COMMISSIE VOOR DE
BESCHERMING VAN DE
PERSOONLIJKE LEVENSSFEER
ADVIES nr 22 / 94 van 20 juni 1994 ---
O. ref. : A / 003 / 94
BETREFT : Het aanleggen van een adresbestand van jagers.
---
De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer;
Gelet op de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens, inzonderheid artikel 29;
Gelet op het jachtdecreet van het Vlaamse Gewest van 24 juli 1991, inzonderheid artikel 12;
Gelet op de adviesaanvraag van 4 februari 1994, ontvangen door de Commissie op 7 februari 1994, aangevuld met bijkomende dokumenten op 25 april 1994, van de Minister van Leefmilieu en Infrastuctuur van de Vlaamse Gemeenschap;
Gelet op het verslag van de Heer B. ASSCHERICKX;
Brengt op 20 juni 1994 het volgende advies uit :
2
I. VOORWERP VAN DE ADVIESAANVRAAG : ---
De adviesaanvraag betreft het verzoek dat ingediend wordt of zou kunnen worden door representatieve jagersverenigingen met privaatrechtelijk statuut om te beschikken over adresbestanden van jagers, bijgehouden door de Arrondissementscommissarissen die in het Vlaamse Gewest de jachtverloven uitreiken overeenkomstig de bepalingen van het koninklijk besluit van 28 februari 1977 en het Besluit van de Executieve van 23 mei 1990 betreffende de afgifte van jachtverloven en vergunningen.
Meer bepaald verzoekt de Minister om het advies van de Commissie over volgende vragen:
- Is de wet van 8 december 1992 van toepassing op bovengenoemde aanvraag der jagersverenigingen ?
- Indien het antwoord op de vorige vraag positief is, bestaat dan de mogelijkheid om dit verzoek in te wiligen ?
- Indien het antwoord op de vorige vraag positief is, welke procedure dient hierbij te worden gevolgd ?
II. BESPREKING : ---
De wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens (hierna, de wet van 8 december 1992) legt een aantal verplichtingen op aan elke houder van een bestand.
Artikel 5 van de wet bepaalt dat persoonsgegevens slechts mogen worden verwerkt voor duidelijk omschreven en wettige doeleinden en niet mogen worden gebruikt op een wijze die onverenigbaar is met die doeleinden. Zij dienen, uitgaande van die doeleinden, toereikend, terzake dienend en niet overmatig te zijn.
In de mate waarin het bijhouden in een bestand van identiteit en adressen van de jagers aan wie binnen een arrondissement een jachtverlof of vergunning werd afgeleverd, nuttig of zelfs noodzakelijk is voor het tot stand brengen van wildbeheerseenheden zoals voorzien door artikel 12 van het jachtdecreet van 24 juli 1991, door mededeling van de adresbestanden van jagers aan representatieve jachtverenigingen waarmee het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap overeenkomsten heeft afgesloten om de oprichting van wildbeheerseenheden in het Vlaamse Gewest te stimuleren en te coördineren, kan worden vastgesteld dat dergelijk doeleinde bij de verwerking van de bewuste persoonsgegevens wettig is.
Artikel 4 van de wet van 8 december 1992 bepaalt dat, indien bij een persoon op het Belgisch grondgebied persoonsgegevens worden verzameld die op hem betrekking hebben, met het oog op de verwerking ervan al of niet op het Belgisch grondgebied, die persoon in kennis moet worden gesteld van een reeks gegevens, waaronder het doeleinde waarvoor de verzamelde gegevens zullen worden gebruikt.
3
Op grond van artikel 16 paragraaf 1, 1E van de wet van 8 december 1992 moet voor elke geautomatiseerde verwerking een staat worden opgemaakt waarin o.m. het doel van de verwerking wordt vermeld, evenals de personen of categorieën van personen die bevoegd zijn de gegevens te ontvangen.
Conform artikel 17 paragraaf 1 van de wet van 8 december 1992 moet elke houder van een bestand bij de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer aangifte doen van de verwerking, welke o.m. moet vermelden het doel van de geautomatiseerde verwerking en de categorieën van personen die gerechtigd zijn de gegevens te verkrijgen.
Mits deze diverse voorwaarden door de Arrondissementscommissarissen, houders van de adresbestanden van jagers, vervuld worden, en zowel bij de verzameling van de persoonsgegevens, als bij het opstellen van de staat voorzien door artikel 16 en het doen van de aangifte voorzien door artikel 17, op duidelijke wijze bij de doeleinden van de verwerking en de vermelding van de categorieën van personen aan wie gegevens kunnen worden medegedeeld, aangeduid wordt dat het stimuleren en coördineren van de oprichting van wildbeheerseenheden via mededeling van adresbestanden aan representatieve jagersverenigingen voorzien is, kan overgegaan worden tot mededeling van gegevens uit de adresbestanden aan de representatieve jagersverenigingen die hiertoe een aanvraag indienen.
Wel dient erover gewaakt dat de jagersverenigingen slechts gebruik mogen maken van de aldus bekomen gegevens voor de duidelijk omschreven en wettige doeleinden waarvoor ze hun werden meegedeeld.
Mits eerbiediging van de hierboven aangehaalde bepalingen (alsook uiteraard van de andere bepalingen van de wet van 8 december 1992 waarvan de nadere omschrijving evenwel niet noodzakelijk is voor de behandeling van onderhavig advies), kan de Commissie positief antwoorden op de vraag of, in het licht van de wet van 8 december 1992, de mogelijkheid kan bestaan om het verzoek van de jagersverenigingen in te willigen om te beschikken over deze adresbestanden van jagers, noodzakelijk in het kader van een specifiek wildbeheerseenheidsplan.
Voor wat betreft de hierbij te volgen procedure staat het de Arrondissementscommissariaten als houders van het bestand vrij deze zelf uit te stippelen, mits erover gewaakt wordt dat de medegedeelde gegevens enkel door de begunstigde mogen worden gebruikt in het kader van de duidelijk omschreven en wettige doeleinden op basis waarvan de mededeling werd bekomen.
4
OM DEZE REDENEN :
Brengt de Commissie, onder voorbehoud van de hogervermelde opmerkingen, het volgende advies uit :
- De wet van 8 december 1992 is van toepassing;
- Mits de hierboven vermelde opmerkingen worden geëerbiedigd, kan het verzoek worden ingewilligd;
- Bij inwilliging van het verzoek dient er strikt over gewaakt te worden dat slechts die gegevens worden medegedeeld die noodzakelijk zijn in het kader van een specifiek wildbeheereenheidsplan, en dat de begunstigde het gebruik van de gegevens hiertoe beperkt.
De secretaris, de
voorzitter,
J. PAUL. P.
THOMAS.
