Bijlage 1 EU financieel steunpakket COVID-19, bekrachtigd door de Europese Raad op 23-4-2020
Maatregel Wettelijke basis Maximale
leencapaciteit € mld
Bedoeld voor Vorm / Inzet gelden via
Pandemic Crisis Support van het ESM
Intergouvernementele overeenkomst gebaseerd op Art. 136 VwEU
€ 240 Eurolanden Gebaseerd op bestaande ECCL precautionary credit line van het ESM. De steun moet worden ingezet voor financiering van directe en indirecte kosten gezondheidzorg en preventie. Maximale steun uit ESM bedraagt 2% BBP (eind 2019) van het steunvragende land.
Het Europese noodfonds ESM werd eerder ingezet voor steunverlening aan Cyprus (2013-2016), Spanje (2011-2014) en Griekenland (2015- 2018).
EIB garantiefonds Art. 308-309 VwEU € 200 EU-lidstaten Nieuw op te zetten EIB garantiefonds, op basis van extra inleg gelden door lidstaten, volgens vaste verdeelsleutel.
Tijdelijk instrument Support to mitigate Unemployment Risks in an Emergency (SURE)
Art. 122 VwEU € 100 EU-lidstaten De EU leent met de EU-begroting als garantie tot maximaal € 100 miljard op de kapitaalmarkt of bij financiële instellingen. Daarnaast wordt van alle EU-lidstaten samen een aanvullende garantie van € 25 miljard gevraagd. De gelden worden doorgeleend aan EU-lidstaten die er een beroep op doen, en is specifiek bedoeld voor
werkgelegenheidssteun.
Dit instrument lijkt op het noodfonds Europees Financieel
Stabiliteitsmechanisme (EFSM) dat tussen 2011-2014 is ingezet voor Ierland en Portugal en in 2015 voor Griekenland.
