• No results found

AMBITIES VOOR DE TOEKOMST, REALITEIT IN EEN MARKT ONDER DRUK

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "AMBITIES VOOR DE TOEKOMST, REALITEIT IN EEN MARKT ONDER DRUK"

Copied!
10
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

AMBITIES VOOR DE TOEKOMST, REALITEIT IN EEN MARKT ONDER DRUK

Voorstel voor het treffen van noodzakelijke financiële maatregelen in drie grote projecten met behoud van de gewenste investering in de kwaliteit van de

toekomst

Bijlage bij raadsbesluit d.d. 28 maart 2013 tot vaststelling van notitie 'Ambities voor de toekomst, realiteit in een markt onder druk'.

(2)

Ambities binnen een reële context

College en raad hebben samen een aantal nadrukkelijke ambities neergelegd voor de ontwikkeling van onze gemeente. Onder andere in het Bilts Manifest en de Structuurvisie is een duidelijke koers naar de toekomst uitgezet.

Het toekomstperspectief voor onze gemeente kan worden geduid met de termen innovatie,

kenniseconomie, omgevingskwaliteit, sociale samenhang en duurzaamheid. Die maatschappelijke context is in het Bilts manifest vertaald naar drie ontwikkelingsrichtingen:

1. Innovatie/creatie;

2. Vitalisatie en;

3. Recreatie .

Daarnaast zijn onze zes kernkwaliteiten geduid. In de Structuurvisie is vervolgens aangegeven op welke wijze wij de ontwikkelingen ruimtelijk een plaats willen geven binnen de grenzen van onze gemeente.

De huidige financiële en economische context verschilt van die op het moment dat wij onze ambities hebben vastgelegd. Toen hebben wij reeds uitgesproken tegenwind te verwachten met als consequentie dat er mogelijk lastige keuzes moeten worden gemaakt om de gemeentefinanciën op orde te houden. De huidige economische tegenwind is ook in het afgelopen jaar 2012 weer duidelijker geworden. Ook is duidelijk dat de tegenwind nog een periode zal duren, ondanks de tekenen van economisch herstel die op verschillende plekken te merken zijn.

In het licht van de huidige economische situatie en de verwachtingen voor de komende jaren, moeten wij telkens opnieuw onze financiën met elkaar bezien, inclusief de eventuele gevolgen voor de ambities die we met elkaar hebben geformuleerd en vastgesteld. Dat betekent dat er keuzes gemaakt moeten worden. Bij het maken van die keuzes gaat het er om, om op een financieel verantwoorde manier het toekomst perspectief, onze ambities, in het vizier te houden.

Als college staan wij voor de lijnen en de ambities en doelstellingen van het Bilts Manifest en de

Structuurvisie.Uitgangspunt van ons college is ingezette plannen en projecten tot uitvoering te brengen.

Deze plannen en projecten dragen bij aan de verdere ontwikkeling van onze gemeente. Dat is juist in deze tijd zo wenselijk en noodzakelijk. Voor het kunnen blijven bieden van passend huisvesting, creëren van meer werkgelegenheid en versterking van ons economisch profiel. En voor voldoende mogelijkheden voor zorg, welzijn, scholing, sport en ontspanning.

Echter, de veranderde financieel economische omstandigheden vragen ook om het stellen van prioriteiten en het maken van keuzes. Daartoe hebben wij voor alle lopende projecten een uitgebreide risico-analyse opgesteld, waarover wij u in oktober 2012 hebben geïnformeerd.

Projecten in een markt onder druk

Uit het “Projectenboek najaar 2012” en de presentatie op 4 oktober 2012 blijkt dat de financiële crisis niet aan de gemeente De Bilt voorbij gaat. Ook in onze gemeente ondervinden de projecten daarvan de gevolgen. Dat is uitgewerkt in de genoemde risico-analyse van de projecten.

De belangrijkste risico´s waar we op dit moment mee te maken hebben komen voort uit macro-

economische ontwikkelingen die zich wereldwijd, in Nederland en meer specifiek ook in de Utrechtse regio voordoen. De financiële-, economische- en eurocrisis werken door op de commerciële markt, woningbouw markt en op de overheidsfinanciën (en daarbij horende investeringsmogelijkheden). Met name de

ontwikkelingsprojecten met winkels, woningen, werkgebieden en voorzieningen ondervinden hiervan de gevolgen.

(3)

Op de korte termijn hebben we te maken met stagnatie in de woningverkoop. De financiering van hypotheken staat onder druk en de woningbouwproductie blijft achter. In de afgelopen jaren heeft dit al geresulteerd in een sterke terugval van de oplevering van nieuwe woningen. Ook het beschikbaar komen van nieuwe woningen voor de sociale verhuur is de afgelopen jaren flink teruggelopen.

Voor de langere termijn, na 2016, zie we echter nog steeds kansen voor de verdere ontwikkeling van onze gemeente. De Bilt is nog steeds één van de beste plekken in Nederland om te wonen. De Utrechtse regio blijft een regio die te maken heeft met demografische groei, inclusief de daarbij horende kansen voor de woningbouwmarkt en de verdere economische ontwikkeling. Als gemeente De Bilt sorteren we daar nu al op voor door duidelijke keuzes te maken ten aanzien van ons gewenste economisch profiel – life science – en de kwaliteiten in onze woningmarkt – wonen in een groene, vitale gemeente met vele mogelijkheden voor sport en ontspanning.

Wij zullen als college en gemeenteraad daarbij wel de realiteit onder ogen moeten zien. Juist door nu duidelijke keuzes te maken zien wij mogelijkheden om met de juiste ingrepen de lopende projecten op het afgesproken kwaliteitsniveau af te ronden. Op 4 oktober is al gebleken dat we naar verwachting in een aantal projecten expliciet met een aantal risico's te maken krijgen, inclusief de bijbehorende financiële consequenties. Het is zaak nu verstandige beheersmaatregelen te treffen , om risico's naar de toekomst zoveel mogelijk te beperken.

De risico's in de lopende projecten zijn per oktober 2012 geraamd tussen de € 3,5 mln. en € 5,2 mln. Daarbij hebben wij aangegeven dat wij inschatten met de uitvoering van de nodige beheersmaatregelen voor de periode tot 2016 uit te komen op een risico tussen € 3,5 mln. en € 4 mln. Als college hebben wij aan uw raad aangegeven dat wij in het kader van de Planning & Control cyclus concrete financiële maatregelen aan u zouden voorstellen. In de Jaarrekening 2012 komen een aantal concrete voorstellen aan de orde. Het betreft voorstellen die betrekking hebben op de financiële kaderstelling vanuit uw raad voor het vervolg van de projecten De Leijen Zuid, Centrumplan Bilthoven en De Kwinkelier.

Herziening van enkele financiële kaders noodzakelijk

Voor de projecten De Leijen Zuid, Centrumplan Bilthoven en De Kwinkelier heeft uw raad de financiële kaders vastgelegd in de vorm van een grondexploitatie. In deze grondexploitaties zijn de gemeentelijke kosten voor de realisatie van het project opgenomen en zijn daar tegenover een aantal opbrengsten

geraamd ter dekking van (een deel van) de kosten. Veelal komen deze opbrengsten voort uit de verkoop van gronden voor de realisatie van nieuwe woningen, winkels (of een combinatie daarvan) en andere

(maatschappelijke) functies.

Elk jaar worden de grondexploitaties geactualiseerd per de stand van zaken op 1 januari van dat jaar. De betreffende grondexploitaties zijn ook per 1-1-2013 geactualiseerd. Daarbij is gebleken dat wordt afgeweken van de door uw raad vastgestelde financiële kaders. Dat maakt het noodzakelijk dat wij de geactualiseerde grondexploitaties als college opnieuw aan uw raad ter besluitvorming voorleggen.

Het is aan uw raad om een nieuwe afweging te maken tussen de gestelde ambities en doelstellingen, de aanwezige kansen voor realisatie en de financiële risico's die daarbij horen, inclusief de te nemen financiële maatregelen.

Buiten de gevolgen van de algemenere risico's vanuit de huidige marktsituatie hebben zich in een aantal projecten in 2012 in deze projecten ook een aantal specifieke gebeurtenissen voorgedaan – eveneens gerelateerd aan de marktomstandigheden – die ertoe hebben geleid dat het speelveld van die projecten flink is veranderd. Onderstaand wordt per project een en ander nader toegelicht, inclusief ons voorstel voor te treffen financiële maatregelen.

(4)

De Leijen Zuid

Het project De Leijen Zuid bestaat uit twee delen: 1. de ontwikkeling van het zuidelijke deel een

woonzorgcomplex met 110 eenheden en 10 sociale huurwoningen in samenwerking met de SSW en Antroz;

2. de ontwikkeling van het noordelijke deel met ca. 10-14 woningen. Met deze ontwikkeling wordt invulling gegeven aan de behoeften en ambities in onze gemeente op het gebied van wonen en zorg, in een

omgeving en opzet die past bij het groene karakter van de gemeente. Daarnaast wordt met deze

ontwikkeling een indringende maatschappelijke discussie over de bebouwing van de locatie “Beukenburg”

definitief afgesloten.

Uw raad heeft als basis voor deze ontwikkeling en de daarbij nagestreefde doelen en ambities in juni 2011 het stedenbouwkundig programma van eisen vastgesteld als ruimtelijk kader voor de ontwikkeling van de locatie De Leijen Zuid. Daarbij heeft uw raad destijds ook de bijbehorende grondexploitatie vastgesteld als financieel kader.

De ontwikkeling van het zuidelijke deel van het gebied verloopt voortvarend. Met de SSW en Antroz als samenwerkingspartners zijn afspraken gemaakt. Met deze partijen is op 25 februari 2013 een Koop- Ontwikkelovereenkomst gesloten conform het eerder in de plannen vastgelegde programma en de daarbij in de grondexploitatie voorziene grondopbrengst.

De ontwikkeling van het noordelijk deel is vertraagd. In oktober 2012 heeft Burgland, de ontwikkelende partij voor de woningen in dit deel, zich als partner in die ontwikkeling teruggetrokken. Over het hoe en waarom hebben wij uw raad reeds meerdere malen geïnformeerd. De opgave is nu om, in goed overleg met de markt, te komen tot een haalbare ontwikkeling van het noordelijk deel die aansluit bij het

kwaliteitsniveau dat past bij de plek en past bij de ontwikkeling zoals die in het zuidelijk deel wordt gerealiseerd en met gronduitgifte tegen een goede, marktconforme prijs. Bij de actualisatie van de grondexploitatie hebben wij ons gebaseerd op een reële planeconomische raming op basis van de huidige markt. Recente gesprekken met de markt laten zien dat op dit punt wellicht kansen liggen voor

optimalisatie en hogere opbrengsten. Wij willen hierop niet vooruit lopen maar hopen u bij de behandeling van de Voorjaarsnota hier meer duidelijkheid over te kunnen geven. Dit is uiteraard afhankelijk van te bereiken overeenstemming met een ontwikkelende partij.

De grondexploitatie van het project staat onder druk, waardoor het resultaat van de grondexploitatie naar beneden bijgesteld dient te worden. Belangrijkste aspecten die daarin een rol spelen zijn:

- De bijstelling van de verwachtte grondopbrengsten voor het noordelijk deel als gevolg van de marktsituatie;

- De rentelasten in de grondexploitatie ten gevolge van de boekwaarde van de aankoop van Beukenburg die volledig op de grondexploitatie ten laste is gebracht;

- De kosten voor een te realiseren geluidscherm langs het spoor om de realisatie van de woningen mogelijk te maken.

De geactualiseerde versie van de grondexploitatie voor De Leijen Zuid, op basis van de uitgangspunten zoals eerder door uw raad vastgesteld, sluit door voornamelijk bovengenoemde aspecten met een negatief saldo op eindwaarde van € 2.4 mln. zoals blijkt uit onderstaand (samengevat) overzicht van de grondexploitatie.

(5)

Het college stelt uw raad voor om tot een herziening van de grondexploitatie voor De Leijen Zuid te komen. Wij stellen daarbij voor de exploitatie te ontlasten van het negatief saldo, om

daarmee de exploitatie weer op het oorspronkelijke niveau te brengen. Het bedrag wordt afgeboekt ten laste van de gemeentelijke exploitatie. In het kader van de vaststelling van de Jaarrekening 2012 zal bij resultaatbestemming worden bepaald, ten laste van welke reserve(s) het uiteindelijke rekeningstekort zal worden afgedekt.

Wij concluderen daarbij op basis van de planeconomische analyse en de gesprekken in de markt dat

realisatie van het project binnen die nieuwe financiële kaders en met behoud van de doelen en de kwaliteit haalbaar is en is gebaseerd op realistische uitgangspunten.

Centrumplan Bilthoven

De herontwikkeling van het centrum van Bilthoven is bovenal gericht op verbetering van de veiligheid, bereikbaarheid en leefbaarheid van het gebied. De aanpak van het centrum is essentieel voor de ruimtelijke kwaliteit en economische vitaliteit in Bilthoven. De noodzakelijke kwaliteitsimpuls wordt gerealiseerd door enerzijds te investeren in het opheffen van de gevaarlijke gelijkvloerse kruising met het spoor door de realisatie van twee onderdoorgangen en het ruimtelijk verbinden van station en centrumgebied. Anderzijds wordt geïnvesteerd in het stevig aanpakken van de kwaliteit van de openbare ruimte in het centrumgebied en het gericht ontwikkelen van nieuwe winkels, horeca en woningen op een aantal goed gekozen

(6)

strategische locaties rond het station en in het centrum.

Het nieuwe centrum van Bilthoven is straks een centrum waar het plezierig winkelen is, met mogelijkheden voor een gezellig hapje en een drankje. Niet meer het boodschappencentrum voor de snelle dagelijkse boodschappen maar een winkelcentrum waar het goed toeven is. Met binding van de eigen inwoners en regionale aantrekkingskracht door zijn specifieke keur aan bijzondere winkels en brede branchering.

De aanpak van het centrum is hoogst noodzakelijk. Het college en de raad hebben daarvoor een goede, heldere en inhoudelijk sterke basis gelegd met de plannen zoals die zijn ontwikkeld., gedragen door de ondernemers en ook de inwoners van het centrum van Bilthoven en de gemeente. De voortvarendheid waarmee de uitvoering op dit moment ter hand genomen wordt levert veel positieve reacties op.

In samenwerking met ProRail is gestart met de realisatie van de onderdoorgangen onder het spoor. De onderdoorgang voor langzaam verkeer wordt aanstaande oktober opgeleverd, de onderdoorgang voor langzaam verkeer in de zomer van 2015. De doorsteek tussen Nachtegaallaan en Julianalaan is gerealiseerd om de bereikbaarheid van het centrum op orde te houden nadat ProRail start met de onderdoorgang voor langzaam verkeer. De riolering in de Julianalaan is vervangen vooruitlopend op de definitieve herinrichting van deze straat, die aankomende juni start en eind 2013 wordt afgerond. Er vinden verschillende

kleinschaliger verbeteringen aan vastgoed in het centrum plaats, vooral op initiatief van particuliere eigenaren en ondernemers. De gemeente heeft de aanpak van de panden Emmaplein 20/22 met succes aanbesteed. Op korte termijn start een traject om samen met de markt te komen tot een optimale ontwikkeling van het vastgoed aan het Vinkenplein.

In februari 2009 heeft uw raad voor de aanpak van het centrum van Bilthoven het stedenbouwkundig Masterplan vastgesteld. Daarbij is ook de bijbehorende gemeentelijke grondexploitatie door uw raad ingesteld. De laatste versie van de grondexploitatie sluit op een negatief saldo van € 3,25 mln. Daarvoor is door uw raad in de begroting een voorziening getroffen. Ook de grondexploitatie van het Centrumplan staat echter vanuit de marktsituatie onder druk. Bij de actualisatie van de grondexploitatie per 1-1-2013 heeft zich dat vertaald in:

Een noodzakelijke bijstelling van de te verwachten opbrengsten voor de ontwikkelingen van het nieuwe vastgoed aan het Vinkenplein en de ontwikkeling van het Poortgebouw Zuid-Oost;

Het uit de exploitatie halen van de op termijn verwachtte opbrengstenstijging en;

Naar verwachting hogere verwervingskosten voor de locatie ING aan het Vinkenplein in verband met te verwachten vergoeding in het kader van schadeloosstellingen.

Deze ingrepen leiden tot een bijgesteld saldo van grondexploitatie van € 4,5 mln. negatief, zoals blijkt uit onderstaand (samengevat) overzicht van de grondexploitatie.

(7)

Het college stelt uw raad voor om de getroffen voorziening ter dekking van het negatief saldo van de grondexploitatie centrumplan Bilthoven in lijn met de geactualiseerde grondexploitatie te verhogen met een bedrag van € 1,25 mln., tot het genoemde totaalresultaat van € 4,5 mln.

negatief.

(8)

Voor ons als college is het vertragen van de uitvoering of het bijstellen van de doelstellingen en het kwaliteitsniveau van de plannen niet aan de orde. Ook voor het centrum van Bilthoven zien wij

mogelijkheden om in nauwe samenwerking met marktpartijen tot ontwikkelingen te komen met een goede balans tussen kwaliteit en financiële opbrengst, met kansen in een op termijn herstellende vastgoedmarkt.

Recente private initiatieven rondom Emmaplein 20-22 en aan de Nachtegaallaan laten zien dat er nog steeds investeringsbereidheid is voor (her)vestiging in centrum. We zullen samen met de markt op zoek gaan naar maatwerk, om per locatie nog beter aan te kunnen sluiten op de directe behoefte en een profiel dat aansluit bij de ontwikkeling van het centrumgebied als totaal.

De Kwinkelier

Als onderdeel van de herontwikkeling van het centrum van Bilthoven wordt al vele jaren gesproken over de aanpak van De Kwinkelier. Samen met de eigenaar en een door de eigenaar aangetrokken ontwikkelaar hebben wij de afgelopen jaren al het mogelijke gedaan om tot aanpak van het winkelcentrum te komen. De gemeente heeft een deel van de gronden in het gebied in eigendom die ingezet worden in de plannen voor de revitalisering, waarmee extra winkelruimte, woningen en parkeren gerealiseerd worden. Door deze toevoeging ontstaat een volwaardige winkelrouting tussen de Julianalaan en De Kwinkelier via het Uilenpad en het verlengde hiervan. Daarmee kan De Kwinkelier een stevige basis bieden voor de verdere

economische ontwikkeling en profilering van het totale centrum van Bilthoven.

Door uw raad is voor de aanpak van De Kwinkelier een separate grondexploitatie vastgesteld.

De aanpak van De Kwinkelier is al meerdere malen vertraagd. Opnieuw was vertraging aan de orde nadat eind 2012 de eigenaar en ontwikkelaar afscheid van elkaar hebben genomen. Over deze ontwikkeling en de mogelijke consequenties hebben wij uw raad reeds meerdere malen geïnformeerd.

Het is nu aan de eigenaar en de ondernemers in De Kwinkelier om tot definitieve afspraken te komen, zodat gestart kan worden met de uitvoering van de plannen zoals die zijn vastgesteld. De eigenaar zelf moet hierin het voortouw nemen. Wij willen daarbij nogmaals benadrukken dat wij nadrukkelijk in overleg blijven met de eigenaar van De Kwinkelier en er binnen de mogelijkheden die wij daarvoor tot onze beschikking hebben bij hem op zullen blijven aandringen om tot spoedige aanpak van De Kwinkelier over te gaan.

Als college blijven wij pro-actief aan de slag met de aanpak van het totale centrum van Bilthoven (zoals eerder al benadrukt). Dat betekent dat wij vanuit de huidige realiteit en verwachtingen voor de komende jaren kritisch blijven bekijken op welke wijze de doelstellingen van een krachtig en levendig winkelhart voor Bilthoven en de regio het beste te realiseren zijn. Daarbij zullen wij ook in ogenschouw nemen waar

daarvoor de sturingsmogelijkheden voor de gemeente aanwezig zijn. Vertrekpunt zijn de plannen zoals door uw raad vastgesteld. Dit betekent dat wij een beleidsevaluatie zullen uitvoeren op het niveau van het totale centrumgebied. Daarin zal ook de positionering van De Kwinkelier als onderdeel van het winkelgebied nadrukkelijk worden meegenomen. Ook zullen wij in dit kader samen met de BOF een lokaal

koopstromenonderzoek uitvoeren.

Met het eindigen van de samenwerking tussen Kerckebosch en Synchroon is ook de overeenkomst tussen Synchroon en de gemeente met betrekking tot de inbreng van de gemeentelijke gronden in het project komen te vervallen. De daarvoor in de grondexploitatie geraamde opbrengsten komen daardoor vooralsnog te vervallen, waarmee ook de dekking van de in de grondexploitatie opgenomen kosten niet wordt

gerealiseerd.

Vanwege de onzekerheid over de aanpak van De Kwinkelier en de mogelijkheden voor ontwikkeling van de gemeentelijke gronden, is het wenselijk de (financiële) afhankelijkheid voor de gemeente te minimaliseren.

Gezien de geschetste ontwikkelingen is het niet wenselijk de grondexploitatie langer door te laten lopen.

(9)

Het college stelt uw raad voor de grondexploitatie voor de Kwinkelier per 31-12-2012 af te sluiten. De boekwaarde per die datum ad € 1,255 miljoen wordt ten laste van de gemeentelijke exploitatie gebracht. In het kader van de vaststelling van de Jaarrekening 2012 zal bij

resultaatbestemming worden bepaald, ten laste van welke reserve(s) het uiteindelijke rekeningstekort zal worden afgedekt.

De gemeentelijke gronden in het gebied behouden een potentiële marktwaarde vanwege de vastgelegde mogelijkheden voor winkels en of woningen. De herontwikkelingsmogelijkheden hiervan zullen wij betrekken bij de eerder genoemde beleidsevaluatie en aanpak van het centrumgebied als totaal. Op het moment dat zich serieuze mogelijkheden voordoen ten aanzien van het in exploitatie brengen van de betreffende gronden, zullen wij hiervoor een voorstel aan uw raad voorleggen.

Actieve sturing op voortgang van onze projecten

Rapportage over de voortgang van de projecten, de financiële stand van zaken en het risicoprofiel, vindt plaats via het projectenboek. Daarmee geven we invulling aan de noodzakelijke actieve sturing op alle aspecten in onze projecten. De volgende versie wordt u aangeboden bij de Voorjaarsnota 2013. Wij willen vooruitlopend op die rapportage en aansluitend op de presentatie van 4 oktober 2012 op een aantal specifieke projecten reeds nu kort toelichting geven op de stand van zaken. Uiteraard zullen deze zaken ook worden meegenomen in het projectenboek.

De Melkweg

De ontwikkeling van het project Melkweg vindt plaats in verschillende delen. Voor het gehele project is door uw raad in juni 2009 een ontwikkelingsplan als kader vastgesteld. Eind 2009 heeft u daarop volgend ook de samenwerkingsovereenkomst met de SSW en de bijbehorende grondexploitatie vastgesteld.

De realisatie van het nieuwe Cultureel Educatief Centrum – Het Lichtruim – in samenwerking met de SSW en de toekomstige gebruikers verloopt voortvarend. Ten aanzien van de verschillende delen met

woningbouwontwikkeling is ook voor dit project een kritische houding in relatie tot de huidige marktsituatie aan de orde. Op 4 oktober is vanaf de zijde van de SSW tijdens de raadsinformatieavond een nadere

toelichting gegeven op hun ideeën ten aanzien van de realisatie van het Westblok. Wij hebben als college samen met de SSW afgesproken om dit jaar samen scenario’s te verkennen om tot een voor beide partijen acceptabel programma te komen, passend bij het gewenste woonbeleid en met reële financiële

uitgangspunten.

In het verlengde hiervan wordt ook bekeken hoe een vervolg gegeven kan worden aan de afspraken die zijn gemaakt over de ontwikkeling van de Noordblokken. Ook daarvoor zullen dan in gezamenlijkheid

verschillende mogelijkheden moeten worden verkend.

Vooralsnog blijven voor de Melkweg de in de Samenwerkingsovereenkomst gemaakte afspraken, incl. de vertaling daarvan in de grondexploitatie, van kracht. Op basis van de resultaten van deze verkenningen zullen nadere afspraken over het vervolg gemaakt moeten worden, inclusief eventuele bijstelling van de financiële kaders voor het project. Indien een dergelijke bijstelling aan de orde is, zullen wij u daarvoor separaat een voorstel doen toekomen.

IHP gerelateerde ontwikkelingen

Grootschalig onderhoud, nieuwbouw en capaciteitsuitbreiding van onze scholen is uitgewerkt in het Integraal Huisvestings Plan (IHP). De decentralisatie van de huisvesting van het primair en het voortgezet onderwijs heeft de verantwoordelijkheid voor de kwaliteit hiervan bij het gemeentelijk bestuur gelegd.

Handhaving of verbetering van deze kwaliteit respectievelijk uitbreidingen leidt tot financiële

consequenties. Om deze financiële gevolgen te beheersen, is onder andere het IHP opgesteld. Dit plan geeft inzicht in de toekomstige lasten, die voortvloeien uit de verantwoordelijkheden voor de gemeente voor

(10)

onderwijshuisvesting. Hierbij is het in stand houden van het primair en voortgezet onderwijs binnen de gemeente als randvoorwaarde gesteld.

Het IHP bestrijkt een tijdsperiode van 10 jaar. Elke 4 jaar wordt het IHP herzien. Dat is voor het laatst gebeurt in 2011. Dat betekent dat voor 2015 een nieuwe herziening staat gepland. In de tussen liggende jaren wordt bij de voorjaarsnota bekeken of de planning moet worden geactualiseerd en of financiën moeten worden bijgesteld.

In het IHP plan zijn ter dekking van een deel van de kosten ook te verwachten opbrengsten opgenomen vanuit een aantal achterblijvende locaties, te weten de oude locaties Theresiaschool, Julianaschool en de Nijepoort. Op deze achterblijvende locaties is voornamelijk woningbouw voorzien als nieuwe invulling. Met het oog op de huidige marktsituatie hebben wij ook voor deze locaties de te verwachten opbrengsten in relatie tot het mogelijke en vanuit volkshuisvesting wenselijke woningprogramma geactualiseerd. Op basis van deze actualisatie kan geconcludeerd worden dat de te verwachten opbrengsten in totaal voor de betreffende locaties ca. € 370.000,- lager worden geraamd dan op dit moment opgenomen in het IHP.

Deze opbrengsten vormen slechts een deel binnen het totale financiële plaatje in het IHP. De totale

financiële situatie van het IHP wordt zoals ieder jaar in het kader van de Voorjaarsnota 2013 nader in beeld gebracht. De bijstelling van de te verwachten opbrengsten uit de achterblijvende locaties zal worden verwerkt in het integrale voorstel dat wij aan u zullen voorleggen bij de Voorjaarsnota 2013. Uitgangspunt voor ons college is daarbij dat wij door zullen gaan met de ingezette uitvoering van de lopende projecten uit het IHP tot aan de geplande actualisatie in 2015.

Afgesloten projecten per 1-1-2013

De projecten 'Voormalige gemeentewerf Maartensdijk en woningbouw Westbroek zijn in 2012 afgesloten.

De (positieve) resultaten daarvan ad respectievelijk € 605.000,- en € 120.000,- worden bij de Jaarrekening 2012 ten gunste van de gemeentelijke exploitatie gebracht.

Financiën

Wij zijn ons ervan bewust dat als gevolg van deze keuzes de gemeentelijke weerstandscapaciteit zal afnemen tot onder de door de raad bij het vaststellen van de Nota Weerstandsvermogen 2012 gestelde norm van 1. Naar verwachting zullen door de gekozen maatregelen de gemeentelijke reserves afnemen met circa 20 %. Bij de Voorjaarsnota 2013 zullen wij nadrukkelijk stilstaan bij onze financiële positie en zo nodig nadere maatregelen voorstellen.

Tot slot

Vanuit het huidige perspectief van alle ontwikkelingen die wij om ons heen zien gebeuren gaan wij pro- actief waar nodig de afweging maken hoe wij de komende jaren met onze ambities en doelstellingen en de daaruit voortvloeiende projecten en activiteiten omgaan. Daarbij zullen wij telkens weer specifiek de afweging samen met u als raad maken of projecten en activiteiten moeten doorgaan, worden uitgesteld, worden aangepast, of worden stopgezet. Bij deze afweging kijken wij naar de financiële, juridische en maatschappelijke consequenties en daaraan verbonden risico’s.

Voor nieuwe ontwikkelingen en projecten dwingt de huidige marktsituatie ons om kritisch steeds opnieuw te kijken naar onze rol als gemeente. In hoeverre nemen wij zelf het voortouw? Waar liggen de

mogelijkheden om een beroep te doen op het eigen initiatief van het maatschappelijk veld en het

bedrijfsleven en te kiezen voor een rol van stimuleren en regisseren? Duurzaamheid en kwaliteit blijven de leidende richting voor onze keuzes. Voor de uitvoering daarvan doen wij ook nadrukkelijk een beroep op de maatschappelijke partijen en bedrijven, waar al waardevolle initiatieven lopen.

Vooralsnog zetten wij vooral in op het verder tot uitvoering brengen van de reeds gestarte projecten.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Een nieuw lied van een meisje, welke drie jaren als jager onder de Fransche legers heeft gediend, en in de slag voor Austerlitz is gewond geworden... Een nieuw lied' van een

Denkbaar zegt dat hij geen tijd heeft, maar Kassaar voegt hem toe: ‘- Luister naar mijn geschiedenis, heer en begrijp waarom ik mij onderwerp.’ Kassaars geschiedenis is

Het decreet betreff ende de bodemsanering en de bodem- bescherming (DBB).. Twee rechtsgronden

De fundamentele onderstroom van de reguleringsstroom, die een antwoord poogt te bieden op de fi nanciële crisis, wijst op belangrijke accentverschuivingen in de regulering,

Ge- vraagd naar waar zij over 15 jaar wil- len wonen, blijken jongeren een duidelijke voorkeur te hebben voor het buitengebied.. Met name lande- lijk wonen vlakbij een

Voor sommige instrumenten zijn voldoende alternatieven – zo hoeft een beperkt aantal mondelinge vragen in de meeste gevallen niet te betekenen dat raadsleden niet aan hun

Uit het onderhavige onderzoek blijkt dat veel organisaties in de quartaire sector brieven registreren (van 51% in het onderwijs tot 100% of bijna 100% in iedere sector in het

In het lic ht van het bovenstaande – de aantrekkende economische ontwikkeling na 2002, de stijgende vraag naar publieke dienstverlening onder meer op het gebied van onderwijs , zorg