WEL OF NIET REANIMEREN?
PRAAT EROVER!
Wel of niet reanimeren?
Van elke patiënt die in Franciscus Gasthuis & Vlietland wordt opgenomen, wordt vastgelegd hoe gehandeld moet worden bij een plotselinge hart- of ademstilstand. Dat geldt ook voor patiënten op de afdelingen voor Dagbehandeling en op de
Spoedeisende Hulp (SEH). Bij een acute hart- of ademstilstand is er geen tijd meer om te overdenken of er wél of juist níet gereanimeerd moet worden.
Dit onderwerp kan ingrijpend zijn, zowel voor u als patiënt en uw naasten, alsook voor de betrokken hulpverleners. Het is daarom belangrijk om hierover goed na te denken en erover te praten. Deze folder helpt daarbij. Misschien heeft u dit
onderwerp ook al eens besproken met uw huisarts. Het is goed om de uitkomst daarvan kenbaar te maken wanneer u in het ziekenhuis komt. Natuurlijk kunt u uw huisarts om advies vragen in deze kwestie.
Wat is reanimeren?
Reanimeren betekent letterlijk: ‘weer tot leven wekken’. Dat is nodig wanneer de ademhaling of hartslag plotseling stopt. Er moet dan snel begonnen worden met reanimeren, omdat
anders door zuurstofgebrek beschadiging van de hersenen kan optreden. Reanimeren kan gebeuren door het geven van
hartmassage, elektrische schokken (defibrilleren), kunstmatige beademing of medicijnen.
Binnen het Franciscus Gasthuis & Vlietland is een speciaal
reanimatieteam aanwezig. Dit team is zo nodig snel ter plaatse.
Hoe groot is de kans dat een reanimatie lukt?
De kans van slagen van een reanimatie, en de kwaliteit van leven ná een reanimatie, zijn sterk afhankelijk van de algemene conditie, ziekte en leeftijd van de patiënt. Een reanimatie is ingrijpend en verloopt lang niet altijd succesvol. Soms slaagt een reanimatie maar gedeeltelijk. Dan overleeft de patiënt wel de reanimatie, maar blijkt er later toch zoveel schade te zijn aan hart of hersenen, dat de patiënt niet meer bij bewustzijn komt of dat goed functioneren niet meer mogelijk is.
Reanimatie heeft dus lang niet altijd het gewenste resultaat.
De vraag of een reanimatiepoging bij u slaagt, is in deze algemene informatiefolder niet te beantwoorden. Bespreek daarom met uw arts hoe u uw eigen situatie moet inschatten, ook in geval van een operatie.
Altijd reanimeren, tenzij…
In Franciscus Gasthuis & Vlietland is het uitgangspunt dat iedereen gereanimeerd wordt als dat nodig is. Er zijn echter twee uitzonderingen:
de arts besluit dat een reanimatie medisch zinloos is
Reanimatie gebeurt alleen als het kans van slagen heeft. Als iemand bijvoorbeeld ongeneeslijk ziek is, of te zwak en te broos om een reanimatie te verdragen, kan de arts besluiten dat reanimeren medisch zinloos is. Uw arts bespreekt zo’n besluit met u en, indien gewenst, met uw naasten. Het besluit wordt vermeld in uw medisch en verpleegkundig dossier. Het kan ook zijn dat pas op het moment van een incident duidelijk wordt dat (verder) reanimeren zinloos is.
Ook dan wordt er niet (verder) gereanimeerd.
de patiënt besluit zélf om niet gereanimeerd te willen worden In Franciscus Gasthuis & Vlietland willen we niemand tegen zijn of haar wil reanimeren. De wens om wel of niet
gereanimeerd te worden kan samenhangen met de ernst van uw ziekte, uw toekomstverwachting, uw levensvisie en de kans van slagen bij een reanimatie. Daarom vragen wij u om uw gedachten daarover met uw behandelend arts te
bespreken. Uw wens wordt in uw medisch en verpleegkundig dossier vermeld1.
Als u niet gereanimeerd wilt worden in geval van een adem- of hartstilstand, wordt deze wens gerespecteerd. Er worden dan bij u in Franciscus Gasthuis & Vlietland geen
reanimatiepogingen gedaan.
Het antwoord op de vraag naar wel of niet reanimeren heeft geen nadelige invloed op alle overige medische behandelingen en verpleegkundige zorg.
1 De arts informeert ook of de patiënt een wilsverklaring heeft getekend (zorgverklaring, niet-
reanimerenverklaring, euthanasieverklaring of levenswensverklaring). Ook dat wordt in het medisch dossier vermeld.
Een beslissing nemen
Om een goede beslissing te kunnen nemen, adviseren wij u om de vraag naar wel of niet reanimeren in ieder geval te
bespreken met uw (huis)arts. Als u dat wilt, kunnen ook verpleegkundigen, een vertrouwd persoon of een geestelijk verzorger (consulent levenseindevragen) u ondersteunen bij een goede afweging en beslissing.
Deze beslissing is niet definitief. Als u van gedachten verandert of als er wijzigingen optreden in uw medische situatie, kunt u op uw beslissing terugkomen en deze opnieuw met uw arts bespreken.
December 2015 1030