• No results found

Case 1: TKF, H. de Boer... 65

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Case 1: TKF, H. de Boer... 65 "

Copied!
26
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Bijlages

Bijlage 1: Landenscores op Hofstede’s vijf erkende cultuurdimensies... 60

Bijlage 2: Trompenaars & Hampden-Turner landenprofielen... 61

Bijlage 3: De 7 Cases... 65

Case 1: TKF, H. de Boer... 65

Case 2: Vredestein, G. Korte... 67

Case 3: Nieuwe Wegen, N. Sanders ... 69

Case 4: Nedap, H. Schipper ... 71

Case 5: Skil, T. Quirijnen... 74

Case 6: Sei, M. Lammers ... 76

Case 7: Septem, R. Rooyendijk... 79

Bijlage 4: Vragenlijst... 81

(2)

Bijlage 1: Landenscores op Hofstede’s vijf erkende cultuurdimensies

Achtereenvolgens zie je de vergelijking tussen Nederland en Japan, Nederland en de Verenigde Staten en

Nederland en Duitsland.

(3)

Bijlage 2: Trompenaars & Hampden-Turner landenprofielen

(Bron: Trompenaars & Hampden-Turner; per mail opgevraagd en gekregen op 3 mei 2007 van Trompenaars & Hampden-Turner; thtconsulting)

Figuur B2.1: Landenprofiel voor Nederland

(4)

Figuur B2.2: Landenprofiel voor Japan.

(5)

Figuur B2.3: Landenprofiel voor de Verenigde Staten.

(6)

Figuur B2.4: Landenprofiel voor Duitsland

(7)

Bijlage 3: De 7 Cases

Case 1: TKF, H. de Boer

• TKF, de ‘Twentsche Kabel Fabriek’, is onderdeel van de TKH groep. Deze groep is werkzaam in de markt voor telecommunicatie en elektrotechnische oplossingen. Zij leveren systemen en netwerken voor informatievoorziening, telecommunicatie, elektrotechniek en industriële productie.

De strategie die zij hanteren is om onderzoek en ontwikkeling te doen om zo te kunnen innoveren.

• De Kabelgroep, waar TKF een zeer belangrijk onderdeel van is, richt zich vooral op niches in de markt. Veel mogelijkheden zien zij daarbij in de Telecom Solutions en Industrial Solutions markten. Waarbij aangetekend moet worden dat de eerste markt zich zeer snel ontwikkelt.

• Wat betreft de strategie en de markt; TKF opereert in een competitieve markt, waarin het hebben van een brede portfolio als essentieel wordt gezien. Zij richt zich hierbij op 3 sectoren: installatie, energie en telecommunicatie. TKF is door haar relatief kleine omvang (450 medewerker en een omzet van € 170 miljoen in kabel en componenten) ten opzichte van bijvoorbeeld de

wereldmarktleider Draka, een kleine speler op haar markten. TKF is, door haar brede assortiment een volger, maar tegelijkertijd richt zij zich op niches, waarvoor zij innovatief zullen moeten zijn om zo als eerste een positie op die markten in te kunnen nemen.

• Productontwikkeling geschiedt op projectbasis als het meer dan 40 uur in beslag gaat nemen om een product te ontwikkelen. TKF maakt hierbij gebruik van ‘MDP teams’. Marketing,

Ontwikkeling en Productie. MDP teams zijn strategische teams, waarmee producten ontwikkeld worden. Het stappenplan dat zij volgen, lijkt veel op het Target Costing Proces, naar de ideeën van Cooper en Slagmulder. Productie bemoeit zich hierbij al in een zeer vroeg stadium met het ontwikkelproces.

• Harde eisen worden hierbij niet zozeer gesteld, vanwege strategische overwegingen. De samenwerking verloopt in teamverband, waarbij er nog wel een duidelijk onderscheid naar afdelingen is. Medewerkers worden individueel beoordeeld, echter, de beloningsstructuur is hiermee (nog) niet in overeenstemming.

• Nieuwe werknemers krijgen een brede interne opleiding, om zo meer begrip te kweken wat betreft

de inhoud van de verschillende functies en zo alle aspecten van hun nieuwe beroep onder de knie

te krijgen.

(8)

• De omgang met collega’s wordt als vrij informeel gezien, wat zowel gevolgen heeft voor het ontwikkelproces, alsook de omgang met meerderen. Hierbij wordt er nauwelijks een mate van afstand ervaren. Beslissingen worden ook vaak na overleg genomen, waarbij conflicten zoveel mogelijk vermeden worden. Deze overlegstructuur komt ook naar voren in de denk- en

handelswijze, welke als collectief gezien wordt. Dit komt tot uiting in het zeer geringe verloop van medewerkers en het niet echt ervaren van een machtspositie door de productontwikkelaar.

• De rol van Accounting/Controlling in het hele proces is minimaal, zij worden ingezet bij het opzetten van de strategie, en het bepalen van budgetten. Zij worden alleen betrokken bij speciale projecten, waarvoor kosten/baten analyses gemaakt dienen te worden. Bij het normale

productontwikkelingsproces worden kostenschattingen en dergelijke gemaakt door de afdeling Verkoop en de ontwikkelaars zelf.

• Wat betreft de te hanteren prijsniveau’s; dit wordt ‘gebenchmarkt’ door: én klantencontacten, én marktanalyses door TKF uitgevoerd. Verder wordt teardown-analyse veelvuldig toegepast.

Opvallend is dat de levenscyclus van een product geen rol speelt bij de ontwikkeling.

• Dhr. De Boer is van mening dat productontwikkeling de afgelopen jaren veel meer functioneel gericht is geworden. Hoewel dhr. De Boer erkent dat productontwikkelaars meer kennis en informatie bezitten ten opzichte van hun superieuren, ondervindt TKF hiervan volgens hem geen gevolgen, omdat deze machtspositie niet zozeer ervaren wordt. Medewerkers hebben geen prestatiebeloning, hoewel zij wel individueel beoordeeld worden. Teams worden niet gezamenlijk beloond.

• De regels, waaraan het te ontwikkelen product moet voldoen, zijn niet scherp, dit in verband met de vele strategische producten.

• De samenwerking met leveranciers wordt als intensief beschouwd. Zij spelen ook een rol in het

productontwikkelingsproces. Men gaat hierbij relaties aan met leveranciers, geen langdurige

contracten. TKF gaat in die samenwerking niet zover dat zij meedenken over het productieproces

bij de leverancier.

(9)

Case 2: Vredestein, G. Korte

• Vredestein is een Nederlandse producent van banden. Zij realiseren hiermee een omzet van € 225 miljoen en maken daarvoor gebruik van ongeveer 1500 medewerkers. Op de wereldmarkt zijn zij een relatief kleine speler, maar door hun focus op veiligheid en kwaliteit zijn zij in het midden en topsegment van de bandensector een speler om rekening mee te houden. Opvallend hierbij is dat Vredestein zo’n tien jaar geleden begonnen is zich te herpositioneren van middensegment speler naar het topsegment. Dit is een zeer langdurig proces gebleken.

• Vredestein maakt producten die geschikt zijn voor de eindgebruiker, deze worden geleverd via de tussenhandel, waarbij het erg belangrijk is om een compleet assortiment te leveren. Dit betekent dat zij ongeveer 500 verschillende autobanden in productie hebben en dit aantal neemt nog steeds toe. Vredestein heeft zichzelf vooral in het topsegment van de markt gepositioneerd, waar vooral geconcurreerd wordt op technologie. Zij doen dit met een strategie gericht op innovatie en veiligheid.

• Productontwikkeling geschiedt volgens een vaste procedure, waarbij eerst een analyse wordt gemaakt van de markt en de concurrentie. Hierbij wordt gewerkt in multidisciplinaire teams, waarbij marketing, productontwikkeling, productie, een constructeur en designers zijn betrokken.

Het ontwikkelproces kent een aantal vaste stappen. Dit proces is vrij iteratief van karakter en ook de kostprijs speelt hierbij een belangrijke rol. Productie wordt vanaf het begin al bij de

ontwikkeling betrokken.

• Tijdens het ontwikkeltraject heerst er bij Vredestein, naast het formele circuit van vergaderen, door haar geringe omvang, een sterk informeel circuit om de samenwerking te vergemakkelijken. Dit informele zorgt er tevens voor dat de afstand naar meerderen als klein wordt ervaren. Conflicten tussen afdelingen komen regelmatig voor, echter heel hard wordt dit uiteindelijk niet gespeeld, doordat de ontwikkelteams een grote verantwoordelijkheid bezitten. Bij eventuele conflicten spelen de afdelingen R&D, Marketing, Verkoop en de totale directie een rol bij het oplossen hiervan.

• Cultuurverschillen tussen de verschillende afdelingen worden door dhr. Korte als aanwezig ervaren.

Hij is bewust bezig met het managen van deze verschillende culturen, opdat alles in harmonie verloopt. Elke afdeling heeft zijn eigen stokpaardje, maar uiteindelijk hebben zij allemaal hetzelfde belang.

• De rol van accountants en controllers is vrij klein in het ontwikkelproces. Zij worden betrokken bij het samenstellen van de strategie en het ontwikkelprogramma voor de lange termijn. Budgetbeheer en de kostenanalyses worden vooral door de ontwikkelaars zelf uitgevoerd.

• Het verloop binnen Vredestein is vrij laag, wat waarschijnlijk te maken heeft met de binding met

de regio.

(10)

• Marktinformatie wordt op 5 verschillende manieren verkregen. Allereerst wordt in elk land de markt door Vredestein actief in de gaten gehouden. Daarnaast zijn zij aangesloten op een monitororganisatie. Ook worden technologieën door de R&D’ers zelf in de gaten gehouden.

Daarnaast zijn de autofabrikanten een inputvorm en door actieve samenwerkingsverbanden met externe partijen, zoals toeleveranciers, universiteiten en onderzoeksinstellingen, wordt ook nog eens informatie verkregen.

• De kostprijs van banden wordt vooral door voorgangers bepaald, of bij nieuwe modellen,door de gedwongen positie in de markt. Teardown-analyse wordt veelvuldig toegepast, om zo meer kennis te vergaren.

• Vredestein houdt bij haar ontwikkeling zeer veel rekening met de strategie en de langetermijndoelen.

• Productontwikkelaars hebben, volgens Dhr. Korte, veel meer eisen gekregen de laatste 10 jaar. In het geval van Vredestein, is een gevoel voor design inmiddels een vereiste. Daarnaast moeten er veel meer specificaties ontwikkeld worden en ook is door de marktpositie de druk om meer kwaliteit te leveren toegenomen.

• Regels zijn volgens hem alleen nodig voor standaarden. Hij is van mening dat ontwikkelaars zoveel mogelijk vrijheid moeten krijgen om goed te kunnen functioneren.

• Dhr. Korte is zich zeer bewust van zijn positie en kennis ten opzichte van het management. Hij kan zeer bepalend zijn wat betreft de producten voor de toekomst. Echter, hij ziet wel een balans tussen bedrijfsbelangen en eigenbelang.

• Beloond wordt er bij Vredestein individueel. Vredestein hanteert een kleine prestatiecomponent en deze prestatiebeloning geschiedt niet op basis van teamprestaties.

• Ontwikkelregels bij Vredestein zijn niet extreem hard, zeker wat kosten betreft. Het gaat vooral om deadlines, omdat je met een seizoensgebonden product te maken hebt. Er zitten geen consequenties vast aan het niet halen van doelen.

• De relatie met leveranciers is als vrij intensief te zien. Er worden regelmatig

samenwerkingsverbanden aangegaan, waarbij leveranciers ook actief meedoen met het

ontwikkelproces. Bij de keuze voor de leverancier speelt prijs, door de grote hoeveelheden, een

(11)

Case 3: Nieuwe Wegen, N. Sanders

• Nieuwe Wegen ontwikkelt voornamelijk samen met haar klanten elektronische oplossingen in de telecommunicatie, medische, industriële, defensie, luchtvaart en automotive industrie. Nieuwe Wegen is actief in alle fases van de levenscyclus van het product. De diensten van Nieuwe Wegen variëren van alleen productontwikkeling tot productie en ook servicecontracten. Nieuwe Wegen behaalt haar omzet van € 238 miljoen over 2006 door de inzet van ongeveer 1300 medewerkers.

De afdeling productontwikkeling ontwikkelt elektronica voor de klanten van de

werkmaatschappijen van Nieuwe Wegen. Deze werkmaatschappijen zijn productiebedrijven.

• Nieuwe Wegen bevindt zich in een markt waarin ontwikkelingen zeer snel gaan. Zij zijn daarbij geen echte ‘innoveerders’. Nieuwe Wegen richt zich voornamelijk op engineering/ontwikkeling en doet geen onderzoek.

• Productontwikkeling geschiedt volgens een vaste systematiek, waarbij er gestart wordt met een haalbaarheidsstudie. Hierbij is de afdeling verkoop intensief betrokken vanwege de relatie met de klant. Het stappenplan bevat verder een risicoanalyse, de verwachte doorlooptijd en de functies die het product moet uitvoeren. Hierna wordt er een designspecificatie opgestart. Men begint dus met functies, welke vertaald moeten worden naar specificaties.

• Bij productontwikkeling zijn de volgende functies betrokken: de leidinggevende, de operations manager, de software afdeling en ook vanaf het begin, productie. Daarnaast zijn ook de

inkoopafdeling en test engineers betrokken. Het project staat onder leiding van een projectleider.

• Al deze mensen zijn in teamverband georganiseerd in een ‘NPI’, ‘New Product Introduction’ team.

Nieuwe Wegen Technologies; de ontwikkelafdeling, is een eigen B.V. Hierdoor zijn alle

verschillende functies doordrongen van het collectieve belang en worden belangen van afdelingen niet koste wat kost doorgedrukt. Er heerst geen conflictcultuur. Hoewel productie vooral bij het maken van korte prototype series nog wel eens aan haar eigen belang wil denken.

• Het verloop van medewerkers is laag. De beloning van medewerkers ligt vast en is niet op prestaties gebaseerd, alleen het senior management krijgt een prestatiebeloning. Personeel wordt echter wel beoordeeld. Een concurrentiebeding moet ervoor zorgen dat de macht, die door dhr.

Sanders wel degelijk wordt onderkend als productontwikkelaar, binnen de perken wordt gehouden.

• Wat betreft de financiële aspecten; de financiële afdeling stelt alleen de winst en verlies rekening op. Tijdens het ontwikkelproces worden de financiële aspecten beheerd door de ontwikkelaars zelf.

Cost engineering wordt wel toegepast, maar hierbij zijn geen accountants/controllers betrokken.

(12)

• Het takenpakket van de ontwikkelaars bij Nieuwe Wegen bevat, naast aspecten op het financiële gedeelte, zoals het uitzoeken van componenten en leveranciers, ook het in de gaten houden van marktontwikkelingen. Voorbeelden hiervan zijn het bezoeken van beurzen en leveranciers, het maken van keuzes om de strategie in te vullen. Ontwikkelaars doen dit allemaal zelf.

• De componenten worden door Nieuwe Wegen ‘gemonitord’ in een grote database, waarbij gekeken wordt naar prijzen, maar vooral ook de leverbaarheid van de componenten. Producten die Nieuwe Wegen maken kampen vaak met problemen wat betreft de levering van componenten.

Nieuwe Wegen denkt dus zeer goed na over de gehele levenscyclus van het product. De kostprijs van producten wordt, zoals standaard is, bepaald door, òf voorgangers, òf de concurrentie.

Strategie wordt door productontwikkelaars in acht genomen bij de keuzes die zij maken

betreffende wat te ontwikkelen. Teardown analyse is een middel om informatie over concurrenten in te winnen.

• Productontwikkelaars heden ten dage ervaren volgens Dhr. Sanders meer druk door het tempo van ontwikkelingen en de meer complexe technologieën. Daarnaast dienen zij met veel meer dingen rekening te houden dan alleen het product. Zij moeten rekening houden met productie en service, maar ook met het leverbaar houden van producten. De R&D afdeling van Nieuwe Wegen is een eigen B.V. geworden, waardoor de ontwikkelaars met veel meer aspecten rekening dienen te houden en meer regels hebben. Dhr. Sanders ziet meer regels als positief voor het werk van productontwikkelaars; het vergroot volgens hem de efficiëntie.

• Targets zijn bij Nieuwe Wegen niet zo hard dat productontwikkelingen worden afgebroken. Er wordt wel eens ontwikkeld met verlies, maar dat verlies wordt geaccepteerd. Levertijd is de belangrijkste regel voor productontwikkelaars.

• Met leveranciers wordt intensief samengewerkt. Ontwikkelaars houden hier zelf, samen met de inkoopafdeling, contact mee en doordat Nieuwe Wegen een vrij grote afnemer is wordt zij door leveranciers ook ondersteund bij het ontwikkelproces. Nieuwe Wegen als geheel werkt nu met zeer veel leveranciers. De strategie hiervoor is er nu op gericht om dit terug te dringen naar een

overzichtelijker aantal van ongeveer vijftien, om zo met hen een intensieve relatie te onderhouden en betere afspraken mee te kunnen maken.

• Audits worden uitgevoerd door Nieuwe Wegen.

(13)

Case 4: Nedap, H. Schipper

• Nedap te Groenlo is een bedrijf dat zich voornamelijk richt op ontwikkeling. In het bijzonder op het ontwikkelen en leveren van innovatieve en duurzame oplossingen op o.a. het gebied van beveiliging, automatisering en het beheer van informatie voor organisaties.

• Nedap is opgedeeld in dertien marktgroepen, welke zich ieder specifiek met een homogene markt bezighouden. De cultuur binnen Nedap is gericht op ondernemerschap, ontwikkeling, creativiteit en eigen verantwoordelijkheid. De 600 medewerkers die Nedap heeft, zijn samen goed voor een omzet van ongeveer € 125 miljoen. Nedap is door die marktgroepen een bijzonder platte organisatie. Er zijn dus 13 marktgroepen, met daarboven een directie. Elke marktgroep heeft zijn eigen Winst en Verliesrekening, waardoor zij als zeer zelfstandig aangemerkt kunnen worden.

• De case, zoals deze is ontstaan, richt zich vooral op Nedap Locker Management Systems (LMS), waarvan de geïnterviewde, dhr. Schipper marktgroepsleider is. LMS vervult behoeften van onder andere bibliotheken, sauna’s, apotheken, zwembaden en scholen. Kortom, de producten zijn geschikt voor eindgebruik.

1

• De markt voor Locker systemen, is geen homogene markt. Vaak zijn kleine of grote aanpassingen nodig om het systeem ook in andere markten in te zetten. Een goed voorbeeld daarvan is de toepassing bij apotheken, om 24 uur per dag medicijnen af te kunnen halen. De LMS markt wordt vooral gezien als een niche markt, waarbij er door Nedap zo’n 3 à 4 concurrenten aangewezen worden. Tijd en kwaliteit zijn belangrijke eisen voor deze markten, waarbij men zich bij Nedap de vraag stelt: ‘Hoe kunnen we iets maken waarmee de klant waarde creëert?’

• Productontwikkeling geschiedt op twee manieren binnen Nedap. Deze dualiteit is mogelijk, doordat iedere marktgroep de productontwikkeling voor zijn of haar eigen rekening neemt. Een klein aantal marktgroepen werkt volgens een methodiek die zeer dicht bij het Target Costing ideaalbeeld ligt. Echter, de meerderheid van de marktgroepen, waaronder Nedap LMS geeft een wat andere invulling aan het ontwikkelproces. Waarbij ik overigens wel op moet merken dat veel aspecten van het Target Costing Proces, zoals door Cooper en Slagmulder omschreven, ook door hen nagevolgd worden.

• De marktgroepen zijn een zelfstandig opererend team, waarin allerlei functies uitgevoerd worden.

Eigenlijk kent het productontwikkelingproces geen regels, maar wordt het gestuurd vanuit een probleem van een klant, de markt dus. Ontwikkeling geschiedt door middel van kleine teams, waarin verkoop, ontwikkelaars, servicemedewerkers, productie en ook financiële en eventueel marketing specialisten bij betrokken zijn. Dit wordt geleid door een projectmanager.

1

Leuk om te vermelden wellicht, is dat het kluisjessysteem, zoals dat in de Universitaire Bibliotheek in

Groningen gebruikt wordt, eveneens afkomstig is van Nedap

(14)

• Opvallend hierbij is dat, doordat zij in eerste instantie ingaan op een specifiek probleem in de markt, zij gebruik maken van een ‘Launching Customer’. Dit houdt in dat de eerste klant financieel bijdraagt in de ontwikkeling van het product, om zo te laten zien dat ook hij in het product gelooft.

• Voordat men met de ontwikkeling start, wordt eerst gekeken of het aansluit bij de strategie van Nedap N.V. en wordt de toekomstige markt en de eventuele winstgevendheid daarvan beoordeeld vanuit marketing oogpunt. Valt dit negatief uit, zal het product er niet komen. Men begint met het analyseren van de functies van het toekomstige product, die later omgezet worden in specificaties.

• De marktgroep New Business is constant bezig met het zoeken en het leren toepassen van nieuwe technologieën. Zij vormen een belangrijke input in de productontwikkeling. De samenwerking binnen een productontwikkelteam verloopt zeer voorspoedig. Als reden hiervoor is aan te wijzen dat behalve, de marktgroepen Productie en New Business, alle overige betrokkenen al

ondergebracht zijn in de eigen marktgroep. Zij maken dus ook echt uit van een team, dat gezamenlijk de verantwoordelijkheid draagt. Hierdoor zijn de lijnen heel kort, en is het belang (doordat het team in zijn geheel wordt beoordeeld en beloond) voor iedereen hetzelfde.

• Binnen Nedap wordt het zeer belangrijk gevonden om als een zo plat mogelijke organisatie te functioneren, opdat ook de technische mensen veel contact hebben met de markt en de klant. Dit is tevens terug te vinden in de afstand, die als niet of nauwelijks bestaand wordt ervaren. Dit geldt zelfs voor de relatie van medewerkers met de centrale directie.

• Door de gedeelde verantwoordelijkheid van de marktgroepen wordt er sterk collectief gedacht. Het individu is daarin ook erg belangrijk en krijgt veel vrijheid voor zijn werkzaamheden en om zichzelf te ontwikkelen. Medewerkers hebben veel vrijheid, maar daar staat ook veel

verantwoordelijkheid tegenover. Mensen worden persoonlijk beoordeeld, maar beloning vindt plaats binnen de eigen marktgroep. Nedap heeft daarvoor een winstdelingsregeling per marktgroep, welke voor elke medewerker in deze marktgroep identiek is.

• Bij de productontwikkeling wordt ook veel gekeken naar de kosten, om zo in ieder geval de marges te waarborgen. Daarnaast speelt het begrip levenscyclus een belangrijke rol. De

beschikbaarheid van componenten is, naast de factor prijs, belangrijk. Nedap kijkt ook veel naar de

producten van concurrenten, om informatie in te winnen. Daarnaast wordt er zelfs op sommige

(15)

• Productontwikkelaars ervaren volgens dhr. Schipper tegenwoordig meer druk, door snellere ontwikkelingen en reactietijden, maar ook het hogere verwachtingspatroon van klanten. Hij ziet het liefst zo min mogelijk regels, maar wel veel verantwoordelijkheid voor de ontwikkelaars, om zo het ontwikkelproces te optimaliseren. Echter, zonder regels zou je een ‘Rolls Royce krijgen in plaats van een Volkswagen’. Dus ontwikkelaars bij Nedap hebben hun budget, de deadline (welke hard is) en het probleem van de klant. Daarbinnen hebben zij veel vrijheid om dat probleem op te lossen.

• Hij beaamt dat productontwikkelaars veel macht hebben door hun kennis, maar door onder meer de verantwoordelijkheid die gevoelt wordt als marktgroep, een capabele directie die veel op detailniveau weet en een concurrentiebeding wordt er zelden gebruik gemaakt van die macht.

• Relaties met leveranciers worden door Nedap aangegaan voor de langere termijn. Leveranciers

worden door sommige productgroepen betrokken bij de ontwikkeling, echter, dit gebeurt niet bij

LMS. LMS en Nedap kijken daarnaast ook bij leveranciers naar mogelijke verbeteringen, om zo de

klant nog beter te kunnen bedienen.

(16)

Case 5: Skil, T. Quirijnen

• Skil is een fabrikant van elektrisch gereedschap. Zij maken onderdeel uit van de Bosch groep en positioneren zich als prijsvechter. Hierbij ondervinden zij veel concurrentie van o.a. Black &

Decker, en Kenzo en sinds enkele jaren ook van Chinese bedrijven die de markt opschudden door hun handelswaar aan te bieden via verkoopkanalen als de Aldi en Lidl. Skil probeert in dat prijsvechtersegment met haar 100 medewerkers producten te leveren, die voor lage prijzen op de markt worden gezet. Echter, als onderdeel van Bosch pogen zij toch kwalitatief wat betere producten te leveren dan hun prijsvechtende concurrenten. De markt is redelijk overzichtelijk te noemen, met een beperkt aantal spelers. Echter, de concurrentie is hevig te noemen.

• Productontwikkeling geschiedt volgens een vaste procedure. Welke ‘Product Development Programma’ (PDP) wordt genoemd. Hierbij worden eerst de specificaties bepaald door marketing.

Vervolgens wordt er gekeken naar de prijs, de kosten en vanuit de marktprijs wordt de mogelijke kostprijs bepaald. Skil ontwikkelt aldus volgens de Target Costing procedure.

• Bij dit proces zijn Marketing, Ontwikkeling, Inkoop en de Financiële afdeling betrokken. Een projectleider stuurt het project. Overleg wordt er maandelijks gepleegd, waarbij de verschillende afdelingen aanwezig zijn. Deze afdelingen zitten allen wel onder één dak, waardoor er vrij korte lijnen zijn.

• Marketing heeft tijdens het proces een sturende rol. Zij bepalen en dat wordt door de rest gerespecteerd. De afstand naar meerderen is nauwelijks aanwezig bij Skil. Overleg geschiedt in teamverband en hierbij wordt er getracht om consensus te bereiken. De uiteindelijke productie geschiedt in China, waar zij alles inkopen. De productiebedrijven moeten daarvoor wel goed aangestuurd worden, wat gebeurt middels het omzetten van functies naar specificaties.

• Het verloop binnen Skil is laag. Oorzaken hiervan zijn volgens dhr. Quirijnen: het werken in een interessante branche, Skil betaalt goed en mensen krijgen er de ruimte om zich te ontwikkelen. De denkwijze is als collectief te typeren.

• Accountants en Controllers zijn bij het ontwikkelproces betrokken, vanwege hun rol in de

projectcalculatie. Zij stellen ook de financiële targets op, welke vrij hard zijn. Deze mogen alleen

om strategische redenen (het hebben van een complete productrange wordt als essentieel gezien)

(17)

echter wel veel toegepast, om zo meer informatie over concurrenten te verkrijgen. Daarnaast is ook de strategie een belangrijke input bij het ontwikkelen van nieuwe producten.

• Dhr. Quirijnen constateert dat het aantal regels voor productontwikkelaars is toegenomen. Hij voelt zich hierdoor niet beperkt in zijn vrijheden, maar vindt deze wel noodzakelijk om meer functioneel te kunnen ontwerpen. Opdat klanten beter duidelijk wordt gemaakt wat een machine kan door dit ook zichtbaar te maken.

• Hij ervaart geen machtspositie als productontwikkelaar. ‘Een bedrijf draait niet om een persoon, men wordt wel gewaardeerd om zijn kennis, maar daar hangt geen extra invloed aan vast’. Een concurrentiebeding is door hem niet ondertekend om de risico’s van deze kennis in te perken.

• Werknemers worden in hun beloning (klein deel van het loon) gedeeltelijk beloond voor hun prestaties. Dit wordt individueel bepaald.

• De benadering van leveranciers geschiedt puur op specificaties. Zij worden niet betrokken in het ontwikkelproces. Leveranciers spelen voor langere tijd een rol bij Skil. Dit vanwege de taalbarrière en de aanzienlijke aanloopkosten die een relatie met een producent in China met zich meebrengt.

Toch worden bij elk product meerdere leveranciers benaderd, vanwege het grote belang van de

kostprijs voor een product. Daarnaast worden zij geaudit.

(18)

Case 6: Sei, M. Lammers

• Sei is een klein bedrijf, met slechts 30 medewerkers in Nederland en een omzet van ongeveer € 8 á 10 miljoen. Zij richt zich vooral op het ontwikkelen en produceren van producten die

energieconversie mogelijk maken. Daarbij hebben zij twee verschillende aandachtspunten. Te weten: Mobility, dat mobiele componenten levert aan een vrachtwagenfabrikant en voor

elektrische rolstoelen. Daarnaast is er de groep die zich bezighoudt met productontwikkeling in de markt voor infrastructuur. Dit gebeurt vaak op wens van de klanten, zoals toepassingen bij het spoor. In het ene segment is Sei dus toeleverancier, in het andere zijn zij eindproducent. De Mobility tak levert het gros van de omzet. Dit interview zal voornamelijk gaan over de infrastructuurtak, waar de geïnterviewde projectleider is. Er zullen enkele zijdelingse sprongen worden gemaakt naar de gebruiken binnen Mobility, die wellicht relevant zijn voor dit onderzoek.

• In de Mobility branche is de concurrentie zeer hevig. Sei concurreert hier voornamelijk op kwaliteit. De infrastructuurtak daarentegen, werkt voornamelijk in niche markten. Sei is zeer specialistisch met zeer hoogwaardig personeel.

• Producten worden bij Sei volgens een vast patroon ontwikkeld. Dit proces volgt in grote lijnen de stappen van het Target Costing proces, zoals door Cooper en Slagmulder als ideaalbeeld is voorgedragen. Dit project kent een aanzienlijk voortraject, waarin o.a. de haalbaarheid onderzocht wordt. Daarna begint men met het schrijven van een projectplan, waarin de planning,

verantwoordelijkheden, de Target Costs, het budget en de functies van het product worden weergegeven.

• Men probeert in het voortraject ook de risico’s te analyseren. Het ontwikkeltraject wordt uitgevoerd in teamverband. De geïnterviewde geeft, als projectleider, zelf leiding aan zes ontwikkelaars, die intensief samenwerken met elkaar. Hierbij wordt periodiek overleg gepleegd, om daarin te analyseren hoe het proces loopt ten opzichte van het plan.

• De ontwikkelaars hebben hier, door hun grote specialistische kennis, veel vrijheid en

verantwoordelijkheid, waardoor het voor hun meerdere alleen mogelijk is te monitoren op grote lijnen. Voor de technische details hebben zij een technisch directeur aangesteld, die als een soort controleur en klankbord met de ontwikkelaars meekijkt.

• Het ontwikkelteam wordt verder aangevuld met input vanuit de klant wanneer het een opdracht

(19)

• De projectleider heeft het eindoordeel bij meningsverschillen. Echter, door de technische complexiteit worden veel keuzes door ontwikkelaars bepaald.

• Wat leidinggeven betreft; Sei kent een minimum aan hiërarchie, zowel wat projectleiders aangaat, alsook de directie. Dit kan nadelig zijn bij het aansturen van personeel. Een voordeel daarvan is, dat er wel een teambelang ontstaat en er een grote mate van betrokkenheid bij het bedrijf heerst.

2

• Een duidelijk cultuurverschil tussen de verschillende afdelingen wordt door de geïnterviewde onderkend. ‘Ontwikkelaars zijn echte techneuten, die hun eigen manier van doen hebben.’ Dit wil met logistiek nogal eens leiden tot problemen, maar door de geringe omvang van het bedrijf levert dit niet veel problemen op.

• Conflicten komen tijdens de samenwerking nog wel voor. Dit was in voorgaande jaren, toen productie nog veel zelf produceerde, veel vaker het geval. Productie maakt nu vooral prototypes, waardoor zij meer op 1 lijn zitten met ontwikkelaars. Discussies worden echter hierbij nog regelmatig op ‘pittige wijze’ gevoerd.

• De denkwijze in de onderneming wordt door Dhr. Lammers als vrij collectief ervaren. Het bedrijf is klein en hecht, waardoor mensen een grote verantwoordelijkheid ervaren. Het verloop van medewerkers is dan ook vrij laag. Oorzaken hiervoor kunnen de diversiteit in de baan en het specialistische van het bedrijf zijn. Echter, om de denkwijze als compleet collectief aan te stippen gaat te ver, mensen zijn vooraleerst individu.

• De financiële afdeling wordt tijdens het ontwikkelproces alleen bij het voortraject betrokken, waar zij betrokken zijn bij het opstellen en vrijgeven van het budget en de target cost. ‘De financiële man heeft namelijk geen verstand van techniek!’ Na het voortraject moet de projectleider de financiële kant waarborgen. De techneuten (ontwikkelaars) letten daar vaak weer niet op.

• Inzake marketing; de verkoper onderzoekt en analyseert de markt voor toekomstige producten en schrijft op basis daarvan een businessplan. Hierin staan onder andere de verwachte omzet en de vereiste functies van het product. Dit plan dient hij te verdedigen bij de directie.

• Voor de target prijzen en kosten wordt er veel naar de concurrentie gekeken en ook wordt er getracht producten zodanig te ontwikkelen, dat het mogelijk is om meerdere applicaties met één basis te laten werken, om op deze wijze schaalvoordelen te creëren.

• Teardown analyse wordt alleen toegepast in de Mobility tak. Voor de infrastructuur afdeling zijn producten vaak te duur om deze voor een Teardown analyse aan te schaffen.

2

Wat opvallend is, bij Sei Nederland werken 3 Hongaren die overgekomen zijn vanuit het zusterbedrijf. Zij, en

dan vooral de oudere blijkt moeite te hebben met de vrijheden en verantwoordelijkheden. Hij is het gewend

aangestuurd te worden en verteld te krijgen wat hij moet doen. Het komt soms wel voor dat werk blijft liggen

omdat hij daarvoor geen formele opdracht heeft ontvangen, als dat wel in zijn takenpakket thuishoort.

(20)

• Ontwikkelaars ervaren tegenwoordig meer eisen, ze klagen er, volgens dhr. Lammers, altijd al over, maar het is laatste jaren daadwerkelijk toegenomen. Dit heeft zeker ook gevolgen voor de

werkdruk en stress, aldus dhr. Lammers. Echter, doordat creatieve processen en teveel stress niet samen gaan, dient dit punt veel aandacht te krijgen. Ontwikkelaars hebben enige mate van vrijheid nodig.

• Ontwikkelaars hebben door hun technische kennis zeker veel macht in het ontwikkelproces. De enige manier waarop Sei dit tracht in te perken, is door de supervisie van de technisch directeur.

Sei kent geen concurrentiebeding.

• Het loon bij Sei kent een relatief klein deel prestatiebeloning. Deze beloning wordt uitgekeerd op basis van het presteren van de gehele onderneming. Hieraan werken zo’n 30 personen mee, dus dit zou de persoonlijke betrokkenheid en dus de teamgeest moeten stimuleren.

• Het komt regelmatig voor dat projecten hun doelen niet halen, vooral op tijd. Als reden hiervoor wordt aangevoerd dat opdrachten zeer specialistisch zijn en aldus een hoge mate van onzekerheid kennen. Annuleren van deze opdrachten gebeurt bijna nooit. Sei heeft inmiddels wel

evaluatiemomenten ingebouwd en ze proberen veel te communiceren bij tegenslagen, om zo begrip te houden bij alle deelnemers. De regels voor het halen van targets zijn niet hard.

• De leveranciers van kerncomponenten worden vaak bij het ontwikkelproces betrokken. Het vinden van goede leveranciers is voor Sei zeer lastig, door de hoge specialisme factor van haar producten.

Relaties worden bij voorkeur voor langere termijn aangegaan, maar wel op een zodanige manier, dat er altijd alternatieven zijn. Sei is te klein om invloed uit te oefenen om verbeteringen in processen bij leveranciers af te dwingen.

• De afnemers zijn, vooral in de Mobility markt, zeer intensief betrokken bij de ontwikkeling. Een vrachtwagenfabrikant bijvoorbeeld, stelt harde eisen aan Sei en wil actief inzicht in het proces.

Daarnaast eisen zij in de productiefase ook ieder jaar een daling van de kostprijs. Door de

specialistische producten worden er vaak relaties voor de langere termijn aangegaan.

(21)

Case 7: Septem, R. Rooyendijk

• Septem is een onderdeel van Septem Holding en als zodanig onderdeel van een Duits

beursgenoteerd bedrijf. Septem richt zich, met haar 150 medewerkers op de luchtverwarming en ventilatiemarkt. Hiermee bedienen zij in Nederland een markt, die grotendeels gedomineerd wordt door de conventionele waterverwarmingsystemen. Naast de aandacht, die het wedijveren met directe concurrenten opeist, dient Septem haar aandacht ook te besteden aan het bekend maken en onder de aandacht brengen van het product. Septem is in Nederland, samen met Stork marktleider in deze sector. Daarnaast zijn er nog een aantal kleinere spelers op de markt te vinden. Deze positie levert Septem een omzet op van meer dan € 20 miljoen over het jaar 2006. Septem positioneert zich in deze markt vooral op kwaliteit.

• Septem past, door haar ISO 9001 certificaat een standaard productontwikkelmethode toe, welke sterk overeenkomt met het Target Costing proces, zoals in hoofdstuk 2 is voorgesteld. Deze procedure telt bij Septem 9 fases en wordt in de eerste 2 fases geleid door marketing. Verder zijn Productontwikkeling, Directie, Productie, Service en een Controller betrokken bij het

ontwikkeltraject. Fase 3-8 van het proces valt onder verantwoordelijkheid van de Ontwikkelafdeling. Door de vele fases zijn er ook veel beslismomenten in het traject.

• Dit PM team (Product/Marketing), staat onder leiding van een projectleider. Door de geringe omvang van het bedrijf, vindt overleg vaak informeel plaats. Echter, de scheiding van afdelingen, de verdeling over 2 verschillende panden en de opsplitsing van het traject in 9 fases zorgen toch voor een vrij hoge mate van formalisering van de procedures.

• De projectleider staat boven zijn PM team, waardoor er sprake is van enige afstand. Een grote taak voor hem is het afstemmen van de verschillende afdelingen op elkaar, die toch wel hun eigen visie hebben en deze niet altijd op elkaar afstemmen zonder tussenkomst van een projectleider.

• De samenwerking tijdens een ontwikkeltraject kan behoorlijk hard gespeeld worden. Afdelingen die het hoog spelen om hun zin te krijgen, dat komt wel eens voor, aldus dhr. Rooyendijk.

• Opvallend bij Septem is het feit dat de Controller/Accountant actief en veelvuldig betrokken wordt bij het ontwikkelproces. Deze persoon heeft weliswaar geen eindstem, maar wordt wel intensief betrokken bij het project.

• Het komt in dit bedrijf voor dat ontwikkeltrajecten worden afgebroken, redenen hiervoor zijn dat het niet competitief kan worden geproduceerd, of dat het technisch niet haalbaar is. Septem stelt hierbij vrij harde eisen en houdt zich daar ook aan.

• Het verloop binnen Septem is zeer laag te noemen, er zijn veel mensen die er voor langere tijd

werken en eventueel intern door kunnen schuiven. De denkwijze binnen de organisatie is niet altijd

collectief gericht. Mensen hebben zo hun eigen belangen, en willen die nogal eens benadrukken.

(22)

• Op het gebied van marketing wordt veel aandacht besteed. Prijzen worden gebaseerd op de voorganger, maar ook zeker op vaste prijspunten in de markt. Daarnaast wordt er veel naar producten van concurrenten gekeken en wordt er door Septem samengewerkt met concurrenten in een overkoepelende organisatie om luchtverwarming en ventilatie bekender te maken en beter in de markt te zetten. De strategie van het bedrijf is, mede door de grote rol van de directie in het ontwikkelproces, een belangrijke input in dit proces.

• Dhr. Rooyendijk beaamt dat er tegenwoordig meer regels zijn voor productontwikkeling. Deze regels worden als noodzakelijk gezien om alles te kunnen overzien. Op detailniveau genieten ontwikkelaars wel veel vrijheid. De kennis van ontwikkelaars wordt door hem niet zozeer als macht gezien, maar meer als waarde. Desondanks heeft het bedrijf in haar contracten veel aandacht besteed aan concurrentie en geheimhoudingsactiviteiten.

• Het loon bij Septem is grotendeels vast, er is een kleine variabele component, welke een

winstuitkering behelst. Opvallend hierbij is dat deze is opgedeeld in een vast en variabel gedeelte, waarbij dat variabele gedeelte naar rato van ziekteverzuim wordt uitgekeerd.

• Leveranciers worden door Septem betrokken bij het ontwikkeltraject, dit gebeurt vooral bij

kerncomponenten. De relatie met deze leveranciers is vaak langdurig van aard, waarbij het niet

altijd de kostprijs is die de doorslag geeft. Het product moet wel concurrerend geprijsd zijn, maar

prijs alleen is niet doorslaggevend. Septem voert daarnaast regelmatig Audits uit bij deze

leveranciers en kijken aldus productieprocessen bij leveranciers onder de loep.

(23)

Bijlage 4: Vragenlijst Interview:

Deel 1 Algemeen

1. Wat is uw functie?

2. Wat heeft u hiervoor gedaan en hoelang bent u hier reeds werkzaam?

3. Zijn de producten die door u en uw bedrijf ontwikkeld en geproduceerd worden geschikt voor de eindmarkt, of bent u een toeleverancier voor andere bedrijven?

4. Hoe kunt u de markt waarin u opereert typeren? Heeft u te maken met hevige concurrentie, veel spelers, snelle reacties, etc.? (in verband met de omvang van de marktanalyse)

5. En hoe positioneert uw bedrijf zich hierin? Als een ‘ cost-leader’, op kwaliteit gericht, of toch meer een niche speler?

Deel 2 Productontwikkeling, technisch plan en vooral wie

1. Worden producten ontwikkeld volgens een vast patroon/systeem? Zo ja, wat is de naam hiervan en hoe gaat dat in zijn werk? (vergelijken met Target Costing)

2. Hanteren jullie bepaalde stelregels waaraan een product al tijdens de ontwikkelingsfase moet voldoen? Zo ja, in welke fase van het ontwikkelingsproces wordt dit toegepast? (Cardinal rule, zoveel % besparing etc.)

3. Welke mensen/afdelingen worden er bij productontwikkeling betrokken en hoe gaat dat in zijn werk? (Denk aan afdelingen als marketing, controlling etc.)

4. Hoe verloopt die samenwerking? (eens in zoveel tijd vergaderen, of georganiseerd in teamverband en dus ook fysiek veel bij elkaar?)

5. Wie heeft de leiding in dit proces en hoe wordt er omgegaan met mensen uit andere functies? (Kan

me voorstellen dat er vaak meningsverschillen ontstaan of, dat er een verschil van inzicht is,

vanwege onvoldoende kennis over elkaars werkzaamheden? Hoe gaat dit in praktijk?)

(24)

6. Heerst er een natuurlijke aversie t.o.v. verschillende afdelingen, of wordt deze overwonnen en is er veel wederzijds begrip? (Kato: samenwerken tussen veel afdelingen lastig door: barrières, onbegrip vanwege verschillende talen, divisieculturen. Hoe ervaart u dit?)

7. Wie neemt hierbij de beslissingen? En hoe wordt omgegaan met de leider? Is er sprake van afstand, of heeft u te maken met mondige teams? Hoe werkt dit bij u in de praktijk?

8. Merkt u binnen de organisatie een verschil van visie op de lange termijn? U als

productontwikkelaar bent altijd met de toekomst in het achterhoofd bezig, hoe ervaart u dit bij andere medewerkers waarmee u dient samen te werken? Ervaart u hier verschillende inzichten?

9. De samenwerking binnen de organisatie; wordt die vooral hard gespeeld, of gaat dit er vaak heel sociaal aan toe? Worden conflicten vermeden of juist niet? En wordt hierbij rekening gehouden met de status van iemand?

10. Hoe is het verloop van medewerkers binnen de organisatie, en dan vooral in het ontwikkelingsteam, heerst er betrokkenheid bij uw bedrijf?

11. Hoe wilt u de denkwijze in de organisatie typeren? Wordt er voornamelijk gedacht vanuit het individu, met eigenbelangen? Of is de cultuur in dit bedrijf zo, dat er toch voornamelijk collectief gedacht wordt en vooral in het belang van het bedrijf?

12. Wat is de rol van accountants/controllers in het ontwikkelingsproces? Zijn zij actief of slechts zijdelings betrokken?

Deel 3 1

e

fase, het bedenken van producten

1. Hoe gaat het marktonderzoek bij jullie in zijn werk? Wordt daar juist veel of weinig tijd aan

besteed?

(25)

4. Wordt er bij deze kostenschattingen ook rekening gehouden met de gehele levenscyclus van het te ontwikkelen product?

5. Wordt er kennis verzameld over de concurrentie? En zo ja, waaruit bestaat deze? (denk aan Teardown, de analyse van strategie, kosten etc.)

6. Worden wensen/behoeften van klanten vertaald naar functies die het product nodig zal hebben?

7. Wordt er bij de productontwikkeling ook rekening gehouden met de langetermijndoelen van de onderneming? En zo ja, hoe vertaalt zich dat? (winstdoelen, strategie, etc.)

8. Hoe ervaart u de ontwikkelingen op productontwikkelingsgebied? Zoals het meer denken vanuit functies, die het product wel, dan wel niet nodig heeft en de grotere nadruk op kosten. Wordt u hierdoor niet beperkt in vrijheden en hoe zit het met toegenomen werkdruk en stress?

9. Wat is de relatie, denkt u, tussen meer regels bij het ontwerpen en de duur van het ontwikkelingsproces?

10. Hoe ervaart u uw/de positie van productontwikkelaar? Is het niet zo dat u eigenlijk veel macht bezit door uw kennis aangaande het nieuwe product en dat u die kunt aanwenden ten opzichte van bijvoorbeeld controllers en productiemedewerkers in het ontwikkelingsproces?

(mag ik vragen hoe uw bedrijf hiermee omgaat, heeft u bijvoorbeeld een non-concurrentiebeding in uw contract?)

11. Hoe is het loon opgebouwd? Is er een variabele component aanwezig om goede prestaties te belonen? En is deze dan teamgericht of individueel gericht?

12. Producten die niet scherp genoeg ontwikkeld kunnen worden, dus niet de vooraf gestelde doelen kunnen halen, wat gebeurt daarmee? (strategische positie, of toch Cardinal rule, snelle introductie prefereren boven meer marge?)

13. Hoe scherp zijn deze regels?

14. Hoe houdt u rekening met het toekomstige productieproces? wanneer worden overwegingen

hiervoor betrokken in het proces?

(26)

Deel 4 Omgang met Leveranciers a

1. Hoe intensief werkt u samen met leveranciers? Krijgen zij alleen specificaties waaraan het geleverde moet voldoen, of worden zij ook betrokken bij het ontwerpproces?

2. Wat is het beleid t.o.v. leveranciers? Is het zo dat de goedkoopste levert, of, wordt er op basis van vertrouwen een relatie aangegaan die wat langer duurt, waardoor samenwerking intensiever kan plaatsvinden? (deelnemingen, belangen etc.)

3. Wordt er door jullie gekeken naar eventuele verbeteringen bij leveranciers? Kortom, oefenen jullie invloed uit op processen bij leveranciers? En zo ja, hoe gaat dit in zijn werk?

b Eventueel

1. Hoe intensief zijn uw afnemers bij u betrokken? Krijgt u alleen specificaties waaraan het geleverde moet voldoen, of wordt u betrokken bij het ontwerpproces van het eindproduct?

2. Hoe ervaren jullie het beleid t.o.v leveranciers door jullie afnemers? Is het zo dat de goedkoopste levert? Of wordt er op basis van vertrouwen een relatie aangegaan die wat langer duurt, waardoor samenwerking intensiever kan plaatsvinden? (deelnemingen, belangen etc.)

3. Kortom, ervaren jullie constante druk met harde eisen, of wordt er juist geïnvesteerd in een stevig fundament voor de gehele lijn?

4. Wordt er door uw afnemers invloed uitgeoefend op uw productie en ontwerp processen? En zo ja,

hoe gaat dit in zijn werk?

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Deze methode maakt het mogelijk dat zowel fluorescente eiwitten als EM-kleuring met uranyl-acetaat tegelijk in het preparaat gedetecteerd kunnen worden.. Deze techniek

De aanwezigheid van een variabele met een hoge specifieke variantie component, kan een aanwijzing zijn voor het feit, dat deze variabele samenhang vertoont met variabelen, welke

Vergelijking van de snelheidsvariabelen van de cumulatieve snelheidsverdeling op alle (59) wegen met een limiet van 50 km/uur tussen de fasen 0, 1 en 2 levert het volgende op (zie

Ondanks er sporen uit de volle en late middeleeuwen werden geregistreerd, en aardewerk in het colluvium aanwezig is dat dateert uit de metaaltijden, zijn er enkel duidelijke

Allerlei adviezen, die voor de herinzaai van luzerne en de herinplant van fruit zijn genoemd, zouden eens tegen het licht gehouden kunnen worden of de problemen van Lisianthus

Toen de mens echter eenmaal zijn pad kruiste, was het snel met hem gedaan: de dodo, die alleen bekend was van het eiland Mauritius, ging zo’n vier- honderd jaar geleden ten onder aan

De centrale vraag is of behandeling van alcoholverslaving volgens het Minnesota Model binnen de verslavingszorg voldoet aan het criterium stand van de wetenschap en praktijk en

Deze zijn eindig vanwege de begrensdheid van f