Vraag nr. 93 van 17 januari 2002
van de heer CARL DECALUWE Secundaire scholen – Afvalbeleid
Uit een studie van de Vrije Universiteit Brussel (VUB) blijkt dat secundaire scholen niet gevoelig zijn voor de afvalproblematiek. Secundaire scholen zouden doorgaans meer restafval produceren (100 kg per leerling) dan gezinnen en bedrijven, en ze zouden ook minder sorteren. Het milieubewustzijn en de bereidheid tot sorteren zouden groter zijn bij grote scholen en beroepsscholen.
Als mogelijke oorzaken voor het gebrekkig afval-beleid in secundaire scholen worden onwetendheid m . b. t . de milieuwetgeving en gebrek aan middelen en tijd naar voren geschoven. Nochtans zou de af-valberg in deze scholen met de helft kunnen krim-p e n , indien de scholen acties ondernemen. D i t wordt bevestigd door de praktijk.
Binnen het departement Onderwijs loopt in het kader van Milieuzorg op School (MUS) het project "Groene School". Vanaf 15 januari zou een folder verspreid worden onder de scholen waarin de mi-lieuwetgeving eenvoudig en duidelijk uitgelegd wordt.
1. Wat houdt het project Groene School concreet in ?
Welke incentives krijgen de secundaire scholen die deelnemen aan dit project ?
2. Hoeveel secundaire scholen zijn van start ge-gaan met het "stappenplan" van het Groene Schoolpoject ?
Hoeveel secundaire scholen ontvingen reeds het logo Groene School ?
3 . Uit de studie van de VUB blijkt dat milieuzorg in de secundaire scholen (ondanks projecten zoals Groene School) te wensen overlaat. Welke acties onderneemt de minister om afval-preventie en -reductie te stimuleren in de secun-daire scholen ? Welk budget wordt hiervoor uit-getrokken ?
4. Volgt er een bijsturing van het project Groene School ?
5. Is er m.b. t . dit dossier overleg met de minister van Onderwijs ?
N.B. Deze vraag werd eveneens gesteld aan me-vrouw Marleen Va n d e r p o o r t e n , Vlaams minis-ter van Onderwijs en Vorming.
Antwoord
1. Groene School is een milieuzorgproject voor het secundair onderwijs. Het pakket is ook bruikbaar voor het hoger onderwijs.
Bedoeling van het project is dat een milieu-werkgroep het milieubeleid in de school stuurt. Deze milieuwerkgroep bestaat uit leerlingen, enkele leerkrachten en een afvaardiging van de directie en het opvoedend, administratief en on-derhoudspersoneel.
Voor zij een milieuzorgproject op het getouw z e t t e n , organiseert de milieuwerkgroep eerst een algemene milieudoorlichting van de school. Aan de hand van de resultaten van die audit be-paalt de milieuwerkgroep van welk aandachts-veld hij het eerst werk wil maken. De zeven aandachtsvelden van het Groene Schoolpakket zijn : g r o e n v o o r z i e n i n g, e n e r g i e, keuken en kan-tine, water, afval, materialen en verkeer.
De meeste scholen starten met het aandachts-veld "afval", omdat ze dat meestal als het nij-pendste probleem ervaren.
Het project Groene School sluit aan bij de vak-overschrijdende eindtermen en ontwikkelings-doelen milieu-educatie van het secundair onder-wijs.
Vanaf dit schooljaar loopt het project "Milieu-zorg op de basisschool". Op termijn worden beide projecten tot één MOS-project versmol-ten.
Scholen kunnen na één jaar milieuwerking het logo Groene School aanvragen. Dat logo is een d r i e l u i k . Na drie jaar doorgedreven milieu-in-spanningen kan de school het volledige drieluik b e h a l e n . De criteria voor het behalen van het logo Groene School zijn : p l a n m a t i g h e i d ,p a r t i-c i p a t i e, i-c o m m u n i i-c a t i e, i-continuïteit en milieu- en educatieve winst. Een logocommissie kent de logo's toe. In deze commissie hebben zitting : d e departementen Onderwijs en Leefmilieu, d e O n d e r w i j s i n s p e c t i e, de vier schoolnetten, d e provincies en enkele relevante organisaties. Andere materiële of financiële aanmoedigingen zijn er momenteel niet. De Groene Schoolbege-leiders tonen de scholen wel de weg naar instan-ties en organisainstan-ties die subsidies voor milieu-projecten uittrekken.
2. Van de 1.005 Vlaamse secundaire scholen stap-ten er sinds '97 tot het einde van het vorige schooljaar (juni '01) 410 in het project. In de maanden september, oktober en november van dit schooljaar kwamen er nog eens 36 b i j . D e stand op 1 december '01 is 446 scholen, of een bereik van 44 % van de Vlaamse scholen. Op het einde van het vorige schooljaar (juni '01) werd voor het derde jaar het eerste, t w e e d e of derde luik van het Groene Schoollogo uitge-r e i k t . In '99 weuitge-rden 21, in 2000 40 en in 2001 77 logo's uitgereikt. Dat is een totaal van 138 lo-go's na drie schooljaren. Voor dit schooljaar lie-pen 130 logoaanvragen binnen.
3. Uit de vergelijkende afvalstudie van de V U B blijkt duidelijk dat scholen die een milieuzorg-systeem ontwikkelen, en zeker die welke met het project Groene School werken, wel degelijk betere milieuresultaten behalen dan de scholen die geen milieuzorgsysteem hanteren, met name een vermindering van de afvalberg met 50 %.
Een veel voorkomende opmerking van de schooldirecties is inderdaad dat ze niet altijd de middelen blijken te hebben om een consequent beleid van milieuzorg te voeren. Budgettaire af-wegingen spelen een belangrijke rol bij de be-slissingen van de schooldirecties terzake. M a a r dit valt uiteraard buiten mijn bevoegdheid als minister van Leefmilieu. Het voeren van milieu-zorg op school blijft derhalve dikwijls hangen in de sfeer van vrijwilligheid.
4. Een bijsturing is minder nodig dan het signaal van de overheid dat een consequent milieube-leid en dat afvalvoorkoming belangrijk zijn. 5. Er is een overleggroep Onderwijs-Leefmilieu,
