• No results found

VAN SEKSUELE REPRESSIE NAAR SEKSUELE EMA GRATIS

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "VAN SEKSUELE REPRESSIE NAAR SEKSUELE EMA GRATIS"

Copied!
10
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

VAN SEKSUELE REPRESSIE NAAR SEKSUELE EMA GRATIS

Auteur: S.W. Couwenberg Aantal pagina's: 144 pagina's Verschijningsdatum: 2005-04-09

Uitgever: Damon EAN: 9789055736102

Taal: nl Link:

Download hier

(2)
(3)

Seks en de wet

En wat is er oneerbaar aan openbare seks? In de liberale negentiende eeuw waren enkele sekshervormers en andere verlichte geesten voor een verbod op drie vormen van seksualiteit. Ze waren tegen gedwongen seks, tegen openbare seks en tegen seks met jongeren onder een bepaalde leeftijd. Ook de bekendste socioloog van de seksuele statistiek, Alfred Kinsey, was een voorstander van deze drie afgrenzingen.

Als we nu dit standpunt als uitgangspunt zouden nemen en de Nederlandse wet op deze opvatting baseren, kunnen heel wat artikelen verdwijnen, zoals rond prostitutie en pornografie, seks in gezagsverhoudingen, en is een artikel tegen bestialiteit overbodig. Iedereen zal er tegen zijn dat mensen inclusief kinderen tegen hun wil gedwongen worden tot seksuele handelingen. Ondanks deze weerzin tegen dwang bestaat er in gezinnen wel de nodige vaak impliciete dwang in heterorichting, onderwijs en media.

Daar geldt heteroseksualiteit als de aanvaarde norm en worden andere seksuele voorkeuren gemarginaliseerd of blijven onbesproken. Aan de vele andere opties op seksueel, gender en relationeel vlak, zoals homo- en multiseksueel, transgender of communaal, gaan ouders, onderwijzers en media vaak stilzwijgend voorbij. Er bestaat een sterke hetero- en daarmee samenhangende seksenormering in de huidige samenleving. Ten aanzien van sekse besliste de Hoge Raad op 30 maart van dit jaar [; red. Ik vind het vreemd dat politieke partijen die de individuele vrijheid voorstaan niet direct moord en brand schreeuwden, want waarom moeten wij een sekse aangemeten krijgen? Het leven van heel veel jongens en meisjes zou een stuk plezieriger zijn zonder hetero- en seksenormering. De meeste mensen mogen tegen dwang op seksueel gebied zijn, maar zien geen probleem in het opdringen van hetero- en seksenormen aan kinderen.

Naast gedwongen seks roept ook openbare seks alom bezwaren op. Waarom richten scholen wel gebedsruimtes in voor moslimstudenten en geen vrijhoekjes voor erotisch begaafde studenten? Zelfs vogels doen het niet met elkaar op hun nest, maar overal waar ze de kans krijgen. Voor nudisme zijn plekken in de openbare ruimte vrij gemaakt. Het zou een goed idee zijn dat ook te doen voor al die mensen die zin hebben in een publieke vrijpartij.

Net als voetballen op straat heeft het een pedagogische betekenis voor jongeren die daar vrijblijvend een kijkje kunnen nemen. Het argument dat seksualiteit een intieme zaak voor de slaapkamer is, geldt niet voor iedereen en overigens kan het in de openbare ruimte heel intiem toegaan. De laatste beperking op seksualiteit betreft de leeftijdsgrens die in de meeste landen voor seksuele contacten wordt gehanteerd. In Nederland ligt deze op 16 jaar, maar in Vaticaanstad bijvoorbeeld op 12 jaar. In de laatste jaren kruipen die leeftijden omhoog. Het gebeurt mede onder druk van puriteinse groepen zoals evangelische christenen, feministes die verondersteld onmondige en onschuldige meisjes willen beschermen tegen het mannelijke geslacht en populisten die, anders dan Pim Fortuyn die zijn seksuele ervaringen als jongen met mannen in zijn autobiografie positief beschreef: p. Tegelijk gaat volgens biologen de leeftijd naar beneden dat kinderen lichamelijk klaar zijn voor seks.

Die leeftijd ligt nu rond de 12 jaar en verschilt nogal per individu zie Van der Vliet, , p. Omdat gevoelens van seks en liefde zich niet laten bepalen door wetten en grenzen, lijkt het me verstandiger die leeftijdsgrenzen in de wet af te schaffen en alleen gevallen van misbruik te bestraffen, ongeacht de leeftijd van de betrokkenen. Een voorwaarde daarvoor is dat we kinderen met gedegen seksueel onderwijs voorbereiden op hun erotisch leven in een geseksualiseerde samenleving. Liever niet alleen door biologische informatie over geslachtsdelen en -ziektes of voortplanting, maar door scholieren les te geven over versieren, ze nieuwsgierigheid en oplettendheid bij te brengen, ze inzicht in hun eigen wensen en verlangens te bieden en ze soms met adviezen op weg te helpen.

We vinden allemaal dat seks een essentieel onderdeel van het leven is, evenals religie en politiek. Waarom leren we kinderen wel over politieke geschiedenis en religieuze variatie, maar doen we dat niet bij seks? We doen nu of heteroseksualiteit de belangrijkste keuzemogelijkheid is, terwijl alle mensen seksuele wensen hebben die verder gaan. Ze vallen niet op vrouwen of mannen in het algemeen, maar op kleur van haar of huid, karaktereigenschappen, bepaalde lichaamsdelen, handelingen, kleren of situaties. Wetten om seks in te dammen? Ze lijken me overbodig. Het is beter om algemene bepalingen te maken die misbruik van kinderen en volwassenen bestrijden, niet alleen bij seks, maar ook in gezin, bij arbeid of sport. Seks is geen probleem, alleen het misbruik dat erbij kan komen. Daarnaast werk ik samen met de ministers van SZW en OCW aan voorlichting aan prostitué e s, onder meer om hun arbeidsrechtelijke positie te verbeteren.

Ik begon deze brief met de boodschap dat het over het algemeen goed gesteld is met de seksuele gezondheid van Nederlanders. Echter, niet met iedereen gaat het goed. Er is een aantal — bestaande, verergerde danwel nieuwe — problemen die ik op dit moment signaleer en die extra inspanningen noodzakelijk maken. Deze problemen vragen om intensivering van het huidige beleid danwel om extra, nieuwe maatregelen. Meer aandacht nodig voor seksuele vorming jongens Meestal wordt bij autonomie en weerbaarheid in eerste instantie aan meisjes gedacht. Zij moeten nadenken over anticonceptie en zij moeten aangeven wanneer ze iets niet willen.

Ook jongeren zelf leggen die verantwoordelijkheid bij meisjes, zo blijkt uit onderzoek naar seksualisering dat in het kader van emancipatie is gedaan: zowel jongens als meisjes vinden dat meisjes verantwoordelijk zijn voor het stellen van grenzen, voor zichzelf én voor jongens. De norm blijkt vaak nog een dubbele moraal in te houden. Zo blijkt uit bovengenoemd onderzoek dat een groot deel van de jongeren — zowel jongens als meisjes, autochtoon én allochtoon — van mening is dat jongens met veel wisselende seks stoer zijn maar dat datzelfde gedrag meisjes tot een hoer maakt. Waar meisjes geacht worden een autonome bewuste keuze te maken als ze seks hebben, wordt bij jongens al gauw verondersteld dat ze

«nu eenmaal zo zijn». Jongens hebben immers evenzeer als meisjes verantwoordelijkheid in seksuele relaties. Er is veel geïnvesteerd om de seksuele weerbaarheid van meisjes te verbeteren zodat zij bijvoorbeeld minder kwetsbaar zijn voor seksuele dwang zoals dwang door loverboys.

Maar er moet nu ook extra worden geïnvesteerd in seksuele vorming van jongens. Hiervoor komen vanaf extra middelen vrij. Ik sla hiervoor de handen ineen met de minister van OCW. Minister Plasterk heeft dat al aangekondigd in zijn beleidsreactie naar aanleiding van het onderzoek naar seksualisering. Voor dit geld wordt binnen het programma extra geïnvesteerd in weerbaarheid van jongens.

Verder wordt veel aandacht besteed aan mediawijsheid in relatie tot geseksualiseerde beelden evenals sekse verhoudingen, omdat uit voorgenoemde onderzoeken bleek dat ook dat nodig is. Ook binnen de seksualiteitshulpverlening moet er meer aandacht zijn voor jongens. Ik

(4)

vind het belangrijk dat met jongens zelf in gesprek wordt gegaan over wat ze nu echt willen. Gaat het hen echt alleen om «scoren»? Of willen ze eigenlijk iets anders en hoe kunnen we hen dan daarin begeleiden?

Vooralsnog lijken vooral meisjes een beroep te doen op de Sense spreekuren, jongens veel minder. De verschillen tussen seksualiteit van jongens en meisjes vereisen meer maatwerk binnen de hulpverlening. Ik zal dit bespreken met de uitvoerders van de seksualiteitsspreekuren. Ik laat de Veilig Vrijen campagne vanaf uitbreiden met een campagne Seksuele weerbaarheid. Ik heb de ontwikkelaars van de campagne gevraagd extra aandacht te besteden aan de seksuele vorming van jongens. Seksuele gezondheid Nieuwe Nederlanders. Uit onderzoeken 1 blijkt dat nieuwe Nederlanders op het gebied van seksualiteit meer problemen ondervinden dan autochtone Nederlanders.

Surinaamse en Antilliaanse jongeren lopen bijvoorbeeld meer risico op soa. Bij mensen uit sub-sahara Afrika wordt vaker een hiv-infectie gediagnosticeerd en chlamydia komt veel voor onder mensen uit Suriname en de Antillen. Turkse en Marokkaanse jongens hebben meer ervaring met het uitoefenen van seksuele dwang en zijn relatief vaker slachtoffer van seksuele dwang dan andere jongeren. Ondanks extra inspanningen de afgelopen jaren worden de problemen op het gebied van seksuele gezondheid onder nieuwe Nederlanders nog niet minder.

Hierbij moet gedacht worden aan een workshop voor allochtone VMBO- en MBO-leerlingen over verschillende aspecten van seksuele

gezondheid door allochtone MBO-studenten, of community based projecten uitgevoerd door verschillende migranten zelforganisaties met de focus op reductie van stigma en taboe rond hiv. Ik laat deze projecten evalueren op onder andere het bereik van de doelgroepen en de effectiviteit van de aanpak. De minister voor WWI ondersteunt gedurende deze kabinetsperiode een meerjarig project van samenwerkingsverbanden van migranten en vluchtelingen verenigd in het Landelijk Overleg Minderheden — LOM en het COC om homoseksualiteit bespreekbaar te maken. De LOM-partners zullen zich richten op mentaliteits-verandering onder nieuwe Nederlanders.

Het COC zal zich inzetten op het vergroten van de weerbaarheid van homo- of biseksuelen met een migranten-achtergrond. Het bereiken van migrantenjongeren is hierbij een belangrijk aandachtspunt. Nederlanders met een lage sociaaleconomische status. Uit onderzoek en gesprekken met het veld komt het beeld naar voren dat mensen met problemen op het gebied van seksuele gezondheid vaak laagopgeleid zijn of een lage sociaaleconomische status hebben. Twee voorbeelden: laagopgeleide jongeren hebben meer ervaring met seksueel geweld en seksueel misbruik dan hoogopgeleide jongeren.

Laagopgeleide jongeren hebben ook meer ervaring met ongeplande zwangerschap dan hoogopgeleiden. Binnen het programma Seksuele gezondheid van de jeugd van ZonMw wordt extra aandacht gegeven aan jongeren van allochtone afkomst en jongeren met een lage

sociaaleconomische status. Ook op andere wijze wil ik deze groep beter bereiken. Binnen de Regeling Aanvullende Seksualiteits-hulpverlening zal ik bezien op welke wijze we jongeren met een lage sociaaleconomische status beter kunnen bereiken, bijvoorbeeld via meer outreach activiteiten op scholen waar deze doelgroep zich bevindt. Ook de jeugdgezond-heidszorg biedt mogelijkheden deze groep beter te bereiken. Gemeenten kunnen tot een dergelijk extra contactmoment besluiten en deze bijvoorbeeld laten plaatsvinden in settings zoals school waar zich specifieke doelgroepen bevinden.

Met een dergelijk extra contactmoment kunnen gemeenten dus ook jongeren met een lage sociaaleconomische status beter bereiken. Loverboys krijgen nog steeds kans. Jaarlijks worden te veel meisjes slachtoffer van een loverboy. Precieze aantallen zijn niet bekend, het gaat in elk geval om meer dan meiden. Loverboys kunnen hun gang gaan zolang meisjes geen weerstand kunnen bieden aan de druk die loverboys— vaak eerst met lieve woorden, cadeautjes en aandacht, later met psychische danwel fysieke dwang — uitoefenen. Veel meiden zijn nog niet weerbaar genoeg om met deze druk om te kunnen gaan. Ook blijkt hieruit de respectloze manier waarop deze jongens meiden behandelen.

Ik blijf investeren in de seksuele en relationele vorming van meisjes. Met subsidie van VWS is bovendien een apart lespakket over loverboys ontwikkeld. Wanneer ondanks deze inspanningen op het terrein van preventie meisjes toch slachtoffer worden van een loverboy, voeren politie en justitie actief beleid om loverboys te vervolgen. Eerder noemde ik al de Taskforce Aanpak Mensenhandel. Om het probleem van het tekort aan opvang van slachtoffers van loverboys op te lossen is besloten tot de eerdergenoemde pilot categorale opvang voor slachtoffers van

mensenhandel.

Aandacht voor seksuele gezondheid op school. In de kerndoelen van het onderwijs is vastgelegd dat scholen aandacht moeten besteden aan bijvoorbeeld lichaam en gezondheid. Seksuele en relationele vorming als zodanig is dus niet verplicht. Het gesprek in de klas over dit onderwerp blijkt niet altijd vanzelfsprekend. Sommige scholen zijn actief, anderen weten niet goed hoe ze het aan moeten pakken of vinden het niet passen in hun levensbeschouwelijke of religieuze opvatting.

Sommige scholen richten voorlichting te veel op de biologische en minder op de relationele aspecten. Uit onderzoek van de Inspectie voor het Onderwijs naar incidenten rond seksuele diversiteit en -weerbaarheid en het onderwijsaanbod van scholen, blijkt dat de meeste scholen geen gestructureerd les aanbod gericht op seksuele diversiteit en seksuele weerbaarheid hebben. Onderzoeken tonen aan dat er meer aandacht voor seksuele weerbaarheid en -diversiteit nodig is.

Ook ik vind dat scholen meer aandacht moeten besteden aan seksuele gezondheid. De Tweede Kamer heeft het kabinet tijdens het overleg over seksualisering gevraagd de kerndoelen op dit punt aan te scherpen. Anderen de Vereniging voor Gereformeerd Schoolonderwijs, de Islamitische Scholen Besturen Organisatie en de Vereniging van openbare en algemeen toegankelijke scholen zijn niet expliciet tegen maar zien het als een aanvulling op de door iedereen gedeelde opvatting dat een «bottom-up» aanpak noodzakelijk is. Veel belangenorganisaties en deskundigen waaronder de Rutgers Nisso Groep kunnen zich wel vinden in explicitering van de kerndoelen op dit onderwerp. Maar een aanwijzing in de kerndoelen alleen heeft volgens hen ook geen nut en leidt tot symboolwetgeving.

Alle partijen zijn het hier over eens. Het ministerie van OCW acht een aanpassing van de kerndoelen daarom niet noodzakelijk, bovendien vindt OCW aanpassing van de kerndoelen ook niet het geëigende instrument. Het ministerie van OCW zal er in samenwerking met de

sectororganisaties, de PO-raad en VO-raad, voor zorgen dat besturen van scholen zich committeren aan de urgentie van deze problematiek.

(5)

Dit zal gebeuren door:. Door de VO-raad zullen stimuleringsbijeenkomsten voor schoolbesturen georganiseerd worden waarmee zij handvatten aangereikt krijgen om te werken aan een meer open cultuur rond dit onderwerp;. Uit het onderzoek van de Inspectie voor het Onderwijs bleek dat docenten vaak handelingsverlegen zijn. Docenten hebben handreikingen nodig om dit onderwerp meer bespreekbaar te maken. Er zal meer ingezet worden op trainingsmogelijkheden zoals workshops etc. Het ministerie van OCW zal de Inspectie van het Onderwijs vragen vinger aan de pols te blijven houden om te kijken of deze initiatieven effect sorteren. Naast de hierboven beschreven acties zal de Minister van OCW vanuit zijn verantwoordelijk-heid voor emancipatie het grote aantal beschikbare lesmethoden onder de aandacht brengen en scholen wijzen op het belang van beschikbaarheid van goede informatie en trainingsmogelijkheden. Over deze specifieke maatregelen bent u begin november middels een brief geïnformeerd door de staatssecretarissen van OCW.

Los van de kerndoelendiscussie vind ik het belangrijk dat scholen aandacht besteden aan het onderwerp seksuele gezondheid. Het ministerie van OCW tot slot, is in gesprek met het COC om te bezien hoe de voorlichting over het thema seksuele diversiteit in samenhang met seksuele weerbaarheid op scholen kan worden versterkt. Soa en hiv. In is het Preventieplan soa en hiv in Nederland opgesteld. Ook is een integraal programma voor soa- en hiv-preventie ontwikkeld waarbij verschillende gezondheidsbevorderende instellingen 2 zijn aangewezen om zich voor de verschillende risicogroepen 3 in te zetten. Een aantal voorbeelden:. Daarnaast waarschuwen professionals voor de toename van soa en hiv als gevolg van andere leefstijlproblematiek, bijvoorbeeld door falend condoom gebruik na gebruik van alcohol en drugs. Het soa- en hiv-beleid is aan vernieuwing toe. Naast aandacht voor preventie van hiv, dient de gezondheidszorg in te spelen op de consequenties die vergrijzing zal opleveren voor de zorg van hiv-geïnfecteerden.

Door de ontwikkeling en de toepassing van de combinatie therapie voor hiv-geïnfecteerden HAART is de levensverwachting van deze mensen enorm toegenomen. Omdat verouderingsprocessen en hiv-infectie elkaar beïnvloeden beide hebben effecten op het immuunsysteem waardoor een hiv-infectie tot snellere veroudering of veroudering tot snellere progressie van hiv naar aids kan leiden stelt dit andere eisen aan de hulpverlening en zorg in de toekomst. Uit onderzoeken 9 blijkt dat de regeling Aanvullende Curatieve Soa-zorg zijn vruchten afwerpt. Daarnaast willen de minister van VWS en ik er voor zorgen dat de Regeling Curatieve soa-zorg en de Regeling Aanvullende Seksualiteitshulpverlening beter op elkaar aan gaan sluiten. De aanvullende soa-bestrijding is primair gericht op curatie maar binnen deze soa-consulten wordt ook aan preventie gedaan. De

seksualiteitsspreekuren richten zich vooral op preventie maar ook op hulpverlening.

Wij streven ernaar beide regelingen te integreren om zo de kwaliteit van zorg verder te verbeteren. Naast verbeteringen van de aanvullende voorzieningen, vinden we het ook belangrijk te investeren in de kwaliteit van de — reguliere — zorg. Zo is het bijvoorbeeld belangrijk dat de kwaliteit van de eerstelijns seksualiteits-hulpverlening op peil blijft en dat de aanvullende seksualiteitshulpverlening niet de plaats inneemt van de reguliere eerstelijnszorg. Het moet een aanvullende voorziening blijven. Hetzelfde geldt voor de aanvullende soa-bestrijding. De reguliere soa- bestrijding wordt echter uitgevoerd de huisarts, en dat dient zo te blijven. Ook moeten hulpverlening van eerste- en tweedelijn enerzijds en de aanvullende voorzieningen anderzijds goed op elkaar aansluiten. Tot slot zullen we kwaliteit van de hulpverlening blijven stimuleren, denk bijvoorbeeld aan het belang van competenties van hulpverleners om adequaat om te kunnen gaan met hulpvragen van cliënten met een niet- Westerse culturele achtergrond.

Hieronder versta ik ook het herkennen van mogelijke dwang- en geweldsvormen, en melding daarvan bij bevoegde instanties. Het respect voor mensen die met hiv zijn geïnfecteerd 1 , laat in ons land nogal eens te wensen over. Mensen met hiv krijgen regelmatig te maken met stigmatisering en onterechte uitsluiting. Dit kan effect hebben op iemands loopbaan, persoonlijke of sociale leven. Uit een recent onderzoek naar stigmatisering van hiv-geïnfecteerden 2 blijkt dat er nog steeds onnodige angst en onwetendheid is over hiv.

Zo zijn er nog veel mensen die een verkeerd beeld hebben van hoe je een hiv infectie op kan lopen. Dit kan leiden tot stigmatisering. Wij vinden het belangrijk dat blijvend wordt gewerkt aan het doorbreken van het taboe rond hiv en dat stigmatisering wordt tegengegaan. Respect hebben voor elkaar is daarbij een eerste stap. Ook goede voorlichting over hiv is hierbij van belang: informatie over hoe je al dan niet hiv kan oplopen bijvoorbeeld.

Met subsidie van de minister van VWS zet Hiv-vereniging Nederland zich in op het terrein van voorlichting over leven met hiv, ondersteuning van mensen met hiv en het beïnvloeden van sociale omgevingen van hiv-geïnfecteerden. Soa Aids Nederland en de Schorer stichting doen ook een aantal activiteiten op dit thema. De minister van VWS gaat binnenkort in overleg met deze partijen om te bezien hoe zij eventueel met extra financiële steun van onze kant extra inspanningen kunnen plegen om stigmatisering tegen te gaan. Daarnaast hoopt de minister met de invoering van het hiervoor genoemde uniform hiv-testbeleid per 1 januari aanstaande, dat testen op hiv gewoner wordt en daardoor het stigma op hiv wordt voorkomen.

Verontrustende cijfers seksueel geweld. Uit recente onderzoeken blijkt de hardnekkigheid van het probleem van seksueel geweld. Dit varieert van aandringen tot seks, gebruik maken van dronkenschap om seks te krijgen, gebruik maken van geweld om seks te krijgen, seksuele opmerkingen, seksuele telefoontjes etcetera. Twaalf procent van de vrouwen is ooit verkracht. Volgens hetzelfde onderzoek blijkt dat slechts de helft van de slachtoffers van seksueel geweld met hulpbehoefte die hulp ook krijgt. Deze cijfers zijn zeer ernstig. Seksueel geweld kan ernstige psychische en lichamelijke gevolgen hebben en moet daarom zoveel mogelijk worden voorkomen. Met de inspanningen die ik pleeg op het gebied van

informeren en het bevorderen van seksuele en relationele vorming, hoop ik dat mensen voldoende bagage krijgen om gezonde seksuele relaties aan te gaan en seksuele dwang en seksueel geweld kan worden voorkomen.

Ook bij hulpverleners — zoals bij de zedenpolitie, de GGZ, ziekenhuispersoneel en bijvoorbeeld Sense-spreekuren — is aandacht voor preventie van seksueel geweld. Net als binnen de sport en het vrijwilligerswerk. Samen met de minister van Justitie en de minister voor Jeugd en Gezin heb ik bijvoorbeeld een samenhangende aanpak opgesteld, dat zoveel mogelijk moet voorkomen dat jongeren binnen vrijwilligersorganisaties het slachtoffer worden van seksueel misbruik of van ongewenst gedrag.

Over de grote lijnen van deze aanpak bent u in geïnformeerd. Dit project beoogt een sluitend systeem van het voorkomen en bestrijden van seksuele intimidatie in de sport. Wanneer maatschappelijke grenzen worden overschreden en mensen zich toch schuldig maken aan seksueel

(6)

geweld, moet de overheid hard optreden door hen te vervolgen. Dit soort gedrag kunnen we niet tolereren. Verwaarlozing of een niet-adequate benadering van klachten van seksueel geweld kan de problemen verergeren en herhaald slachtoffer — danwel daderschap tot gevolg hebben.

Naast het persoonlijk leed dat wordt geleden, heeft dit ook financiële gevolgen voor de maatschappij, omdat slachtoffers niet optimaal kunnen meedraaien in het arbeidsproces, in de psychiatrie belanden of anderszins langdurige zorg behoeven.

Dit maakt de conclusie uit bovengenoemd onderzoek dat slechts de helft van de slachtoffers met hulpbehoefte die hulp ook krijgt, des te urgenter.

Het onderzoek pleit er voor om preventie van seksueel geweld de hoogste prioriteit te geven en de hulpverlening na seksueel geweld te verbeteren.

De aanbevelingen sluiten aan bij door mij in gang gezet beleid.

Dit Partnership is januari gestart door Movisie, de Rutgers Nisso Groep en de landelijke ambulante Fiom met als inzet om als veldpartijen en kenniscentra gezamenlijk een impuls aan te geven aan verbetering van preventie en aanpak van seksueel geweld. Het Partnership heeft een looptijd van één jaar. Inmiddels zijn al tien partijen bij het Partnership aangesloten. Het geld is bedoeld voor het ontwikkelen van trainingen bij algemeen maatschappelijk werk en GGD-instellingen, het opstellen van een sociale kaart en het ontwikkelen van instrumenten voor het stimuleren van weerbaarheid van kinderen. Ook heb ik in het najaar overleg gevoerd met het Partnership over de stand van zaken en de toekomst. Ik ben voornemens de subsidie de komende twee jaar voort te zetten. Het Partnership komt hiervoor met een voorstel. Daarom ga ik samen met de ministers van Justitie en voor Jeugd en Gezin de verplichting tot het hebben en toepassen van een meldcode «huiselijk geweld en

kindermishandeling» wettelijk vastleggen.

Voorts dient er vroegtijdige, snelle en goede hulp te zijn zodat slachtoffers en daders — ongeacht de geweldsvorm — een leven zonder geweld kunnen leiden. Om dat te bereiken richt ik me samen met een aantal partijen 5 op het tot stand brengen van een toekomstbestendig stelsel van hulp en opvang. Deze extra middelen worden ingezet voor bijvoorbeeld de uitbreiding van de capaciteit voor de vrouwen opvang en de versterking van Steunpunten huiselijk geweld. Met betrekking tot vrouwelijke genitale verminking ontwikkel ik momenteel een landelijke uitrol van de pilots VGV vanaf Daarnaast ontwikkel ik een medisch certificaat waarmee ouders kunnen verklaren dat zij hun dochter niet zullen besnijden tijdens verblijf in het buitenland. Maatschappelijke acceptatie seksuele diversiteit loopt terug.

Discriminatie wegens seksuele geaardheid is verboden. Toch krijgen veel mensen met een homoseksuele, lesbische of biseksuele voorkeur en transgenders te maken met stigmatisering en discriminatie. Er lijkt een tendens gaande waarin een gevoel van afnemende tolerantie van seksuele diversiteit of een andere dan de gangbare genderidentiteit waarneembaar is. Uit onderzoek van het Sociaal Cultureel Planbureau «Gewoon doen»

3 blijkt dat 22 procent van de bevolking erop tegen is dat het burgerlijk huwelijk is opengesteld voor homoseksuelen onder nieuwe Nederlanders ligt dit percentage zelfs veel hoger.

Bovendien vindt men dat homoseksuelen weliswaar voor hun seksuele voorkeur uit mogen komen, maar zich in de openbare ruimte «zo gewoon mogelijk» dienen te gedragen. Ook jongeren blijken zich nogal negatief te uiten als het gaat om homoseksualiteit. Meer dan de helft van de jongens vindt het vies als twee jongens met elkaar vrijen. Ook mensen met een homoseksuele, lesbische of biseksuele voorkeur of een andere gender identiteit 5 moeten deze ongehinderd kunnen uiten. Met het investeren in seksuele vorming hoop ik ook de maatschappelijke acceptatie van seksuele diversiteit te bevorderen. Voorlichting over seksuele diversiteit vormt onderdeel van bredere seksuele opvoeding. Daarnaast wordt specifiek beleid gevoerd op lesbisch- en homo-emancipatiebeleid. Het kabinetsbeleid tot is verwoord in de nota «Gewoon homo zijn» van de minister van OCW Hoofddoel van het kabinetsbeleid is het bevorderen van de sociale acceptatie van homoseksualiteit. Wanneer mensen er toch toe overgaan anderen wegens hun andere geaardheid of identiteit te discrimineren of bijvoorbeeld te mishandelen, moeten zij snel en adequaat te worden vervolgd door politie en justitie.

Mensen met een ziekte of beperking. Mensen met een ziekte of verstandelijke of fysieke beperking ervaren regelmatig problemen op het gebied van seksualiteit. Zij kunnen problemen ervaren met het uiten van seksualiteit. Zo krijgen in Nederland jaarlijks ongeveer 74 mensen kanker.

Daarvan ervaart naar schatting van professionals 25 tot 50 procent gedurende ruime tijd of blijvend negatieve gevolgen op het gebied van seksualiteit en relaties. Mensen met een verstandelijke beperking kunnen dergelijke problemen ook ervaren, daarnaast gaat het bij hen ook om het aangeven van grenzen die ze door hun verstandelijke handicap soms moeilijker kunnen stellen waardoor ze meer kans lopen slachtoffer te worden van seksuele dwang. Komend jaar wil ik inventariseren welke problemen deze groep, hun omgeving of zorgverleners precies ervaren en welke interventies reeds voorhanden zijn.

Op basis daarvan besluit ik welke extra investeringen ik moet doen om de seksuele gezondheid van deze groep te verbeteren. Het is meer dan de afwezigheid van ziekte, disfunctie of gebrek. Seksuele gezondheid vereist een positieve en respectvolle benadering van seksualiteit en seksuele relaties. Bovendien vereist seksuele gezondheid de mogelijkheid om prettige en veilige seksuele ervaringen op te doen, vrij van dwang, discriminatie en geweld. Om tot seksuele gezondheid te komen en te handhaven moeten de seksuele rechten van alle mensen worden

gerespecteerd en waargemaakt. Dat is, toevallig of niet, ook de leeftijd waarop Macron zijn vrouw Brigitte leerde kennen. Het is een belangrijke maatregel, want in de wet staat nu dat seksueel contact met een kind alleen strafbaar is als een van beiden zich verzet of als er geweld wordt gebruikt, zelfs als het gaat om seks met een kind van zes jaar oud.

Macron wilde een echt plan hebben. Een plan van A tot Z. Dat heeft hij nu. Echt ingaan op de MeToo-discussie ging Macron niet, maar hij zei wel iets opmerkelijks. Tijdens de campagne voor de presidentsverkiezingen in Frankrijk begin dit jaar ging Macrons team langs veel huizen om te vragen waar men zich het meeste zorgen om maakte. Rond Parijs stond bij vrouwen seksueel geweld op 1. Macron gaf vandaag toe dat hij daarvoor niet wist dat het probleem zo groot was. Het lijkt dus dat Macron al die tijd over de MeToo-discussie heeft gezwegen omdat hij in een reactie niet met een half plan wilde komen, zegt Renout.

Een seksuele revolutie rond 1500? - Dr. Herman Pleij

Feit is dat de baljuwsrekeningen in voor het eerst gevallen van bordeelexploitatie registreerden. Alle voorgaande jaren van tot stonden in deze bron

(7)

geen bestraffingen van uitbaters vermeld. Van tot werden zeer systematisch exploitanten vervolgd. Daarna treft men nog slechts een aantal sporadische gevallen aan. Net zoals het onzeker is waarom de baljuwsrekeningen pas vanaf bordeelexploitatie bestraften, is het evenmin duidelijk waarom zij na nog maar weinig gevallen registreerden.

In de overgeleverde wetteksten zijn daarvoor geen aanwijzingen terug te vinden. Mogelijk moet een verklaring gezocht worden bij factoren die inherent zijn aan de bron, bijvoorbeeld het al dan niet bijhouden van aparte rekeningen voor de inkomsten en bijgevolg het al dan niet detailleren van deze inkomsten in de baljuwsrekening. Verder onderzoek moet hier uitsluitsel brengen. Een echte prosopografische studie is hier niet mogelijk, wegens een duidelijk gebrek aan informatie. Leeftijdsaanduidingen bijvoorbeeld zijn in de bronnen niet terug te vinden. Wel kan iets gezegd worden over het geslacht. Gemiddeld genomen ligt de man-vrouwverhouding op Deze algemene cijfers verbergen echter grote verschillen tussen de bronnen cf. In het ballincboek is de verhouding een zeer groot vrouwelijk overwicht. In de crimeboeken is de balans in evenwicht.

Maar in de baljuwsrekeningen is een duidelijk mannelijk overwicht te constateren: de verhouding is er ongeveer Ook daar werden in de schepenregisters hoofdzakelijk vrouwen vervolgd voor het uitbaten van een bordeel, terwijl in de baljuwsrekeningen daarentegen bijna uitsluitend mannen veroordeeld werden voor prostitutieactiviteiten «putierscepe». De Brugse resultaten, die op rekeningen zijn gebaseerd, wijken af van deze zeer voorzichtige vaststelling: in de Brugse rekeningen halen de vrouwen de bovenhand met 84 tegen 16 Over deze genderverschillen tussen de verschillende bronnen dient dringend meer onderzoek te gebeuren. Het ballincboek sprak logischerwijs verbanningen uit; in de baljuwsrekeningen gaat het telkens om een geldboete of compositie. Tenslotte werden elf personen voor vijftig jaar verbannen Deze zware straf werd voornamelijk uitgesproken na Aangezien na nog maar weinig bordeeluitbaters werden verbannen, is het procentueel aandeel van deze langdurige verbanningen zeer groot.

Na registreerde het ballincboek nog weinig veroordelingen voor bordeelexploitatie, maar er werden dus wel vaker strengere straffen uitgesproken.

Vóór kregen we bijna uitsluitend vrouwelijke bordeeluitbaatsters in beeld; na waren het bijna allemaal mannen. Vóór werd bijna elke bordeelexploitant verbannen; na werden geldboetes opgelegd. Zowel de strafmaat als de genderverhoudingen veranderden dus radicaal. In hoeverre dit daadwerkelijk een keerpunt markeerde in de repressie van de prostitutie is onzeker. Dit beeld is immers heel sterk beïnvloed door de bronnenoverlevering: na leek het belang van het ballincboek af te nemen. Men noteerde vanaf dan in het algemeen nog maar weinig verbanningen.

In de baljuwsrekeningen kreeg de registratie een sterke impuls, maar misschien is het toeval dat de inkomsten net dan gedetailleerd werden opgetekend. Kan het echter toeval zijn dat beide bronnen een tegenstrijdige, en daardoor complementaire evolutie doormaakten? Indien er daadwerkelijk een wijziging in het beleid was, dan zou dit een exclusief Gents fenomeen zijn geweest: te Brugge, Ieper en Kortrijk kon ik geen veranderingen constateren omstreeks De inzichten die daaruit kunnen worden opgemaakt, verplichten ons te nuanceren. Ten eerste blijkt dat slechts een deel van de bordeelexploitanten in de baljuwsrekeningen of het ballincboek voorkomen: in de crimeboucken werden immers een aantal uitbaters verplicht te verhuizen uit de eerbare gebuurten, waarna voor justitie de kous af was. Doordat er geen verdere vervolging kwam, zijn zij niet terug te vinden in de baljuwsrekeningen of het ballincboek, die dus slechts een fragmentair beeld van de repressie tonen.

Uit de crimeboucken blijkt bovendien dat de situatie niet zo eenvoudig en eenduidig was als hier tot nog toe werd gepresenteerd. Wat betreft de crimeboucken, beschikken we enkel over gegevens van na , van na de zogenaamde kentering dus, maar bannen, boetes, en vooral verplicht verhuizen komen er door elkaar voor.

Bovendien blijkt uit de crimeboucken een evenwichtige man-vrouw-verhouding. De vaststellingen opgemaakt uit het ballincboek en de baljuwsrekeningen worden hier immers ontkracht. Nieuwe conclusies zijn moeilijk te trekken, tenzij dan dat op basis van dit Gentse

bronnenmateriaal geen eenduidige politiek kan worden getraceerd. Mogelijk was dit verplicht verhuizen een eerste stap in de prostitutierepressie:

eerst kreeg de bordeelexploitant één of meerdere aanmaningen om te vertrekken, bij niet naleven volgde een veroordeling, namelijk een verbanning of boete. Dit zou kunnen verklaren hoe het komt dat in de crimeboucken zoveel meer personen verplicht werden te verhuizen, dan er werden verbannen of beboet.

Anderzijds zou dit dan wel betekenen dat slechts een klein deel van de uitbaters in de criminele bronnen voorkomt. Zij die meteen gevolg gaven aan de aanmaning van de schepenen, zouden dan immers nooit effectief zijn veroordeeld Aangezien de crimeboucken slechts voor een beperkt aantal jaar bewaard zijn, is dit moeilijk na te gaan. We stellen vast dat bepaalde personen meermaals en in verschillende bronnen voorkomen. Er lijkt echter geen vast patroon in de gerechtelijke weg te zitten. Jozyne vanden Berghe werd eerst twee maal een geldboete opgelegd en ; het jaar daarop werd ze verbannen. Cornelis Danckaert werd eerst twee maal verbannen in en en in pas werd hij beboet. Jehanne Danckaert werd verbannen in , beboet in en opnieuw verbannen in Amele uuten Dale werd verbannen in en , verplicht te verhuizen in en beboet in Lievin Knudde werd vier maal beboet in , , en De genoemde Cornelis Danckaert werd drie maal veroordeeld in een periode van 26 jaar; Amelkin uuten Dale vier keer in 21 jaar; Jehanne Danckaert drie keer in veertien jaar; Lievin Knudde vier keer in elf jaar, etc.

Of zij daadwerkelijk tien, vijftien, twintig jaar achtereenvolgend met prostitutie bezig waren, is hieruit moeilijk af te leiden. Anderen werden drie of vier keer veroordeeld in een kortere tijdsspanne. In deze gevallen bestaat er minder twijfel omtrent de continuïteit van hun activiteiten. Proberen we dit in cijfers uit te drukken, dan bekomen we het volgende.

Van deze namen zijn er die slechts gedurende één jaar in de bronnen voorkomen. Daarvan zijn er twintig die vijf jaar of minder actief bleven in de organisatie van prostitutie, drie die tussen zes en tien jaar bedrijvig waren en elf die langer dan tien jaar als bordeeluitbater werden veroordeeld.

Ook daar werd meer dan tachtig procent van de bordeeluitbaters slechts gedurende één jaar bestraft Nochtans kende men te Brugge een systeem van trimestriële, later jaarlijkse taxatie, waardoor men zou kunnen verwachten om meer uitbaters meermaals aan te treffen.

In Brugge koos men hiervoor een gedoogbeleid. In Gent was gedogen niet een dergelijke duidelijke optie, maar in de praktijk blijkt de repressie er niet strenger geweest te zijn dan te Brugge: ook te Gent treffen we bordeeluitbaters aan die jarenlang min of meer ongestoord binnen de prostitutie actief konden blijven. Te Brugge was dit meer geformaliseerd door middel van een taks. Ondanks het feit dat er oudere bronnen bewaard zijn, begint de registratie van prostitutieveroordelingen pas in Dat maakt dat de middeleeuwse Gentse prostitutie slechts over een korte periode kan

(8)

bestudeerd worden.

Daarvóór zijn wel reeds een aantal voorgeboden bewaard, waaruit een duidelijke keuze blijkt om de prostitutie uit het centrum van de stad te bannen. In dezelfde lijn ligt het instellen van twee zones, buiten de oude stadsvesten, waarin de prostitutie mocht worden gedoogd. Daarbuiten was prostitutie verboden en werd er repressief opgetreden tegen de organisatoren. Het verplicht verhuizen uit de eerbare gebuurten, verbanning of een geldboete waren frequent toegepaste straffen.

In de schepenregisters vinden we hoofdzakelijk veroordelingen van vrouwen; in de baljuwsrekeningen bijna uitsluitend mannen. Deze laatste bron noteert pas prostitutieveroordelingen vanaf ; vanaf dit moment daalt de registratie in het ballincboek. Doordat de bronnen wijzigen, zijn alle conclusies in verband met wijzigingen in de repressie eerder voorbarig te noemen. In sommige gevallen was het heel duidelijk dat het om overspel ging, in andere gevallen bleek de veroordeelde persoon zelf niet gehuwd en kan men aarzelen om dit als overspel te beschouwen.

Anderzijds gebeurde het dat «overspel» wel expliciet werd vermeld, terwijl niet gespecificeerd werd of de veroordeelde zelf al dan niet gehuwd was. Ook contacten met prostituees werden als overspelig beschouwd. Om deze redenen heb ik ervoor gekozen alle contacten, zowel los als vast, waarbij minstens één van de partners gehuwd was, als overspel te catalogeren ongeacht of de veroordeelde zelf gehuwd was.

Overspel werd daar doorgaans als een afzonderlijk delict behandeld. Men zou zelfs kunnen spreken van een steeds terugkerende rubriek waaronder de namen werden genoteerd van al wie voor overspel werd verbannen: twee, drie, vier, vijf, tot negen en zelfs 23 personen in één keer In het ballincboek werd de term «overspel» voor het eerst gebruikt op 29 maart Daarvóór omschreef men het delict, zonder het expliciet te noemen. Vanaf die dag was het gebruik echter zeer consequent, namelijk in 82 procent van de gevallen. In de baljuwsrekeningen was dit niet het geval; althans niet vóór Vóór deze datum kwam de term «overspel» of «adultère» niet in de bron voor.

Tot werd men bovendien niet voor overspel an sich veroordeeld: het waren in de eerste plaats de met overspel gepaard gaande incest of ontschaking van een gehuwde vrouw die de aandacht trokken van de baljuw. Tussen en gebruikte de baljuw heel consequent de omschrijving «de lui avoir mesusé en sa mariage». Gezien de frequentie van dit delict en gezien het feit dat een aantal van de betrokken personen ook in het ballincboek als overspelig werden veroordeeld, meen ik dat het genoemde «misbruik in het huwelijk» als overspel mag worden gedefinieerd. De term «overspel» of «adultère» verscheen in de baljuwsrekeningen echter pas in Vanaf dan werd bijna steeds deze benaming gebruikt en bleek ook overduidelijk dat men voor dit delict werd veroordeeld: «pour adultère par lui commis». Een gelijkaardige, terminologische wijziging deed zich ook voor te Kortrijk en Brugge, zij het een aantal jaren eerder. Te Kortrijk registreerde de baljuw voor het eerst overspel in de rekening van de jaren ; de Brugse schoutsrekeningen, die sinds geen overspel meer hadden vermeld, hervatten de expliciete registratie, eveneens in Bovendien werd zowel te Kortrijk als te Brugge vanaf heel consequent de term «adultère» gebruikt Is het toeval dat precies in en twee Gentse voorgeboden werden uitgevaardigd met bepalingen inzake overspel 51?

Er was klaarblijkelijk in heel het graafschap Vlaanderen, en ook daarbuiten 52 , een grotere of explicietere aandacht voor overspel, maar die aandacht werd niet steeds consequent en lang volgehouden. Te Gent heeft men niet gewacht op deze algemene belangstelling voor overspel. Het hoogtepunt van de overspelrepressie in de baljuwsrekeningen lag er tussen en Een tweede, zij het bescheidener repressiegolf situeerde zich tussen en , mogelijk als antwoord op de voorgeboden van en Daarna werden een tijdlang geen overspelveroordelingen meer genoteerd, tot cf.

Er liggen geen baljuwswissels aan de basis en enkel voor de lichte heropflakkering in kan de invloed van een wettekst worden verondersteld. Het kan interessant zijn om op te merken dat ook de eerste bestraffing van bordeelexploitatie in de baljuwsrekeningen omstreeks dezelfde tijd, namelijk , is geregistreerd. De opeenvolgende baljuws deelden blijkbaar een gemeenschappelijke belangstelling voor beide zedendelicten Net zoals dat bij prostitutie het geval was, daalde ook het aantal geregistreerde overspelverbanningen sterk na Bij overspel, net als bij prostitutie, werden de grootste concentraties genoteerd in de jaren en De geregistreerde ups en downs zijn dus niet specifiek voor overspel, maar typeren de repressie- activiteit van het ballincboek in het algemeen. Het hoeft dan ook niet te verwonderen dat er geen rechtstreeks verband kan worden vastgesteld tussen de repressie en de wetgeving op overspel.

Er zijn voorgeboden inzake overspel bewaard voor de jaren , , en Omstreeks die jaren kan in het ballincboek echter geen bijzondere aandacht voor overspel worden opgemerkt. Daarentegen worden wel pieken genoteerd in de jaren , , en , met respectievelijk 56, 23, 22 en

overspelveroordelingen per jaar. Het eerste overgeleverde voorgebod betreffende overspel voorzag enkele weken gevangenis op water en brood Deze straf kon worden omgezet in een geldboete. In latere voorgeboden is enkel sprake van een straf «ter discretie van scepenen 56 «.

Uit de beschikbare praktijkbronnen blijkt echter dat overspel vaak met verbanning werd bestraft. In het ballincboek staan verbanningen voor overspel genoteerd. Hier werden aan de overspeligen boetes en composities opgelegd. Het te betalen bedrag varieerde tussen 1 pond parisis en 30 pond. Een duidelijke lijn of evolutie in de strafmaat is niet te onderkennen. Beboeting en verbanning kwamen in deze periode dus samen voor.

Een beperkt aantal personen werd dan ook in beide bronnen veroordeeld. Het is echter opvallend hoe weinig overspeligen 3 door beide gerechtelijke instanties werden opgemerkt. Bij de bestraffing van bordeelexploitanten was dit anders. Daar werden meer personen, zij het niet noodzakelijk in hetzelfde jaar, in beide bronnen vermeld. Mogelijk werden dienaangaande verschillende afspraken gemaakt tussen baljuw en schepenen. Deze is zeer onevenwichtig: mannen tegenover 92 vrouwen of een verhouding van drie tegen één. Gelijkaardige verhoudingen heb ik vastgesteld betreffende overspel te Kortrijk, Brugge en Ieper Ook daar is een duidelijk mannelijk overwicht te constateren.

In de literatuur vindt men echter de omgekeerde vaststelling. Berents, die rechtsbronnen heeft bestudeerd afkomstig uit alle delen van het huidige Nederland, merkte op dat in de gevallen die hij aantrof, de veroordeelden bijna uitsluitend vrouwen waren Ter verklaring verwees hij naar de Romeinse en de Germaanse traditie, waarin overspel als een exclusief vrouwelijk delict werd aanzien; de man pleegde geen misdaad door ontrouw te zijn aan zijn echtgenote. Pas onder invloed van het canoniek recht, dat overspel niet zag als een misdaad tegen de man, maar als een inbreuk op de instelling van het huwelijk, kon ook de man, zelfs voor de wereldlijke rechtbank, schuldig bevonden worden aan overspel. In de Vlaamse steden blijkt deze dubbele moraal allerminst, tenzij in omgekeerde richting. Kan de invloed van het kerkelijk recht het sterke mannelijk overwicht

(9)

verklaren?

Wat was trouwens de situatie voor de kerkelijke rechtbanken? Vinden we daar dezelfde verhoudingen terug? Een onderzoek in de uitgegeven rekeningen van de officialiteit van Doornik 59 heeft volgende resultaten opgeleverd: personen, uit het hele bisdom, werden als overspelig vermeld.

Daarvan waren slechts vrouwen, of twintig procent. Als we enkel de cijfers voor Gent bekijken, dan tellen we elf vrouwen op een totaal van 48, dit is 23 procent. We stellen dus eveneens een zeer groot of zelfs nog groter mannelijk overwicht vast. Ik vermoed dat overspel van de vrouw eerder door de families werd geregeld. De vrouw stond immers veel sterker dan de man onder de controle en autoriteit van de familie en behoorde daarom tot het domein van de familiediscipline of -justitie Te Brugge zijn er duidelijke aanwijzingen dat men er de voorkeur aan gaf om tot een onderling akkoord tussen de families te komen. Pas na herhaaldelijk falen van deze informele procedures werd het gerecht ingeschakeld Met een bron als het ballincboek beschikt men nochtans over een grote troef.

Als men enkel beroep kan doen op baljuwsrekeningen, zijn de cijfers nog veel lager Tijdens één jaar werden in het ballincboek meer dan vijftig veroordelingen geregistreerd; het gemiddelde ligt echter slechts op 4,26 overspelveroordelingen per jaar. Het is een algemene vaststelling dat de registratie van overspel zeer laag is Oorzaak ligt bij het feit dat overspel niet steeds aan het licht kwam, maar vermoedelijk werden heel veel zaken ook via andere officiële of niet-officiële procedures geregeld.

Dit laatste geldt waarschijnlijk nog meer voor vrouwen dan voor mannen. Behalve het artikel van M. Boone over sodomie in Brugge 65 , kunnen we enkel beschikken over een aantal cijfers en korte beschouwingen in meer algemene criminaliteitsstudies Daaruit blijken onder meer de volgende resultaten: in de xv de eeuw werden te Brugge 73 terechtstellingen opgetekend, tegenover 26 in Brussel en 4 in Utrecht Voor Gent waren tot nog toe geen aantallen bekend. Enerzijds wegens de vage terminologie die vooral in de vroegste periode gehanteerd werd, waardoor twijfels kunnen rijzen over een al dan niet correcte interpretatie Anderzijds omdat niet elke vermelding een veroordeling betrof. Het valt op dat vele personen beschuldigd en verdacht werden van en ondervraagd werden voor sodomie, zonder dat daar verder juridisch gevolg werd aan gegeven. Van de 45 personen die in de periode in de Gentse bronnen werden vermeld wegens één of andere band met sodomie, werden er slechts 27 ook effectief veroordeeld.

De anderen werden ondervraagd en vrijgesproken of vinden we niet meer in de bronnen terug. Vijf personen werden verbannen. Van 2 clerici werd het proces verdergezet voor de officialiteit van Doornik 69 en één persoon kreeg een mindere straf. Twee van de 18 andere

sodomievermeldingen, betroffen een valse beschuldiging. De personen die de valse aanklacht uitten, werden beiden voor 50 jaar verbannen. Twee vrouwen werden verdacht van «den vulen wercke», maar werden vrijgesproken, mits het betalen van een aanzienlijke minnelijke schikking, namelijk lb. Deze voorbeelden wijzen er op dat sodomie zeer ernstig werd genomen. Veertien anderen werden beschuldigd, verdacht, soms meermaals ondervraagd en gefolterd, maar uiteindelijk vrijgesproken of we zijn hun spoor bijster. Twee daarvan vindt men ook terug in het ballincboek, naast twee die alleen in dit schepenregister vermeld staan.

Het crimebouck tenslotte vermeldt één geval van sodomie. Het is logisch dat sodomie bijna uitsluitend in de baljuwsrekeningen voorkomt. Voor Gent is immers geen schepenregister bewaard waarin criminele rechtspraak staat opgetekend die kon leiden tot corporele of kapitale straffen. Dit in tegenstelling tot Brugge, waar men met het Verluydboek een zeer interessante bron heeft voor de studie van de zware criminaliteit, waaronder sodomie. In het Gentse ballincboek staan enkel delicten die met een verbanning werden bestraft.

De zeldzame sodomievermeldingen in deze bron betreffen één valse beschuldiging en drie gevallen waarin niet de onnoemelijke zonde zelf werd bedreven, maar zekere specien ervan: oneerbare aanrakingen, masturbatie In de vier gevallen werd telkens een ban van vijftig jaar uitgesproken en slechts één van de vier keerde vroegtijdig terug. Bij overspel en prostitutie werd men doorgaans voor minder lange tijd verbannen. In vergelijking met overspel en prostitutie werd deze nochtans lichte vorm van sodomie dus als een zeer zwaar delict beschouwd.

Ook te Brugge lag het zwaartepunt van de repressie in de xv de eeuw In de ammanie van Brussel werden 26 veroordelingen opgetekend voor de xv de eeuw en nog slechts 7 in de xvi de eeuw. Nog later werden helemaal geen sodomiegevallen meer in de Brusselse rekeningen geregistreerd.

In een geïsoleerde rechtzaak die in een andere bron stond opgetekend, werd opgemerkt dat sinds ca. Een verklaring voor dit hoogtepunt in de xv de eeuw en de dalende interesse daarna is niet meteen voorhanden. In Gent kwam de repressie relatief laat op gang. De eerste geregistreerde doodstraf voor sodomie werd uitgesproken in een vrouw! In Ieper waren er vóór deze datum al vijf executies voor sodomie gebeurd. In Brugge werden op het einde van de veertiende eeuw reeds minstens twee brandstapels opgericht Met andere woorden: welke factoren waren te Brugge wel aanwezig die er te Gent niet waren? Boone beriep zich op de bijzondere status van Brugge als economisch centrum en als opposant tegen het prinselijk centraal gezag.

Daardoor mag volgens hem de exceptionele repressie van sodomie gelinkt worden aan de nood de stad te controleren en het staatsgezag op te leggen. Boone beschouwt de sodomierepressie met andere woorden als een middel om de centrale macht in de stad te demonstreren en zo de greep op de stad te versterken. Had Gent niet de reputatie een rebelse stad te zijn? Kan men niet verwachten, op basis van deze verklaring, dat ook te Gent een zeer strenge repressie zou zijn vast te stellen?

Nochtans was dit niet het geval. Boone zoekt de verklaring bij de repressie; de sodomiepraktijk wordt door hem niet in rekening genomen. Men zou er echter ook kunnen van uitgaan dat sodomie in Brugge veelvuldig gepraktiseerd werd. Brugge had veel contacten met Italië en sodomie was nu net bekend als een Italiaanse zonde. De Italiaanse mannen werden er door de tijdgenoot Dirc Potter ca. Dat dit niet geheel overdreven is, blijkt onder andere uit het feit dat in Venetië en Florence speciale instellingen werden opgericht ter bestrijding van de sodomie In dezelfde steden bevorderde men de prostitutie, in de hoop om zo de mannen van de tegennatuurlijke zonde weg te houden Is het niet aannemelijk dat, door de vele handelscontacten met Italië en door de aanwezigheid van een aanzienlijke Italiaanse natie in Brugge, men er meer vertrouwd was met de praktijk en de repressie van sodomie 79?

In de stad Gent, die veel minder een handelscentrum was, zou men bijgevolg minder bekend geweest zijn met dit misdrijf. Elders, in Italië of in de Noordelijke Nederlanden, treft men geen of nauwelijks vrouwen aan Dit deed bepaalde onderzoekers besluiten dat sodomie een exclusief

(10)

mannelijk delict was. In de middeleeuwse opvattingen zou de seksualiteit zeer fallocentrisch geweest zijn, waarbij penetratie met de penis de enig denkbare seksuele daad was. Verkoop door lagoos 8. In winkelwagen Op verlanglijstje. Bestellen en betalen via bol. Andere verkopers 2.

Anderen bekeken ook. De seksuele revolutie Seks leugens en medicijnen 1. Kamasutra 0. Seksualiteit 0. Seksuele disfuncties 3. Seksualiteit en temperament 0. Handboek seksuele gezondheid 3. Ze wisten niet of ik een jongen of een meisje was: kennis, keuze en geslachtsvariaties 1.

Een plan van A tot Z. Dat heeft hij nu. Echt ingaan op de MeToo-discussie ging Macron niet, maar hij zei wel iets opmerkelijks. Tijdens de campagne voor de presidentsverkiezingen in Frankrijk begin dit jaar ging Macrons team langs veel huizen om te vragen waar men zich het meeste zorgen om maakte. Rond Parijs stond bij vrouwen seksueel geweld op 1. Macron gaf vandaag toe dat hij daarvoor niet wist dat het probleem zo groot was. Het lijkt dus dat Macron al die tijd over de MeToo-discussie heeft gezwegen omdat hij in een reactie niet met een half plan wilde komen, zegt Renout. Het referendum van Forum voor Democratie is niet honderd procent anoniem, maar waarschijnlijk wel vertrouwelijk.

Robin van O. Zijn advocaat probeerde dat met het filmpje bij te stellen.

Tweedehands Nederlandstalige Boeken over seks en seksualiteit

Door op de site te blijven ga je akkoord met ons gebruik van cookies. Bekijk ons Cookiebeleid voor meer informatie. Herman Pleij gaat op zoek naar een verklaring voor de seksuele revolutie in onze contreien, in de 15de eeuw. In de Lage Landen verkennen literatuur en beeldende kunst het naakte lichaam. De pleidooien voor de vrije liefde volgen elkaar op. Ook het straatspektakel, de toegepaste kunst en de religieuze verbeeldingen doen mee. Het is bijna schokkend om te lezen hoe nu vrijwel onbekende teksten gedetailleerde vuilbekkerij in artistieke vormen weten te gieten.

Al even onthullend is de vrijmoedigheid waarmee de schilders Bijbelse en klassieke figuren in al hun zinnelijkheid uitlijnen. De reactie blijft niet uit.

In de loop van de zestiende eeuw volgt er een scherpe repressie. De seksuele revolutie is in volle gang. Opmerkelijk zijn de parallellen met de vrijmoedigheid van vijf eeuwen geleden. Want ook nu blijft de reactie niet uit.

De hamvraag: waarom doet deze ongekende eruptie rond zich bij ons sterker voor dan in de rest van Europa? In deze lezing zoekt en vindt Dr.

Herman Pleij hiervoor een verklaring. Omwille van de coronamaatregelen zijn we ertoe verplicht om de capaciteit van onze lezingen in te perken.

Bij een eventuele versoepeling van de maatregelen kunnen we er steeds voor opteren om bijkomende tickets vrij te geven. Zet je op de wachtlijst voor dit evenement of hou onze kanalen in de gaten. Vriend worden kan via kmska. Aan agenda toevoegen. Kaart bekijken Kaart bekijken.

Kronenburgstraat , Antwerpen, Belgium. Je e-mail wordt alleen gezien door de organisator van het evenement. Meer informatie over hoe je privacy wordt beschermd. Een seksuele revolutie rond ? Venster Acties en details. Ticketverkoop is gesloten Registraties zijn gesloten. Je kan helaas geen tickets meer bestellen voor dit evenement.

Schrijf je in op onze wachtlijst. Toon tweedehands. Lydia Rood Louter Lust Tweedehands. Tweedehands vanaf 6, Barz Herta Leistner Wie had gedacht dat we met zovelen zyn Tweedehands. Tweedehands vanaf 7, Preuss Grote geheim Tweedehands. Tweedehands vanaf 9, Hotpants Tweedehands. Reed Business Seksueel misbruik van kinderen Tweedehands. Marion Mcgilvary Lust en liefde. Verkoop door De

BoekenTempelier Wat je kan verwachten. Nieuw en Tweedehands vanaf 5, Garant Uitgevers Lief en lijf, vriendschap en seks Tweedehands.

Tracey Cox Hot Love Tweedehands. Musaph Seksualiteit en partnerkeuze Tweedehands.

Doris Krystof Doris Krystof Eros ontsluierd. Uiterlijk 11 december in huis Levertijd We doen er alles aan om dit artikel op tijd te bezorgen.

Verkoop door De. Boekenzaak Wat je kan verwachten. Tony J Tromp Sexual Awakening. Uiterlijk 18 december in huis Levertijd We doen er alles aan om dit artikel op tijd te bezorgen. Verkoop door bol. Tweedehands vanaf 21, Schopman Genieten van liefde sex en relaties

Tweedehands. Tannahill De tweede drijfveer - Geschiedenis van de seksualiteit Tweedehands. Yorke Erotische Massage Tweedehands.

Gezinsencyclopedie seksuele voorlichting Tweedehands. Op voorraad.

Nieuw en Tweedehands vanaf 6, Robert T. Michael Seks onderzoek seksual. Barbach F. Heynen Vrouwen over liefde en sex Tweedehands.

Feiffer Geslachtsgemeenschap Tweedehands. Boek, ebook of luisterboek? Boek Nieuw verschenen 1. Bestbeoordeeld Gezien in de media 8.

Snelle bezorgopties. Vandaag Bezorgd Vandaag Ophalen Avondbezorging Zondagbezorging Gratis verzending Wat mag het kosten? Kost gemiddeld 17, Wat vinden anderen? Toon artikelen die niet leverbaar zijn.

https://s3.ap-northeast-1.amazonaws.com/uploads.strikinglycdn.com/files/2726c909-54f3-43bc-9348-0d7ea45858b6/no-bitchin-in-my-kitchen- 110-page-recipe-cooking-journal-book-with-pre-loaded-recipes-templates-s-33.pdf

https://cdn-cms.f-static.net/uploads/4678018/normal_61b7e34cda914.pdf

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Dat is goed, maar we moeten toch ook opletten dat de slinger niet doorslaat naar de andere kant.. Ik leg uit: het is belangrijk dat we een vitaal

Toen Teller zijn werk aan splij- tingsbommen begon te negeren verving Oppenheimer hem door Peierls; Teller mocht vanaf dat moment zo veel en zo lang als hij maar wilde nadenken

Men kan zich alleen ergeren als men dag na dag moet vaststellen dat de eigen Vlaamse mensen die onwil niet alleen lijdzaam onder ­ gaan maar die ook royaal willen

Patiënten met erectiele disfunctie met een overwegend lichamelijke oorzaak kunnen misschien enige baat hebben bij verwijzing (acceptatie, niet-coïtale vormen van seks) als

Goede melding van deze bijwerkingen, met bij voorkeur een beschrijving van de gestoorde seksuele responscyclus, kan bijdragen aan een verbetering van het farmacotherapiebeleid en

Wanneer een klein kind een zeer ruwe weg te bewandelen heeft, of reizen moet in de duisternis, of diepe wateren moet doorgaan, zegt hij tot zijn vader: ik vrees dat

Ter gelegenheid van de Nacht van de geschiedenis sprak de kerkhistoricus, verbonden aan de KU Leuven, over zijn onder- zoek naar de relatie tussen de ka- tholieke

• Nu is de seksuele vorming te beperkt; leerlingen willen meer onderwerpen bespreken zoals seksuele identiteit, wensen en grenzen, sexting en plezier in seks.. • Praten over