T7. Regeling en gedrag
B1. Het zenuwstelsel
B2. Zenuwcellen en zenuwen B3. het centrale zenuwstelsel B4. Alcohol
B5. De weg die impulsen afleggen B6. het hormoonstelsel
B7. Hypofyse, schildklier en bijnieren B8. Gedrag
B9. Gedrag bij de mens EB 10. Het ruggemerg
EB 11. De eilandjes van Langershans EB 12. Het gedrag van pissebedden V1. Drugs
V2. Suikerziekte (Diabetes mellittus) V3. Wat kan er verkeerd gaan?
V4. Leren en werken
V5. Ideeën voor een onderzoek
V6. Werken met de computer
Lichtprikkel Zintuig bijv. oog
impuls
reactie oog dicht
grote hersenen kleine hersenen Verlengde merg = Hersenstam
Ruggemerg
Centraal
zenuwstelsel gevoelszenuw
bewegingszenuw Spier of klier
bijv. oogleden 1
2
B1. Het zenuwstelsel
Het zenuwstelsel Mamlberg
Overzicht animaties zenuwstelsel Bioplek
B2. Zenuwcellen en zenuwen
De Synaps Bioplek Bouw axon Bioplek
Het ruggemerg
B3. Het centrale zenuwstelsel
Het centrale zenuwstelsel Bioplek Het autonomee zenuwstelsel Bioplek
Hersenen anatomie
B3. Het centrale zenuwstelsel
Hersenen functies
B3. Het centrale zenuwstelsel
Suikerziekte Teleblik
B4. Alcohol
Alcohol en het puberbrein animatie
B5. De weg die impulsen afleggen
Impulsgeleiding Biodoen 5 delen Impulsgeleiding real Player
Hoe werkt het brein (engelstalig) real Player Hoe werkt het brein (engelstalig) real Player
Hoe werkt een neuron en zijn impulsgeleiding (engelstalig) real Player Hoe geven zenuwcellen impulsen door? Simpele animatie real Player
Toets impulsgeleiding
Bouw ruggemerg en reflexboog
Zenuwknoop = ganglion
Rugzijde
Schakel- cel
Sensibele zenuw of gevoelszenuw
Grijze stof (H-vormig)
Witte stof Gemende zenuw Buikzijde
Spierzintuig
Kniepees
Bewegingszintuig of motorische zenuw
B5. De weg die impulsen afleggen
Kniepeesrefelx Bioplek Reflexen Bioplek
Het centrale zenuwstelsel Bioplek Het autonomee zenuwstelsel Bioplek
De belangrijkste endocriene organen 1 = Epifyse (pijnappelklier)
2 = Hypofyse 3 = Schildklier
4 = Thymus (zwezerik) 5 = Bijnieren
6 = Pancreas
7 = Ovaria (eierstokken) 8 = Testes (teelballen)
B6. Het hormoonstelsel
B7. Hypofyse, schildklier en bijnieren
Hypofyse
1.OXYTOCINE: Dit hormoon brengt de weeën voor de geboorte op gang. Ook stimuleert oxytocine de afgifte van melk bij vrouwen die borstvoeding geven 2.PROLACTINE: De productie van prolactine loopt tijdens de zwangerschap op en stimuleert mede de ontwikkeling van de borsten. Ook brengt het de melkproductie na de geboorte op gang en onderhoudt deze3 FSH en LH 4.Testikels 5.Testikels
6.FOLLIKELSTIMULEREND HORMOON (FSH) EN LUTEÏNISEREND HORMOON (LH):
Deze hormonen stimuleren de eisprong en de afscheiding van oestrogeen bij vrouwen, en de ontwikkeling van sperma en de afscheiding van testosteron bij mannen
7.GROEIHORMOON (GH): De belangrijkste functie van GH is het stimuleren van de groei van botten, kraakbeen en spieren, vooral tijdens de
jeugd. GH speelt ook een belangrijke rol bij de stofwisseling bij volwassenen 8.ANTIDIURETISCH HORMOON (ADH): ADH, ook bekend als vasopressine, werkt in de nieren en remt de hoeveelheid water die met de urine wordt
afgescheiden
9.ADRENOCORTICOTROOP HORMOON (ACTH): ACTH stimuleert het schors van de bijnieren tot het produceren en afscheiden van corticosteroïden die de stofwisseling in het lichaam beïnvloeden
10. SCHILDKLIER STIMULEREND HORMOON (TSH): TSH zet de schildklier ertoe aan om hormonen te produceren die de snelheid reguleren waarmee
lichaamsweefsels energie gebruiken
B7. Hypofyse, schildklier en bijnieren
Schildklier
B7. Hypofyse, schildklier en bijnieren
1 = Ligging
2 = Schildklierkraakbeen 3 = Schildklier
4 = Luchtpijp 5 = Voorzijde
6 = Bijschildklier
7 = Achterzijde
Schildklier
B7. Hypofyse, schildklier en bijnieren
Bijnieren
Suikerziekte Teleblik
B8. Gedrag
Waarom luistert een hond Teleblik Gedrag Stekelbaars Teleblik
Groepsgedrag Teleblik
Suikerziekte Teleblik
B9. Gedrag van de mens
Gedragsverandering alsje naar de middelbare school gaat. 8 min. Teleblik
De invloed van voeding op gedrag. Teleblik
Suikerziekte Teleblik
EB10. Het ruggemerg
Schors
Merg
Ruggemergzenuw Zenuwknoop
Centraal zenuwstelsel Bioplek
EB11. De eilandjes van Langerhans
Alvleesklier
Eilandjes van Langerhans
Hoe wordt insuline gemaakt?
Darmader voert
Insuline en glucagon Af uit de alvleesklier
Cellen die Insuline produceren
Cellen die Glucagon produceren
Cellen die spijsverte- rings enzymen
Eilndjes van Langerhans. Bioplek
Suikerziekte Teleblik
EB12. Het gedrag van pissebedden
Pissebedden (keldermotten)
(Latijnse naam Oniscus Asellus) worden ten onrechte vaak als
insecten aangeduid, maar het zijn koudbloedige schaaldieren, familie van de kreeftachtigen. Één van de weinige kreeftachtigen die op het land leven.
Gerdag pissebedden malmberg
Suikerziekte Teleblik
V1. Drugs
Drugs, voorlichtingsprogramma. 14 min. Teleblik Jongeren en drugs. Teleblik XTC. Teleblik Heroine. Teleblik
V2. Suikerziekte (diabetes mellitus)
Wat gebeurt er bij een verkeerde bloedsuikerspiegel.
Te hoog
Te laag
Suikerziekte. Teleblik
V2. Suikerziekte (diabetes mellitus)
Bijnieren produceren adrenaline:
Alvleesklier maakt glucagon
Glycogeen wordt omgezet in glucose
Bloed bevat meer dan 0,1% glucose
Eilandjes van Langerhans produceren insuline Glucose wordt
omgezet in glycogeen Bloed bevat minder
dan 0,1% glucose
De concentratie van glucose in het Bloed = bloedsuikerspiegel
0,1%
Glucose
Bloedsuikerspiegel
Bij extra véél suiker
vetten in onderhuids- bindweefsel en rondom organen
Bij > 0,1 %
Bij < 0,1 %
± 0,1%
glucose in bloed
Glycogeen in lever en spieren
Glucagon gemaakt
in de eilandjes van Langerhans (alvleesklier)
Adrenaline gemaakt in de bijnieren.
Alléén bij stress omstandigheden
Insuline wordt
gemaakt in de eilandjes van Langerhans in de alvleesklier
V2. Suikerziekte (diabetes mellitus)
Eilndjes van Langerhans. Bioplek
V3. Wat kan er verkeerd gaan?
Dwarslesie Multiple Sclerosis animatie YouTube zondergeluid