• No results found

De oorlog tegen Kerst

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "De oorlog tegen Kerst"

Copied!
16
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

€ 2,20

72ste jaargang • nummer 51 • donderdag 22 december 2016 Weekblad P608721 Afgiftekantoor 2099 Antwerpen X

Voor mensen met een goed hart en een slecht karakter...

Maar eerst was er Holsbeek. Nadat de paaseieren “verstopeieren” werden (dank u, Hema), Zwarte Piet een roetpiet werd en Sin- terklaas het kruis van zijn mijter moest knip- pen, besliste het bestuur van Holsbeek dat de gemeentelijke kerststal moest verdwijnen, wegens “te uitdagend voor moslims”. Toen de kritiek tegen deze beslissing op gang kwam, voegde de Groene schepen van de gemeente er nog een argument aan toe: “Ook homo’s of slachtoffers van pedofiele Brugse priesters zul- len dezer dagen niet staan te springen voor een symbool van de kerk.” Toch wel heel zorgzaam van deze groene politica. Het laatste dat je wil, als Brugs slachtoffer van Monseigneur Vanghe- luwe, is met je gezin naar Holsbeek rijden en daar in het gemeentehuis op een kerststalle- tje stoten. Misschien ook snel de Holbeekse kerk afbreken?

Weg met ons

Wat dan je kerstsfeer verpest en waar je dan boos van wordt, is de wetenschap dat er waar- schijnlijk niet één moslim is die heeft gepro- testeerd tegen de kerststal. Net zoals het niet onze zwarte medeburgers waren die er ooit aan gedacht hadden om aanstoot te nemen aan Zwarte Piet. Telkens zijn het de Vlaamse zelfhaters die de compulsieve neiging voelen om aan culturele zelfcensuur te doen en alles te verwijderen dat ook maar in de verste ver- ten zou kunnen verwijzen naar een eigen iden- titeit van het volk dat hen heeft voorgebracht.

Neen, we gaan ons niet schuldig maken aan dezelfde laaghartigheid die sommigen er toe bracht om de moorden van Breivik op dezelfde morele lijn te plaatsen als politieke kritiek op de multiculturele samenleving. Wij conserva- tieven zijn daar te braaf voor. Wie in eigen land een oorlog tegen kerst voert of goedpraat, is niet moreel verantwoordelijk voor de aanval op de kerstmarkt in Berlijn (ook al was die niet alleen een aanval op de bezoekers maar ook op het christelijke symbool zelf).

Maar evenmin kunnen we de vaststelling negeren dat het wel dezelfde weg-met-ons mentaliteit is die zowel onze tradities, zeker wanneer christelijk, als achterlijke ballast in een “veranderende samenleving” beschouwt, als het opengrenzenbeleid bepleit. En het is

dat beleid dat de aanslagen mogelijk maakt, dat de islam importeert en dat maar weigert te erkennen dat extremisme en geweld, ook wanneer ze het werk zijn van een minderheid, onlosmakelijk en onvermijdelijk verbonden zijn met dat geloof. Neen, de culturele zelfhaters vallen geen kerstmarkten aan en plegen geen moorden. Maar hun grote, koppige ideologi- sche gelijk is wel de oorzaak waarom men- sen nu bang weg blijven van kerstmarkten, waarom er daar meer politieagenten dan kerst- mannen rondlopen en waarom perimeters van betonblokken, hekkens en ander obstakels een onschuldige traditie moeten beschermen.

Onderschatting

Wat, moeten we ons afvragen, is trouwens de zin van die duizenden kleine perimeters en beveiligde zones die voortaan alle publieke bijeenkomsten in Europa moeten beveiligen, als leefden we in Tel Aviv of Jeruzalem? Niet alleen kunnen die ons blijkbaar niet bescher- men tegen elke gek die een vrachtwagen wil stelen om er Jihad mee te plegen. Er is boven- dien maar één perimeter die moet beschermd worden. Het is ook de enige perimeter die echt kan bewaakt worden, zoals het verleden vol- doende heeft aangetoond. Dat zijn de lands- grenzen.

Vorige week kondigden onderzoekers triom- fantelijk aan dat hun studies uitwijzen dat de mensen het aantal moslims in hun land sterk overschatten. Ook in ons land. Wat een dom- oren en overdrijvers zijn we toch! De onderzoe- kers staan niet bij stil bij de redenen waarom we het aantal moslims overschatten. Zou dat wel iets kunnen te maken met het dispropor- tioneel aandeel dat deze groep heeft in de samenlevingsproblemen in dit land? En zou het kunnen dat de betweterige intellectuelen, waaronder ook bepaalde onderzoekers, dat aandeel eigenlijk precies graag onderschatten?

Wie de problemen eigen aan de multicultu- rele samenleving alvast niet zullen onderschat- ten zijn de Duitsers die na de aanslag van Ber- lijn op kerstavond één of meer lege plaatsen aan de tafel zullen hebben. Onmiddelijk na de feiten, toen zijn Europese collega’s nog teveel schroom hadden om aan operatie “minimali- sering” te beginnen, vatte Canadese journalist

Mark Steyn de juiste politieke betekenis van hun dood samen: “Ze stierven omwille van de roekeloosheid van een westerse politieke klasse die weigert een waanzinnig en uiterst riskant socio-politiek experiment op te geven dat nochtans enkel catastrofaal kan aflopen.”

Zachte heelmeesters, stinkende wonden

Steyn zou waarschijnlijk niet verbaasd zijn

te vernemen dat de architect van de vluch- telingencatastrofe, Angela Merkel binnen een paar weken in Vlaanderen twee eredoctoraten krijgt (zie verder in dit blad). Inderdaad, liever dan eindelijk te erkennen dat men fout zat, dat Merkel fout zat, dat een hele politiek generatie een gruwelijke fout heeft gemaakt, kiest men voor de vlucht vooruit en gaat men de inzet van hun waanzinnige gok met de samenleving nog eens verdubbelen. Alles of niets!

Merkel krijgt de prijs omwille van haar “gene- rositeit” en haar “menselijkheid”. Dat de prijs voor de generositeit van Merkel niet door haar- zelf wordt betaald maar door het volk dat ze dient te beschermen, ontgaat ons universitair bestel.

Dat haar “menselijkheid” hier eigenlijk syno- niem is voor het oppervlakkige en ideologisch gemotiveerde sentimentalisme dat de vluch- telingenstroom heeft gecreëerd en laat verder bestaan, lijkt men ook niet te willen weten. De zachte heelmeesters maken stinkende won- den. De gevolgen van hun morele lafheid zijn niet alleen steeds verder ontwrichte westerse samenlevingen maar ook duizenden vluchte- lingen die elke dag opnieuw de uiterst riskante tocht aanvatten.

Geniet toch van kerst, beste lezers. Wij van ‘t Palllieterke gaan dat ook proberen. Zolang we dat nog mogen van degenen die beslist heb- ben dat we ons eigenlijk medeplichtig maken aan een aanstootgevende traditie.

Er zijn van die dagen waarin je, ook als redacteur van een politiek geïnteresseerd blad, even de politiek zou willen vergeten. Dat je je wil onderdompelen in de kerstsfeer.

Dat je met je gezin naar de kerstmarkt wil gaan en, ja, de kerststal aan het gemeente- huis wil gaan bekijken. Die korte periode elk jaar, wanneer de lichtjes, versierde bomen, kerststallen en kinderlijke liedjes je doen denken aan gelukkige en zorgeloze dagen uit je eigen jeugd. En waarin je politieke en andere beslommeringen wil uitstellen naar januari. Niets van dat alles werd ons gegund. Want toen kwam het nieuws uit Berlijn.

De oorlog tegen Kerst Van Holsbeek tot Berlijn

(2)

Actueel 22 december 2016

2

Uit de smalle beursstraat

Een knauw voor het imago van Coucke

Voor Marc Coucke is perceptie alles. Met de verkoop van Omega Pharma aan farmabedrijf Perrigo werd de Oost-Vla- ming eind 2014 eensklaps miljardair. Toen begon de politiek zich te roeren. Omdat er in België geen belasting bestaat op de meerwaarde op aandelen, was 1 miljard van de inkomsten uit de verkoop vrijgesteld van taksen. Sindsdien hamert de CD&V binnen de federale regering bijna onophoudelijk voor de invoe- ring van een meerwaardetaks. Het valt onder een rechtvaar- dige fiscaliteit, is te horen. Marc Coucke, die niet wil overko- men als een steenrijke profiteur, had terstond zijn antwoord klaar: “Jarenlang heb ik miljoenen aan belastingen betaald.

Ofwel op de bedrijfswinst, ofwel op roerende voorheffing uit dividenden, ofwel door de sociale bijdragen van mijn perso- neel te betalen.” Coucke stelde terecht dat extra belastingen het ondernemerschap in Vlaanderen in gevaar zullen brengen.

De ex-baas van Omega Pharma gaf ook aan dat hij wil blij- ven investeren in de Vlaamse en Belgische economie. Hij wou niet op zijn lauweren gaan rusten in een luxueuze villa in Zuid- Europa. Coucke investeerde inderdaad in verschillende groei- bedrijven, stapte in het dierenpark Pairi Daiza en startte de ont-

wikkeling van een toeristisch belevenispark in Durbuy. Om nog te zwijgen over zijn investeringen in voetbalploeg KV Oostende.

Zijn imago als sympathieke ondernemer bleef zo overeind.

Maar een paar weken geleden kreeg dat imago een knauw, toen Perrigo bekendmaakte dat het bij Omega Pharma een col- lectieve ontslagronde wil doorvoeren. Eén op de drie banen zou verdwijnen. Tot 80 jobs staan op de tocht.

Omzet opgeblazen

Marc Coucke heeft met het bedrijf weliswaar niets meer te maken. Hij werd na de overname opzijgeschoven. Perrigo vond dat het te veel moest betalen voor de verkoop. Het vond zich misleid door Coucke, die de omzet zou hebben opgeblazen.

Een verhaal dat vroeger al de ronde heeft gedaan, maar door Coucke werd afgestreden.

Kritische journalisten werden persoonlijk verantwoorde- lijk gesteld voor de dalende beurskoers omwille van een té negatieve berichtgeving. Feit is: Perrigo zou ondertussen 2,1 miljard euro minwaarden hebben moeten boeken, naar ver- luidt. Een proces tussen Coucke en de overnemer is nog altijd

hangende. Extra probleem voor Coucke is dat hij na de over- name van Omega Pharma aan het personeel had beloofd dat de jobs behouden zouden blijven en dat Perrigo zou blij- ven investeren in Vlaanderen. Wat plots zeer twijfelachtig is geworden. Over Coucke bestaat de indruk dat hij met de ver- koop van Omega Pharma zijn personeel in de steek heeft gela- ten. De flamboyante ondernemer probeert dat nu te com- penseren door het sportvoedingsmerk Ettix van Perrigo terug te kopen. Een pr-operatie die vragen doet rijzen. Als Coucke zoals hij zelf beweert op (juridische) ramkoers zit met Perrigo, waarom onderhandelt hij dan over een terugkoop van een vroeger Omega Pharma-merk? Wellicht zal Coucke Etixx voor een vriendenprijsje hebben overgenomen van Perrigo die het merk kwijt wil. En daarmee hoopt Coucke goodwill te creëren bij zijn vroegere medewerkers, die vinden dat hun baas hen in de steek heeft gelaten. Want na de overname door Perrigo zou de bedrijfscultuur bij Omega Pharma grondig veranderd zijn. Sommige medewerkers spreken zelfs van een Amerikaans schrikbewind. De ondernemingsspirit zou weg zijn.

Vraag is: heeft Coucke nog veel te zoeken in de farmasec- tor en de afgeleide niches zoals die van de sportvoeding? Zou hij niet beter inzetten op het aanwerven of overplaatsen van zijn Omega Pharma-talenten naar zijn bedrijven in de ontspan- ningsbusiness?

Angélique VAnderstrAeten Marc Coucke had beloofd dat na de overname van Omega Pharma door het Amerikaanse Perrigo de werknemers

op jobzekerheid zouden kunnen rekenen. Nu blijkt één op de drie banen op de tocht te staan. Dat zal het imago van Coucke geen deugd doen. Al probeert hij daar met de terugkoop van sportvoedingsmerk Etixx verandering in te brengen.

Talrijke parameters zullen toekomst van de Noordzee bepalen

De staatssecretaris voor de Noordzee, Philippe de Backer (Vld), slaagde er vorige week in bijna driehonderd mensen te verzamelen op de marinebasis van Zeebrugge om na te denken over de zee van de toekomst. Onder de ‘hashtag’ Noordzee2050 was die bij- eenkomst het startschot voor de ontwikkeling van een langetermijnvisie over de maxi- male exploitatie van de Belgische Noordzee met een minimale impact op het milieu.

Geen gemakkelijke klus als je het ons vraagt. Vrijwel alle betrokken belanghebbenden en beleidsniveaus waren dan ook in Zeebrugge aanwezig.

Het Belgische deel van de Noordzee – of moeten we zeggen het Vlaamse deel? – is met 3.454 km² ongeveer zo groot als een gemid- delde provincie en gaat vanaf onze kustlijn tot ongeveer 83 km ver in zee. Dit is de Exclusieve Economische Zone, die we niet mogen verwar- ren met de zogenaamde territoriale wateren, die slechts tot ongeveer 22 km in zee gaan. De gemiddelde diepte is 30 meter en de opper- vlakte van het Belgische deel is amper een half procent van de totale oppervlakte van de Noordzee.

Dit relatief klein gedeelte wordt al druk geëx- ploiteerd. Samen met het aangrenzend Kanaal is dit de drukste scheepvaartregio ter wereld.

Er zijn bovendien de windturbineparken, de zeevisserij, militaire activiteiten en aquacul- tuur. Daarnaast is er de bekommernis voor het vrijwaren van natuurgebieden, zoals de

‘Vlaamse Banken’ en de beschermde gebie- den voor vogels.

Marien plan

Om al deze belangen in evenwicht te bren- gen werd in 2014 een marien ruimtelijk plan ontwikkeld. Het plan brengt de Noordzee en haar gebruikers in kaart en stemt hun ruimte- lijke impact op elkaar af. Het voorziet in een vergunningsbeleid en zorgt op die manier ook voor rechtszekerheid voor iedereen die acti- viteiten op de Noordzee wil ondernemen, dit telkens voor een termijn van zes jaar. Volgens

staatssecretaris De Backer vervulde ons land hiermee een pioniersrol in Europa. Naast de zesjaarlijkse herzieningen wil De Backer nu een strategie voor de toekomst ontwikkelen. Hoe kan de Noordzee een rol blijven spelen in de duurzame energiebevoorrading van ons land?

Wat met de toenemende druk van maritiem afval, onder andere de enorme hoeveelheden plastiek? Hoe kan de Noordzee een innova- tieve rol spelen in de voedselvoorziening.? En hoe kan de inkomenszekerheid van vissers ver- zoend worden met bloeiende visgronden? We hebben het dan nog niet over de recreatie aan zee, de opwarming van de aarde en de moge- lijke stijging van de zeespiegel met een meter op het einde van deze eeuw.

Werkgroepen

Er is bijgevolg werk aan de winkel voor de drie werkgroepen die volgend jaar aan De Bac- ker elementen moeten aanreiken om een lan- getermijnvisie te ontwikkelen over de toe- komst van de Noordzee. De voorzitters van de werkgroepen, ‘natuurlijkheid’, ‘blauwe eco- nomie & innovatie’ en ‘meervoudig ruimtege- bruik’ kregen dan ook ruimschoots de tijd om de aanwezigen warm te maken om samen met hen mee te denken en te plannen. Uitdaging voor de werkgroep ‘natuurlijkheid’ is het vin- den of bestendigen van een gezond en veer- krachtig ecosysteem als basis voor een pro- ductief Belgisch deel van de Noordzee. Klinkt

mooi, maar de werkgroep zal vlug ondervinden dat hier mondiale uitdagingen aan de orde zijn.

Wij haalden reeds de opwarming van de aarde aan, maar er is ook de verzuring van de ocea- nen en de vervuiling in het algemeen, die geen grenzen kent. Meer dan 2.100 soorten zouden leven in en op het water van onze Noordzee.

Om die biodiversiteit te handhaven dienen beperkingen gesteld te worden aan alle acti- viteiten, maar dit is dan weer niet in lijn met economische verzuchtingen. De werkgroep

‘blauwe economie & innovatie’ dient hierop in te spelen.

Een blauwe economie gaat uit van natuur- lijke middelen die lokaal beschikbaar zijn. Het potentieel voor innovatie binnen de maritieme technologie lijkt bovendien onuitputtelijk. Dit gaat van aquacultuur tot energiewinning. Dient het windmolenpark offshore ter hoogte van de Knokke verder uitgebreid te worden? Ook hier speelde België, ondanks het relatief kleine zeegebied, een pioniersrol. De bouw van een windmolenpark zorgt al vlug voor de tewerk- stelling van 2.800 personen op jaarbasis. De latere uitbating is goed voor nog eens 200 werkplaatsen op jaarbasis. Maar ook golven kunnen energie opwekken. Hoe gaat het dan verder gaan met ons ‘stopcontact’ op zee? De grootste uitdaging is de stap van de ontwik- keling van sommige technologieën naar de markt, vernemen we. Er zijn bovendien diverse actoren met soms tegenstrijdige belangen. Om conflicten te vermijden, dringt een gecoördi- neerd beleid en een multifunctioneel gebruik van de relatief beperkte oppervlakte zich op.

En hiermee komen wij bij de derde werkgroep die op de startvergadering werd voorgesteld:

‘meervoudig ruimtegebruik’ of ruimtelijke ordening op zee.

Alle lagen van de Noordzee kunnen wor- den gebruikt: de bodem, het water, het opper- vlak en zelfs de lucht erboven. Vele activitei- ten zijn echter seizoensgebonden of vinden slechts gedurende een korte tijd plaats. Het wordt andermaal puzzelen om de noden voor scheepvaart, zand- en grindwinning, bag- gerwerken, stortplaatsen voor baggerspecie, militaire activiteiten, het leggen van kabels en leidingen, energiewinning, aquacultuur en vis- serij, natuur, toerisme en watersport met elkaar te verzoenen. De kust is in wezen dynamisch door het getijdenregime, zeestromingen en het golfklimaat. Toch is de huidige kustlijn min of meer vast, mede door de bouw van een muur aan appartementen, maar ook door de nood- zakelijke werken in uitvoering van het Master- plan Kust dat voorziet in een versteviging van de dijken, ophoging of verbreding van stranden en duingebieden, en de bouw van stormkerin- gen tegen een mogelijke duizendjarige storm.

Dit beperkt alweer de mogelijkheden en noopt tot creativiteit.

De bestaande kustlijn zal de eerstkomende jaren wellicht niet veranderen. Toch blijft de vraag of in de toekomst de voorkeur niet zal gaan naar vlottende systemen in plaats van vaste constructies voor bijvoorbeeld energie- winning.

Bevoegdheden

De Backer en de zijnen hebben dus wel wat stof om over na te denken, indien men een visie en een beleid wil ontwikkelen dat goed is tot 2050. Minder aandacht in dat verband ging naar de bevoegdheden van de overheden en de coördinatie met andere aan de Noordzee grenzende landen. Wat betreft de kust spelen de Europese Richtlijn Maritiem Milieu en Euro- pese Maritieme Strategieën de hoofdrol. Deze dienen omgezet in nationaal beleid. De Belgi- sche federale overheid is bevoegd over de ter- ritoriale zee, de Exclusieve Economische Zone en het continentaal plat. Het Vlaams Gewest is bevoegd van de basislijn, dit is de laagste waterlijn bij het laagste getij, tot het strand, de duinen en de interne wateren.

De Vlaamse overheid heeft ook bepaalde bevoegdheden op zee, zoals baggeren, visse- rij, loodsen en redding. De 10 kustgemeen- ten en 9 hinterlandgemeenten zijn, elk voor hun grondgebied, dan weer bevoegd voor het lokaal beleid. De provincie West-Vlaan- deren is het beleidsniveau tussen gemeenten en gewest, coördineert Europese samenwer- kingsprojecten en heeft bevoegdheden op het vlak van toerisme, cultuur, economie en wel- zijn. Carl Decaluwé, de provinciegouverneur van West-Vlaanderen, speelt een centrale rol in het veiligheidsbeleid en de rampenplanning.

Bij zijn tussenkomst riep hij de plannenmakers op tot realisme. Het gaat wel om wat meer dan een ponton voor zeehonden dat enkele dagen later zinkt, zoals onlangs gebeurde in de jacht- haven van Blankenberge. Met alle genoemde parameters en jaarlijks 7 miljoen kustbewo- ners zal namelijk nauw overleg, bereidheid tot samenwerking en een goede coördinatie uiter- mate belangrijk zijn voor de toekomst van de Noordzee.

rirO

(3)

Actueel

22 december 2016 3

Met het been stijf?!

Mevrouw de splitsende,

Elio di Rupo en zijn Parti Socialiste zien met lede ogen aan dat de regering, waarvan uw partij de grootste speler is, dingen doet waarvan zij alleen maar kunnen gruwen. In een interview vorige week sloeg Di Rupo genadeloos om zich heen en had hij geen goed woord over voor zijn opvolgers. Ook gij kwaamt in zijn vizier… Hij stelt immers zon- der verpinken dat gij bezig zijt de nog fede- raal gebleven Belgische wetenschappelijke instellingen te splitsen, zodat er ook van die Belgische historische resten uiteindelijk niks meer zal overblijven. Ik zou zo zeggen: dat is behoorlijk goed nieuws, want tijdens de staatshervormingen is er nog veel te veel in federale handen gebleven, en alles wat nog kan overgeheveld worden, is goed.

Het gaat om in totaal nog tien instellin- gen, zoals bijvoorbeeld de Koninklijke Bibli- otheek, de Koninklijke Musea voor Kunst en Geschiedenis, het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika, de Koninklijke Sterrenwacht, het Rijksarchief, het Koninklijk Meteorolo- gisch Instituut, de Koninklijke Musea voor Schone Kunsten… Om de bekendste even op te noemen. Het moet gezegd dat Bert Anciaux – waarmee gij toch enige Vlaams- gezinde verwantschap hebt - als toenma- lige Vlaamse minister van Cultuur al in 2006 initiatieven wilde nemen om in het voor- uitzicht van een nieuwe staatshervorming deze instellingen als ‘te defederaliseren’

naar voor te schuiven. Het is hem helaas niet gelukt. Zijn uitgangspunt was nochtans niet zo slecht! Hij stelde de overheveling van het beheer naar de Gemeenschappen voor, maar ook – omwille van bestaande verzame- lingen en opgebouwd patrimonium – een beperkt soort cobeheer voor enkele instel- lingen. Tegelijk zouden de Gemeenschappen een eigen wettelijk depot kunnen organise- ren. Defederalisering en bicommunautarise- ring als het ware, waarbij het doel duidelijk was: enkel de Gemeenschappen zijn nog ver- antwoordelijk met een eigen beleid en mid- delen. Omdat dat een goede en redelijke uit- weg was, diende bijvoorbeeld het Vlaams Belang al tijdens de vorige legislatuur een voorstel van resolutie in waarin de zaak zo op het federale niveau scherpgesteld werd.

Helaas bleef alles dode letter. Tot gij een jaartje geleden uitpakte met uw visienota waarin gij voorstelde de tien federale weten- schappelijke instellingen onder te bren- gen in twee verzelfstandigde nv’s. De ene groepeert de meteo-instellingen in Ukkel, de andere, veel groter, bundelt de instellin- gen met een collectie en een museale wer- king zoals de Musea voor Schone Kunsten.

Beide worden een naamloze vennootschap van publiek recht met sociaal doel. Een raad van bestuur, met daarin ook vertegenwoor- digers van de deelstaten en private part- ners, zal het algemeen beleid uitzetten. Ik weet het, dat is nog geen definitieve defe- deralisering, maar er wordt alvast een aan- zet gegeven - een uitgangspositie gecreëerd - om bij een volgende staatshervorming de boel finaal door te knippen en het overbodig geworden federale niveau weg te laten. De PS ziet dat met lede ogen aan en slaat alarm door Brussels minister-president Rudi Ver- voort (PS) en Brussels staatssecretaris voor Wetenschapsbeleid Fadila Lanaan (PS) een nota te laten opstellen waarin ze uw beslis- sing ‘onzin’ noemen, want die zou de ‘Bel- gische wetenschap’ van het internationaal toneel doen verdwijnen. De Brusselse rege- ring verzoekt u dan ook in een brief om af te zien van uw plannen, waar gij gelukkig vooralsnog niet op ingaat. Geen onbelang- rijk detail: de brief werd ondertekend door de volledige Brusselse regering. Ook door de

‘Vlaamse’ CD&V- en Open Vld-dhimmi’s dus, die zo hun federale evenknieën afvallen. En daar zou het potje wel eens kunnen gaan stinken. Hoewel de collecties alsnog niet in handen komen van de Gemeenschappen, rijst de vraag of uw partij deze op termijn ook nog wil samenhouden. Heel cryptisch ant- woordde Peter de Roover, uw fractieleider in de Kamer, net als gij dat ‘hij niet kan voor- spellen wat de toekomst brengt’…

Mag ik hopen dat gij, hoe dan ook, het been stijf houdt en dat er op die manier - zij het langzaam -, dan toch nog iets commu- nautairs gerealiseerd kan worden in de hui- dige stilstand die in het strijdende Vlaande- ren ferm op de zenuwen begint te werken?!

Briefje aan Elke Sleurs

Rik Torfs, rector van de KUL, liet iets meer in zijn kaarten kijken: “Merkel is vandaag de politica bij uitstek die de waarden van de westerse, democratische rechtsstaat verte- genwoordigt. Zij is een voorbeeld van gene- rositeit en menselijkheid in tijden van links en van rechts, van Trump, Le Pen, Podemos en Syriza.” Het is moeilijk de begrippen “gene- rositeit en menselijkheid” in verband te bren- gen met haar aanpak van de Griekse crisis, dat ene belangrijke wapenfeit van de Duitse kanselier. Het is uiteraard die andere beslis- sing, waar Torfs naar verwijst: de noodlottige beleidskeuze die de geschiedenis zal ingaan onder de gebalde slogan “wir schaffen das”.

Het onwetende en immorele volk

Torfs is sluw genoeg om extreemlinkse par- tijen als Podemos en Syriza aan het lijstje van ongewenste fenomenen toe te voegen. Hij is niet links en heeft daar ook geen moeite mee. De minder subtiele logebroeders van de Gentse universiteit, die ooit een eredoctoraat uitreikten aan de grondlegger van het wes- terse marxisme, Georg Lukacs, denken er waar- schijnlijk het hunne van. Syriza en Podemos zijn trouwens best sympathieke partijen in de ogen van vele van onze professoren. Twee jaar geleden tekenden 14 Belgische academici een petitie ter ondersteuning van Syriza. Daaronder ook 5 docenten van KUL en UGent. Wat zou er gebeuren met professoren die een petitie ter ondersteuning van het Front national zouden ondertekenen?

Het eredoctoraat is eigenlijk een officiële stellingname van de universitaire wereld tegen de recente electorale volksopstanden ter rech- terzijde: Trump, Brexit, Wilders, AfD, Le Pen, de maar nipt afgewende FPÖ-president in Oos- tenrijk...

Zo duidelijk als mogelijk is via een eenvoudig kruisje op een stembrief, maken de westerse volkeren telkens weer hun afwijzing duidelijk van de ongebreidelde migratie. Zelfs in de refe- rendumnederlaag van Renzi was het vluchte- lingenprobleem een doorslaggevende factor.

Met een eredoctoraat voor Merkel, wiens onbesuisde uitspraken de vluchtelingencata- strofe mee gecreëerd hebben, willen onze aca- demische leiders duidelijk maken dat zij de wensen van het gewone volk niet delen. Meer zelfs, ze beschouwen de keuzes van het elec- toraat immoreel. Een afwijzing van “menselijk- heid en generositeit”, zowaar. Maar er is meer aan de hand.

Het wantrouwen voor de professoren

De electorale volksopstanden die door onze academici op de korrel worden geno- men zijn in essentie het gevolg van gebrek aan identificatie. De gewone man of vrouw herkent zichzelf niet in de elites en hun poli- tieke stellingnames. Wanneer de man in de straat zijn televisie aanzet en, zeg maar, naar

“De Afspraak” kijkt, hoort hij daar een poli- ticus, een journalist, een professor en een artiest die elkaar gelijk geven met hun toch zo “humane” mening over de vluchtelingen- crisis. Telkens merkt de kijker dat daar niet één aanwezige is die zelfs maar bij benade- ring zijn mening vertegenwoordigt. Deze ver- vreemding is reeds lang aan de gang, maar bereikt nu haar hoogtepunt. De sociale media spelen daar zeker een rol in, want de zich een- zaam wanende aanschouwer van het eenzij- dige publieke debat kon vroeger alleen op familiefeesten of op café vermoeden dat hij niet alleen was. Sinds het internet en de soci- ale media wordt hij zekerder van zichzelf en laat hij zich gemakkelijker mobiliseren in het verzet. Het wantrouwen geldt echter niet alleen meer het traditionele triumviraat van de politieke correctheid, de politici, journa- listen en artiesten. Het verzet gaat ook steeds meer zagen aan de vierde poot van de con- sensus der intellectuelen: de academische wereld. Met de verkiezing van Trump hebben de Amerikanen ook een welgemeende schop in het achterwerk van hun extreem politiek correcte universiteiten gegeven. Bij het refe-

rendum over de Brexit hadden veel emi- nente professoren hun gewicht in de schaal geworpen om de Britten in de EU te houden.

Zo waarschuwden vele economen (groten- deels ten onrechte, blijkt nu) voor de rampen die het VK zouden treffen in geval van een Brexit. Het maakte allemaal niet veel indruk op kiezers die ook van de politieke menin- gen van de academische wereld vervreemd zijn geraakt.

Dissonante klanken

De universiteiten hebben het wantrouwen aan zichzelf te danken. Reeds lang hebben ze het streven naar kennis ondergeschikt gemaakt aan de ideologische consensus der intellec- tuelen en dictaten van de politieke correct- heid. Vooral de humane wetenschappen, met hun sociologen, politicologen, criminologen en moraalfilosofen, werden daar het slachtoffer van. Recentelijk tonen ook de positieve weten- schappen hun kwetsbaarheid aan: sociale, ide- ologische en financiële druk zorgt ervoor dat klimaatwetenschappers zich perfect confor- meren aan wat de klimaatreligie van hen ver- langt. Wie een dissonante klank laat horen, kan maar beter van goeden huize zijn. Maarten Boudry, filosoof, gedraagt zich bijvoorbeeld al een tijdje als stoorzender in het debat over de islam. “Als politici hun kop in het zand steken over het multiculturele drama, en alle bezorgde burgers wegzetten als racistisch klootjesvolk ..., dan moeten ze achteraf niet verwonderd zijn dat ze een grote, balorige opgestoken mid- delvinger van de kiezer krijgen”, stelt hij. Maar Boudry kan zich deze bedenkingen enkel per- mitteren door telkens weer te benadrukken dat hij zelf “een linkse jongen” is. Het is sterk dat een linkse vrijwaringsclausule nodig is om een afwijkende mening te kunnen uiten. Niet dat die hem beschermt tegen de beschuldiging eigenlijk een “rechtse wolf in schapenvacht”

te zijn. Jef Verschueren, het prototype van het soort fanatici dat aan onze universiteiten mag doceren, stelde dat het enige verschil tussen islamkritische linksen als Boudry en extreem- rechts is dat de eersten nog net geen deporta- tie voorstellen. Linkse sympathieën, inclusief regelrecht marxisme, zijn aan onze universi- teiten dan ook nooit een hinderpaal geweest voor academisch succes en lauwerkransen.

Wie rechts buiten de lijntjes kleurt, kan zich aan meer problemen verwachten. Toen profes- sor Frank Thevissen net iets te veel aandacht besteedde aan het Vlaams Belang in zijn opi- niepeilingen en dan ook nog eens kritiek gaf op sp.a’er Frank Vandenbroucke, kwam hij in conflict met de linkse logebroeders van de VUB. Ontslag was het resultaat van de heilig- schennis. Professor Urbain Vermeulen kreeg een blaam van rector Oosterlinck van de KUL omdat hij iets te veel kritiek had geuit op de Arabische wereld (de blaam werd later wel ongedaan gemaakt).

De oneerlijkheid aan de top

Waarom is de politieke correctheid zo dominant aan onze universiteiten? Omdat het een fenomeen is dat toeneemt naarmate men hoger op de maatschappelijke ladder klimt en de openbaarheid van het debat toe- neemt. Er is weinig politieke correctheid op de bouwwerf. Er is al heel wat politieke correctheid op de stafvergadering van het bedrijf. Maar het summum wordt pas bereikt in de politiek, de kunstenwereld, de pers en de universiteit. Het grote probleem is dat poli- tieke correctheid in essentie een ontkenning van feitelijke correctheid is. En laat dat laat- ste nu net de kerntaak van academische ken- nisvergaring zijn. Ik ben zelf een fel aanhan- ger van de wetenschap en overtuigd van de enorme rol die wetenschap speelt in het suc- ces van onze beschaving. Wanneer een aca- demicus iets zegt, geloof ik die, behalve als er zeer gewichtige aanwijzingen zijn om dat niet te doen. Maar wanneer een academicus een stelling poneert op een terrein met poli- tiek-ideologische implicaties, dan ga ik ervan uit dat alles wat hij zegt moet gewantrouwd worden, tot het tegendeel vaststaat. Zo groot is de kracht van ideologie. Jurgen Ceder

De academici wijzen hun volk terecht

Op 12 januari krijgt Angela Merkel een eredoctoraat. Van twee universiteiten tege- lijk: Gent en Leuven. Officieel om haar inspanningen voor Europa en “omdat ze de waarden verdedigt die ons continent toelaten om in verscheidenheid toch eenheid te vinden”. Bedoelt men daarmee de verscheidenheid der Europese volkeren? Uiter- aard niet. U kent ze ook, de codewoorden van het politieke taalgebruik. Het gaat hier over de verscheidenheid tussen autochtone en allochtone Europeanen.

Manuel ‘I’m from Barcelona’ overleden. Manuel Valls springlevend

nu Hollande geen presidentskandidaat is.

(4)

Venijn

In de commissie Binnenlandse Zaken werd de premier ondervraagd over zijn staatssecre- taris Francken die de rechtsstaat zou ondermij- nen met zijn reactie op het vonnis aangaande het visum voor een Syrisch gezin. Natuurlijk nam het groene ettertje Kristof Calvo deze gelegenheid te baat om buiten proportie uit te halen naar de regering, de N-VA en Franc- ken. Natuurlijk was volgens hem de democra- tie in gevaar en de solidariteitsactie met Franc- ken vanuit de N-VA werd zeer zwaar op de korrel genomen en als een ‘campagne, gefi- nancierd met belastinggeld, een hetze tegen zogenaamde wereldvreemde rechters’. En hij schuwde het linkse populisme niet toen hij zei al vaker gewaarschuwd te hebben ‘voor het gevaar van de grootste Vlaamse partij in uw meerderheid, een partij die steeds meer afglijdt naar het niveau, de taal en de houding van Geert Wilders, Marine Le Pen en Donald Trump’. Het kon niet op. Hij eiste van de eerste minister dat hij aan Francken zou vragen het arrest uit te voeren of de dwangsom te beta- len, want anders ‘lijkt u meer op Viktor Orbán dan op Angela Merkel’. De andere vraagstel- lers. waren het ook niet met de regering eens en lieten dat ook duidelijk horen. Maar het ver- schil met het Mechelse venijn was dat zij dat deftig en zonder scheldkanonnades deden.

Zelfs de roden (PS en sp.a) en de donkerro- den (PTB!) hielden het beschaafd…

Minder! Minder!

Neen, de roep naar minder Marokkanen en dan de belofte dat men dat even zal rege- len, hebben we niet gehoord in de Kamer.

Maar in de wandelgangen zijn zowel Siegfried Bracke als Jan Peumans het roerend eens dat de parlementen het eigenlijk feitelijk met flink wat minder volksvertegenwoordigers kunnen doen. Vandaag tellen de Kamer 150 en het Vlaams Parlement 124 leden, maar daarvan kunnen er best een aantal geschrapt wor- den, vinden de twee N-VA-assembleevoorzit- ters. Jan Peumans stelt zelfs het getal van 80 voorop. De politieke structuren moeten ver- eenvoudigd worden en goedkoper gemaakt worden. Klinkt goed allemaal en de burgers zullen dat alleen maar toejuichen. Alleen wil- len ze dat pas in 2019 regelen, in het kader van de vorming van een nieuwe regering. Of het zover zal komen, is nog maar de vraag. Als het al bijna onmogelijk is om een redelijke pensi- oenregeling te treffen over alle parlementen heen, dan is de vraag over het schrappen van zetels nog een ander paar mouwen. Wedden dat er in alle partijen zal gelobbyd worden om het liefst alles bij het oude te laten?!

Bij de tijd?

Vorige week ontdekte Kamerlid Hendrik Vuye van de nieuwe fractie VUWO in het Bel- gisch Staatsblad de publicatie van een Konink- lijk Besluit van 15 oktober 1921, onderte- kend door Albert I en de ministers Jaspar en Destrée. Inderdaad, Destrée, de man van de historische uitspraak: “Sire, il n’y a pas de Bel- ges.” Allen zijn reeds decennia geleden over- leden… Vuye wil nu toch wel eens weten hoe de vork aan de steel zit en stelde een schrif-

Roddels uit de Wetstraat

Dossier 22 december 2016

4

telijke vraag aan de premier. Hij vraagt zich aldus af waarom dit KB met 95 jaar vertraging gepubliceerd wordt en welke minister er van- daag voor verantwoordelijk is. Eén ding valt wel op, en dat is de boodschap dat het toch ook nog voor ons en deze tijd bedoeld is, want de aanhef van koning Albert I gaat als volgt:

“Aan allen, tegenwoordigen en toekomenden, HEIL.” Encore une petite histoire à la belge…

Chinese vrijwilliger

Hendrik Vuye kwam in een kafkaiaans Bel- gisch verhaal terecht toen hij de bevoegde minister wilde ondervragen over de kwestie van de geluidsnomen in en rond Zaventem die door de Brusselse regering uit de commu- nautaire diepvries werden gehaald door de boetes op te willen drijven. Met alle gevolgen van dien voor de tewerkstelling en het weg- vluchten van tal van maatschappijen. Omdat de Vlaamse regering tegen die maatregel een belangenconflict heeft ingeroepen, moet de zaak nu naar het Overlegcomité. Vuye wilde dan ook weten wat het standpunt van de fede- rale regering zal zijn in deze kwestie. Hij wilde dus een van de federale ministers die daarin zetelt ondervragen. Maar die gaven niet thuis en minister Bellot werd als Chinese vrijwilli- ger uitgestuurd om het volgende te antwoor- den: “Met betrekking tot de werking van het Overlegcomité verwijs ik u naar de daarvoor bevoegde personen.” Vuye viel van zijn stoel en vroeg zich af of dit een grap is: “Het is ver- dorie de regering zelf, die mij naar u heeft ver- wezen en u kunt er niet eens op antwoorden.

Proficiat.” Ronduit hilarisch.

Et alors?!

Kamervoorzitter Siegfried Bracke ziet echt niet in dat hij op een slappe deontologische koord danste toen hij een tijdje geleden samen met zijn vrienden Rik Torfs en Kris Hoflack aan VTM-journalisten de trucs van de foor aan- leerde inzake berichtgeving en interviewtech- nieken. Staatsmannelijk en zich klaarblijkelijk metend aan François Mitterrand, antwoordde hij toen hij daarop werd aangesproken met een nonchalant: “Et alors?!” Hij denkt echt dat hij als eerste burger alles mag en kan en hoog verheven boven alles staat… Het is niet omdat hij dertig jaar een roodgekleurde VRT- journalist was, dat hij nu uit zijn nieuwe rol moet vallen. Men kan zich de vraag stellen waar de onafhankelijkheid tegenover elkaar van journalisten en politici begint en eindigt.

Bart Eeckhout stelde in De Morgen terecht:

“Mediatraining van politici door journalisten staat haaks op het idee van onafhankelijke journalistiek. Politieke training van journalis- ten door politici staat even haaks. Hoe moeten wij ons als kijkende, luisterende, lezende bur- ger een ‘kritisch’ interview voorstellen tussen politicus en journalist die elkaar kennen van de cursus?” Inderdaad, als media en politiek zo in elkaar overlopen en zelfs vervlecht gera- ken, waar blijft dan de geloofwaardigheid van de onafhankelijkheid van beiden?! Bracke was als journalist al subjectief. Als Kamervoorzitter is hij dat evenzeer. Het is bijgevolg logisch dat hij ‘het niet ziet’. Op den duur gaat men nog heimwee krijgen naar Herman de Croo, of zelfs Baas Ganzendonk André Flahaut…

Amerikaanse slordigheden

De Japanners boeken met hun aanval op de Amerikaanse vloot in Hawaï een korte zege, maar zij laten de gelegenheid voor- bijgaan een strategische zege te behalen.

Die voorlopige overwinning heeft veel te danken aan Amerikaanse slordigheid. Ach- teraf beweren de Amerikaanse bevelhebbers admiraal Kimmel en generaal Short dat ze volkomen verrast werden en dat Washington hen te weinig informeerde. Het is natuurlijk 1941 en niet 2016.

De afstand tussen de Amerikaanse hoofd- stad en Pearl Harbor bedraagt 7.000 kilo- meter en dat maakt de communicatie niet echt gemakkelijk. Veel gebeurt nog per tele- graaf, maar ook in Hawaï weet men dat de Amerikaans-Japanse onderhandelingen in het slop zitten en dat men op zijn hoede moet zijn. De Japanse methodes zijn overbe- kend, maar de Amerikaanse bevelvoerders kijken niet verder dan hun neus. De heren hebben nochtans in 1894 de Eerste Chi- nees-Japanse Oorlog meegemaakt; die aan- val werd pas later gevolgd door een oorlogs- verklaring. Ze zijn beroepsofficier wanneer in 1905 de Japanners Russische schepen tot zinken brengen in Port Arthur en na de zege een oorlogsverklaring afleveren.

En de heren hebben de rang van admiraal en generaal als Japan in 1937 een bloedige oorlog begint tegen China zonder zelfs maar de oorlog te verklaren. Ze vinden het niet nodig Pearl Harbor in verhoogde staat van alarm te brengen, want ze kunnen zich niet indenken dat die “kleine bruine apen” (zoals de Amerikanen Japanners noemen) zoiets gewaagds zullen ondernemen. De bevel- hebbers verwachten eerder dat de Japan- ners de Filippijnen zullen aanvallen en ze zijn ervan overtuigd dat Japan niet in staat is twee vlootaanvallen tezelfdertijd te orga- niseren. Aan een luchtaanval denken ze ook niet, hoewel twee manoeuvres bewezen hebben hoe kwetsbaar Pearl Harbor is voor een aanval uit de lucht. Het is daarenbo- ven zondag en dan is de waakzaamheid per definitie al verslapt. En er is nog een maat- regel die de taak van de Japanners verge- makkelijkt.

Militairen kijken graag naar films waar

“de slechte” eerst op het einde ontmaskerd wordt als spion op een vliegtuigbasis. De Amerikaanse vliegtuigen staan netjes naast mekaar geparkeerd in open lucht, uit schrik voor een verrader die ze anders misschien ’s nachts saboteert in een duistere hangar. Een lekker hapje voor de Japanse marinevliegtui- gen, die 155 toestellen op de grond vernieti- gen. De Israëli’s kopiëren die luchtaanval tij- dens de Zesdaagse Oorlog, in 1967, wanneer de Egyptenaren denken dat geheimzinnige Joodse infiltranten hun vliegtuigen onklaar zullen maken.

De haven en de vliegdek- schepen blijven gespaard

Niet dat men aan Japanse zijde zoveel verstandiger is. De Japanners stomen op in radiostilte en controleren met vliegtuigen en onderzeeërs eventuele bewegingen van de Amerikaanse vloot. Op zes vliegdeksche- pen staan meer dan 400 vliegtuigen klaar om alles wat vaart en een Amerikaanse vlag voert te vernietigen.

Verscheidene dagen voor de aanval krijgt de Japanse opperbevelhebber het bericht dat de drie grote Amerikaanse vliegdeksche- pen patrouilleren en niet in Pearl Harbor zijn. Hoewel de Japanners hun moordende raid dankzij dat soort schepen kunnen uit- voeren, redeneren ze alsof het nog 1905 is, toen grote slagschepen zeeslagen wonnen en vliegdekschepen nog niet bestonden. Dat is de eerste strategische blunder de dag van de aanval zelf.

Nauwelijks zes maanden later stoppen die Amerikaanse vliegdekschepen de Japanse opmars in de Slag bij de Koraalzee, en die

leidt naar de eerste Japanse nederlaag, bij Midway. Aan de onderzeeërs van de US Navy besteden de Japanners niet veel aandacht, maar het zijn wel die onderzeeërs die de Japanse aanvoer van manschappen en mate- rieel naar veroverde gebieden grondig ver- storen en ten slotte onmogelijk maken. In Pearl Harbor liggen acht Amerikaanse gigan- tische zij het vrij ouderwetse slagschepen.

De Japanners weten dat de haven ondiep is.

Ze kennen het Amerikaanse technisch ver- nuft en beseffen heel goed dat ze de Ame- rikaanse vloot naar een kelder kunnen zen- den van waaruit die gemakkelijk weer naar de oppervlakte kan getakeld worden.

En toch is het vooruitzicht slagschepen te vernietigen onweerstaanbaar, want de Japanners geloven hun eigen vooroordelen.

Westerse regeringsleiders zijn bullebakken die terugdeinzen soldaten of matrozen op te offeren, omdat anders die politieke lei- ders het risico lopen niet herkozen te wor- den. De eerste Japanse klap is dus meer dan een daalder waard, en misschien geven de Amerikanen het wel op na zo’n giganti- sche nederlaag. Dat is de tweede strategi- sche blunder, want na zes maanden zijn zes gezonken slagschepen en wat kleiner grut alweer slagvaardig. Twee slagschepen zijn niet te redden maar de Amerikanen slagen erin het grootste deel van de bewapening boven water te brengen voor hergebruik.

En dan is er de derde strategische fout van de Japanners die verhindert dat het tijdelijke succes in Pearl Harbor grote gevolgen krijgt.

Wanneer de aanvallers het rokende en bran- dende Pearl Harbor achter zich laten, zijn de Amerikaanse militairen in shock door de vele verliezen (2.403 Amerikaanse gesneuvel- den, tegen 64 Japanners) maar ze realiseren zich vrijwel onmiddellijk dat de haven nog altijd bruikbaar is. De kades zijn intact; de haveninstallaties met de kranen die noodza- kelijk zijn om de gezonken schepen te lich- ten, staan er ongeschonden bij.

De vliegvelden zijn vlug te herstellen en de o zo belangrijke brandstofdepots heb- ben het overleefd. De herstellingswerkzaam- heden vorderen zeer goed en zeer vlug. De Japanners hebben zich zo laten verblinden door een mogelijk spectaculair succes dat ze niet eens overwogen hebben belangrijkere maar minder opvallende doelwitten te kie- zen. Natuurlijk is dat wijsheid achteraf, en de Japanners zijn zeker niet de enigen die zo’n fouten maken.

Denk aan de beslissing van Mark Clark om het strategisch onbelangrijke maar publici- tair interessante Rome te bevrijden, zodat van de in Italië omsingelde Duitse legereen- heden het grootste deel ontsnapt. Vergelijk dat met de wijsheid van Eisenhower, die het inzicht heeft Parijs aan de Fransen en Berlijn aan de Sovjets te laten.

Onderschatting

De Japanners maken nog een fout. Ze onderschatten grondig de Amerikaanse mentaliteit. Hun diplomaten berichten over de isolationistische mentaliteit bij een deel van de bevolking, over de beweging de VS buiten de oorlog te houden (Charles Lind- bergh is een van de leiders).

Maar ze hebben niet gemerkt dat de Ame- rikaanse openbare opinie de pest heeft aan de Duitse successen en niet weet dat de Duitsers in de winterveldtocht van 1941 op een haar na de catastrofe en een smade- lijke vlucht vermijden. Sinds de capitulatie van Frankrijk groeit in de VS het gevoel dat het land niet langer buiten de oorlog mag blijven. Pearl Harbor maakt dat in één klap duidelijk. Op 11 december verklaart Hitler de oorlog aan de VS; volgens historici nog altijd een domheid waarmee hij beter gewacht had. Dat biedt president Roosevelt de moge- lijkheid het grootste deel van de immense Amerikaanse oorlogsmachine op Europa te richten, ondanks Pearl Harbor.

Jan neckers

Tactische zege, strategische blunder: Pearl Harbor (2)

Een bekende boutade stelt dat militairen altijd de vorige oorlog voorbereiden. In het geval van Pearl Harbor klopt de bewering.

Bart De Wever geviseerd na aanwezigheid vertrouwelijke

vergadering na aanslagen

(5)

Actueel

22 december 2016 5

Echo’s uit de Koepelzaal

Kleuterparticipatiecoördinator

Een van die thema’s die steeds weer opdui- ken en die - net zoals De Lijn - tot het vaste assortiment van het Vlaams Parlement beho- ren, is de participatie in het kleuteronderwijs.

Het is niet uitgesloten dat deze voorliefde te maken heeft met een verwantschap met het kleutergebeuren die in de Koepelzaal voel- baar is. Het goede nieuws is dat we het hoog- ste aantal schoolgaande kleuters ter wereld hebben. Waarover maakt men zich dan nog druk? 99 procent schijnt echter nog onvol- doende te zijn, dus is er nood aan alweer een actieplan en zelfs de aanstelling van een kleu- terparticipatiecoördinator. Kleine kindertjes zo vroeg mogelijk naar school trappen, is het Vlaamse alfa et omega. Veel beleid is daar niet voor nodig, want de “hardwerkende Vlaming”

(m/v/x) heeft nu eenmaal weinig keuze. Bij nader toezien blijkt het probleem vooral te lig- gen bij andersculturele kleutertjes. In Gent en Sint-Niklaas gaat het zelfs specifiek over Roma- kinderen. Minister Crevits struikelde bijna over alle kleuterparticipatieacties die ze onder- neemt, maar voor Caroline Gennez (sp.a) en Elisabeth “Miss Onderwijs” Meuleman (Groen) bleef ze schromelijk tekortschieten. Nochtans loopt er een campagne met het “aapje Super- slim” om ook die kleuters nog ter papschool te voeren. Misschien is dat aapje nog te wei- nig cultuursensitief.

Tupolevs

Een op dreef zijnde Matthias Diependaele (N-VA) ergerde zich aan de “jobvernietigende”

Brusselse regering die met haar dwaze geluids- normen de luchthaven van Zaventem probeert dood te knijpen. Bedrijven weten niet hoe snel ze uit Zaventem moeten weglopen, met alle economische gevolgen van dien. Het is niet zo, aldus Diependaele, dat al die maatschap- pijen met oude Tupolevs rondvliegen, dus die Brusselse geluidsnormen… Minister Weyts mocht weer eens een belangenconflict inroe- pen en was niet erg ingenomen met de Brus- selse attitude. Dat het Vlaams Parlement niet wat heviger reageerde, scheen hem ook dwars te zitten. Katia Segers (sp.a) had gelukkig de oplossing al gevonden: ze vond de luchthaven ook van groot belang en om dit soort proble- men te vermijden zouden de geluidsnormen kunnen worden geherfederaliseerd. Briljant.

Elke van den Brandt (Groen) deed nog beter door te pleiten voor een constructieve dialoog.

Diependaele zag toch liever een wat grotere gestrengheid tegenover het Brussels Gewest.

Aangewezen zou zijn voor een prikje wat Tupo- levs op te kopen en er die Brusselse lieverds mee te bestoken.

Ouderwets

Naast een luchthaven hebben we hier ook nog wat zeehavens, en die schijnen niet onbe- langrijk te zijn voor onze economie. Wouter van Besien ging nog eens de ouderwets groene toer op door zich te keren tegen het Saefting- hedok en de uitbreiding van de Antwerpse haven in het algemeen. Minister Weyts wees op de zeer grote concurrentie tussen de havens en de maritieme actoren in het hele gebied tussen Le Havre en Hamburg. Het is vooruit- gaan of doodgaan. Van overcapaciteit, zoals Van Besien suggereerde, was volgens Weyts geen sprake. Van Besien vond dat moet wor- den ingezet op minder transport en meer lokale maakindustrie. Daar is iets voor te zeg- gen, maar het overige is nefast groen gekneu- ter zoals in de beste dagen van de fel gemiste Mieke Vogels.

Bevallen

Het heeft duizend jaar geduurd, maar toch is Vlaanderen eindelijk bevallen van de vaste of, beter, gereglementeerde boekenprijs. Caro- line Bastiaens (CD&V) had het, niet onterecht, over een historisch moment. De moeilijkheid is dat de boekensector op het snijpunt van eco- nomie en cultuur zit en dat dat niet altijd even makkelijk manoeuvreren is. Bastiaens citeerde, alweer terecht, een Nederlandse expert: “De gereglementeerde boekenprijs is geen econo- mische maatregel, maar een instrument van cultuurbeleid.” Men is er in Vlaanderen einde- lijk dan toch uit, wat alleen maar de boeken- productie en de boekhandel ten goede kan komen, en wat misschien ook meer adem- ruimte aan het boekenaanbod kan geven. Voor eenmaal was het woordje kamerbreed op zijn plaats, want op alle banken was glunderende goedkeuring te vinden.

Een veenbrand van ongenoegen

Laten we maar meteen in huis vallen met Bas Heijne. De mooie titelzin komt van deze Nederlandse schrijver en essayist, columnist voor NRC Handelsblad en de kers- verse winnaar van de P.C. Hooftprijs 2017, een van de belangrijkste literatuurprijzen van Nederland voor zijn beschouwend proza. Wat mooi is, is evenwel niet per defini- tie juist (en omgekeerd).

Heijne, meer een sombere observator dan een militante pen, had het in een interview in De Morgen (‘Ook in de politiek is de klant koning’, 19 dec.) over ons mensbeeld. Volgens hem bedreigt een soort doorgeschoten indi- vidualisme – de Contraverlichting - de naoor- logse humanistische idee dat we uiteindelijk allemaal één zijn, dat empathie overwint, dat racisme en seksisme de wereld uit moeten.

Velen foeteren en zijn hun geloof kwijt. De god Obama lijkt vandaag al een relikwie uit het ver- leden. Zijn erfenis ligt op de schroothoop. Het zijn Trump, Wilders en co die scoren…

De analyse van Heijne en velen met hem is eenzijdig. Ze is economisch links (“we zijn broedmachines voor de commercie”…), en maatschappelijk progressief en politiek cor- rect.

Eenzijdig dus, omdat ze wel erg spaar- zaam is met kritiek op het collectivisme van de gelijkheidsideologen. Dat kan geen alter- natief zijn.

Eenzijdig omdat volgens Heijne de gefrus- treerde burger voortdurend via een soort

‘paaipolitiek’ wordt gemonitord en gemani- puleerd. Dan kan kloppen voor het economi- sche verhaal. Maar waar blijft de kritiek op de progressieve elite die evenzeer het opinieter- ritorium monitort en manipuleert? Ook dat politiek correcte geloof voedt nog veel meer de veenbrand van ongenoegen.

Het voorbijgaan aan nuances over onge- lijkheid, afkomst, identiteit, de “natuurlijke”

voorkeur voor de eigen groep of natiestaat blijft dus ook bij Heijne ontgoochelend. Geen wonder dat hij eindigt met een oplossing die er geen is: “Er is behoefte aan nieuw engage- ment. Aan iemand als Bernie Sanders.” Dan staan we weer aan de startlijn van mei 1968, zeker?

Heijne gaat zoals zoveel progressieve, pro- testante predikanten ervan uit dat conserva- tief denkende mensen niet zouden bekom- merd zijn om het ecologische, het sociale, de

“samenhang”, het immateriële, de pluriforme samenleving, een voorgrond creëren voor ach- tergestelden, et cetera.

Populisme

Veel interessanter dan het al bij al weinig originele verhaal van Heijne en de zijnen zijn de opinies van een aantal (gematigd) linkse denkers die ingaan tegen het monotone den- ken van de progressieven.

Interessant is wat Tinneke Beeckman schreef in De Standaard (“De loze kreet van het populisme”). Links laat zich wel heel mak- kelijk meeslepen op de trein van het linkse populisme: “Toen burgers massaal stemden voor de gevestigde partijen, leken ze wijs en

betrouwbaar. Dat zijn ze plots niet meer. In één adem volgt twijfel over de democratie. En het label populisme wordt dan al gauw een slimme manier om de tegenstander buiten- spel te zetten.”

Politieke tegenstanders – critici van de betweterige EU bijvoorbeeld - worden dan vijanden die moeten wijken, terwijl ook zij wel beseffen dat samenwerking tussen lan- den noodzakelijk is en ze zich niet tegen die samenwerking keren, maar tegen het appa- raat van de EU, die structuren opzette die de lastige mening van de bevolking moeten counteren en een bestuurlijk apparaat (“een eigengereide, weinig transparante EU-elite…

technocraten die als niet-democratisch verko- zen worden ervaren”) waarmee burgers zich niet verbonden voelen. “Dat moeten ze kun- nen doen, zonder dat ze in één of andere don- kere hoek worden geplaatst.”

De ‘rug tegen de muur’-retoriek van pro- gressieven over zaken als nationale soeve- reiniteit, de ‘wen er maar aan’-houding over migratie druist in tegen de essentie van poli- tieke pluraliteit. “Democratie impliceert dat burgers wel degelijk kunnen discussiëren over de toekomst van de samenleving en dus alter- natieven kunnen afwegen.”

Eenzelfde geluid bij Maarten Boudry in De Morgen (‘Hoe links zijn eigen kinderen opeet’). Boudry noemt zichzelf links, maar vangt veel kritiek omwille van zijn standpun- ten over de islam. Hij liep rond in de Ame- rikaanse universiteit Berkeley, het epicen- trum van progressief Amerika. Daar heerst een “doorgeschoten cultuur van politieke cor- rectheid” onder meer over racisme en femi- nisme. Andere kenmerken zijn de doorge-

schoten verheerlijking van diversiteit en de betutteling van minderheden, die ontaardt in een soort omgekeerd racisme. “Diversiteit is heilig als het om ras en gender en seksua- liteit gaat, maar uit den boze als het menin- gen betreft… Wie tegenpruttelt is, naargelang de omstandigheid, een racist, seksist, homo- foob en transfoob”. Politiek correcten koket- teren met de eigen deugdzaamheid, pronken met de eigen nobele inborst.

Probleem voor de progressieve, intellectu- ele elite is dan natuurlijk wel dat ze nauwelijks invloed heeft bij de brede bevolking. Zie de orgieën van politieke incorrectheid op Twitter en Facebook. Die hoeven zich echt geen zie- lige onderdrukte minderheid te wanen.

Door samenlevingsproblemen niet bij naam te noemen, heeft het progressieve kamp de fatale vergissing begaan om veel thema’s te laten monopoliseren door rechts en extreem- rechts. En waar komen mensen dan terecht die wakker liggen van migratie en islam?

Kerstwens

“Als politici hun kop in het zand steken over het multiculturele drama, en alle bezorgde burgers wegzetten als racistisch klootjesvolk, dan moeten ze achteraf niet verwonderd zijn dat ze een grote, balorige opgestoken middel- vinger van de kiezer krijgen”, besluit Boudry.

In deze kerstperiode kunnen we alleen hopen dat zowel de ultra’s van beide poli- tieke kampen (de reguliere mediachefs, de rid- ders van de sociale media…) even de mond houden en wat meer gaan nadenken over een waardiger manier om het debat te voeren.

Wie zijn standpunt verengt tot compleet ongenuanceerd gekrijs over “Minder Marok- kanen” of na de aanslag in Berlijn over “de doden van Merkel”, is even slecht bezig als wie andersdenkenden “mestkevers” noemt.

In beide kampen groeit een ongezonde pola- risatie.

AnjA Pieters

LiWa aL-QuDs

Bij de verovering van Oost-Aleppo werd het Syrische reguliere leger gesteund door ver- schillende ‘hulptroepen’. Uiteraard was er de steun van de Russen en van Iran, maar ook van de Libanese sjiitische militie Hezbollah en een eenheid die opereert onder de naam Liwa Al-Quds (de ‘Jeruzalem-brigade’). Die eenheid leverde een belangrijke bijdrage in de strijd om Aleppo en ze bestaat uit… soenniti- sche Palestijnen. Die werden gerekruteerd in Aleppo en omgeving en uit het in Aleppo gele- gen Palestijnse ‘vluchtelingkamp’ Handarat, eigenlijk een volwaardig stadsdeel.

De Palestijnen in Syrië stammen af van Ara- bische families die na 1948 uit Israël en vanop de Westelijke Jordaanoever wegtrokken naar de buurlanden. In Syrië zijn er zo ongeveer 400.000. Om strategische redenen blijven zij ook na generaties hun vluchtelingenstatus behouden, net als een soort van Palestijnse nationaliteit (een creatie uit de jaren zeventig).

Het is genoegzaam bekend dat de ‘Pales- tijnse zaak’ op veel steun en sympathie kan rekenen in de westerse media. Tenminste, in zoverre die ‘zaak’ het Israëlisch-Palestijnse conflict betreft. Wat de Palestijnen buiten Israël ondernemen, kan op veel minder inte- resse rekenen. Zeker niet als zij – zoals in Syrië – nu net die kant steunen die door het Wes-

ten als ‘fout’ wordt bestempeld. Dan worden ze gewoon geheel doodgezwegen.

De ongemakkelijke waarheid in Syrië is dat de Palestijnen (in Aleppo, maar ook elders) het regime van Assad steunen, te woord en te zwaard. Dat zult u in de gevestigde media dus nooit lezen. Soms moeten zij daarvoor wel potsierlijke leugens afdrukken. Zo verscheen er – net nadat de oude stad van Aleppo was ingenomen – in Het Laatste Nieuws een foto van een soldaat op het binnenplein van de wereldberoemde Omajjadenmoskee. Volgens het onderschrift bij de foto droeg de man een

‘Syrische vlag’, maar het was overduidelijk een Palestijnse vlag, en de soldaat was lid van Liwa Al-Quds. Maar dat mochten de lezers van het Leste niet weten...

TRooNsafsTaND aLBeRT ii maaNDeNLaNg sTiLgeHouDeN

Elio di Rupo onthulde afgelopen zondag in Royalty dat hij de troonsafstand van koning Albert II maandenlang heeft stilgehouden. Hij zou namelijk schrik gehad hebben dat de N-VA van de situatie gebruik zou maken om het land te destabiliseren, en er daarom bij de vorige koning op aangedrongen hebben zijn plannen zo lang mogelijk geheim te houden.

Wat opvalt, is hoe kritiekloos onze media

over deze primeur berichtten. Hoe zou de N-VA in de lente van 2013 het land hebben kunnen destabiliseren? Met politieke stakingen soms?

Gewelddadige betogingen? De “onthulling”

door Elio di Rupo is een wel heel doorzich- tige poging om zichzelf de hemel in te prij- zen als verantwoordelijk staatsman. Enkele maanden geleden gijzelde hij nochtans zelf de economie van Vlaanderen (en dus België), enkel en alleen omdat hij door zijn ongeduld in de zomer van 2014 zijn partij in de federale oppositie manœuvreerde. Geen enkele krant die het nodig vond haar lezers daar even aan te herinneren.

oxfam WiL BeLgisCHe oPvaNg maaL zeveN

Het zijn niet alleen de leden van de opposi- tie die permanent druk zetten op de regering om het asielbeleid de versoepelen. Volgens Oxfam zou België tot zeven keer meer vluchte- lingen uit Syrië moeten opvangen via een her- vestigingsprogramma. Sinds 2013 zijn slechts 644 Syriërs hervestigd in België, het zouden er 4.771 moeten zijn… “Maar al te vaak zagen we dit jaar ook politieke leiders die steeds meer een xenofoob discours hanteerden”, klaagt Morgane Thonnart van Oxfam-Solidariteit. ’t Is maar dat u het weet.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

- wordt ook gekeken naar alternatieven voor verlichting, zoals reflectoren voor verbetering veiligheid.. - wordt bij vervanging ook eerst kritisch gekeken of het met minder

nog een dispuut met zo’n jong ding die het echt nog niet had begrepen dat als het mooi wordt de vondst dient te worden aangeboden aan de meer ervaren rotten, als ik het zo maar even

gerechtvaardigd was omdat het huis voorzien is van een slaapkamer op de begane grond en de omgeving bestaande uit koopwoningen sprak ons aan, vooral vanwege de beoogde plannen van het

Deze vooringenomenheden zijn bij de meeste HRM-afdelingen niet bekend; hierdoor wordt er veelal niet aan vrouwen gedacht voor bepaalde functies 27 en hebben ze ook niet altijd

Burgers aan

Wat ter wereld ziet God dan toch in de mens, Dat Hij wordt de ‘Man aan het kruis’.. De Farizeeërs samen, ja ze kijken

Voorbeeld van de resultaten van een globale gevoeligheidsanalyse, waaruit de rangschikking van de para- meters wordt afgeleid: de relatie tussen de parameter T5 en de

De watervraag voor peilbeheer en beregening uit oppervlaktewater en grondwater verandert bij matige klimaatverandering (scenario’s Rust en Druk) nauwelijks tussen zichtjaar 2050