woningaanpassingen. Daarna kan de communicatie naar de rodeoudere gericht worden op vrijheid, zelfredzaamheid en zo lang mogelijk gezond blijven. De rodeoudere wil daarnaast zo min mogelijk geconfronteerd worden met het feit dat ze ´oud´ worden. De geleen oranjegroep zal het vooral belangrijk vinden dat ze dichtbij familie en vrienden kunnen blijven wonen en dat ze zich gemakkelijk in hun woning kunnen blijven bewegen, om zo de kleinkinderen en gasten te kunnen blijven ontvangen. Daarbij is de oranje groep gevoeliger voor de boodschap over vitaal blijven om dingen te kunnen blijven

ondernemen (met vrienden). De groenegroep zal het minst pro-actief op zoek gaan naar mogelijkheden om de woning levensloopbestendig te maken. Het zijn vaak de volgers. Wat mogelijk helpt is te benoemen wie hen al zijn voorgegaan, en om vooral een gevoel van zekerheid, degelijkheid en veiligheid te communiceren.

Vooral de blauwe, aquaen rodevijfenzestig- plussers vinden het vaakst dat het heel

belangrijk is dat de woning levensloopbestendig is. Gemiddeld genomen de helft.

Een kwart van de groenevijfenzestigplussers beoordeelt de levensloopbestendigheid van hun woning als matig tot slecht. Dit is twee keer zo veel als bij de andere doelgroepen.

(34)

Bronnen

• PBL. (2019, Juli). Zelfstandig thuis op hoge leeftijd. Retrieved from PBL:

https://themasites.pbl.nl/zelfstandig-thuis- hoge-leeftijd/

• Leidelmeijer, K. (2018), Langer zelfstandig wonen: Analyse MIT-bestanden voor PBL.

Amsterdam: RIGO.

• CBS. (2019). Bevolkingsprognose 2008–2050:

naar 17,5 miljoen inwoners.

• CBS. (2019). Een gezonde pensionering?

Opgehaald van Welvaart en welzijn 2019:

https://longreads.cbs.nl/welvaart-en- welzijn-2019/een-gezonde-pensionering/

• Duin, C. v. (2009). In 2050 meer hoogbejaarden zonder nakomelingen.

Opgehaald van CBS: https://www.cbs.nl/nl- nl/nieuws/2009/14/in-2050-meer-

hoogbejaarden-zonder-nakomelingen

• Herweijer, L. (2010). Generaties in het onderwijs en op de arbeidsmarkt.

Sociaal en cultureel rapport 2010

• Kwantitatief online onderzoek onder Nederlanders vanaf de leeftijd 55 t/m 64 en 65 jaar en ouder via het consumentenpanel van MarketResponse. Het onderzoek liep van 26 februari tot en met 9 december 2019.

Steekproef 55 t/m 64: 1.350 respondenten en Steekproef 65+: 1.924 respondenten.

• Leefstijl verdeling op basis van de

SmartAllies-database van Marketresponse.

(35)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

We vinden dat de gemeente zijn best moet doen voor mensen die het moeilijk hebben.. We willen dat iedereen die dat wil, mee kan praten over de eigen buurt en andere dingen in

Je kunt dit alleen doen door deze behoefte om bijzonder te zijn te voelen, door je te realiseren dat je je niet uit boosaardigheid zo voelt, ook niet omdat je anderen wenst te

De komende jaren wil Progressief Ermelo daarom zoeken naar mogelijkheden om de kosten voor deze wettelijke taken te verminderen zonder dat het de kwaliteit en effectiviteit van de

Het zijn plekken waar mensen naartoe gaan om elkaar te ontmoeten, die zorgen dat men zich niet alleen voelt, maar ook vindplaatsen voor doorverwijzingen naar passende hulp

Helemaal oneens electriciteit is geen goed alternatief voor oudere woningen, zelfs niet als deze zijn geisoleerd.. Waterstof zou een betere optie zijn, en jaagt mensen ook

- Begeleiders/ouders/toeschouwers: deze mogen in de speelzaal aanwezig zijn mits de regels voor 1,5 meter afstand dit toelaten en mits zij geplaceerd worden (tenzij er sprake is

Kinderen tot 1 jaar mogen een communicatie schriftje meenemen, hierin kunnen ouders/verzorgers bijzonderheden met betrekking tot de verzorging van het kind

Het doel van de Onderzoeksagenda Autisme is om in kaart te brengen waar onderzoek naar zou moeten gebeuren volgens mensen met autisme zelf en hun naasten, onderverdeeld in