• No results found

Is het Gods wil dat iemand sterft? Alle Schriftaanhalingen komen uit de Statenvertaling (HSV). M.V.

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Is het Gods wil dat iemand sterft? Alle Schriftaanhalingen komen uit de Statenvertaling (HSV). M.V."

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

1

Is het Gods wil dat iemand sterft?

Alle Schriftaanhalingen komen uit de Statenvertaling (HSV). M.V.

Vraag van een lezer:

Van de week is mijn tante overleden.

Op de kaart staat: “Heden heeft de Heer tot onze droefheid uit dit leven weggenomen onze innige geliefde enz. enz.”

Zij is na een ziekte van x terminale maanden aan de ziekte overleden.

Nu komt de kardinale vraag: De Heer neemt toch niemand weg vanwege een ziekte. Dit is toch het werk van de satan??

Voorbeeld. Een jongen die dronken en stoned op de bromfiets aan het verkeer deelneemt en vervol- gens zich door een ongeval doodrijdt.

In de christelijke kringen hier bij ons zegt men dan: dat is de wil van God. Maar daar geloof ik nu helemaal niets van.

Wat ik wel geloof dat God daar bij is. Maar toch niet “de Heere heeft uit dit leven weggenomen?”

Mijn antwoord:

Door de zonde zijn ziekte, ongelukken en de dood in de wereld gekomen. Een christen is per defini- tie daar niet van ontheven, alhoewel zijn leven in Gods hand verankerd ligt en door Hem gecontro- leerd wordt.

Als iemand ziek wordt is dat principieel het gevolg van erfzonde/zonde en/of de duivel die aan het werk is. Als dan iemand sterft, dan is dat in diepste zin niet Gods wil: God wil geen ziekte en dood;

dat heeft de mens, die in Eden voor Satan koos, zelf in de hand gewerkt. Maar toch gebeurt dit on- der Gods toelating, controle, zijn ultiem gezag in de dingen van het leven.

Daarom vind ik het toch juist dat er geschreven staat: “De Heer heeft tot onze droefheid uit dit leven weggenomen …”. Niemand blaast de laatste adem uit dan door actief toedoen van God, die de geest van de mens terugtrekt.

Daniel 5:23 zegt: “de God in Wiens hand uw adem is en aan Wie al uw paden toebehoren”. God is de ultieme Autoriteit van het leven.

Job 34:14-15: “Als Hij Zijn hart tegen de mens zou richten, diens geest en diens adem tot Zich zou verzamelen, dan zou alle vlees tegelijk de geest geven, en de mens zou tot stof terugkeren”.

Psalm 104:29: “Neemt U hun adem weg, zij geven de geest en keren terug tot hun stof”.

De Heer trekt actief de geest van de mens terug in het stervensproces.

Naschrift:

Als een jongen dronken en stoned op de bromfiets aan het verkeer deelneemt, is hij in overtreding, m.a.w. hij zondigt. De gevolgen van de zonde en van zonden worden door de Heer niet weggedaan.

En ieder is verantwoordelijk voor zijn eigen wandel en gedrag.

verhoevenmarc@skynet.be - www.verhoevenmarc.be - www.verhoevenmarc.be/NieuwsteArtikelen.htm

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Als Satan onze gedachten zou kunnen lezen, dan zou hij als God zijn, maar alleen van God wordt gezegd dat Hij gedachten kan lezen, zoals we

Deuteronomium 17:3: “en als deze persoon andere goden gaat dienen en zich voor die neer- buigt, of voor de zon, de maan of heel het leger aan de hemel, wat ik niet geboden heb”..

b) 2 Thessalonicenzen 3:10-12: “Want ook toen wij bij u waren, hebben wij u dit bevolen: als ie- mand niet wil werken, zal hij ook niet eten. 4 Want wij horen dat sommigen onder

Deze passage weerlegt de volgende beweringen: dat de Mozaïsche dieetrestricties van kracht zijn in de nieuwtestamentische kerken, dat de Mozaïsche dieetrestricties er waren

“Laat dus niemand u veroordelen 62 inzake eten of drinken, of op het punt van een feestdag, een nieuwe maan of de sabbatten” (Kolossenzen 2:16). Zie je nu, je mag de

34 Wees dan niet bezorgd over de dag van morgen, want de dag van morgen zal voor zichzelf zorgen; elke dag heeft genoeg aan zijn eigen kwaad.. Deze verzen leren ons dat wij een

douloo, Strong’s 1402 = dienaar worden, verslaafd raken, in gebondenheid brengen douleuo, Strong’s 1398 = in slavernij/gebondenheid zijn. doule, doulon Strong’s 1399, 1400 =

“En op die tijd zal Michaël opstaan, die grote vorst, die voor de kinderen uws volks staat, als het [zulk] een tijd der benauwdheid zijn zal, als er niet geweest is, sinds dat er