• No results found

Amicus Curiae

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Amicus Curiae"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

P

a

g

in

a

1

/2

M u z e n s tra a t 4 1 | 2 5 1 1 W B D e n Ha a g P o s tb u s 1 6 3 2 6 | 2 5 0 0 B H D e n Ha a g T 0 7 0 7 2 2 2 0 0 0 | F 0 7 0 7 2 2 2 3 5 5 in fo @ a c m .n l | www. a c m .n l | www. c o n s u wi jz e r.n l Amicus Curiae

Artikel 15, derde lid, van de Verordening (EG) nr. 1/2003 (de Verordening) bepaalt dat de Europese Commissie en de nationale mededingingsautoriteiten desgewenst uit eigen beweging opmerkingen kunnen maken bij nationale rechterlijke instanties in zaken waarin zij zelf geen partij zijn en die de toepassing van (thans) de artikelen 101 en 102 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU)

betreffen. Deze bevoegdheid van de Europese Commissie en de Autoriteit Consument en Markt (ACM) wordt ook wel genoemd de bevoegdheid om als “amicus curiae” op te treden.

De amicus curiae-bevoegdheid is geïntroduceerd bij de Verordening om te waarborgen dat aan decentrale toepassing van de artikelen 101 en 102 van het VWEU door

nationale rechters en mededingingsautoriteiten overal in de Europese Unie op een eenduidige wijze invulling wordt gegeven. De Europese Commissie en ACM hebben geen toestemming van de bestuursrechter nodig voor het maken van schriftelijke opmerkingen, maar wel voor het maken van mondelinge opmerkingen. De

bestuursrechter kan hen ook uitnodigen tot het maken van mondelinge opmerkingen. In Nederland mag – naast ACM en de bestuursrechter – ook de civiele rechter de artikelen 101 en 102 toepassen. ACM kan in deze civiele procedures als amicus curiae interveniëren wanneer naar haar inzicht het (materiele) mededingingsrecht onjuist wordt uitgelegd en/of toegepast. De opmerkingen van de Europese Commissie en ACM zijn adviserend en voor de rechter niet bindend.

Tot 1 januari 2013 was de amicus curiae-regeling nader uitgewerkt in de artikelen 89h-89j van de Mededingingswet. De rechtsvoorganger van ACM – de Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa) – heeft tevens richtsnoeren opgesteld waarin zij aangeeft op welke wijze zij gebruik zal maken van de bevoegdheid om als amicus curiae te interveniëren (Richtsnoeren Amicus Curiae van 13 augustus 2004, Strcrt. 2004, 159).

Met de inwerkingtreding van de Wet aanpassing bestuursprocesrecht op 1 januari 2013 is de regeling overgeheveld van de Mededingingswet naar artikel 8:45a van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Zo bepaalt artikel 8:45a, eerste lid, van de Awb dat de Europese Commissie en ACM, niet optredende als partij, schriftelijke opmerkingen kunnen maken krachtens artikel 15, derde lid, eerste alinea, van de Verordening indien zij de wens daartoe te kennen hebben gegeven. De Richtsnoeren Amicus Curiae zijn op grond van deze wetswijziging ingetrokken en zullen – ook met het oog op

(2)

P

a

g

in

a

2

/2

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Waar instituten belangrijke nationale of internationale onderzoeken of programma’s met lange looptijd uitvoeren, of een (inter)nationale faciliteit, resource of collectie beheren

Wat de grondslagen betreft waarop Hroch zijn onderzoek fundeert kunnen we de heel eigen en aparte kijk op het begrip 'natie' opmerken. Hroch weigert namelijk een subjectieve

Dat k o n haast niet anders, omdat steeds een beroep was gedaan op de nationale energie, op de nationale waarden en normen en glorie.. Het natio- nalisme en de anti-Duitse

4 De civiel- en fiscaalrechtelijke mogelijkheid van inspraak door derden is alleen opengesteld binnen de procedure waarin prejudiciële vragen aan de Hoge Raad worden gesteld en

volkenrechtelijke of parlementaire methode Bekijken we het Europawijd, 33 dan valt op dat er in wezen twee hoofdmanieren zijn waarop parlementen en regeringen samen- werken bij

Die uitbreiding is niet alleen kwantitatief, maar heeft ook gevolgen voor de aard van de samenwerking tussen de staten in EU verband.. Oorlog - als ultieme methode

De burgers van de Lid-Staten kunnen voor hun nationale rechter een rechtstreeks beroep doen op vele bepalingen van het Europees recht, hetgeen praktisch gesproken

Van een 2,0010 4 M oplossing van stof X en van een 2,0010 4 M oplossing van stof Y wordt de extinctie bij twee verschillende golflengten gemeten. Doe hetzelfde voor