• No results found

Jaarboekje 1948

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Jaarboekje 1948"

Copied!
228
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Jaarboekje 1948

van de

REVOLUTIONAIRE

(2)

Kiest

NNZ,

.ZAKKEN.

Noord Nederlandscbe

Zakkenbandel N. V.

Eemskanaal N.Z. 46

GRONINGEN

JM.

EN EXPORT

-'

Levering van alle soorten nieuwe en

gebruikte zakken voor: aardappelen,

granen, zaden, kunstmest, veevoeders

(3)

JAARBOEKJE

1948

van de

Antirevolutionaire Partij

(4)

VOORWOORD

Zo verschijnt dan het eerste jaarboekje van de Antirevolutionaire Partij.

Hiermede wordt aan de door velen reeds lang gevoelde behoefte voldaan.

Het bevat voor de eerste maal niet veel meer dan een opsomming van feitelijke gegevens en van adressen. Bij een volgende druk zal ook enig statistisch materiaal worden opgenomen.

Maar ook zonder dat is het jaarboekje onmisbaar voor een ieder die medeleeft in de organisatie van de Antirevolutionaire Partij. Moge het in dezen zin aan zijn bestemming beantwoorden.

Voor het Centraal Comité, de Adjunct-secretaris

(5)

Dr.

H.

Colijn

"Als de blijheid, het sprankelend vernuft van de jeugd en haar veerkrachtig weerstandsvermogen tegen de moeiten van den dag, gepaard gaan met een blijmoedig geloof, dan hebben we den completen mensch in zijn besten verschijningsvorm. Maar dan

moeten we de hoofdzaak hoofdzaak laten. Het is niet zoo, - en

houdt dat wèl vast- dat onze christelijke levensovertuiging een gelijkwaardige plaats inneemt naast al onze opvattingen op ander terrein, doch zóó, dat al het andere door onze christP-lijke levens-overtuiging geschraagd, gestut, gesteund wordt".

(6)

l. T. Du4maer van Twist

ons erelid.

De Heer Duymaer van Twist is het eerste eerelid van het Centraal Comité. De deputatenvergadering is nooit scheutig geweest met het uitdelen van dit soort onderscheidingen. Vandaar dat de Deputatenvergadering op 3 April 1941 den tachtig jarigen met een zo hartelijk applaus zijn plaats, nu een ereplaats in den vollen

zin van het woord, deed behouden. Aan hem ~s bewaarheid

(7)

In memoriam

R. A.

den Ouden

Nu het eerste jaarboekje van de Antirevolutionaire Partij verschijnt, wordt tevens de gelegenheid aangegrepen een schuldige plicht te vervuilen jegens den heer R. A. den Ouden, den vroegeren adjunct~ secretaris van het Centraal Comité, die het vorig jaar, temidden van de voorbereidingen voor de verkiezingen, wel zeer onverwachts overleed.

Een werkzaam leven werd toen afgesneden.

Aan dit werkzame leven een woord van gedachtenis te wijden is meer dan een schuldige plicht, want het is de uitdrukking van spontane dankbaarheid tevens.

(8)

aan onze partij in de periode, die besloten ligt tussen den eersten en den tweeden wereldoorlog.

Hij heeft gediend in de schaduw. Uij heeft gewerkt, dag aan dag, week aan week, maand aan maand, op den achtergrond van het staatkundig gebeuren in dien tijd, maar ook midden in de politieke organisatie als zodanig. R. A. den Ouden, de naam was langzamer-hand ook een program geworden, een program van zich nimmer rust gunnende activiteit, van altijd weer en onvermoeid staan op de bres voor de belangen der Partij en dàardoor eerbied afdwingend van allen, die met hem in aanraking kwamen.

Ik heb hem alleen gekend in zijn latere jaren, toen hij reeds tot de ouderen behoren ging. Een rijzige figuur, altijd goed gekleed, scherpe groeven in het gelaat, soms wat cynisch in zijn uitdruk-kingen en niet vrij van bijtend sarcasme, maar plichtsgetrouw steeds op zijn post, dat zijn zo enkele trekken van den man, die een groot deel van zijn leven gewijd heeft aan den dienst van het Centraal Comité. Neen, hij was maar niet een betaalde kracht, geroepen om een hem opgedragen taak te vervullen, maar hij was een Anti-revolutionaire man, die zijn beginsel lief had met een grote warme liefde en die daarom ook aan die partij~organisatie zijn krachten gaf met volle overgegevenheid des harten.

Hij zag de fouten in de organisatie scherp. Daarover heeft hij zich meermalen niet onbetuigd gelaten. Maar telkens weer heeft hij op zijn wijze getracht daarin verandering en verbetering tE brengen. Met name de organisatie van de propaganda had zijn voortdurende aandacht en tot in het laatst van zijn leven toe, tot in zijn grijzen ouderdom, heeft hij gevochten als een leeuw voor de Antirevolutio-naire Propagandaclubs. Hij heeft die Propagandaclubs verdedigd met een felheid en een verbetenheid, waaruit toch voor alles sprak de liefde voor de zaak die hij diende. En als Den Ouden vocht, dan was het ook inderdaad "vechten" en dan geschiedde dit niet steeds met een soepele buigzaamheid, welke van geven en nemen weet. Wanneer hij eenmaal zijn positie had bepaald, dan stond hij vast en onvermurwbaar, dan wist hij van toegeven noch wijken. Maar doet dit iets af aan de waardering van zijn persoon? Was ook zijn bestrijding van de Staatkundig Gereformeerden en van de Hervormd-Gereformeerde Staatspartij niet vaak fel en ll~rtstochtelijk? De verdeeldheid der Christelijke partijen sneed hem door de ziel. Hoe scherp waren soms zijn artikelen "Hoe men de kiezers voorlicht". Verbeten waren zijn aanvallen. Maar een ieder die hem wat meer van nabij kende wist, dat achter die scherpte van toon schuil ging de bewogenheid van zijn ziel over de ver-deeldheid van hen, die samen behoorden op te trekken op het staatkundige erf.

Onvermoeid werkte hij, dag en nacht!

(9)

de grootste zorg was besteed en niet alleen wat den inhoud betreft, want ook aan den vorm, waarin hij zijn gedachten kleedde, werd aandacht geschonken. Als spreker was hij dan ook bij vele kies-verenigingen zeer gezien. En nooit was hem de reis te veel, hoe ver de afstand ook was. Hij had er geen behoefte aan voor volle zalen te spreken. Voor de kleinste groep was hij bereid te komen, wanneer men hem daar voor vroeg.

Den Ouden is heengegaan.

Toen hij 70 jaar oud was, heeft de Partij hem gehuldigd. Dat is een hoogtijdag in zijn leven geweest. Toen was hij nog fit en krachtig en voorzoveel het hemzelf betrof, dacht hij aan heengaan niet. Den Ouden was een van die markante figuren, die strijdbaar en actief in het harnas begeren te sterven. De omstandigheden hebben er toe geleid dat hij ook inderdaad in het harnas gestorven is. Want hoewel hij dan officieel de functie van adjunct-secretaris aan jongere handen moest overdragen, dit heeft voor hem niet veel verandering gebracht in zijn leven. Want de bezetting kwam en natuurlijk behoorde ook hij tot den kring der twaalf apostelen en hij trok er op uit, het land door, maar dan ook letterlijk het gehele land door. Wie zocht in dien ouden, maar krassen man een agitator tegen het Nationaal-Socialisme? En toch was hij dat in den vollen zin van het woord. En zo kon hij, de altijd actieve, zijn werk voort-zetten, illegaal, het zij .zo, maar daarom niet minder intensief. Zo bleef hij in de sfeer van den arbeid, waaraan hij zijn leven had gewijd en die sfeer is om hem heen gebleven ook toen voor ons land het uur der bevrijding sloeg.

De Ouden was adjunct-secretaris. Dat is hij gebleven tot aan zijn sterven toe. Zijn leven was met die functie zo innig, maar ook zo geheel verweven, dat hij haar innerlijk nimmer losgelaten heeft en eerst toen God de Here de levensdraden doorsneed, eerst toen kwam er rust voor dit hartstochtelijk leven.

In het harnas is hij gestorven.

De partij denkt met eerbied terug aan dezen stoeren, onvermoeiden werker. En wanneer men afstand genomen heeft van de periode die voorbij ging en ook van den mens, die den naam R. A. den Ouden droeg, dan treft niet meer in de eerste plaats de felheid en de verbetenheid, maar dan domineert de trouwe plichtsvervulling en de harstochtelijke liefde voor de zaak, die hij. onverdroten heeft gediend.

(10)

Kamer-kieskringbestuur Leiden. Na een ziekte van slechts twee dagen nam God hem tot zich.

En al schrijvende aan dit "In Memoriam" komen steeds meer herinneringen op, herinneringen, die eigenlijk behoorden te worden vastgelegd. Maar waartoe zouden we ons verdiepen in allerlei bijzonderheden? Een gemakkelijk leven heeft de heer R. A. den Ouden niet gehad. Veel heeft hij meegemaakt. De teleurstellingen zijn hem niet bespaard gebleven. En de stroefheid van zijn optreden was waarschijnlijk mede daaraan te wijten. Maar één ding stond als een paal boven water. Daaraan kon nooit worden getwijfeld. Zijn trouw! En dan niet alleen zijn trouw aan de Antirevolutionaire Partij, maar veel meer nog zijn trouw aan de Koningin. Want wie met Den Ouden omging ervoer dit steeds:. de liefde voor hel Vorsten-huis brandde diep in zijn ziel.

Zo is Den Ouden dan van ons heengegaan.

Na de bevrijding heeft het Centraal Comité hem benoemd tot hono-rair secretaris. Gaarne heeft hij die benoeming aanvaard. Hij is er dankbaar voor geweest en heeft daarin mogen zien een erkenning van zijn dienst aan de Partij bewezen. Als zodanig was die benoe-ming dan ook bedoeld.

De ouderen ontvallen ons. De Antirevolutionaire Partij leed gedu-. rende de laatste jaren zware verliezengedu-. Drgedu-. Colijn, haar leider, stierf

(11)

Mr Dr E. J. Beumer

t

7 October 1941. "Stiptheid, beslistheid, sterkte van overtuiging kenmerkten hem. Trouw aan de door hem beleden beginselen, aan de groote rechts-goederen van ons volk, en aan de wet, spraken uit al zijn werk. Wars van verdoezeling en vervaging, van alle kronkelgangen, ging hij zijn weg. Men wist wat men aan hem had. Duidelijk, helder, gaf hij zijn oordeel. Standvastigheid was zijn sieraad. Zoo zien vooral zij hem, die langeren tijd getuige zijn geweest van zijn werkzaamheid, die het voorrecht hebben genoten met hem te mogen samenwerken".

(12)

Jhr'

Mr

H.A.

M.

van Asch van Wijck

t 8 Maart 1947. In een tijd, die zo los geslagen is van traditie, stemt het tot dankbaarheid een woord te kunnen wijden aan de gedachtenis van een, die trouw aan de tradities van zijn voorgeslacht, zijn leven en in allerlei arbeid zijn krachten gaf aan de bevordering van d~ beginselen der levensrichting, welke hij met volle over-tuiging diende.

Zijn onverwacht levenseinde besloot een gang door het leven, die gekenmerkt werd door vaste overtuiging en vromen zin.

VAN BEEK CALKOEN.

(13)

LEDEN CENTRAAL COMITE Erelid:

L.

F:

Duymaer van Twist, Raamweg 7, 's-Gravenhage. Leden:

Voorzitter: •

J. Schouten, Henegouwerlaan 55b, Rotterdam-Centrum. 2e Voorzitter:

Mr J. A. de Wilde, Koninginnegracht 96d, 's-Gravenha,ge. Secretaris:

Ir H. van Riessen, Deurlostraat 127 I, Amsterdam. Penningmeester:

Mr Dr E. P. Verkerk, Zijde 39, Boskoop. Mr T. Bout, Borgesiuslaan 31, Groningen. Prof. J. W. Geels, Soerenseweg 14, Apeldoorn. Prof. Dr J. Severijn, Ramstraat 10, Utrecht. A. Stapelkamp, Pieter Saenredamstraat 5, Utrecht .

..(\djunct-Secretaris :

R. Gosker, Veurselaan 108, Voorburg. Aangewezen door de kamerkieskringen:

I 's-Hertogenbosch: C. de Jong, Almkerk. II Tilburg:

C.A. v. Drimmelen, p/a Geref. Pastorie, Klundert. pl.verv.: A. A. de Jong, B 20, Dinteloord.

III Arnhem:

Mr Eling Visser, Hazegrietje 31, Arnhem. IV Nijmegen:

J. J. G. Boot, burg., Stationsweg 37, Ede. V Rotterdam:

J. Wilschut, Heemraadsingel 193, Rotterdam. VI 's-Gravenhage:

H. Smitskamp, Spreeuwenlaan 12, 's-Gravenhage. VII Leiden:

(14)

VIII Dordrecht: Mr. G. van Baren, Nieuwe Plantage 42, Delft.

IX Amsterdam:

A. in 't Veld, Prinsengracht 1109 bov., Amsterdam. X Den Helder:

A. Lever, Sumatrastraat 7, Den Helder. XI Haarlem:

Mr A. Bruch, Kruisweg 63, Haarlem. . XII Middelburg:

Dr K. Hui~enga, Spanjaardstraat 49, Middelburg. XIII Utrecht:

J. H. v. Lonkhuyzen, Smallepad 40, Amersfoort. XIV Leeuwarden:

M. Knol, Jachthavenstraat 17, 'Sneek. XV Zwolle:

A. Bootsma Jr, Beltstraat 47, Enschede. XVI Groningen:

H. It J. v.d. Veen, Hondsruglaan 23, Gronin'gen.

XVII Assen:

J. Smallenbroek, Parkstraat 14, Assen. XVIII Maastricht:

A. Wittebol, Frankenstraat 198, Maastricht. Opmerking:

Tot de vergaderingen van het Centraal Comité worden ook uitgenodigd de voorzitters van de beide fracties der Antirevolution'aire Partij in de Kamers der Staten-Gene-raal, indien dezen geen lid zijn van het Centraal Comité.

SECRETARIAAT

Het Secretariaat is gevestigd te 's-Gravenhage, Dr A. Kuyperstraat 3. Telefoon: 115935, Giro: 89673.

NEDERLANDSCHE GEDACHTEN

"Nederlandsche Gedachten", officieel orgaan ten dienste van de Antirevolutionaire Partij, haar Propaganda- en haar Jongeren Studieclubs.

Verschijnt twintig maal per jaar.

Commissie van Redactie: J. Schouten, Mr J. A. de Wilde, Dr J. A. H. J. S. Bruin Slot, Dr L. W. G. Scholten, E. van Ruller, R. Gosker (Secretaris).

(15)

Redactieadres: Dr A. Kuyperstraat 3, 's-Gravenhage. Tele-foon 115935.

Administratieadres: Drukkerij Libertas, Drift 13, Utrecht. Telefoon 13913 en 11811, Giro 267122.

Prijs per abonnement

f

3.- per jaar.

COMMISSIE INZAKE SOCIALE EN ECONOMISCHE VRAAGSTUKKEN

.

Voorzitter: J. Schouten, Henegouwerlaan 55b, Rotterdam-Centrum.

Mr H. Bos Kzn., Lange Vijverberg 20, 's-Gravenhage. Dr J. A. H. J. S. Bruins Slot, Merellaan 32, Aerdenhout. H. Diemer, Voorschaterlaan 95, Rotterdam.

Mr Dr J. Donner, Statenlaan 110, 's-Gravenhage. Prof. Dr H. Dooyeweerd, Oranje Nassaulaan 13,

Amster-dam-Zuid.

Drs J. H. Gispen, Van der Schuerenlaan 6, Vught. Mr K. Groen, Thorbeckelaan 327, 's-Gravenhage. C. van den Heuvel, Wittesingel 68, Leiden.

Dr F. L. v. Muiswinkel, Van Zaeckstr. 41, 's-Gravenhage. Ir H. van Riessen, Deurlostraat 127 I, Amsterdam. M. Ruppert, H. de Keyserstraat 43, Utrecht.

C. Smeenk, Huygenslaan 75, Arnhem.

A. Stapelkamp, Pieter Saenredamstraat 5, Utrecht.

l. Wilschut, Heemraadssingel 193, Rotterdam. Secretaris: R. Gosker, Veurselaan 108; Voorburg.

COMMISSIE BUITENLANDSE POLITIEK Voorzitter: J. Schouten, Henegouwedaan 55b,

Rotterdam-Centrum.

Prof. Mr A. Anema, Florapark 10, Haarlem.

Dr J. A. H. J. S. Bruins Slot, Merellaan 32, Aerdenhout. Prof. Mr A. M. Donner, Paulus Potterstraat 20,

Amster-dam-Zuid.

Dr J. J. C. van Dijk, Van Dorpstraat 6, Scheveningen. Dr L. W. G. Scholten, J. W. Frisostraat 30, Utrecht. Mr J. R. Stellinga, Laan van Oostenburg 20, Voorburg. Mr Dr E. P. Verkerk, Zijde 39, Boskqop.

COMMISSIE VOOR INDISCHE AANGELEGENHEDEN Voorzitter Dr A. A. L. Rutgers, Raadhuislaan 10,

Was-senaar.

(16)

Dr K. Boeyinga, Statenlaan 112, 's-Gravenhage. Dr J. J. C. van Dijk, Van Dorpstraat 6, Scheveningen. Mr T. A. van Dijken, Plein 18a, 's-Gravenhage.

H. J. W. A. Meijerink, Huygenslaan 10, Arnhem. CO~IMISSIE

REORGANISATIE ANTIREVOLUTIONAIRE PARTIJ Voorzitter: Mr J. A. de Wilde, Koninginnelaan 9.6 à,

's-Gra-venhage. •

Mr J. Algera, Engelumerstraat 14, Leeuwarden. Mr G. van Baren, Nieuwe Plantage 42, Delft.

J. J. G. Boot, burgemeester, Ter Bergseweg, Silvolde. N. van der Brugge, Robbemastraat 124, Middelharnis. Mr Eling Visser, Hazegrietje 31, Arnhem.

Mr J. J. Hangelbroek, Fuutlaan 9, 's-Gravenhage. A. Kuiper, Adriaen v. Ostadelaan 20a, Utrecht. · A. R. de Kwaadsteniet, Spoorsingel 51b, Rotterdam. Mr A. B. Roosjen, Zach. Jansestraat 21, Amsterdam. E. van Ruller, Beatrixstraat 7, Barendrecht.

Dr L. W. G. Scholten, J. W. Frisostraat 30, Utrecht. J. Smallenbroek, Parkstraat 14, Assen.

C. Smeenk, Huygenslaan 75, Arnhem.

A. Warnaar Jzn, burgemeester, Hazerswoude. Secretaris: R. Gosker, Veurselaan 108, Voorburg.

ANTIREVOLUTIONAIRE LEDEN

VAN DE EERSTE KAMER DER STATEN-GENERAAL Algra, H., lid sedert 23 Juli 1946, Huizumerlaan 30,

Leeuwarden.

Geb. 5 Januari 1896. - Werd opgeleid voor onder-wijzer en studeerde aan de Rijksuniversiteit te Gro-ningen. - Was leraar in de Nederlandse Taal en Letterkunde en in de Geschiedenis aan het Gerefor-meerd gymnasium te Leeuwarden. - Is hoofdredac-teur van het Friesch Dagblad.

Anema, Prof. Mr A., lid sedert 20 September 1921, Flora-park 10, Haarlem.

(17)

jour-nalist, raadsheer-plaatsvervanger in het Gerechtshof te Amsterdam en van 1904-1945 hoogleraar aan de Vrije Uni"ersiteit. - Is rustend lid van de Konink-lijke Akademie van Wetenschappen en lid van het Permanente Hof van Arbitrage. - Is ridder in de orde van den Nederlandsehen Leeuw, commandeur in de orde· van Oranje-Nassau.

(Voorzitter van· de fractie.)

Bieuwenga, Wzn" A. W., lid sedert 7 November 1946, "Voorwerk", Garsthuizen C 89.

Geb. 28 April 1903. - Behaalde het Mulodiploma en het diploma van de LandbouwwinterschooL - Is van beroep landbouwer. - Is waarnemend voorzitter van de Hoofdafdeling Sociale Zaken van de Stichting van den Landbouw, hoofdbestuurslid van den Christelijken Boeren- en Tuindersbond, Voorzitter van de afdelin-gen voor Groninafdelin-gen van dezen Bond en van de Stich-ting van den Landbouw, en is voorts lid van verschil-lende organisaties op landbouwgebied. Ook lid van het Provinciaal Comité in Groningen.

Hommes, J., lid sedert 4 Juni 1947, Nieuwdorp (Z.). Geb. 29 Augustus 1897. - Bezocht de Christelijke Kweekschool te Groningen.- Onderwijzer te Scheem-da van Mei 1916-Augustus 1917. Militaire dienst tot Mei 1919. - Daarna werkzaam in de Journalistiek. - Sinds 1931 wethouder der gemeente 's-Heer Arendskerke. In 1946 lid Provinciale Staten van Zeeland. -Is secretaris van de Statencentrale Goes en lid van het Provinciaal Comité in Zeeland. - Bekleedt voorts verschillende functies in het schoolleven.

Rip, Mr W., lid sedert 23 Juli 1946, Paradijsstraat 36, Voorburg.

Geb. 13 November 1903. - Bezocht de Christelijke Landbouwwinterschool te Hoofddorp en het Christe-lijk Lyceum te Haarlem. Studeerde aan de Vrije Uni-versiteit te Amsterdam, promoveerde in 1934.- Was gedurende de bezetting secretaris van de Grondkamer voor Zuid-Holland. - Is secretaris van den Christe-lijken Boeren- en Tuindersbond in Nederland en voor-zitter van den Bond van Christelijke Jonge Boeren-en Tuindersorganisaties in Nederland. - Is ridder in de orde van Oranje-Nassau.

(18)

Schipper, J., lid sedert 23 Juli 1946, Merwedekade 233, . Utrecht.

Geb. 3 Februari 1890. - Bezocht een lagere school met den Bijbel en ontwikkelde zich door zelfstudie. -Was werkzaam als typograaf in verschillende bedrij-ven, werd in 1917 bezoldigd secretaris va,n den Cbris-telijken Typografenbond, in 1932 secretaris van het Christelijk Nationaal Vakverbond. Werd in 1941 door de Duitsers ontslagen. Was gedurende den bezettings-tijd werkzaam voor de Synodale commissie der Ned. Herv. Kerk voor bijzondere kerkelijke gezinszorg. -Is sedert 7 Mei 1945 weder secretaris van het Chris-telijk Nationaal Vakverbond. Is ridder in de orde van Oranje-Nassau.

Woltjer, Prof. Dr R. H., lid sedert 2 November 1937, Oranje Nassaulaan 62, Amsterdam-Zuid.

Geb. 19 Juli 1878. -Bezocht het Gereformeerd gym-nasium te Amsterdam. - Studeerde in de klassieke letteren aan de gemeentelijke univ.ersiteit van Am-sterdam en aan de Vrije Univesiteit aldaar. - Is sedert 1904 hoogleraar aan de Vrije Universiteit te Amsterdam (Grieks, Griekse Geschiedenis, antiqui-teiten, palaeografie). Is voorzitter van den Onder-wijsraad. Is ridder in de orde van den N ederlandschen Leeuw.

ANTIREVOLpTIONAIRE LEDEN

VAN DE TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL Algera, Mr J., lid sedert 21 September 1937,

Engelurner-straat 14, Leeuwarden. - Geb. 28 Maart 1902. -Bezocht de Christelijke H.B.S. met 5-j. cursus te Leeuwarden, deed Staatsexamen B, toelating univer-siteit, studeerde in de rechtswetenschap aan de Rijks-universiteit te Groningen.- Was ambtenaar ter Pro-vinciale Griffie van Friesland en aan de ProPro-vinciale Bibliotheek van Friesland. Was van 1935-1945 lid van den gemeenteraad van Leeuwarden, van 1945--'46 waarnemend burgemeester van Leeuwarden, in 1945 lid van de Nationale Adviescommissie. - Is lid van Gedeputeerde Staten van Friesland. Is reserve-offi-cier n.a. der veldartillerie.

(19)

Be-zocht het Marnix gymnasium te Rotterdam. Studeerde aan de Vrije Universiteit te Amsterdam in de rechtswetenschappen. Was burgemeester van Adorp. -Is hoofdredacteur van "Trouw".

Fokkema J., lid sedert 4 Juni 1946, Nieuwe Plantage 47, Delft. - Geh. 1 Februari 1893. - Bezocht een H.B.S. met 5-jarigen cursus, deed staatsexamen toelating universiteit, studeerde aan de Rijksuniversiteit te Utrecht. -Was ambtenaar bij den Raad van Arbeid te Sneek en te Goes. Was predikant der Ned. Her-vormde Kerk te Sprang (1930-1932) te Amstelveen 1932-1937) en te Delft (1937-1946).

Heuvel, Chr. van den, lid sedert 12 October 1922, Witte-singel 68, Leiden. - Geh. 12 Februari 1887. - Ont-ving lager onderwijs en landbouwonderwijs. - Was landbouwer. Was lid van den gemeenteraad van Haar-lemmermeer (1914--1926) en van dien van Heemstede

(1931-1935). - Is voorzitter van den Christelijken Boeren- en Tuindersbond, directeur-hoofdredacteur van de Nieuwe Meerbode. Is Raad van de Pachtkamer van het Gerechtshof te Arnhem. Is ridder in de orde van den Nederlandsehen Leeuw.

Meijerink, H. J. W. A., lid sedert 8 Juni 1937, Huyghens-laan 10, Arnhem. Geh. 5 Maart 1884 - Bezocht de Christelijke Kweekschool te Doetinchem. Behaalde de hoofdakte en de akten Frans en Duits middel-baar onderwijs. - Was directeur van de Christelijke Hollands-Inlandse Kweekschool te Soerakarta. Roosjen, Mr A. B., lid sedert 8 Juni 1937, Zach.

Janse-straat 21, Amsterdam-Oost. - Geh. 13 September 1894.- Werd voor onderwijzer opgeleid op den Klok-kenberg te Nijmegen. Bezit qe hoofdakte en de akten Frans L.O. en M.O., staathuishoudkunde M.O. Stu-deerde in de rechtswetenschap aan de Vrije Univer-siteit. - I s op wachtgeld gesteld als leraar aan dE. Hervormde Kweekschool te Amsterdam.

(20)

van Zuid-Holland. Was directeur van de N.V. Rotterdamse Boaz-Bank. Is lid van het college van Rijksbemiddelaars, vice-voorzitter :van de Centrale Commissie voor de Statistiek, directeur van de Vereniging voor Hoger Onderwijs op Gereformeer-den grondslag (Vrije Universiteit), voorzitter van het Centraal Comité van Antirevolutionaire

kiesverenigin-gen. - I s ridder in de orde van den Nederlandsehen Leeuw. (V:oorzitter van de fractie).

Smeenk, C., lid sedert 17 September 1918. Huygenslaan 7J5,

Arnhem. Geh. 10 December 1880. - Bezocht de lagere school- Was kantoorbediende, daarna journalist, re-dacteur van de Rotterdammer, hoofdrere-dacteur van De Vrije Westfries en van het Arnhemse Dagblad, lid van de hoofdredactie van De Standaard. Was wethou-der van Arnhem en lid van de Provin'ciale Staten van Gelderland. - Is voorzitter en redacteur van "Patri-monium" en medewerker van andere bladen. Is lid van den gemeenteraad van Arnhem en lid van het College van toezicht, bedoeld in artikel 120 der Ziektewet. Is ridder in de orde van den N ederlandschen Leeuw en in die van Oranje-Nassau.

Stapelkamp, A., lid sedert 4 Juni 1946, Pieter Saenredam-straat 5, Utrecht. Geh. 27 Februari 1886. - Bezocht de lagere school en ontwikkelde zich door zelfstudie. - Was fabrieksarbeider, daarna secretaris van den Christelijken Fabrieks- en Transportarbeidersbond, ·secretaris van het Christelijk Nationaal Vakverbond in Nederland. Was lid van de Eerste Kamer. - Was voorzitter van het Christelijk Nationaal Vakverbond in Nederland. Is ridder in de orde van Oranje-Nassau; eveneens in de orde van den Nederlandsehen Leeuw. Terpstra, Mr J., lid sedert 9 Mei 1933, Sweelinckplein 72,

's-Gravenhage,- Geh. 8 Juni 1888.- Werd eerst op-geleid tot onderwijzer en was als zodanig gedurende vijf jaar werkzaam. Studeerde aan de Vrije Universi-teit te Amsterdam, waar hij in 1918 promoveerde. -"-Was secretaris van de Unie "Een School met den Bijbel" en van den Schoolraad voor de scholen met den Bijbel, directeur van den Bond van verenigingen voor christelijk middelbaar en voorbereidend hoger onder-wijs. Was minister van Onderwijs, Kunsten en Weten-schappen (1929-1933). - I s advocaat. Is ridder in de ·

18

(21)

orde van den Nederlandsehen Leeuw. (Secretaris van de fractie) .

Verkerk, Mr Dr E.P., lid sedert 4 Juni 1946, Zijde 39, Bos-koop. - Geb. 25 Juli 1899. - Bezocht het stedelijk gymnasium te Utrecht en studeerde in de rechtsweten-schappen aan de Rijksuniversiteit aldaar. Promoveerde aan de Vrije Universiteit te Amsterdam. -Was bur-gemeester van Hedel en Kerkwijk. - Is burgemeester van Boskoop, lid van de Provinciale Staten van Zuid-Holland.

Wilde, Mr J. A. de, lid van 17 September 1918-26 Mei 1933, van 8 Juni 1937-25 Juni 1937 en sedert 19 September 1939, Koninginnegracht 96D te 's-Gravenhage. - Geb. 7 Januari 1879.- Bezocht het gymnasium te 's-Gra-venhage, studeerde in de klassieke letteren aan de Vrije Universiteit. Na het candidaatsexamen te hebben afgelegd, wijdde hij zich aan de juridische studie en promoveerde in 1905 aan de gemeentelijke universiteit van Amsterdam.- Was advocaat en procureur, wet-houder van 's-Gravenhage (1919-1931) Minister van Binnenlandse Zaken (1933-1937), Minister van Fi-nanciën (1937-1939). Is ridder in de orde van den Nederlandsehen Leeuw en groot-officier in de orde van Oranje-Nassau.

Zaal, C. van der, lid sedert 9 Mei 1933, Ulrum. - Geb. 11 April 1893. - Bezocht de Theologische School der Christelijk Gereformeerde Kerk in Nederland.- Was predikant te Deventer. Daarna geestelijk verzorger der tewerkgestelden in Rijkswerkverschaffing.

ANTffiEVOLUTIONAIRE LEDEN DER PROVINCIALE STATEN.

Groningen. J. Abels, Groningen.

J. Brouwer Bzn., Musselkanaal.

D. H. R. Harrenstein, Spijk. (lid Gedeputeerde Staten)· P. ten Have, Scheemda.

D. van der Munnik, Grootegast. U. Postma, Pieterzijl.

(22)

Friesland. S. van Abbema, Lollum.

Mr J. Algera, Leeuwarden. (lid Gedeputeerde Staten) P. Brouwer, Dokkum.

J. Douwstra, Drachten. D. Elzinga, Roodkerk.

Mr A.W. Haan, Sneek. (lid Gedeputeerde Staten) W. W. van der Kam, Heerenveen.

Mr D. Okma, Leeuwarden. P. Reitsma, Oudwoude. A. Runia, Leeuwarden. T. Wever, Franeker. A. Wind, Oosterzee. Drenthe. J. Bork, Hoogeveen.

Th. Brouwer, Assen. J. Buning, Assen.

H. Dekker Wzn, Hoogeveen.

J. Oosterhuis, Wittelte (Gem. Diever). J. Roffel, Tweede Exloërmond.

J. Smallenbroek, Assen. (lid Gedeputeerde Staten) Overijssel. J. Haverkamp, Kampen. (lid Gedeputeerde Staten) W. Hento, Mariënberg (Gem. Hardenberg). Wb. de Jager, Gramsbergen.

P. Oosthoek, Rijssen. A. Sein, Enschede.

J. van Westenbrugge, Zwolle. Gelderland. J. J. G. Boot, Silvolde.

A. van de Graft, Weil (Gem. Ammerzoden) P.M. Oostlander, Apeldoorn.

A. Roerdink, Neede.

Mr Eling-Visser, Arnhem. E. Zandbergen, Voorth~1izen.

H. J. Zandbergen, Nijkerk.

Utrecht. Mr G. A. Diepenhorst, Zeist, (lid Gedeputeerde Staten) J. H. van Erven, Utrecht.

20

J. H. van Lonkhuijzen, Amersfoort (Buitenge-woon lid van Gedeputeerde Staten) C. L. Schreuders, Benschop. · A. Stapelkamp, Utrecht.

(23)

Noord-Holland. G. Baas Knz, Amsterdam. Mr A Bruch, Haarlem. G. H. Hoijtink, Alkmaar. C. C. P. Inwersen, Amsterdam. J. de Jong Czn, Hilversum. F. P. Vermeulen, Velsen. Mr M. van Vugt, Amsterdam.

Zuid-Holland. K. Aantjes, Bleskensgraaf.

Jhr. Mr J. M.M. van Asch van Wijck, 's-Graven-hage. Mr G. van Baren; Delft.

N. van der Brugge, Middelharnis.

J. A. J. Jansen Manenschijn, Zwijndrecht. (lid Gedeputeerde Staten) Mr Dr P. G. Knibbe, Leiden.

A. R. de Kwaadsteniet, Rotterdam.

Dr F. L. van Muiswinkel, 's-Gravenhage. Dr J. W. Noteboom, 's-Gravenhage. E. A. Polet, Gouda.

E. van Ruller, Barendrecht. K. Verhoeven, J. Lzn, Voorburg. Mr Dr E.P. Verkerk, Boskoop. J. Wilschut, Rotterdam.

Zeeland. W. A. den Boggende, Axel. J. J. van den Ende, Zierikzee.

J. Hommes, Nieuwdorp (Gem. 's-Heer Arends-kerke) P. Meliefste, Middelburg.

D. Metselaar, Wissenkerke.

A. Schout, Vlissingen. (lid Gedeputeerde Staten)

Noord-Brabant. Dr K. Hartsuijker, Bergen op Zoom.

A. D. van der Schans, Andel. Limburg.

DOCTOR ABRAHAM KUYPERSTICHTING

Gevestigd te 's-Gravenhage, Dr Kuyperstraat 5. Telefoon 115937. Giro 51385.

De Doctor Abraham Kuyperstichting werd bij akte d.d. 20 April 1921 opgericht.

(24)

door wetenschappelijken arbeid te verdiepen, de doorwer-king en toepassing dier beginselen op het gebied van het staatkundig en maatschappelijk leven te bevorderen en den invloed dier beginselen onder de Antirevolutionairen in Nederlan'd in het bijzonder en op het gehele Nederlandse Volk in het algemeen te doen toenemen.

Zij tracht dit doel te bereiken door:

a. het inrichten en onderhouden van een centraal bureau met bibliotheek en leeszaal, teneinde studie te maken van en, desgevraagd of eige_ner beweging, voorlichting te verschaffen omtrent de betekenis der Antirevolu-tionaire beginselen en de taak der AntirevoluAntirevolu-tionaire Partij;

b. het openen van de gelegenheid voor daartoe geschikte wetenschappelijke personen, om zich te wijden aan de historische en wijsgerige bestudering en verklaring der Antirevolutionaire beginselen;

c. het verspreiden van geschriften;

d. alle verdere wettige middelen, waardoor dit doel kan worden bereikt.

De Raad van Beheer der Kuyperstichting bestaat uit: a. een voorzitter en een penningmeester, door de

Depu-tatenvergadering der A.R. Partij gekozen uit door het Centraal Comité gestelde dubbeltallen. Than':l zijn dit

resp. de heren J. Schouten en D r J. J

1 C. van

Dijk.

h. vijf leden, aangewezen door het Centraal Comité. Thans zijn dit de heren D s S. v a n d e r M o I e n, D r A. A. L. Rut ge r s, P r of. D r J. S ever ij n en M r J. T e r p s t r a. Eén lid moet nog worden aangewezen. c. één lid per Kamerkieskring.

22

Thans zijn dit de heren C. G. de Jong (Kieskring I), C. A. v a n D r i m m e I e n (Kieskring II), J h r J. B e e I a e r t s v a n B I o k I a n d (Kieskring III), H. van Willigen (Kieskring IV), A. Re y ers (Kies-kring V), J. van An de I (Kies(Kies-kring VI), M r P. E. B r i ë t* (Kieskring VII), J. A. J. Jansen Manen-s c h ij n (KieManen-skring VIII) , M r A. B. R o o s j e n *

(25)

(Kies-kring XIII), B. A n e m a (Kieskring XIV), J. T h. Go ver t s (Kieskring XV), H. R. J. v. d. Veen

(Kieskring XVI), J. Sm a 11 en broek (Kieskring XVII) en R. K n o o p (Kieskring XVIII).

Het Dagelijks Bestuur bestaat uit voorzitter en penning-meester en vijf andere door en uit den Raad van Beheer gekozen leden. De namen der huidige leden zijn hierboven met een sterretje gemerkt.

Secretaris der Kuyperstichting is thans M r J. Terp-st ra, Sweelinckplein 72, 's-Gravenhage.

Aan het hoofd van het centraal bureau staat een directeur, sinds 1 October 1946 is dit M r K. G r o e n.

Als bibliothecarissen zijn thans aan de Kuyperstichting verbonden Dr D. L a n g e d ij k en M. C. S m i t, litt. drs. Behoudens op Zon- en christelijke en nationale feestdagen zijri centraal bureau en bibliotheek geopend van 9 tot half 1 en van 2 tot 5 uur, des Zaterdags van 9 tot half 1.

Bepalingen inzake het uitlenen van lectuur

1. De uitlening geschiedt, behoudens de kosten van ver-zending, gratis.

2. Geen lectuur wordt uitgeleend voor een termijn langer dan twee weken, tenzij deze termijn uitdrukkelijk wordt verlengd.

3. De bruikiener verplicht zich het geleende op eerste aanvraag onmiddellijk vrachtvrij, goed verpakt en in ongeschonden staat aari den bibliothecaris terug te bezorgen. De kosten voor toezending komen voor reke-ning van den bruikiener en moeten tegelijk met de terugzending der lectuur worden vergoed.

4. De bruikiener is gedurende den tijd, dat de lectuur onder zijn berusting is, aansprakelijk voor alle schade, welke er aan wordt toegebracht. Bij niet-nakoming dezer verplichting is hij gehouden de kosten van n'ieuwe aanschaffing te dragen.

(26)

Abonnements-prijs

f

4. 75 per jaar. Abonnementen moeten worden opge-geven bij de uitgeefster.

Het orgaan is onmisbaar voor raadsleden, bestuursleden van kiesverenigingen en andere leidinggevende en mee-levende Antirevolutionairen. In elk nummer wordt een adviezenrubriek opgenomen.

Voor de exploitatie der Kuyperstichting is in de jaren 1921/22 rond een millioen bijeengebracht. Tijdens de be-zetting werd een deel van dit kapitaal geroofd; een tweéde millioenplan bedoelt het weer aan te vullen. Ten aanzien van de belegging van het kapitaal gelden de volgende alge-mene regelen:

ten hoogste 40 % kan worden belegd in leningen ten be-hoeve van de voor den bouw van· Christelijke scholen te storten waarborgsommen, ten hoogste 20 % kan worden belegd in solide hypotheken, ten hoogste 20

'ïo

wordt be-schikbaar gehouden voor algemeen Christelijke doeleinden, en het restant wordt belegd in courante en solide fondsen of op andere wijze.

Voor het uitlenen van als waarborgsom te storten bedra-gen aan Christelijke scholen gelden bijzondere regelen. De lokaliteiten der stichting kunnen voor vergaderingen en conferenties ter beschikkin'g worden gesteld van organen der Antirevolutionaire Partij en van bepaalde met haar gelieerde ~rganisaties en personen, alsmede van vereni-gingen, lichamen, commissies e.d., voor vergaderingen ter bevordering van belangen op den grondslag der Christe-lijke levens- en wereldbeschouwing, mits noch deze ver-gaderingen noch de daar te bevorderen belangen een ker-kelijk karakter dragen.

Aanvragen richte men tot den directeur. Aan sommige kategorieën geschiedt de beschikbaarstelling kosteloos, voor Kamer- en Statenkieskringen, kiesverenigingen, A.R. Jeugdclubs e.d. bedraagt de vergoeding van Mei tot en met September

f

2.50 en van October tot en met April

f

3.- per morgen- of middagzitting, uitgezonderd des Zaterdagsmiddags, en

f

5.- resp.

f

6.- per avondzitting en per zitting op Zaterdagmiddag.

Voor de hiervoren het laatst genoemde kategorie worden deze bedragen resp. verhoogd tot

f

3.50,

f

4.-,

f

7.-en

f

8.-.

(27)

mogelijk na inwilliging ener desbetreffende schriftelijke aanvrage.

VERBAND VAN VERENIGINGEN VAN ANTI-REVOLUTIONAIRE GEMEENTE- EN

PROVINCIE-BESTUURDERS

Dit Verband is het overkoepelend orgaan van verenigingen van a.r. gemeente- en provincie-bestuurders, n.l. provin-ciale ve:r:enigingen van a.r. gemeente- en provincie-bestuur-ders, alsmede de Vereniging van Burgemeesters, Wet-houders en Gemeentesecretarissen "Groen van Prinsterer". Het Verband is gevestigd te 's-Gravenhage. Het secreta-riaat wordt waargenomen door Mr K. Groen, Dr Kuyper-straat 5, 's-Gravenhage.

De aangesloten verenigingen blijven intern geheel zelf-standig. Aanmelding voor het lidmaatschap moet bij haar plaatsvinden.

Adressen der aangesloten verenigingen:

Vereniging "Groen van Prinsterer": J. C. Haspels, Burgemeester van Enkhuizen.

Provinciale Verenigingep:

GRONINGEN: D. Triezenberg, Wethouder te Stedum. FRIESLAND: D. Stallinga, Marrum, Wester Nijkerk. DRENTE: J. Bunin'g, Kruisstraat 25, Assen.

OVERIJSSEL: H. M. Oldenhof, Burgemeester van Kampen GELDERLAND: C. Smeenk, Huygenslaan 75, Arnhem. UTRECHT: Mr G. A. Diepenhorst, Wilhelminalaan 4c.

Zeist. NOORD-HOLLAND: G. Baas Kzn, Van Eeghenstraat 155, Amsterdam. ZUID-HOLLAND: J. A. J. Jansen Manenschijn,

Zwijndrecht. ZEELAND: H. U. Bouman, Burgemeester van Grijpskerke. NOORD-BRABANT/LIMBURG: D. A.v. d. Schans,

(28)

Afgevaardigd door de Provincie :

Groningen: B. Ham, Beneden Westerdiep 85a, Veendam.

Friesland: K. J. de Jong, Lijsterstraat 80, Leeuwarden.

Drente: H. D. van Wijk, Emmastraat 39, Assen.

Overijssel: L. L. Blok, Stationsweg E 129, Vroomshoop. Gelderland: A. Wildeman, Corleseweg 212, Winterswijk. Utrecht: L. W. H. de Geus, Raadhuisstraat 18, Linschoten.

Noord-Holland: Mr R. K. P. Kalbfleisch,

Wilhelmina-park 17, Haarl~m.

Zuid-Holland: H. A. Diepenhorst, Schenkeldijk, Strijen.

Noord-Brabant: D. Kuyper, Nic. Beetsstraat 13, Eind-hoven. Zeeland: J. Huyssen, Axelsestraat 198, Terneuzen.

Gedelegeerden van het Centraal Comité ingevolge art. 45 lid 3 van de Statuten van de Partij.

J. Smallenbroek, Parkstraat 14, Assen. Mr Dr E. P. Verkerk, Zijde 39, Boskoop.

Moderamen van het Bestuur der Nationale Organisatie. Voorzitter: E. van Ruller, Beatrixstraat 7, Barendrecht. Tweede-voorzitter: L. W. H. de Geus, Raadhuisstraat 18, Linschoten. Secretaris: H. D. W. Boven, Kanaalweg 7, Delft.

Penningmeester: B. Ham, Beneden Westerdiep 85 a,

Veendam. Secretariaat.

Het Secretariaat is gevestigd te 's-Gravenhage, Dr Kuyper-straat 3. Telefoon: 115935. Giro: 89673.

(29)

STATUTEN

der georganiseerde Antirevolutionaire Partij, laatstelijk gewijzigd en vastgesteld in de Deputatenvergadering van 23 Januari 1946

Van het Partijverband en het Centraal Comité.

Artikel 1

Op de constituerende vergadering, te Utrecht den 3en April 1879 gehouden, is tussen de Antirevolutionaire kiesverenigingen in den lande, op den grondslag van het in art. 3 opgenomen Program van Beginselen, een onderling verband tot stand gekomen en dit verband vastgelegd in een centraal college, dat den naam draagt van het Centraal Comité van Antirevolutionaire Kiesvereni-gingen.

Artikel 2

Het aldus opgekomen verband rust op de gemeenschappelijke erkentenis van de staatkundige beginselen, die zijn neergelegd in het Program, dat ten dien einde in bovengemelde constitu-erende vergadering was aanvaard, wijziging in welk Pr.ogram alleen toelaatbaar is onder voorbehoud van de regelen in deze Statuten gesteld.

Artikel 3

Het Program van Beginselen in art. 1 bedoeld, luidt, na de daarin op 10 Januari 1934 aangebrachte wijzigingen, aldus:

Artikel I

De Antirevolutionaire of Christelijk-Historische richting verte-genwoordigt, voor zoveel ons land aangaat, den grondtoon van ons volkskarakter, gelijk dit, door Oranje geleid, onder invloed der Hervorming, omstreeks 1572, zijn stempel ontving: en wenst dit, overeenkomstig den gewijzigden volkstoestand, in een vorm, die aan de behoeften van onzen tijd voldoet, te ontwikkelen.

Artikel II

(30)

in den Nederlandsen Staat tot ontwikkeling gebracht; en door de grondwet als zodanig bevestigd.

Artikel III

Ook op staatkundig terrein belijdt zij de eeuwige beginselen die ons in Gods Woord geopenbaard zijn; zó evenwel, dat het Staats-gezag ten onzent noch rechtstreeks, gelijk in Israël, noch door de uitspraak van enige · Kerk, maar in de consciëntie beide van Overheicts en onderdaan aan de ordinantiën Gods gebonden zij.

Artikel IV

De Ovet"heid, zo leert ze, is als dienaresse Gods gehouden tot verheerlijking van Gods Naam en behoort diensvolgens a. uit bestuur en wetgeving alles te verwijderen wat den vrijen invloed van het Evangelie op ons volksleven belemmert; b. alle kerken of godsdienstige verenigingen en voorts alle burgers, onverschil-lig welke hun belijdenis aangaande de eeuwige dingen zij, te behandelen op voet van gelijkheid; c. zich te onthouden van maatregelen, die ertoe kunnen leiden, dat steun warde verleend aan wat zich opzettelijk kant tegen de openbare orde en de goede zeden; d. zichzelve, als daartoe in volstrekten zin onbe-voegd, te onthouden van elke rechtstreekse bemoeiïng met de godsdienstige ontwikkeling der natie; en e. in de consciëntie, voor zover die het vermoeden van achtbaarheid niet mist en haar uitspraak geen afbreuk doet aan de vervulling van de nood-zakelijke Overheidstaak, een grens te erkennen voor haar macht.

Artikel V

Zij belijdt, dat de Overheid regeert bij de gratie Gods, en, hieraan hare regeringsmacht ontlenende, het recht heeft, den eed te vragen, en, ter vrijlating van den dag des Heren, en alzo mede in 's volks belang, zelve zoveel doenlijk in al haar vertakkingen op dien dag behoort te rusten, de Zondagswet in gelijke richting behoort te herzien, en zo bijzonderlijk in haar arbeidswetgeving als in haar concessiën gehelen of gedeeltelijken stilstand van zaken voor dien dag heeft te bedingen.

Artikel VI

Op zichzelf geen enkelen staatsvorm den enig bruikbaren keu-rende, erkent zij het aan de grondwet gebonden koningschap, gelijk zich dit ten onzent geleidelijk uit de Republiek der 16e eeuw heeft ontwikkeld, als den voor ons meest geschikten rege-ringsvorm.

Artikel VII

(31)

onze staatsinstellingen naar eis der Antirevolutionaire of Chris-telijk-Historische beginselen te geraken.

Artikel VIII

Zij verlangt daartoe bevestiging van den rechtmatigen volksin-vloed, die, krachtens den zedelijken band tussen kiezers en ge-kozenen, door de Staten-Generaal, naar eis van onze historie, op het staatsgezag wordt uitgeoefend.

Artikel IX

Zal het volk, zowel in zijn politieke geestesstromingen als naar zijn maatschappelijk leven in zijn verschillende openbaringen den invloed op het Staatsbeleid kunnen oefenen, die het van rechtswege toekomt, dan zal voor beide naar afzonderlijke wijze van vertegenwoordiging gestreefd moeten worden met toepas-sing van kiesrecht, dat een organisch karakter behoort te dragen. De politieke vertegenwoordiging kome tot stand door middel van een kiesrecht uit te oefenen door gezinshoofden en daarmede ge-lijk te stellen personen: de maatschappege-lijke door de medewerking . van allen, die, in of buiten gezinsverband levend, zelfstandig werkzaam zijn in ambt, bediening of waardigheid of zich in enig beroep of bedrijf verbonden hebben. Stemdwang (opkomst-plicht bij de stembus) wordt door de partij verworpen.

Artikel X

Zij wil, dat de gewestelijke en gemeentelijke autonomie, voor zover deze niet strijdt met de eisen der staatseenheid en de rechten van de enkele personen niet onbeschermd laat, door de centralisatie meer tot haar recht kome.

Artikel XI

Het verwerpen van begrotingen, om redenen, buiten de begro-tingen gelegen, keurt ze, tenzij in zeer buitengewone omstan-digheden, als machtsoverschrijding af.

Artikel XII

Zij wenst, dat bij het financieel beheer van den Staat de ver-houding tussen Overheid en burgers niet die van verdrag, maar een zedelijk organische zij, en dat het evenwicht tussen ont-vangsten en uitgaven geregeld worde, niet door nodeloos druk-kende vermeerdering van de lasten der natie, noch door bezui-niging op het nodige, maar door beperking van staatsbemoeiïng, leidende tot krachtige ontplooiïng van het particulier initiatief. Zij wil, dat enerzijds de talrijkheid van het gezin en anderzijds het kleinere inkomen zoveel doenlijk ontzien, en het al te kleine geheel van directe baten vrijgesteld worde.

(32)

noodzakelijkheid van indirecte belastingen, waaronder fiscale invoerrechten zijn begrepen.

Artikel XIII

Zij wil, dat de Staat (voor zover ontstentenis van veerkracht bij de burgerij hiertoe niet noodzaakt) het beginsel late varen, alsof de Overheid geroepen zou zijn, om van harentwege onder-wijs te doen geven; voorkome dat de overheidsschool, voor zover nodig, tot propaganda van godsdienstige of tegen den godsdienst gekeerde begrippen misbruikt worde; en alzo aan alle burgers, onverschillig welke hunne godsdienstige of opvoedkundige ziens-wijze zij, in zake het onderwijs gelijke rechten gunne. Haar devies blijft, dat de Vrije School regel moet zijn, en dat de Openbare School niet anders mag zijn dan aanvulling.

Voorts behoort het beginsel van vrijheid ook bij het Middelbaar-en Hoger Onderwijs tot verdere ontwikkeling te komMiddelbaar-en.

Artikel XIV

Van den Souverein wil zij, dat door een onafhankelijke recht-spraak, die onder ieders bereik valle en in verband sta met het zedelijk rechtsbesef der natie, volgens wetten, die op de eeuwige rechtsbeginselen rusten, ten le beslissing uitga voor alle geschillen van partijen, zowel van burgerrechtelijken als van administratieven aard; ten 2e vonnis kome tegen een iegelijk, die zich vergrijpt aan de gemene orde der dingen; en ten 3e dat voltrekking van straf aan den gevonniste volge, niet slechts om de maatschappij te beschermen of den overtreder te beteren, maar allereerst tot herstel van de geschonden gerechtigdheid. Desnoods door de doodstraf waartoe het recht in beginsel aan de Overheid toekomt.

Artikel XV

Op de Overheid, zo oordeelt ze, rust de plicht om te waken voor de publieke eerbaarheid op den weg en in publieke plaat-sen; de gelegenheid tot het gebruik van sterken drank te be-perken; den uitstal te verbieden van onzedelijke boek-, plaat-of prentwerken; verleiding van minderjarigen tot OI)zedelijke daden strafbaar te stellen; en met de hoererij op generlei wijze, noch preventief, noch beschermend, en derhalve anders dan werend, in aanraking te treden. Met dien verstande echter, dat ze zich bij eiken maatregel, die uit deze verplichting voortvloeit, stiptelijk verre ho11de van wat tot het terrein des huiselïjken levens behoort. Ook maatregelen tegen het voortwoekeren van het Neo-Malthusianisme verdienen, mits onder dit beding, aan-beveling.

(33)

Artikel XVI

In het belang der openbare gezondheid acht ze, dat de Overheid te waken heeft tegen vervalsing van levensmiddelen; tegen ver-ontreiniging van den publieken weg en tegen vergiftiging van den dampkring of het water; zorg heeft te dragen voor zinde-lijkheid in haar eigen huishouding; zich houde aan de eerbare begrafenis der lijken; en voorts bij het zich vertonen van besmet-telijke ziekten (behoudens de vrije beschikking van een iegelijk over zijn eigen lichaam en zijn eigen consciëntie) al zulke maat-regelen heeft te nemen, als strekken kunnen en onmisbaar zijn om te voorkomen, dat iemand, onwillens en onwetens, met de smetstof dezer ziekten in ene voor hem gevaarlijke aanraking zou treden, of, werd hij zelf besmet, zijn smetstof op anderen zou overbrengen.

Artikel XVII

Verwerpende de leer van den klassenstrijd, erkent zij de nood-zakelijkheid, om ook door middel van onze wetgeving er toe mede te werken, dat de verhouding tussen de verschillende maat-schappelijke standen zoveel doenlijk beantwoorde aan de be-ginselen van Gods Woord.

Eis daartoe is het, dat hetgeen maatschappelijk zwakker is, beschermd en gesterkt worde, en dat, voorzover het particulier initiatief der bevolking door veler te laag inkomen nog niet ge-noegzaam tot zelfverweer in staat is, de Overheid die zwakkeren met haar schild dekke, en degelijker krachtontplooiïng tot bij de laagst staande klasse der maatschappij rnagelijlt make. Van armenzorg in engeren zin onthoude de Overheid zich. Alleen voorzover de particuliere en kerkelijke liefdadigheid te kort mocht schieten, kan ze hiertoe moeten overgaan.

Artikel XVIII

Voor de betrekkingen met de andere naties leert zij, dat ook deze beheerst worden door de ordinantiën, die God over de volken gesteld heeft; dat mitsdien, met ongerepte handhaving der eigen nationale zelfstandigheid, krachtig is mede te werken aan de ontwikkeling van het recht der statengemeenschap en daardoor aan de vreedzame oplossing van geschillen tussen de volken, zomede aan wering, desnoods met de sterke hand, van alle onrechtmatig geweld en aan den opbouw van een samen-leving en samenwerking der naties, die aan recht en gerechtig-. heid beantwoordt en de geestelijke en stoffelijke belangen der volkeren bevordert.

Artikel XIX

Voor zoveel de handelsbetrekkingen tussen de landen betreft, spreekt zij zich uit voor een zo vrij mogelijk internationaal

(34)

verweer, dat de Nederlandse handelspolitiek zich naar dezen regel richte. Toepassing van het beginsel der wederkerigheid kan, onder bepaalde omstandigheden, aanbeveling verdienen.

Artikel XX

Kracht tot handhaving onzer nationale zelfstandigheid zoekt zij allereerst in de versterking van het nationale besef, onder meer door bevordering van de kennis onzer historie, en voorts in de instandhouding ener weermacht te land en ter zee, zo voor het moederland als voor de overzeese gewesten, die waar-borg biedt voor de handhaving van orde en rust binnenslands, die in staat stelt tot nakoming onzer internationale verplichtingen, en die, naarmate van ons vermogen, onrechtmatig buitenlands geweld kan wederstaan.

Van de Overheid verlangt zij voorts, dat met volle eerbiediging en ondersteuning van hetgeen tot de ambtelijke taak der kerken behoort, voorzien warde in de verzorging der geestelijke behoef-ten van hen, die tot de weermacht van het koninkrijk behoren, en dat tegen voortwoekering van zedelijke gevaren onder hen warde gewaakt.

Artikel XXI

Voor zoveel het koloniale vraagstuk aanbelangt, stelt zij den eis, dat onze staatkunde gedragen warde door het beginsel ener zedelijke roeping. Deze zedelijke roeping leide er steeds meer toe, dat zowe"l de economische als de sociale en politieke ver-houdingen in overeenstemming worden gebracht met de anti-revolutionaire of christelijk-historische beginselen.

De Regering richte haar actie op steeds deger verzorging der stoffelijke welvaart, op verbetering der sociale verhoudingen· en op de autonomische ontwikkeling der inlandse bevolking. Ter bevordering ener gezonde medewerking der ingezetenen aan het bestuur in wijderen kring en mede ter ontlasting van het centraal bewind, warde voorts niet slechts Java, maar allengs in geheel den Archipel tot krachtige bestuursdecentralisatie

over-gegaan.

Bij al dezen, arbeid warde er naar gestreefd aan de inlanders niet uit Europa een hun vreemde cultuur op te dringen, doch veeleer, mede door onzen steun, en binnen het algemeen Nederlandse staatsverband, hun eigen Aziatische geaardheid tot hoger ontplooi-ing te brengen.

De kerstening van Indië blijve roeping van het Christenvolk in Nederland, maar vinde, als óók uit staatkundig en maatschap-pelijk oogpunt van overwegend belang, bij de Regering tege-moetkoming, beide in het verlenen van volle vrijheid en in het geldelijk steunen van het onderwijs en van anderen socialen arbeid.

(35)

De bestrijding van roepende volkszonden worde met kracht voortgezet.

In de West-Indische koloniën worde ook bijzondere aandacht geschonken aan de verwerving van financiële zelfstandigheid bij de voorziening in de huishoudelijke behoeften, en aan de economische verheffing der bevolking. Aan het vrije onderwijs worde hier de voorrang gelaten.

Artikel XXII

Zij verklaart, dat noch voor het rijk in Europa, noch voor de Koloniën, door de Overheid ene staatskerk, van wat vorm of naam ook mag worden in stand gehouden of ingevoerd; dat het den Staat niet toekomt, zich met inwendige aangelegenheden der kerken in te laten; en dat, ter bevordering van een meer dan dusgenaamde scheiding tussen staat en kerk, de verplichting uit art. 172 der grondwet voor de Overheid voortvloeiende, na uit-betaling aan de rechthebbenden van het rechtens verschuldigde, dient te worden opgeheven.

Artikel XXIII

En ten slotte verklaart zij, dat ze om deze beginselen ingang te doen vinden, de zelfstandigheid van hare partij handhaaft; zich bij geen andere partij laat indelen; en slechts dan samen-werking met andere partijen aanvaardt, indien die door een vooraf wel omschreven accoord, met ongekrenkt behoud van hare onafhankelijkheid, kan worden verkregen.

Op ene Deputatenvergadering, vóór elke algemene verkiezing te houden, stelt zij het program en het accoord voor die ver-kiezing bij meerderheid van stemmen vast. Alle bij haar aan-gesloten kiesverenigingen zijn hierna tot de naleving van dit program en van dit accoord gehouden.

Artikel 4

Doel van het aldus gelegde verband is; ten eerste het stelsel-matig propageren van de Antirevolutionaire beginselen; ten tweede het doen kiezen van belijders van deze beginselen in de Staten-Generaal, de Provinciale Staten en de Gemeente-raden, en ten derde het tegengaan van elke uitsluiting uit ambten en bedieningen, voor zover die op de belijders van deze beginselen

ter oorzake van hun politiek credo, mocht worden toegepast. ·

Artikel 5

(36)

Artikel 6 Het Centraal Comité bestaat uit:

a. negen leden, te kiezen door· de Deputatenvergadering;

b. achttien leden, te kiezen door de

Kamerkieskringcen-trales.

Artikel 7

De leden van het Centraal Comité treden bij elke periodieke vernieuwing . van de Tweede Kamer af. Zij zijn terstond her-kiesbaar. De aftreding en het optreden der nieuwgekozen of herkozen leden heeft plaats met den dag, waarop de nieuwe Kamer bijeenkomt.

Artikel 8

In de keuze van den Eersten en Tweeden Voorzitter, die begrepen zijn onder de leden in art. 6 sub. a. vermeld, is de Deputaten-vergadering volkomen vrij. Noch door het Centraal Comité, noch door enig ander college of bestuur worden voor deze functies aanbevelingen of voordrachten voorgesteld.

Voor de keuze der zeven overige leden, bedoeld in art. 6 sub a. worden door het Centraal Comité aan de Deputatenvergadering alphabetische dubbeltallen aangeboden. De Deputatenvergade-ring is bevoegd bij haar keuze van deze dubbeltallen af te wijken met inachtneming intussen van het bepaalde in de vijfde alinea van dit artikel. Uit deze zeven leden worden door het Centraal Comité een secretaris en een penningmeester aangewezen, die met de beide voorzitters het moderamen vormen. De zeven personen op welke, na de zeven gekozenen, de hoogste aantallen stemmen zijn uitgebracht, worden als plaatsvervangers der gekozenen aangewezen. Zij treden in de volgorde van het door hen verkregen stemmental op als lid van het Centraal Comité ter vervulling van tijdens de zittingsperiode ontstane vacatures ten gevolge van het voor goed uittreden van een of meer der zeven in den aanhef van deze alinea vermelde leden.

(37)

ver-kregen stemmen, het hoogste getal stemmen bleek te zijn uitge-bracht. Diegenen, welke na den gekozene de hoogste aantallen stemmen op zich verenigden, kunnen als plaatsvervangers wor-den aangewezen teneinde als lid van het Centraal Comité op te treden, zodra het voor de Kamerkieskringcentrale zittend lid voor goed uitvalt dan wel door wettige redenen verhinderd is een vergadering van het Centraal Comité bij te wonen.

De besturen der Kamerkieskringcentrales dragen zorg, dat de uitslag dezer stemmingen is opgemaakt en aan het Bureau van het Centraal Comité ter kennis gebracht vóór d(m 3lsten Januari van het jaar, waarin de aftreding der zittende leden van het

Centraal Comité zal plaats hebben.

Onder de negen leden, bedoeld in art. 6 sub a, mogen ten hoog-ste zes leden der Staten-Generaal, waarvan ten hooghoog-ste 'vier leden der Tweede Kamer, zitting hebben. Voor de achttien plaatsen, door de Kamerkieskringcentrales te bezetten, zijn geen leden der Staten-Generaal verkiesbaar.

De Voorzitters der Clubs van Antirevolutionaire leden van de Eerste en Tweede Kamer der Staten-Generaal hebben van rechtswege met adviserende stem zitting in het Centraal Co-mité.

Bij benoeming tot Minister, hoofd van een departement van al-gemeen bestuur, treedt zodanig persoon af als lid van het Cen-traal Comité. Na zijn aftreden als Minister kan hij, gedurende de zittingsperiode, waarvoor hij oorspronkelijk als lid van het Centraal Comité gekozen was, worden uitgenodigd, de vergade-ringen van het Centraal Comité bij te wonen met recht van advies.

Artikel 9

Wanneer tussentijds de Eerste Voorzitter aan het Centraal Co-mité voorgoed ontvalt, treédt de Tweede Voorzitter tijdelijk als Tweede Voorzitter op en benoemt het Centraal Comité een tijdelijken onder-Voorzitter. Hetzelfde geschiedt bij tijdelijke ontstentenis van den Eersten Voorzitter wegens een benoeming tot Minister, hoofd van een der departementen van algemeen bestuur. Terstond na zijn aftreden als Minister herneemt hij zijn plaats als lid en Eerste Voorzitter van het Centraal Comité. De Tweede Voorzitter treedt in zijn vorige functie terug; de tijdelijke onder-Voorzitter treedt als zodanig af en tevens als lid van het Centraal Comité, indien hij tevoren geen zitting in

het college had. ·

Bij het ontstaan ener tussentijdse vacature van tweeden Voor-zitter wordt door het Centraal Comité voor die functie één zijner leden aangewezen.

Artikel 10

(38)

be-slist de leeftijd en is de oudste in jaren gekozen; staken de stemmen bij zakelijke aangelegenheden, dan wordt het voorstel van de agenda afgevoerd.

Artikel 11

Te zijnen dienste heeft het Centraal Comité een bezoldigd adjunct-secretaris, die tevens belast is met de leiding van het Bureau en de verzorging van het archief. Hem kan, desge-wenst, tijdelijk hulppersoneel worden toegevoegd.

VAN DE KIESVERENIGINGEN

Artikel 12

De aansluiting bij het Centraal Comité laat het beginsel der

autonomie van de plaatselijke kiesvereniging onaangetast. Artikel 13

Wanneer een kiesvereniging in het verband wenst opgenomen te worden, zendt zij haar reglement of statuten in bij het Bureau van het Centraal Comité. Bij de beoordeling hiervan door het Moderamen wordt hoofdzakelijk acht geslagen op de volgende punten:

a. of de kiesvereniging zich gesteld heeft op den

grond-slag van het van kracht zijnde Program van Beginselen van de Antirevolutionaire Partij;

b. of zij in haar reglement of statuten verklaart zich te zullen onderwerpen aan de besluiten der Deputaten-vergadering;

c. of zij zich zal aansluiten bij de provinciale en centrale organen der partij;

d. of, in het geval van art. 14, 2e lid, aan het in art. 15 bepaalde is voldaan.

Artikel 14

Uit eenzelfde stad, dorp, vlek of buurtschap kan als regel niet meer dan één kiesvereniging in het verband worden opgenomen. Voor zover uit hoofde van plaatselijke gesteldheid of vroegere verhoudingen afwijking van het bepaalde in het eerste lid van dit artikel gewenst is, kan door het Centraal Comité, het Bestuur der Kamerkieskringcentrale gehoord, de bevoegdheid daartoe worden verleend. Splitsing op grond van kerkelijke gezindheid, maatschappelijke verhoudingen of persoonlijke inzichten is on-toelaatbaar.

Artikel 15

(39)

kiesvereniging is aanvaard en wanneer in eenzelfde burgerlijke gemeente twee of meer zelfstandige kiesverenigingen bestaan, moeten, in onderling overleg, deze kiesverenigingen, reglemen-taire bepalingen, dan wel een accoord van samenwerking worden getroffen, die het eensgezind optreden bij de candidaatstelling door de Gemeenteraden en de vreedzame oplossing van menings-verschillen terzake waarborgen. Deze bepalingen of zodanig accoord worden aan de goedkeuring van het Centraal Comité onderworpen en in of achter de reglementen opgenomen.

Artikel 16

De plaatselijke kiesverenigingen in de grote steden, welke in haar geheel een Kamer-, dan wel een Statenkieskring vormen, hebben het recht zich te splitsen in onderafdelingen, dan wel in, binnen het ressort harer bevoegdheid zelfstandige kiesvereni-gingen. In het laatste geval kunnen deze kiesverenigingen zich bij het Centraal Comité en de overige organen aansluiten.

Artikel 17

Kiesverenigingen, die haar verband met het Centraal Comité wensen te verbreken, geven hiervan tenminste drie weken vóór den 1sten Januari kennis.

Acht het Centraal Comité, dat een kiesvereniging, die het Pro-gram schond of de generale besluiten der Deputatenvergadering niet hielp uitvoeren, behoort te worden geroyeerd, zo geschiedt deze royering ten minste drie weken vóór den 1sten Januari. · Voor deze beslissing staat beroep open op de eerstvolgende

Deputatenvergadering.

Artikel 18

De verkiezing voor de leden der Tweede Kamer van de Staten-Generaal wordt nader geleid door het Centraal Comité. Voor de Provinciale Staten geschiedt dit door de Provinciale Comité's en voor die vim de Gemeenteraden wordt de leiding en regeling overgelaten aan de organen van het partijverband in de bur-gerlijke gemeenten.

Artikel 19

(40)

Artikel 20

Elke aangesloten kiesvereniging kwijt telkenjare aan het Cen-traal Comité een contributie van 25 cent voor elk harer leden. De Deputatenvergadering benoemt een commissie, bestaande uit drie personen, waaronder ten minste één deskundige, die jaar-lijks de rekening en verantwoording van den Penningmeester van het Centraal Comité naziet en daarvan in de eerstvolgende Deputatenvergadering rapport uitbrengt.

VAN DE PROVINCIALE COMITE'S, DE KAMER- EN STA-TENKIESKRINGCENTRALES

Artikel 21

In elke provincie bestaat een Provinciaal Comité, dat tot taak heeft als leidend orgaan op te treden bij alles wat op de voor-bereiding en de actie voor de verkiezingen van de leden der Provinciale Staten betrekking heeft.

De regelen voor de samenstelling van het Provinciaal Comité worden vastgelegd in een reglement, welk reglement de goed-keuring behoeft van het moderamen van het Centraal Comité. De eigen werkzaamheden worden geregeld in een huishoudelijk reglement, dat ter kennis van het Moderamen van het Centraal Comité wordt gebracht.

Artikel 22

De kiesverenigingen, liggende binnen de grenzen van een rijks-kieskring en aangesloten bij het Centraal Comité, vormen te-zamen een Kamerkieskringcentrale. Zij verkiezen een bestuur, dat onder de hoofdleiding van het Centraal Comité de leiding heeft bij alle acties ten dienste van de verkiezing van de leden der Tweede Kamer in zijn kieskring.

In de provincies, welke in haar geheel een rijkskieskring vor-men, kan het Provinciaal Comité tegelijkertijd optreden als Be-stuur der Kamerkieskringcentrale.

Het bestuur der centrale kiesverenigingen in de drie grote steden, die op zichzelf een rijkskieskring vormen, treedt op als bestuur der Kamerkieskringcentrale in die steden.

Behoudens het geval voorzien in het tweede lid van dit artikel worden de regelen voor de samenstelling van het bestuur der Kamerkieskringcentrale vastgelegd in een reglement, welk reg-lement de goedkeuring behoeft van het Moderamen van het Centraal Comité. De eigen werkzaamheden worden geregeld in een huishoudelijk reglement, dat ter kennis van dit Moderamen wordt gebracht.

Artikel 23

(41)

en aangesloten bij het Centraal Comité, vormen tezamen een Statenkieskringcentrale. Zij verkiezen een bestuur, dat onder de hoofdleiding van het Provinciaal Comité de leiding heeft bij alle actie ten dienste van de verkiezing van leden der Provinciale Staten in zijn kieskring. De reglementen der Statenkieskring-centrales behoeven de goedkeuring van het Provinciaal Comité. Deze Statenkieskringcentrales kunnen, desgewenst, onder leiding van het Bestuur der Kamerkieskringcentrale, bij de verkiezingen voor de Tweede Kamer met 'n zelfstandige taak voor de pro-paganda worden belast. In dat geval worden haar bevoegdheden en taak, in overleg met het Provinciaal Comité, in haar huis-houdelijk reglement geregeld.

Artikel 24

Indien zulks uit hoofde der uitgestrektheid van een Kamerkies· kring wenselijk wordt geacht, kunnen bovendien, met het oog op de werkzaamheden voor de Tweede Kamer-verkiezing en de Statenverkiezingen, hulpcentrales worden ingesteld, welke evenwel geen zelfstandige plaats in het partijverband innemen. De regelingen te dezer zake in de drie grote steden, die op zich-zelf een rijkskieskring omvatten, worden aan de centrale kies-verenigingen in deze steden overgelaten.

Het bestuur der kiesverenigingen in de steden, welke op zichzelf een Statenkieskring vormen, treedt dàar op als bestuur der Statenkieskringcentrale.

VAN DE DEPUTATENVERGADERING

Artikel 25

De Antirevolutionaire Partij als geheel genomen, treedt met be-slissend gezag uitsluitend op in haar Deputatenvergaderingen. Deze Deputatenvergaderingen kunnen te allen tijde door het Centraal Comité worden saamgeroepen. Verplichting tot het sa-menroepen van een Deputatenvergadering is aanwezig telken-male, als een nieuwe verkiezing voor de Tweede Kamer komende is. Zij wordt in het jaar, waarin periodieke verkiezingen voor de Tweede Kamer zullen plaats hebben, gehouden in de tweede helft der maand April; bij verkiezingen wegens ontbinding der Kamer op een zodanig tijdstip, als de noodzakelijke voorbereiding der candidaatstelling in de onderscheidene partij-instanties mo-gelijk maakt.

De voorstellen, welke op deze vergadering in behandeling zullen komen, worden, tenzij zulks bij Kamerontbinding niet mogelijk is, tussen 1 en 10 Maart daaraanvoorafgaande door het Centraal Comité aan alle aangesloten kiesverenigingen en besturen van Kamer- en Statenkieskringcentrales toegezonden.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Hollander stelt daartegenover zijn visie: "Als we mogen geloven dat het Koninkrijk Gods in de lijn der geschiedenis is te verwachten, zich ont- wikkelend uit

liseren en de meningsverschillen binnen de toelaatbare grenzen van een kame- raadschappelijke partijdiscussie te brengen. Het spreekt vanzelf dat, wanneer onze twee

Op deze stellig actuele zaak wil ik thans niet verder ingaan, mede omdat zij door het terugdringen van de socialistische invloed in de laatste tijd niet aan feitelijke kracht heeft

Federat1e van Christelijk-Historische Jongerengroepen. De Federatie van Christelijk-Historische Jongerengroepen wordt gevormd door zelfstandige, plaatselijke groepen

naar haar oordeeil moet worden uitgegaan, zooals die zijn neergelegd in haar Program van Beginselen en uitgewerkt in hare Nadere Beginselverklaring en haar Sociaal

Zij, die instemming betuigen met de begin- selen der Unie, en die gevestigd zijn in één zelfde gemeente, of in een stad of dorp of buurtschap (deel een er

in de versterking van het internationale rechtsbesef; in eene ervarene en door.. de Staten-Generaal voorzichtiglijk gecontroleerde diplomatie; en voorts in eene wettelijke, steeds

41780 Scholengroep OPRON, Stichting voor Openbaar Primair Onderwijs BAO Openbare Basisschool Meester Neuteboomschool STADSKANAAL www.neuteboomschool.nl ZuidOost 41780