• No results found

Wat zoeken ouders op een katholieke basisschool?

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Wat zoeken ouders op een katholieke basisschool?"

Copied!
3
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

SCHOOLBESTUUR 6 3013 Toke Elshof WAT ZOEKEN OUDERS?

Onlangs vertelde een vrouw die moeder is van twee jonge kinderen dat ze bewust voor katholiek basisonderwijs heeft gekozen. Getrouwd met een man zonder godsdienstige

achtergrond en zelf van huis uit katholiek, heeft ze daar goed over nagedacht want, zo zei ze: juist omdat we er zelf thuis weinig mee doen is het wel goed dat onze kinderen op school kennis maken met het katholieke, de waarden en normen en zo, met rituelen en met verhalen uit de bijbel. Toen ik vroeg of ze daar eens een voorbeeld bij kon noemen vertelde ze dat haar oudste kind op school met Witte Donderdag met het bijbelverhaal van de voetwassing kennis had gemaakt, en wel op een heel bijzondere manier. alle kinderen uit een bepaalde klas hebben de voeten gewassen van de leerlingen uit de andere klassen. Zo konden ze iets ervaren van de betekenis: van dienende liefde, van het in staat zijn de minste te zijn en van het in staat zijn om te ontvangen. Natuurlijk werd er ook over gepraat: iets voor een ander over hebben, vriendschap, fouten maken en een nieuwe kans krijgen. Deze moeder vond het geweldig dat haar kind op school zulke verhalen te horen kreeg, dit soort ervaringen op kon doen en daarover kon praten. Juist omdat ze dat thuis niet mee kon geven. Hoewel ze niet meer kerkelijk is, wilde ze haar kinderen niet traditieloos op laten groeien en daarvoor zocht ze haar toevlucht bij een katholieke school. Ze laat daarmee zien, dat secularisering van de ouders, voor de school niet per definitie een nivellering of een afzwakking van de godsdienstige identiteit vraagt maar veeleer het omgekeerde: het nodigt uit tot een duidelijker explicitering daarvan. Ze was er ook heel content mee dat de school die zij heeft gekozen, tijdens het intakegesprek de ouders goed informeert over de katholieke identiteit en dat de school de ouders daar ook steeds zo goed mogelijk bij betrekt bijvoorbeeld door middel van de nieuwsbrief. i

Het IKO onderzoek “Inspireren tot participatie” wijst uit dat 66,7 % van de ouders die voor katholiek basisonderwijs kiezen, zichzelf als katholiek beschouwt ii. Hoewel dat niet is

onderzocht mag aan worden genomen dat deze ouders niet allemaal kerkelijk betrokken zijn. De katholiciteit is voor het merendeel van de ouders niet de belangrijkste reden is om voor zo’n school te kiezen.iii Dat de school dichtbij is, wordt als eerste genoemd (32,4%). Vanwege

de sfeer (25,4) is een goede tweede. Het derde motief is dat de school goed staat

aangeschreven (14%) en vervolgens wordt de katholiciteit van de school genoemd (12,1%). Vanwege bekenden op school (3,3%) speelt een relatief geringe rol evenals de openheid van de school voor verschillende religies (1,8). Bij 11% van de ouders spelen andere redenen de grootste rol. Bij het overgrote deel (87,9%) van de ouders binnen het katholieke

basisonderwijs is de katholiciteit niet de eerste reden maar dat betekent uiteraard niet, dat de katholiciteit bij hen geen rol van betekenis speelt: 66,9% beschouwt zichzelf namelijk als rooms-katholiek. Als we kijken naar wat de ouders binnen het katholieke onderwijs

aanspreekt en inspireert wordt helder dat ze behoefte hebben aan meer vieringen binnen de school dan er feitelijk zijn en dat ze ook graag willen dat de leerlingen op school meer bidden dat ze nu doen. Zo vinden ouders het belangrijk dat leerlingen op school het Onze Vader bidden. Dat verlangen leeft niet alleen onder kerkelijke of religieus opgevoede ouders maar ook onkerkelijke ouders.iv Ouders hechten daarnaast waarde aan godsdienstige voorzieningen

en voorwerpen van de katholieke christelijke godsdienst: een kruisbeeld, adventskrans, kerststal, paaskaars, een gebedsruimte en aan het vertellen van Bijbelverhalen. v Ouders

(2)

opiniepeiling van Maurice de Hondt vii onder ouders binnen het PO en het VO. Hoewel er

enkele geluiden waar zijn te nemen die elke uitingsvorm van katholiciteit binnen de school afwijzen, overheersen de positieve geluiden, in het bijzonder over het katholieke geloof als dat midden in de wereld staat. Opvallend zijn de uitspraken van ouders dat de school te weinig werk maakt van de katholieke identiteit. Zij menen dat die identiteit wel wat meer mag worden benadrukt.viii Dat geeft te denken, omdat zijn onderzoeksgroep bestaat uit ouders

binnen het katholieke PO en VO waarvan 50% aangeeft niet katholiek te zijn. Het gaat dus om ouders die desondanks positieve verwachtingen hebben van katholiek onderwijs. Ook Vlaams onderzoek van de KU Leuven naar de visie van ouders op het Vlaamse katholiek onderwijs stelt een groeiende behoefte aan herkenbaar katholiek onderwijs vast. ix Maar liefst

70 % van alle ouders verklaart voorstander te zijn van katholiek onderwijs, variërend van mild positief tot groot voorstander. Omdat slechts 9% van die ouders kerkbetrokken is, zien we ook hier dat onkerkelijkheid niet tot irrelevantie van katholiek onderwijs leidt maar juist tot een vernieuwde relevantie. Integendeel: het is vanwege de seculiere context die ouders tot de stellingname brengt dat de katholiciteit wel wat meer in de verf mag worden gezet.

Deze merkwaardige paradox is te verklaren door het verzuilde verleden erbij te betrekken. Vroeger had de katholieke school binnen de godsdienstige opvoeding een duidelijke taak die complementair was aan de taak van de ouders en de kerk.

Wat de school deed, hoefden de ouders met andere woorden niet te doen. Dat heeft geleid tot een verwachtingspatroon dat ook in deze tijd doorwerkt: dat de katholieke school op

godsdienstig vlak doet, wat ouders zelf niet (denken te) kunnen. Het uit het verleden overgedragen katholieke verwachtingspatroon van de complementariteit tussen school en gezin draagt in een onkerkelijke context bij aan een ouderlijke wens dat de katholieke school werk maakt van de godsdienstige identiteit. Daarnaast speelt de katholieke gerichtheid op de gemeenschap, die de geloofsbeleving van katholieken kenmerkt, een rol. Generaties lang kreeg het katholieke leven van de wieg tot het graf vorm, langs vanzelfsprekende en gemeenschappelijke patronen. Dat de vanzelfsprekendheid om bij een kerk te horen binnen enkele decennia plaats maakte voor een bijna net zo massale en vanzelfsprekende onkerkelijkheid, tekent misschien wel bij uitstek de gerichtheid op gezamenlijkheid. Echter: die massale onkerkelijkheid heeft het verlangen naar een gemeenschap onbeantwoord gelaten, terwijl binnen de geïndividualiseerde cultuur met steeds meer flexibeler banden het persoonlijke verlangen om verbonden te zijn met een overstijgende levende gemeenschap juist wordt aangejaagd; het verlangen naar een bezield verband waar je niet ‘uit kunt vallen’. Het katholicisme biedt daar nog steeds een antwoord op, ook aan onkerkelijken. Soms in de cultuurkatholieke vorm van gedeelde normen en waarden en van gemeenschapsoriëntatie. En soms als religieusritueel kader dat mensen helpt in hun verlangen naar transcendentie en een omgang met hoogte – en dieptepunten in het leven. En zo werkt het verleden in het heden door: als verwachtingspatroon ten aanzien van het katholieke onderwijs en in het verlangen namelijk dat de school zelf als zo’n bezield en bezielend verband functioneert. Zo bezien, is het juist vanwege de onkerkelijkheid dat men wil dat kinderen in aanraking komen met een gemeenschap die bezield is, waar een katholieke spiritualiteit handen en voeten krijgt en waar niet de institutionele en dogmatische aspecten van de kerk centraal staan maar de aspecten van het vieren, de ethiek, de beleving van saamhorigheid. De katholieke school beantwoordt aan een verlangen naar een bezielde gemeenschap, juist omdat zo’n gemeenschap buiten de school niet zomaar meer voorhanden is. En als zodanig voegt de explicitering van de katholiciteit iets toe, juist in de seculiere context.

(3)

i Het gaat hier om de Katholieke Basisschool De Polhaar in Dalfsen met Ria van Hulzen als directeur.

ii Aad de Jong en Sander Metaal (2009). Inspirerende activiteiten en personen op katholieke scholen. Samenvatting van een onderzoek. In: Katholieke scholen: vertrouwen in schoolpraktijken. 60-73, hier 64

iii De Jong en Metaal (2009), 68-69

iv Aad de Jong en Theo van der Zee (2008). Inspireren tot participatie. Onderzoek naar inspirerende activiteiten en

leraren op katholieke scholen. Damon. De onderzoeksgroep omvatte ouders uit het basisonderwijs, leerlingen uit het

voortgezet onderwijs en docenten uit het primaire en het voortgezet onderwijs. 14, 89, 93 v De Jong en Van der Zee, 97

vi De Jong en Metaal (2009), 68-69

vii Maurice de Hondt (2009). Opiniepeiling onder ouders over de eigenheid van katholieke scholen. Uitgevoerd in opdracht van KBO en KBVO.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Ook is het soms zo dat bepaalde kinderen andere interesses hebben en binnen de klas of de school geen aansluiting vinden met de andere kinderen (die bijvoorbeeld allemaal van

Het aantal kinderen dat sterft vóór de leeftijd van vijf jaar is tus- sen 1990 en 2009 gedaald van 12,4 miljoen naar 8,1 miljoen.. Dat is een daling met

Mensen die over dergelijke informatie beschikken, maar bang zijn voor represailles, kunnen voortaan daarover met ons contact opne- men zonder dat ze bang hoeven te zijn dat

'Met een groep van zo'n twaalfleerlingen hebben we het over de school, de ontwikkeling van de school en de activiteitenweek' Niet alleen leerlingen, maar ook ouders worden

Deze theoretische perspectieven bundelt Kanne in de term co-creatie van zorg: een proces waarbij (zoals Tronto vraagt) mensen betrokken zijn, die zich ergens wat van aantrekken,

Alleen dan hebben ouders voor meerdere jaren de zekerheid van een toegankelijke kinderopvang en ontstaat er voor werknemers en ondernemers ruimte voor lange termijn investeringen

Ruben (14 jaar) vertelt: “Omdat ik niet meer thuis ga wonen, ben ik bang dat ik straks opa niet meer zie.” 1 On- dertussen zijn hulpverleners ontevreden over wat ze kunnen doen

Dat klinkt basaal, maar drukt politici nog eens extra met de neus op de feiten dat zij allereerst zelf actie dienen te ondernemen om iets te doen aan de onvrede en het feit dat