De Brugse Zorgvereniging (Mintus) wordt opgedeeld in 10 prioritaire beleidsdoelstellingen. Per hoofdstuk of onderdeel van het hoofdstuk wordt vermeld onder welke beleidsdoelstelling het valt.
BDST01: Brugge is gastvrij en klantvriendelijk.
BDST02: Brugge is sociaal en warm.
BDST04: Brugge is sterk in sport.
BDST05: Brugge is veilig en levendig.
BDST07: Brugge is milieuvriendelijk en streeft de 17 duurzame ontwikkelingsdoelen
na.
BDST08: Brugge is een aangename stad om in te wonen.
BDST13: In Brugge is het goed werken en ondernemen.
BDST14: Er is een constructieve relatie tussen de stad en de haven.
BDST18: Groep Brugge is financieel gezond.
BDST19: Groep Brugge is slim, efficiënt en transparant.
Deze toelichting geeft een gedetailleerde uitleg over de belangrijkste aspecten van het meerjarenplan van Mintus.
Het eerste deel behandelt de gemeentelijke bijdrage & het exploitatiebudget. Het exploitatiebudget biedt een meer gedetailleerde kijk op de overkoepelende onderwerpen zoals informatica, de loonlast en energie. Vervolgens worden de ondersteunende diensten behandeld. Dit wordt ook het overig beleid genoemd waar de algemene administratie en de arbeidsgeneeskundige dienst onder vallen.
De overige hoofdstukken behandelen het prioritair beleid. Er wordt informatie gegeven over de kerndiensten zoals de woonzorgcentra en de dienstencentra.
Het tweede deel gaat over het investeringsbudget.
Het derde deel bestaat uit het liquiditeitenbudget.
Gepubliceerd op www.brugge.be
op 16 november 2020
A. GEMEENTELIJKE BIJDRAGE
Een noodzakelijke inkomst voor Mintus is de gemeentelijke bijdrage (tabel 1). Bij de oprichting van Mintus heeft de stad ervoor gekozen om een rechtstreekse dotatie aan de zorgvereniging te geven en dit niet via het OCMW te laten verlopen.
gemeentelijke bijdrage exploitatie
Mintus
JR 2018 18.475.220 € JR 2019 21.404.090 € BUDGET 2020 20.998.330 € Raming 2021 21.798.330 € Raming 2022 22.998.330 € Raming 2023 24.398.330 € Raming 2024 25.398.330 € Raming 2025 25.498.330 € Tabel 1: Gemeentelijke bijdrage
Naast de bijdrage via de gemeente, wordt het overgrote deel van het Mintus - budget gefinancierd vanuit andere bronnen, zoals de aanrekening van prestaties (facturatie aan klanten) , subsidies van de Vlaamse en Federale overheid, VSB- forfaits, enz …
B. EXPLOITATIEBUDGET
1. In de uitgaven is de personeelskost de grootste kost. Deze is lager dan normaal voor Mintus aangezien er heel wat mensen werken en gedetacheerd worden vanuit het OCMW. Deze kosten worden ook doorgerekend aan de Zorgvereniging. Deze kost evolueert van 17,5 miljoen euro in 2020 naar 16,3 miljoen euro in 2025. De totale loonlast evolueert van 43,8 miljoen in 2020 naar 52,4 miljoen in 2025. Hierin zitten niet de cijfers van het gedetacheerd statutair personeel. Het personeelsaantal evolueert van 870,16 fte (2020) naar 961,27 fte (2025), dit is exclusief de cijfers van het gedetacheerd statutair personeel.
De belangrijkste verklaring voor het stijgend aantal fte is de opening van het nieuwe woonzorgcentrum Sint-Pietersmolenwijk in 2023.
2. Het gedetacheerd personeel zal in aantal afnemen in het OCMW en vervangen worden door contractueel personeel in Mintus.
3. De personeelskosten werden opgemaakt op basis van overleg tussen het stadsbestuur en het OCMW. We indexeren vanaf 1 januari 2020 en vervolgens om de 18 maanden.
4. We worden geconfronteerd met subsidies die niet geïndexeerd of zelfs afgeschaft worden ten gevolge van het Vlaams regeerakkoord.
5. Kortlopende afwezigheden en uitstroom van personeelsleden worden gedeeltelijk vervangen met uitzondering van de continu-diensten.
C. INVESTERINGSBUDGET
Hoofdlijnen van het voorliggende investeringsbudget (zie ook Deel II in de toelichting):
- In de dienstencentra wordt sterk geïnvesteerd: o.a. DC ’t Reitje (2025), DC Barrièrestraat (2020 & 2021) en het ontmoetingscentrum nabij de gevangenis (2025).
- De bouw van het woonzorgcentrum te Sint-Pietersmolenwijk, dat WZC het Minnewater vervangt en tevens een uitbreiding van de
woongelegenheden omvat. De deuren gaan open in 2023. Het gaat om het grootste bouwproject van deze legislatuur in Brugge.
- Investeringen in de diverse woonzorgcentra, dagverzorgingscentra en serviceflats.
- Het dak van het atelier van de technische dienst wordt aangepakt.
- Het herinrichten van hoofdzetelgebouw naar het nieuwe werken.
- Onderhouds- en verbeterwerken woningen.
- Roerende investeringen hoofdzetel en technische dienst, instellingen en dienstencentra.
- Investeringen in het wagenpark en de vergroening ervan.
- Informaticasystemen
1.1. De opbrengsten
1.1.1. Dienstverlening door ondersteunende diensten:
Het resultaat van het secretariaat, #financiën, dienst informatica, technische dienst & personeelsdienst worden doorgerekend naar de verschillende verenigingen adhv een duidelijke verdeelsleutel.
Voor de personeelsdienst is dit adhv het aantal koppen.
Voor het secretariaat & TD is dit adhv de gemiddelde tijdbesteding.
Voor informatica is dit adhv het aantal computers/laptops/tablets
Voor #financiën bekeken we het aantal facturen + de tijdbesteding aan debiteurenbeheer.
2020 INF SECR #fin PD TD 2021 INF SECR #fin PD TD
OCMW € 430.370 € 94.580 € 54.470 € 131.930 € 227.090 OCMW € 395.000 € 84.300 € 48.670 € 128.700 € 202.990 ZV € 935.190 € 756.590 € 408.510 € 1.150.240 € 1.362.540 ZV € 858.320 € 674.390 € 364.970 € 1.153.910 € 1.217.890 WOK € 16.200 € 9.460 € 18.400 € 14.290 € 22.710 WOK € 15.270 € 8.430 € 17.040 € 14.340 € 20.300 SVK € 10.460 € 9.460 € 50.010 € 4.550 € 340.640 SVK € 9.910 € 8.430 € 47.560 € 4.490 € 304.480 LELIE € 110.820 € 18.920 € 44.420 € 133.450 € 79.490 LELIE € 103.230 € 16.860 € 41.000 € 127.040 € 71.050 SAS € 42.600 € 9.460 € 18.490 € 29.970 € 56.780 SAS € 39.690 € 8.430 € 17.130 € 30.780 € 50.750 HUIS € 69.960 € 18.920 € 39.490 € 77.200 € 79.490 HUIS € 65.690 € 16.860 € 35.970 € 77.470 € 71.050 STOVE € 36.200 € 9.460 € 71.740 € 51.970 € 45.420 STOVE € 33.910 € 8.430 € 66.280 € 52.220 € 40.600 SPOOR € 34.520 € 9.460 € 15.690 € 15.920 € 22.710 SPOOR € 32.320 € 8.430 € 14.280 € 15.910 € 20.300 SCHAKEL € 28.530 € 9.460 € 33.470 € 11.410 € 34.070 SCHAKEL € 26.710 € 8.430 € 30.690 € 11.460 € 30.450 Totaal € 1.714.850 € 945.770 € 754.690 € 1.620.930 € 2.270.940 Totaal € 1.580.050 € 842.990 € 683.590 € 1.616.320 € 2.029.860
2022 INF SECR #fin PD TD 2023 INF SECR #fin PD TD
OCMW € 362.620 € 75.530 € 43.770 € 142.700 € 182.050 OCMW € 338.040 € 68.470 € 39.820 € 139.410 € 165.600 ZV € 787.980 € 604.240 € 328.230 € 1.154.640 € 1.092.250 ZV € 734.550 € 547.760 € 298.590 € 1.160.680 € 993.600 WOK € 14.430 € 7.560 € 15.910 € 14.310 € 18.210 WOK € 13.810 € 6.850 € 15.020 € 14.140 € 16.560 SVK € 9.410 € 7.560 € 45.570 € 4.500 € 273.070 SVK € 9.050 € 6.850 € 44.070 € 4.400 € 248.400 LELIE € 96.320 € 15.110 € 38.150 € 129.570 € 63.720 LELIE € 91.140 € 13.700 € 35.900 € 134.140 € 57.960 SAS € 37.030 € 7.560 € 16.010 € 30.720 € 45.520 SAS € 35.040 € 6.850 € 15.120 € 30.350 € 41.400 HUIS € 61.820 € 15.110 € 33.020 € 77.330 € 63.720 HUIS € 58.960 € 13.700 € 30.670 € 76.360 € 57.960 STOVE € 31.840 € 7.560 € 61.740 € 52.100 € 36.410 STOVE € 30.290 € 6.850 € 58.140 € 51.490 € 33.120 SPOOR € 30.320 € 7.560 € 13.100 € 16.590 € 18.210 SPOOR € 28.830 € 6.850 € 12.160 € 16.350 € 16.560 SCHAKEL € 25.060 € 7.560 € 28.370 € 11.430 € 27.310 SCHAKEL € 23.840 € 6.850 € 26.520 € 11.300 € 24.840 Totaal € 1.456.830 € 755.350 € 623.870 € 1.633.890 € 1.820.470 Totaal € 1.363.550 € 684.730 € 576.010 € 1.638.620 € 1.656.000
2024 INF SECR #fin PD TD 2025 INF SECR #fin PD TD
OCMW € 289.690 € 57.080 € 33.260 € 138.480 € 138.340 OCMW € 265.720 € 51.030 € 29.840 € 139.110 € 123.990 ZV € 629.500 € 456.640 € 249.450 € 1.180.660 € 830.020 ZV € 577.410 € 408.220 € 223.760 € 1.197.140 € 743.900 WOK € 12.520 € 5.710 € 13.490 € 14.090 € 13.840 WOK € 11.920 € 5.110 € 12.730 € 14.290 € 12.400 SVK € 8.270 € 5.710 € 41.280 € 4.370 € 207.510 SVK € 7.920 € 5.110 € 40.060 € 4.400 € 185.980 LELIE € 80.680 € 11.420 € 32.020 € 134.450 € 48.420 LELIE € 75.650 € 10.210 € 30.100 € 136.350 € 43.400 SAS € 31.010 € 5.710 € 13.590 € 30.270 € 34.590 SAS € 29.080 € 5.110 € 12.840 € 30.700 € 31.000 HUIS € 53.040 € 11.420 € 26.690 € 76.130 € 48.420 HUIS € 50.260 € 10.210 € 24.670 € 77.190 € 43.400 STOVE € 27.130 € 5.710 € 51.960 € 51.350 € 27.670 STOVE € 25.630 € 5.110 € 48.910 € 52.080 € 24.800 SPOOR € 25.790 € 5.710 € 10.560 € 16.300 € 13.840 SPOOR € 24.340 € 5.110 € 9.750 € 16.510 € 12.400 SCHAKEL € 21.330 € 5.710 € 23.380 € 11.260 € 20.760 SCHAKEL € 20.140 € 5.110 € 21.800 € 11.420 € 18.600 Totaal € 1.178.960 € 570.820 € 495.680 € 1.657.360 € 1.383.410 Totaal € 1.088.070 € 510.330 € 454.460 € 1.679.190 € 1.239.870
1.2 Andere werkingsopbrengsten
- De vergoeding verzekeringsmaatschappij (AR 745 7100).
v e rg oe ding v e rze ke ring s maat s chappij 2015 2016 2017 2018 2019 budg e t 2019 raming 2020>2025 AR 7457100 (v oorhe e n 740 5500) AO re nt e 80. 093,85 297. 719,81 204. 669,99 134. 164,53 107. 292,46 110. 000,00 94. 000,00
BI 011000 2.011,41 21.948,09 1.057,96 1.057,96 0,00 0,00 0,00
BI 011100 196,13 196,13 196,13 1.343,58 196,08 1.000,00 0,00
BI 011901 16.406,22 22.619,55 16.765,58 21.713,11 10.126,64 20.000,00 20.000,00
BI011902 0,00 0,00 0,00 5.405,61 0,00 0,00 0,00
BI 055000 9.132,55 63.049,61 26.376,54 5.629,58 20.885,80 € 20.000,00 10.000,00
BI 055001 213,81 4.894,67 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
BI 055007 2.370,09 10.668,02 4.545,09 0,00 1.132,74 € 3.000,00 0,00
BI 094600 1.717,75 3.765,46 5.169,92 435,21 1.769,21 € 2.000,00 4.000,00 BI 095100 813,72 913,82 16.885,50 11.504,87 1.279,37 € 4.000,00 4.000,00 BI 095101 2.562,48 2.562,48 2.562,48 2.691,28 2.562,48 € 3.000,00 3.000,00
BI 095105 0,00 0,00 0,00 1.359,27 0,00 0,00 0,00
BI 095300 0,00 0,00 0,00 932,60 0,00 0,00 0,00
BI 095301 3.540,62 24.863,31 9.535,41 28.330,89 6.690,95 € 9.000,00 10.000,00 BI 095302 11.141,93 62.728,94 71.940,93 7.867,20 25.845,79 € 9.000,00 10.000,00 BI 095304 4.941,74 6.394,21 4.516,05 10.013,37 4.448,22 € 9.000,00 5.000,00 BI 095305 2.067,29 2.067,29 2.261,18 10.077,44 9.735,48 € 9.000,00 5.000,00 BI 095306 20.310,65 50.478,46 15.254,61 17.721,19 8.377,25 € 10.000,00 14.000,00 BI 095307 1.577,46 20.157,41 4.925,40 7.033,85 12.726,50 € 8.000,00 8.000,00 BI 095308 1.090,00 412,36 22.677,21 1.047,52 1.515,95 € 3.000,00 1.000,00
- Medegegebruik in de hoofdzetel (Ruddershove 4) aan externen.
Dienst Onthaalgezinnen: vanaf april 2006
VZW Opvang : vanaf oktober 2006
Medegebruik lokalen AGD (start jan 2012)
Verhuring lokalen. De huurprijs hiervan wordt bepaald naargelang het gebruik en bedraagt:
o voor vergaderingen, diavoorstellingen, video’s en debatten (max. duur 3u):
€ 100 voor aula
€ 50 voor de vormingslokalen
o voor recepties (max. duur 4u): € 100 voor de aula € 50 voor de cafetaria
o ledenfeesten (deelnemers gekend): € 150 voor de aula
€ 75 voor de vormingslokalen € 75 voor de cafetaria o manifestaties met inkomgeld: € 200 voor de aula
€ 100 voor de vormingslokalen € 200 voor de cafetaria
OVERZICHT: budget 2020 raming 2021 raming 2022 raming 2023 raming 2024 raming 2025
Medegebruik Onthaalgezinnen+pleegzorg+AGD+VOB* (AR 7060020) 107.010,00 105.870,00 106.920,00 109.060,00 110.150,00 111.240,00
1.3 Reële facturatie ipv interne facturatie
De ondersteunende diensten doen heel wat prestaties ten behoeve van de andere beleidsitems. Deze kosten zoals kantoormateriaal, verzendingskosten werden vroeger via IF verdeeld. Om deze kosten duidelijker tot uiting te brengen worden deze nu doorgefactureerd naar de juiste dienst.
Verzendingskosten (AR 6190020>6142600/BI) 2018 € 50.643,27
Vanaf 2019 is er een rechtstreekse facturatie van de verzendingskosten (AR 6142600) en het gedeelte voor externe verenigingen wordt onmiddellijk doorgerekend.
2019 € 41.382,79 Budget 2020: 69.860
raming 2021>2025 € 78.010
Webshop: kantoormateriaal (AR 6190090>6142100/ BI) 2018 € 13.050,94 + 38.552,30
Vanaf 2019 rechtstreekse facturatie > totaal aan kantoormateriaal
2019 € 41.382,79
Budget 2020 € 45.500 Raming 2021>2025: 46.650
1.4 Goederen Ruddershove 4
De rubriek goederen en diensten bestaat voornamelijk uit de kosten aan de gebouwen (zie 1.8). De kleine kosten worden geboekt onder de volgende nummers :
BI 011900/1: gebouwen 2015 2016 2017 2018 2019 budget 2020 raming 2021>2025
AR 600 0000 voeding (water, koffie, melk) 23.429,95€ € 18.377,40 € 14.795,10 € 14.049,64 € 9.053,92 € 14.000,00 € 14.000,00 AR 614 1000 schoonmaak € 5.679,46 € 6.594,52 € 5.571,71 € 4.843,99 € 4.656,51 € 6.000,00 € 6.000,00 AR 614 3100 verzorgend mat € 5.872,25 € 6.030,53 € 4.909,45 € 3.277,52 € 3.563,45 € 3.500,00 € 3.500,00 AR 614 6100 huisraad € 450,02 € 1.507,04 € 1.330,47 € 3.910,69 € 3.426,66 € 3.000,00 € 3.000,00 AR 614 9100 toestel/meubilair/kl mat € 8.594,54 € 11.426,54 € 21.400,20 € 9.935,58 € 6.201,77 € 7.000,00 € 7.000,00 totaal € 44.026,22 € 43.936,03 € 48.006,93 € 36.017,42 € 26.902,31 € 33.500,00 € 33.500,00
1.8 Gebouw Ruddershove 4.
De kosten voor het onderhoud van de gebouwen worden geboekt op verscheidene rekeningnummers. (BI 011900/1 & 011901 TD)
rek. 2018 rek 2019 raming 2020 raming 2021>25 AR 6103000 onderhoudscontract bouw € 42.283,80 € 60.408,12 € 63.000 € 62.100 *Ruddershove 4 € 42.283,80 € 57.915,00 € 60.400 € 59.550 *technische dienst (BI 011901) € - € 2.493,12 € 2.600 € 2.550 AR 6103010 oh contr. Gebouwenbeheersyst. € 5.386,72 € 5.422,40 € 4.660 € 4.660 AR 6103020 onderhoudscontract liften € 4.663,90 € 4.695,56 € 4.700 € 4.700 AR 6103030 oh contr filters luchtgroepen € 3.570,85 € 43.765,65 € 2.290 € 2.290 AR 6103100 algemeen onderhoud gebouwen € 39.714,99 € 35.028,41 € 50.000 € 50.000 *Ruddershove 4 € 17.228,57 € 25.289,94 € 35.000 € 35.000 *technische dienst (BI 011901) € 22.486,42 € 9.738,47 € 15.000 € 15.000 AR 6103110 onderhoud tuinen € 1.043,95 € 586,00 € 1.600 € 1.600 *Ruddershove 4 € 1.043,95 € 472,00 € 1.400 € 1.400 *technische dienst (BI 011901) € - € 114,00 € 200 € 200 AR 6103120 ruimen putten, ophalen vetten € 1.538,88 € 1.538,88 € 2.000 € 2.000 AR 6103130 huisvuil- en containerkosten € 28.550,92 € 40.362,46 € 28.500 € 28.500 *Ruddershove 4 € 5.819,33 € 5.444,21 € 5.500 € 5.500 *technische dienst (BI 011901) € 22.731,59 € 34.918,25 € 23.000 € 23.000 TOTAAL: € 125.215,13 € 190.268,60 € 154.750 € 153.850
1.9. Onderhoudscontract paternosterkasten. (AR 613 1040)
Paternosterkasten zijn geautomatiseerde archiefkasten. In de hoofdzetel (Ruddershove 4) staan er 18 van deze kasten. Deze zijn verspreid over de
verschillende diensten, Op de financiële dienst zijn deze, dankzij de digitalisering weggehaald (2017), ook de TD is van plan deze af te breken in 2019/2020.
Het jaarlijks onderhoud hiervan kost:
rek. 2015 rek 2016 rek. 2017 rek. 2018 rek. 2019 budget 2020 AR 613 1040 BI hoofdzetel (011900) € 9.999,68 € 10.062,12 € 9.259,33 € 9.490,85 € 9.334,41 € 11.570
1.10. Interne audit (AR 615 0030/BI 011000).
Omschrijving
De Raad heeft op 7 mei 2004 zijn goedkeuring gegeven aan de invoering van de interne auditfunctie, en dit voor het OCMW en alle verbonden verenigingen, inclusief het AZ St.-Jan Brugge - Oostende AV. Het toen voorgelegde meerjarenplan voorzag de uitbesteding van een aantal geplande auditopdrachten, ruimte voor ad-hoc-opdrachten, alsook de aanwerving van een eerste auditor.
Intussen heeft de Raad op 31 maart 2006 beslist om deel te nemen aan het samenwerkingsinitiatief “AudiO” van de Centrum-OCMW’s, waarbij elk
(Centrum-)OCMW audits kan bestellen bij een onafhankelijke dienst onder de koepel van de VVSG. Op 15 juni 2010 werd dit initiatief verzelfstandigd. Audio is op vandaag een vereniging van publiek recht onderworpen aan deel 3, titel 4, hoofdstuk 2, van het decreet lokaal bestuur.
- rekening 2016 € 28.850
- rekening 2017 € 44.100
- rekening 2018 € 0
- budget 2019 € 45.000 - raming 2020>2025 € 20.000
1.11. Kosten voor bijscholing (AR 623 2000).
Meer dan ooit is vorming een belangrijke schakel in het opvolgen van personeel.
Levenslang leren is niet meer weg te denken in onze organisatie.
Uitgave
rekening 2018 € 81.714,71
rekening 2019 € 111.247,42
Budget 2020 € 215.850 Raming 2021 € 262.360 Raming 2022 € 227.350 Raming 2023 € 227.350 Raming 2024>2025 € 225.850
De vormingskost wordt met de opsplitsing OCMW/Mintus (2018) verdeeld per beleidsitem.
2. LOONLAST
2.1 Voor de berekening van de loonlast worden de volgende parameters toegepast:
basis: de personeelsbezetting van maart 2020, rekening houdende met de al gekende wijzigingen (dienstomschakelingen, pensioenen, afwezigheden, ….)
De gehanteerde indexatie is gebaseerd op het planbureau met indexatie in februari 2022, augustus 2023 & april 2025.
Dit stemt overeen met volgende indexatiecijfers, per jaar:
- 2021: 1,7410 - 2022: 1,7729 - 2023: 1,7906 - 2024: 1,8114 - 2025: 1,8386
anciënniteit en doorlopen van de functionele loopbaan: lineaire verhoging van 0,75 % per jaar.
Uit reële gegevens van de laatste jaren blijkt dat de globale gemiddelde anciënniteit onveranderd op 12 jaar blijft. Om het doorlopen van de functionele loopbaan op te vangen, wordt voorzien in een lineaire verhoging van 0,75%.
werkgeversbijdragen:
a. voor de vastbenoemden:
geneeskundige zorgen: 15,48 %
pensioen: de basispensioenbijdrage wordt ongewijzigd berekend op 31%. De vastbenoemde medewerker betaalt zelf 7,5% werknemersbijdrage. Dit bedraagt 32,5 % vanaf 2022
Gelet op de beslissing om geen vastbenoemden in de vereniging tewerk te stellen maar deze groep te detacheren vanuit het OCMW, is deze uitgave opgenomen in het budget van het OCMW. Anderzijds is deze kost vervat in het totale bedrag van € 15.273.210 (2021) onder rekeningnummer onder uitgegeven personeel gedetacheerd personeel (AR 614 0320).
b. voor de contractuelen – RSZ: 31,29%
2de pensioenpijler:
Er wordt voorzien in een getrapte bijdrage, startend met 3% tijdens de eerste 20 jaar anciënniteit,), 4,75% voor personeelsleden met 20 tot 30 jaar anciënniteit en 6,75% voor personeelsleden met meer dan 30 jaar anciënniteit) dit voor de personeelsleden die reeds in dienst waren voor 1/1/2020.
Voor de personeelsleden die op 1/1/2020 of later in dienst kwamen is er geen getrapt systeem maar een vlakke bijdrage van 3%. (2%
in 2020)
Bedoeling van dit systeem:
- de personen die nu al lang in dienst zijn als contractueel zullen een substantieel effect hebben in hun pensioenvorming.
- de trouw aan het bedrijf belonen.
- de personeelsleden die bereid zijn langer te werken financieel te belonen, gelet op de evolutie van de arbeidsmarkt.
Op deze bijdrage dient ook een taks van 8,86 % betaald te worden.
Kostprijs (AR 6222000): € 1.132.000 (2021) >€ 1.285.120 (2025) beroepsziekten: 0,17 %.
wetsverzekering: 1,05 % op de loonmassa van de arbeiders en 0,391 % op de loonmassa van de bedienden.
burgerlijke aansprakelijkheid: € 15,66 per voltijdse eenheid.
vakantiegeld: 92% van 1/12e van het jaarsalaris voor alle niveaus en ongeacht het statuut.
eindejaarstoelage: in de huidige berekeningen wordt het vast bedrag geraamd op € 356,99 + 2,5% van de jaarwedde Het supplement op de eindejaarstoelage wordt geraamd op € 932,78.
attractiviteitspremie: ingevolge het akkoord betreffende de federale gezondheidssectoren – publieke sector werd met ingang van 2005 aan het personeel dat tewerkgesteld wordt in de door de federale overheid gefinancierde gezondheidsinstellingen een attractiviteitspremie toegekend.
Deze premie wordt vergoed op basis van een tussenkomst in de loonkost van het normpersoneel. De attractiviteitspremie wordt betaald aan de hand van het riziv-forfait.
functiecomplement: ingevolge het akkoord betreffende de federale gezondheidssectoren – publieke sector wordt aan de hoofdverpleegkundigen, paramedische diensthoofden en verpleegkundige diensthoofden van het middenkader met een geldelijke anciënniteit van 18 jaar een functiecomplement toegekend van € 1015,56 per jaar.
2.2 Gesubsidieerde contractuelen:
Tot 31 maart 2015 beschikte het OCMW over een Gesco-contingent van 123 voltijdse eenheden. Voor deze arbeidsplaatsen ontving het OCMW Brugge jaarlijks een loonpremie van € 10.907,32 per voltijdse equivalent en een korting van patronale RSZ-bijdragen in de vorm van een bijdrage van 5,72% (i.p.v. 30,95%)
Het Vlaams regeerakkoord 2014-2019 bepaalt dat gesubsidieerde contractuelen bij lokale besturen geregulariseerd worden maar slechts ten belope van 95%. Hieronder worden de gesco’s verstaan uit de contingentovereenkomsten die in het kader van het Besluit van de Vlaamse Regering van 27 oktober 1993 houdende uitvoering van het koninklijk besluit nr. 474 van 28 oktober 1986 tot opzetting van een stelsel van door de Staat gesubsidieerde contractuelen bij sommige plaatselijke besturen werden afgesloten. De regularisatie ging in op 1 april 2015.
Met een schrijven van 8 januari 2015 bracht de Vlaamse Regering het OCMW op de hoogte van het totale bedrag van de overdracht van 95% van de loonpremie en 95% van de werkgeversbijdragevermindering gebaseerd op het refertejaar 2013. Het arbeidscoëfficient voor 2013 bedroeg 90,8128.
Totaal bedrag: € 1.463.781,81 samengesteld uit € 940.997,7972 loonpremie en € 522.784,0085 werkgeversbijdragevermindering.
Het bedrag dat het OCMW inlevert (5%) bedraagt € 49.526,20 loonpremie en € 27.514,95 bijdragevermindering of een totaal van € 77.041,15.
Door de splitsing van het OCMW met Zorgvereniging Brugge’ wordt het grootste deel van de tussenkomst naar deze vereniging overgeheveld en wordt voor de komende jaren respectievelijk € 1.274.950 (2021) > € 1.286.520 (2025) van de vereniging ingeschreven.
2.3 SINE-tewerkstelling
SINE (afkorting van ‘Sociale Inschakelingseconomie’) is een maatregel die de herinschakeling van zeer moeilijk te plaatsen werklozen bevordert dankzij het actieve gebruik van de werkloosheidsuitkeringen.
Om een werknemer tewerk te stellen in het kader van deze maatregel moet de werkgever een langdurig werkloze aanwerven die ten hoogste een diploma van het lager secundair onderwijs mag bezitten en uitkeringsgerechtigd volledig werkloze moet zijn en daarenboven een periode werkloos moet zijn (of gelijkgesteld). Deze periode varieert naargelang de leeftijd.
De werkgever die mensen tewerkstelt in het SINE-programma geniet een vermindering van de werkgeversbijdragen voor de sociale zekerheid (via de RSZPPO) die per trimester wordt toegekend. Deze bijdragevermindering wordt voor het meerjarenplan vanaf 2021 ingeschreven op € 80.000 (rekeningnummer 6216100).
Daarnaast ontvangt de werkgever maandelijks via de RVA een herinschakelingsuitkering van maximaal € 500 per voltijdse tewerkstelling. Deze uitkering wordt ingeschreven 2021>2025 op € 120.000 per jaar (rekeningnummer 7407040).
2.4 De tussenkomst vanwege het RIZIV in het kader van de maatregelen tot vrijstelling van arbeidsprestaties en eindeloopbaan wordt over de verschillende beleidsitems als volgt geraamd (7405030):
Voor de raming wordt uitgegaan van het personeelsbestand op 31.03.2020 en de subsidiebedragen die door het RIZIV voor elk van de instellingen worden toegekend en rekening houdende met de indexverhogingen die voor het budget gehanteerd worden.
2020 2021 2022 2023 2024 2025
WZC Ter potterie 328.750,00 € 325.850,00 € 329.080,00 € 335.660,00 € 339.020,00 € 342.370,00 € WZC Hallenhuis 192.360,00 € 248.680,00 € 251.150,00 € 256.170,00 € 258.730,00 € 261.290,00 € WZC 7-torentjes 263.370,00 € 312.500,00 € 315.600,00 € 321.910,00 € 325.130,00 € 328.350,00 € WZC Ten boomgaarde 180.770,00 € 175.900,00 € 177.640,00 € 181.190,00 € 183.000,00 € 184.820,00 € WZC Minnewater 265.580,00 € 277.710,00 € 280.460,00 € 0,00 € 0,00 € 0,00 € WZC Van zuylen 196.390,00 € 198.630,00 € 200.600,00 € 204.610,00 € 206.660,00 € 208.700,00 € WZC Vliedberg 192.620,00 € 178.490,00 € 180.260,00 € 183.860,00 € 185.700,00 € 187.540,00 € WZC Sint-Pietersmolenwijk 0,00 € 0,00 € 0,00 € 398.880,00 € 505.220,00 € 510.220,00 € CDV 11.000,00 € 11.000,00 € 11.000,00 € 11.000,00 € 11.000,00 € 11.000,00 €
2.5 Tussenkomst vanwege het RIZIV in de vakbondspremie
De kredieten voor de betaling van de vakbondspremie (€ 46,55 per personeelslid in dienst op 31.03 van het lopende jaar) zitten vervat in de patronale bijdragen. De uitgave wordt geraamd op € 53.450 (6232900 in 2021).
Ingevolge het Koninklijk Besluit van 26 maart 2003 tot uitvoering van artikel 59ter van de programmawet van 2 januari 2001 stort het RIZIV elk jaar een tegemoetkoming in de kosten voor vakbondspremiebijdrage aan de RSZPPO en dit ten bedrage van € 701.603 (te koppelen aan het indexcijfer der consumptieprijzen) voor alle bij de RSZPPO aangesloten inrichtingen.
Het aandeel in deze tegemoetkoming wordt bepaald op basis van het aantal erkende bedden van de bij de RSZPPO aangesloten woonzorgcentra.
De globale tegemoetkoming wordt geraamd op € 18.320 (7405040 in 2021). De zelf te financieren kost van de vakbondspremie bedraagt hierdoor
€ 35.130.
2.6 De financiering vanwege de RSZ in het kader van het Sectoraal Fonds
Momenteel wordt aan de OCMW-groep een jaarlijkse maximale financiering toegekend van € 5.110.250 te spenderen aan de tewerkstelling van 154,99 voltijdse eenheden. Hiervan wordt gebudgetteerd in 2020>2025 in Mintus: € 1.221.670 (AR 740 7120)
2.7 Maaltijdcheques
De waarde van de maaltijdcheques is vastgesteld op € 6,00 in 2020; € 7,00 in 2021 & stijging naar € 8 in 2023.
De totale kostprijs bedraagt € 1.370.240 met inbegrip van de kosten voor de aanmaak en levering. Via het werknemersaandeel in de maaltijdcheques wordt € 211.830 gerecupereerd.
2.8 Hospitalisatieverzekering
Sedert 01.01.2002 wordt de verplichting opgelegd om een hospitalisatieverzekering aan te bieden aan het personeel. De kostprijs bedraagt momenteel € 122,83 per aangeslotene. De uitgave wordt in 2021 gebudgetteerd op € 144.850.
2.9 Evolutie van de loonlast (exclusief gedetacheerd personeel)
Jaar 2018: € 35,9 MIO
Jaar 2019: € 42,9 MIO (vanaf 2019 dienst huishoudelijke hulp in mintus) Budget 2020: € 43,8 MIO
Raming 2021: € 45,3 MIO Raming 2022: € 46 MIO Raming 2023: € 49,2 MIO
Raming 2024: € 51,6 MIO Raming 2025: € 52,4 MIO
2.10 Recuperatie van de loonlast
o.a. door financiering van loonkosten (RIZIV, Sectoraal Fonds, …) en het door factureren van geleverde arbeidsprestaties wordt een aanzienlijk deel van de loonlast gerecupereerd:
Grootste bronnen van recuperatie voor 2020>2025:
Tegemoetkoming opleidingstraject verpleegkundigen (AR 740 7130): € 622.420,79 RSZ teruggave werkgeversbijdrage jonge werknemers (AR -6214006): € 198.600 RSZ - regularisatiepremie ex-gesco’s (AR 740 3000): € 1.274.950
RSZ - sectoraal fonds (AR 740 7120): € 1.221.670 RSZ-vermindering mentor (AR 621 6150): € 176.000
Vlaamse ondersteuningspremie (VOP AR 740 7070): € 116.880 RIZIV – eindeloopbaanmaatregelen: € 1.728.760
2.11 Factoren die de loonlast mee beïnvloeden:
- Indexering: zie loonlast p1
- Doorlopen van de functionele loopbaan en anciënniteitverhoging
HOOFDSTUK 3: INFORMATICA
3.1 Samenvatting exploitatiebudget informatica - evolutie
AR rekening 2017 rekening 2018* rekening 2019 Budget 2020 raming 2021 raming 2022 raming 2023 raming 2024 raming 2025
6130000 huur software* 314.051,42 561.102 349.562 557.760 590.540 702.190 695.150 749.550 805.350
6131020 computerapp. (onderh.contr.)* 246.275,32 264.151 274.882 307.290 321.750 336.730 349.160 365.670 383.010
6130010 huur netwerken/datalijnen* 254.418,18 175.455 194.043 195.080 205.360 215.050 225.220 235.890 247.100
6131030 onderhoudscontr printers/kopietoestel* 67.815,71 69.401 52.068 65.100 65.250 65.400 65.560 65.730 65.910
6149100/011902 aankoop klein IMUM 31.138,33 28.862 33.240 40.000 62.000 64.100 66.310 68.630 71.060
6140300 ext.diensten inform (interventies) 23.514,55 23.013 23.439 50.000 52.500 55.130 57.890 60.780 63.820
totaal 937.213,51 1.121.983 927.235 1.215.230 1.297.400 1.438.600 1.459.290 1.546.250 1.636.250
*alle bi
Huur software :
Er is een stijging van de Microsoft kost op huur, we krijgen een verschuiving van onderhoud naar huur
Er is ook een stijging van huur door de aanschaf van Probis partnerplan en kwaliteitsbewaking software Prezo.
Onderhoud hardware en software :
Door de verschuiving van Microsoft kosten van onderhoud naar huur zakt dit budget aanzienlijk. Het is ook de bedoeling om onderhoud voor infrastructuur eerder aan te kopen in investering voor de volledige levensduur. Bvb aankoop servers + 5 jaar onderhoud kopen we in de toekomst aan in investering. Dit zal in de volgende jaren meer en meer voelbaar worden maar is nu moeilijk in te schatten.
Onderhoudscontract printers :
Hier budgetteren we vooral de click kost en dus het printgebruik.
AK toestellen/meubilair/ kl mat :
Dit budget stijgt jaar na jaar door de stijgende vraag naar tablets, smartphones, beschemhoezen. Ook het systematisch verbeteren van de IT
infrastructuur op de buitendiensten belast dit budget (kabels, datakast componenten, enz.). We hebben gekozen om dit budget naar de realiteit aan te passen een geen investeringsbudget te voorzien voor adhoc vervangen van tablets en smartphones (val incidenten, extra aanvragen). We
proberen wel zoveel mogelijk de uitgaven te boeken op het juiste beleidsitem.
Omdat we graag een globaal overzicht zien van alle energiekosten, staat hier onder een samenvatting opgesteld inclusief alle (zorg)verenigingen. We verwachten minieme prijsschommelingen in de komende jaren, daarom liggen de cijfer in het meerjarenplan dicht bij elkaar.
Energiebudget 2020 OCMW Brugge groep (gas, afstandsverwarming, elektriciteit):
1.615.880 EUR
Budgettering 2021 OCMW Brugge groep:
Energie-uitgave: 1.748.390 EUR
Budgettering 2022 OCMW Brugge groep:
Energie-uitgave: 1.748.390 EUR
Budgettering 2023 OCMW Brugge groep:
Energie-uitgave: 1.783.900 EUR (opening site Sint-Pietersmolenwijk & sluiting WZC Minnewater) Budgettering 2024 OCMW Brugge groep:
Energie-uitgave: 1.783.900 EUR
Budgettering 2025 OCMW Brugge groep:
Energie-uitgave: 1.783.900 EUR
Verbrui k (MWh)
Afstands verwarmin g incl. 21%
BTW (€)
Verbruik (MWh)
Gas AR 611 1000 incl.
21% BTW (€)
Verbruik (MWh)
Elektriciteit AR 611 0000 incl.
21% BTW (€)
Zorgvereniging Mintus € 56.250 8.227 € 306.986 5.631 € 954.976
Patrimonium incl Kerk+museum tp +kapel blindekens
Ezelstraat 83 (BI 005001) 425 € 17.250 30 € 7.550
Gebouwen Stampertje (BI 005003) € 0 € 0
Ruddershove 4 (BI 011900/01)>elektr: 38% van NAC+WZC VLB 850 € 38.250 100 € 4.336 500 € 79.742
Technische dienst (BI 011901) elektr. 30% van atelier 200 € 8.226 45 € 7.574
Huisvesting incl papegaaistraat (BI 095000) 190 € 7.710 100 € 25.150
Dienstencentra algemeen (BI 095100) € 0 187 € 7.600 78 € 19.610
Dienstencentra De Balsemboom (BI 095101) 180 € 7.310 55 € 13.840
Dienstencentra Van Volden (BI 095102) 180 € 7.310 50 € 12.580
Dienstencentra 't Reitje (BI 095103) 30 € 1.220 15 € 3.770
Dienstencentra 't Werfje (BI 095104) 70 € 2.840 30 € 7.550
Dienstencentra De Garve (BI 095105) 0 € 0 60 € 15.090
Dienstencentra Meulewech (BI 095106) 0 € 0 70 € 17.610
Dienstencentra Ter Leyen (BI 095107) 65 € 2.640 40 € 10.060
Dienstencentra ten boomgaarde (BI 095108) - inbegrepen bij WZC 0 € 0 € 0
Dienstencentra Den heerd (BI 095110) 30 € 1.220 10 € 2.520
Dienstencentra Sconevelde (BI 095111) 40 € 1.620 10 € 2.520
Dienstencentra Levensvreugde (BI 095112) 85 € 3.450 8 € 2.010
Serviceflats Meulewech (BI 095202) 0 € 0 80 € 20.120
Serviceflats Ter Leyen (BI 095204) 35 € 1.420 10 € 2.520
Serviceflats Ten Boomgaarde (BI 095205) 200 € 8.120 40 € 10.060
Serviceflats De Vliedberg (BI 095208) - gas: zie vliedberg 0 € 0 25 € 6.290
Woonzorgcentrum Ter Potterie (BI 095301) 750 € 28.214 600 € 95.042
Woonzorgcentrum Hallenhuis (BI 095302) 550 € 21.576 600 € 95.042
Woonzorgcentrum Zeventorentjes (BI 095304) 935 € 33.724 600 € 95.042
Woonzorgcentrum Ten Boomgaarde (BI 095305) 425 € 18.544 600 € 95.042
Woonzorgcentrum SPMW (vanaf 2023) 0 € 0 0 1.200 € 186.832
Woonzorgcentrum Minnewater (BI 095306) (tem 2022) 1.950 € 63.934 550 € 87.392
Woonzorgcentrum Van Zuylen (BI 095307) 1.050 € 37.144 650 € 102.692
Woonzorgcentrum Vliedberg (BI 095308) - elektr: 62% van
NAC+vliedberg 400 € 18.000 550 € 21.576 775 € 118.560
2020-2025 IVBO Gas Elektriciteit
OCMW € 0 2.762 € 98.222 482 € 64.770 Gebouwen Team-machine +zocjes (BI 005003)
Hoogstraat (BI 011900/02) 170 € 6.900 45 € 11.320
De joert (BI 011900/03) 30 € 1.218 3 € 750
Sofoco € 0 € 200
Bossen luxemburg (BI 053000) € 0 2 € 500
Sociale bijst, crisisopv & doorg. woningen (BI 090000) 250 € 11.000 115 € 17.000
Opvangcentra vreemdelingen (BI 090300) 2.312 € 79.104 317 € 35.000
Vereniging Ruddersstove 500 € 13.000 490 € 55.000
Vereniging Ons Huis - Sint-Anna (BI 091100) 965 € 47.020 255 € 59.110
Vereniging Ons Huis - Hoeve Hangerijn (BI 091101) 50 € 1.999 30
€ 6.000
Vereniging SVK 80 € 5.000 35 € 10.000
Vereniging De Blauwe Lelie 300 € 13.500 265 € 10.770 150 € 30.122
KDV De kleine wereld (BI 094501) -70% van atelier 300 € 13.500 0 € 0 80 € 13.462
Kinderwerking Stampertje (BI 094503) 30 € 1.220 8 € 2.010
Peutertuin zonnebloem (BI 094507) 45 € 1.830 10 € 2.520
Peutertuin oogappel (BI 094508) (aanrekening via stad) 45 € 1.830 10 € 1.560
IBO Paddestoel (BI 094511) 35 € 1.420 10 € 2.520
IBO Ravotterke (BI 094512) 60 € 2.440 12 € 3.020
Kinderwerking Team-machine (BI 094514) 50 € 2.030 8 € 2.010
Kinderwerking ZOCJES (BI 094515) 0 € 0 12 € 3.020
Vereniging Spoor (all-in vergoeding gebruik joert) € 0 € 0
Vereniging 't SAS € 4.060 € 11.600
Crisisopvang & inloophuis (BI 090003) 50 € 2.030 8 € 8.600
Nachtopvang (BI 090008) 50 € 2.030 10 € 3.000
TOTAAL: € 69.750 € 487.057 € 1.191.579
5.1. De verhuring van woningen
De belangrijkste opbrengsten zijn, naast de huuropbrengst voor de woningen, de diverse vormen van huurtoelagen en -subsidies die door de Vlaamse overheid ter beschikking gesteld worden als alternatief voor de subsidiëring van bouw- of verbouwingswerken.
Principe: gebouwen zijn eigendom van het Mintus en worden verhuurd/ ter beschikking gesteld tegen marktconforme vergoeding aan enkele
verenigingen van het OCMW Brugge, behalve indien het gebouw om subsidieredenen beter eigendom is van een vereniging. Mintus draagt de eigenaarslasten. De huur en de huurderslasten zijn ten laste van de vereniging.
5.1.1. De huuropbrengst (AR 706 0000)
Voor het bepalen van het budget wordt er eerst een herberekening gemaakt van de huuropbrengst voor 2020. Hiervoor nemen we de opbrengsten van april 2020, vermenigvuldigd met 12 en aangepast aan nieuwe of weggevallen woningen in 2020.
Normale huur april 2020:
BI 095000 € 96,928,72
x 12 m = € 1.163.144,64
Raming 2020
De raming wordt gebaseerd op de totale opbrengst van 2020, geïndexeerd op basis van 1 % inflatie. Tevens wordt rekening gehouden met de
ontruiming van woningen in functie van saneringswerken en heringebruikname van gesaneerde woningen.
Indexaanpassing
BI 095000 € 1.1163.144,64 + 1,00% = € 1.174.776,09
BI adres aantal maanden totale huurprijs totaal
095000 Nieuwe Gentweg 8-32 1 12 maanden € 267,97 € 3.215,64
vrij januari 2021
095000 Heiststraat 3 6 maanden € 749,51 € 4.497,06
vrij zomer 2021, nu reeds 5 leeg
095000 Rozendal 1 6 maanden 381,03 € 2.286,18
vrij juli 2021, nu reeds 1 vrij
095000 Vredestraat 11 1 12 maanden 548,47 € 6.581,64
vrij januari 2021
TOTAAL € 16.580,52 raming 2021
BI 095000 € 1.158.195,57 aantal woningen
BI 095000: € 1.158.195,57