LES 1. GROEP 3 t/m 8 HOCKEY
DOELSTELLINGEN:
Groep 3/4
- De leerlingen houden de hockeystick op de juiste manier vast.
- De leerlingen kennen de regels wat betreft de veiligheid van hockey.
- De leerlingen weten dat de hockeystick niet boven de knie uit mag komen!
Groep 5/6
- De leerlingen weten hoe ze een hockeystick op de juiste manier vast moeten houden.
- Ook kunnen de leerlingen veilig met een hockeystick omgaan.
- De leerlingen weten dat de hockeystick niet boven de knie uit mag komen!
- De leerlingen kunnen zich voortbewegen met de bal aan de stick. Zij kunnen dit in dribbeltempo.
- De leerling schakelt tussen de rol van aanvaller en verdediger in een twee tegen twee situatie.
Groep 7/8
- De leerlingen weten hoe ze een hockeystick op de juiste manier vast moeten houden.
- Ook kunnen de leerlingen veilig met een hockeystick omgaan.
- De leerlingen weten dat de hockeystick niet boven de knie uit mag komen!
- De leerlingen kunnen zich voortbewegen met de bal aan de stick. Zij kunnen dit in dribbeltempo, waarbij zij de bal ook van links naar rechts kunnen bewegen.
- De leerling schakelt snel tussen de rol van aanvaller en verdediger in een twee tegen twee
situatie.
LES 1. GROEP 3 t/m 8 HOCKEY
MATERIAAL:
Groep 3/4 Inleiding:
- Geen Vak 1:
- 6 pylonen
- 2 Hockeyballen of tennisballen - 8 sticks
Vak 2:
- 6 stokken
- 6 ringen of hoepels - Dopjes om een vak af
te zetten of kegels die omgegooid moeten worden
Vak 3:
- 10 Hoepels - Bingokaarten Zelf printen op
www.hi5ambacht.nl/lessen Materialen die als obstakel kunnen dienen zoals:
- Pylonen - Kegels - Blokjes - Palen
- Voor iedere leerling een stick en een bal Afsluiting:
- 30 stokken
Groep 5 t/m 8 Inleiding:
- Voor iedere leerling een bal en een stick Vak 1:
- 8 pylonen - 8 hockeysticks - 2 hockeyballen - 1 bank
Vak 2:
- 4 pylonen - 6 hockeysticks - 1 hockeybal
Vak 3:
- 10 Hoepels - 10 Bingokaarten - 16 kaarten met een
plaatje erop Zelf printen op
www.hi5ambacht.nl/lessen - Fiches of blokjes - 10 hockeyballen - 10 hockeysticks Afsluiting:
- 30 stokken
LES 1. GROEP 3 t/m 8 HOCKEY
OPSTELLING VAN HET MATERIAAL:
Groep 3/4
Groep 5 t/m 8
Speel de keeper uit Curling
Drijven en stoppen
Twee tegen twee Scoren aan de achterkant
Drijven en stoppen
LES 1. GROEP 3/4 HOCKEY
INLEIDING. Bokje springen
- Er worden twee tikkers aangewezen.
- Als je getikt wordt ga je als een ‘bokje’ staan, voorover gebogen en met je handen op je knieën.
- Je bent weer vrij als iemand ‘bokje’ over je heen springt.
- Is dit te lastig? Laat leerlingen op de knieën op de grond zitten en laat andere er dan over heen springen.
VAK 1. Speel de keeper uit.
- De leerlingen maken een rij achter elkaar ongeveer 10 meter vanaf het doel.
- Iedere leerling heeft een bal en een stick.
- In het doel staat één keeper (wel door wisselen).
- De keeper blijft in het doel.
- De andere leerlingen proberen om de beurt een doelpoging te doen.
- Probeer eerst dichter bij het doel te komen en dan te scoren.
- Wie maakt de meeste doelpunten?
Uitbreiding:
- Start in tweetallen met één bal en probeer door over te spelen de keeper uit te spelen en te scoren.
VAK 2. Curling.
- Twee leerlingen werken samen.
- Op de grond staat een cirkel. Het midden van de cirkel is 2 punten, de buitenste ring is 1 punt.
- De leerlingen schuiven de ring met de stok weg vanaf de pylon.
- Om de beurt twee keer schuiven en de punten bij elkaar op tellen.
Let op:
- Is het niet mogelijk om een cirkel uit te zetten, gebruik dan kegels.
- Zorg ervoor dat de leerling die wacht niet in de buurt staat van de leerling die aan het schuiven is.
VAK 3. Drijven en stoppen (bingo)
- Iedere leerling heeft een stick en een bal en begint bij een eigen hoepel (huis).
- In de hoepel ligt een bingokaart met fiches.
- In de zaal liggen de platen die ook op de bingokaart te zien zijn.
- Start allemaal tegelijk.
- Ga met de bal aan de stick naar een plaatje en leg daar de bal stil. (Het plaatje laten liggen).
- Ga daarna weer terug naar je eigen hoepel.
- Leg een fiche of blokje op het plaatje waar je geweest bent.
- Ga daarna naar het volgende plaatje
- Wie heeft als eerste de hele kaart vol en dus bingo.
- Benadruk dat er eerlijk gespeeld moet worden.
Tip:
- Let op dat de leerlingen de knieën buigen (laag zitten) in plaats van dat ze bukken.
AFSLUITING. Stokkenspel.
- Alle leerlingen staan in de kring met de rug naar elkaar.
- Om en om hebben de leerlingen een stok voor zich op de grond staan, deze houden ze vast zodat ie blijft staan.
- Op het teken van de leerkracht schuiven alle leerlingen een plaatsje op met de klok mee en laten hun stok staan.
- Iedereen moet snel verplaatsen, zodat de volgende leerling de stok vast kan pakken en de stok hierdoor niet valt.
- Om het moeilijker te maken kun je de kring steeds groter maken.
LES 1. GROEP 3/4 HOCKEY
INLEIDING. Bokje springen
- Er worden twee tikkers aangewezen.
- Als je getikt wordt ga je als een ‘bokje’ staan, voorover gebogen en met je handen op je knieën.
- Je bent weer vrij als iemand ‘bokje’ over je heen springt.
- Is dit te lastig? Laat leerlingen op de knieën op de grond zitten en laat andere er dan over heen springen.
VAK 1. Twee tegen twee
- Er wordt twee tegen twee gespeeld op twee veldjes.
- Probeer te scoren in het doel van het andere team.
- Alleen scoren op de helft van de tegenstander.
- Na een doelpunt wisselen met de leerlingen die eventueel aan de kant zitten. (of wanneer het te lang duurt, wisselt de docent)
Veiligheid:
- De stick komt niet boven de knie uit.
- De stick altijd met twee handen vasthouden - Alleen vanaf de voorkant de bal afpakken.
Tactiek:
- Verdedig met een keeper en een verdediger.
- In de aanval verlaat de keeper het doel om mee aan te vallen.
VAK 2. Scoren via de achterkant.
- Er wordt drie tegen drie gespeeld.
- Het is de bedoeling om te scoren bij de tegenstanders.
- Let op! Dit kan alleen via de achterkant van het doel.
Techniek: linkerhand bovenaan de stick, rechterhand in het midden van de stick.
Regels:
- Elkaar niet aanraken.
- Alleen vanaf de voorkant de bal afpakken.
- De bal niet met de voet aanraken.
- De stick niet hoger dan de knie.
- Niet hard slaan. Gebruik de pushslag.
VAK 3. Drijven en stoppen (bingo)
- Iedere leerling heeft een stick en een bal en begint bij een eigen hoepel (huis).
- In de hoepel ligt een bingokaart met fiches.
- In de zaal liggen de platen die ook op de bingokaart te zien zijn.
- Start allemaal tegelijk.
- Ga met de bal aan de stick naar een plaatje en leg daar de bal stil (het plaatje laten liggen).
- Ga daarna weer terug naar je eigen hoepel.
- Leg een fiche of blokje op het plaatje waar je geweest bent.
- Ga daarna naar het volgende plaatje
- Wie heeft als eerste de hele kaart vol en dus bingo.
- Benadruk dat er eerlijk gespeeld moet worden.
Tip:
- Let op dat de leerlingen de knieën buigen (laag zitten) in plaats van dat ze bukken.
AFSLUITING. Stokkenspel.
- Alle leerlingen staan in de kring met de rug naar elkaar.
- Om en om hebben de leerlingen een stok voor zich op de grond staan, deze houden ze vast zodat ie blijft staan.
- Op het teken van de leerkracht schuiven alle leerlingen een plaatsje op met de klok mee en laten hun stok staan.
- Iedereen moet snel verplaatsen, zodat de volgende leerling de stok vast kan pakken en de stok hierdoor niet valt.
- Om het moeilijker te maken kun je de kring steeds groter maken.
LES 1. GROEP 7/8 HOCKEY
INLEIDING. Bokje springen
- Er worden twee tikkers aangewezen.
- Als je getikt wordt ga je als een ‘bokje’ staan, voorover gebogen en met je handen op je knieën.
- Je bent weer vrij als iemand ‘bokje’ over je heen springt.
- Is dit te lastig? Laat leerlingen op de knieën op de grond zitten en laat andere er dan over heen springen.
VAK 1. Twee tegen twee
- Er wordt twee tegen twee gespeeld op twee veldjes.
- Probeer te scoren in het doel van het andere team.
- Alleen scoren op de helft van de tegenstander.
- Na een doelpunt wisselen met de leerlingen die eventueel aan de kant zitten. (of wanneer het te lang duurt, wisselt de docent)
Veiligheid:
- De stick komt niet boven de knie uit.
- De stick altijd met twee handen vasthouden - Alleen van de voorkant de bal afpakken.
Tactiek:
- Verdedig met een keeper en een verdediger.
- In de aanval verlaat de keeper het doel om mee aan te vallen.
VAK 2. Scoren via de achterkant.
- Er wordt drie tegen drie gespeeld.
- Het is de bedoeling om te scoren bij de tegenstanders.
- Let op! Dit kan alleen via de achterkant van het doel.
Techniek: linkerhand bovenaan de stick, rechterhand in het midden van de stick.
Regels:
- Elkaar niet aanraken.
- Alleen vanaf de voorkant de bal afpakken.
- De bal niet met de voet aanraken.
- De stick niet hoger dan de knie.
- Niet hard slaan. Gebruik de pushslag.
VAK 3. Drijven en stoppen (bingo)
- Iedere leerling heeft een stick en een bal en begint bij een eigen hoepel (huis).
- In de hoepel ligt een bingokaart met fiches.
- In de zaal liggen de platen die ook op de bingokaart te zien zijn.
- Start allemaal tegelijk.
- Ga met de bal aan de stick naar een plaatje en leg daar de bal stil (het plaatje laten liggen).
- Ga daarna weer terug naar je eigen hoepel.
- Leg een fiche of blokje op het plaatje waar je geweest bent.
- Ga daarna naar het volgende plaatje
- Wie heeft als eerste de hele kaart vol en dus bingo.
- Benadruk dat er eerlijk gespeeld moet worden.
Tip:
- Let op dat de leerlingen de knieën buigen (laag zitten) in plaats van dat ze bukken.
Versie 2: Speel met tweetallen.
- Nummer 1 gaat naar een plaatje en nummer 2 wacht bij de hoepel.
- Nummer 1 speelt de bal naar nummer 2, deze ontvangt de bal.
- Nummer 2 gaat naar een ander plaatje en nummer 1 wacht nu bij de hoepel
AFSLUITING. Stokkenspel.
- Alle leerlingen staan in de kring met de rug naar elkaar.
- Om en om hebben de leerlingen een stok voor zich op de grond staan, deze houden ze vast zodat ie blijft staan.
- Op het teken van de leerkracht schuiven alle leerlingen een plaatsje op met de klok mee en laten hun stok staan.
- Iedereen moet snel verplaatsen, zodat de volgende leerling de stok vast kan pakken en de stok hierdoor niet valt.