• No results found

Voor wie? Wie leven en of werken in Gelderland? Hebben wij op de grote groepen voldoende zicht? En kan iedereen zijn steentje bijdragen? De arbeidsmarkt wordt steeds flexibeler

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Voor wie? Wie leven en of werken in Gelderland? Hebben wij op de grote groepen voldoende zicht? En kan iedereen zijn steentje bijdragen? De arbeidsmarkt wordt steeds flexibeler"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Inlichtingen bij dhr. M.A.A. van der Heijden, telefoonnummer (026) 359 94 25 e-mailadres: post@gelderland.nl

Antwoord op Statenvragen PS2017-658 Arnhem, 5 december 2017 zaaknr. 2017-014890

De leden van Provinciale Staten Beantwoording schriftelijke Statenvragen Statenlid Corrie-Christine van der Woude (VVD ) over flexibele arbeidsmigranten; een blinde vlek?

Ingevolge het bepaalde in artikel 42 van het Reglement van Orde van Provinciale Staten doen wij u hieronder het antwoord van ons college op de vragen van het Statenlid Corrie-Christine van der Woude toekomen.

Inleiding

In de midterm review hebben wij duidelijk gekozen om te werken aan een veilig en gezond Gelderland. Voor wie? Wie leven en of werken in Gelderland? Hebben wij op de grote groepen voldoende zicht? En kan iedereen zijn steentje bijdragen?

De arbeidsmarkt wordt steeds flexibeler. Afstanden verkleinen, door steeds betere verbindingen. In een kenniseconomie is kennis en kunde niet langer individueel, lokaal of nationaal verankerd. Het wereldwijd delen van kennis en kunde gebeurt digitaal en ook fysiek. En dat neemt toe, want de economie groeit en daarmee de vraag naar mensen, hun kennis, kunde en inzet. En dus ook naar mensen van buiten Nederland. De migratiebewegingen van werknemers en studenten nemen toe.

Mensen die hier wekelijks, maandelijks of jaarlijks in- en uitvliegen afhankelijk van de vraag, mogelijkheden en hun verblijfsvergunning. Die flexibiliteit is een belangrijke kurk van onze welvaart geworden. Na een goed verloop van hun integratie zal hun inzet optimaler bijdragen aan een vitale Gelderse samenleving en economie.

Daarom vragen wij aan GS om inzicht te geven of de provincie, dan wel regio’s of lokale overheden voldoende kennis hebben over de sociale kaart van de arbeidsmigranten. Wij leggen graag de volgende vragen voor:

Vraag 1:

1.Heeft u een sociale kaart Gelderland, waaruit blijkt hoe het gesteld is met onze flexibele

arbeidsmigranten of weet u van het bestaan van (lokale) deelkaarten? Wij verwachten dat deze kaart antwoord geeft op vragen als:

a. Hoeveel en wat voor type flexibele arbeidsmigranten zijn werkzaam in Gelderland?

b. Waar werken en leven (wonen) zij in Gelderland?

c. Hoe is het gesteld met hun beleving van de leefbaarheid in Gelderland, worden zij bevraagd in de lokale of provinciale onderzoeken?

d. Hoe is hun kennis van en participatie in onze samenleving?

e. Zijn zij voldoende bij machte hun eigen verantwoordelijkheid voor hun situatie op te pakken?

Kennen zij hun mogelijkheden, de wegen, rechten en plichten in Gelderland, in Nederland?

f. Wat is hun invloed als groep op de leefbaarheid in Gelderland?

Antwoord:

Nee, we beschikken niet over een sociale kaart van Gelderland waaruit blijkt hoe het gesteld is met onze flexibele arbeidsmigranten. Het bestaan van lokale deelkaarten is ons niet bekend.

Wel kunnen wij u een indicatie geven ten aanzien van het type arbeidsmigranten en waar zij werken en wonen binnen Gelderland. Volgens actuele cijfers van het CBS werken er 362.330 EU-burgers bij Nederlandse werkgevers. Zo’n 120.000 werken als uitzendkracht in dienst van uitzendbureaus die lid zijn bij de uitzendorganisaties ABU en NBBU. Bij de ABU en de NBBU zijn 1.600 uitzendbureaus

(2)

2

aangesloten. Een deel hiervan bemiddelt in flexmigranten. ABU en NBBU hebben opdracht gegeven tot het onderzoek “Flexmigranten in Nederland 2016” dat door Concours Research is uitgevoerd.

Circa 11.700 van de in totaal bijna 120.000 flexmigranten waren in de periode

1 juni 2015 - 1 juni 2016 via de ABU- en NBBU leden werkzaam in de Gelderse arbeidsmarktregio’s.

Dat is 9,8% van het nationale totaal en ca. 1% van de beroepsbevolking in Gelderland. Zo’n 70% van deze flexmigranten (nationaal absoluut 84.100) wordt bemiddeld in huisvesting. Circa 11% van de flexmigranten wordt volgens het onderzoek gehuisvest in de Gelderse regio’s. De sectoren waar, op basis van landelijke informatie, de meeste flexmigranten werkzaam zijn, zijn de logistieke sector, land- en tuinbouw en de voedingsindustrie. De meeste flexmigranten hebben middelbaar of laag onderwijs genoten. Hiermee beantwoorden we uw deelvragen A en B. Met betrekking tot de deelvragen C t/m F, die ingaan op de beleving van leefbaarheid in Gelderland vanuit het perspectief van de flexibele arbeidsmigranten, kunnen wij u mededelen dat zij in provinciale onderzoeken hierop niet worden bevraagd. Of deze groep door gemeenten bevraagd wordt op dit aspect is ons niet bekend.

Vraag 2:

Hoe beleven onze inwoners, werkgevers en autoriteiten de aanwezigheid van arbeidsmigranten? Zijn daar data of onderzoeken over bekend?

Antwoord:

Er zijn ons geen data of onderzoeken bekend over hoe inwoners, werkgevers en autoriteiten de aanwezigheid van flexibele arbeidsmigranten beleven.

Vraag 3:

Mocht uw antwoord op bovenstaande vragen negatief zijn, namelijk dat u dit nu niet in kaart kunt brengen voor Gelderland, dan kunnen wij vaststellen dat de flexibele arbeidsmigrant in Gelderland een blinde vlek is. Bent u het dan met ons eens, dat de positie van de arbeidsmigrant in Gelderland in beeld gebracht behoord te zijn of te worden? En verdient dit monitoring?

Antwoord:

Het al dan niet in beeld brengen en monitoren van de positie van de flexibele arbeidsmigrant zien wij primair niet als provinciale verantwoordelijkheid. Vanuit de Gelderse gemeenten hebben wij geen vragen of signalen ontvangen die duiden op een behoefte aan het opzetten van een dergelijk onderzoek. Vanuit gemeenten is men wel geïnteresseerd in de periodieke regionale

discrepantieanalyse die het verschil in vraag en aanbod op de arbeidsmarkt per sector naar opleiding, maar ook per Gelderse regio in beeld brengt. Voor de totale provincie gebeurt dit naar opleiding en beroep. Deze analyse wordt uitgevoerd in lijn met het vastgestelde Gelderse beleidskader Onderwijs en Arbeidsmarkt 2016-2019 en begin 2018 wordt de nieuwste editie uitgebracht met een horizon tot 2022.

Vraag 4:

Bent u bereid dit te laten onderzoeken door dergelijk onderzoek te stimuleren en te coördineren? Met als doel dat regio’s, gemeenten en instanties kennis kunnen uitwisselen en actief beleid kunnen ontwikkelen zonder dat waterbedeffecten optreden.

Antwoord:

Wij zijn niet voornemens een dergelijk onderzoek te stimuleren en te coördineren.

Gedeputeerde Staten van Gelderland

ing. J. Markink - plv. Commissaris van de Koning P.G.G. Hilhorst - secretaris

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Namens de NBPB (Nederlandse Beroepsvereniging voor Professionele Bewindvoerders) vragen wij uw aandacht voor deze brief.. Wie

Wij vinden het belangrijk dat er een veilig en prettig pedagogisch klimaat is op onze school, waardoor alle betrokkenen (kinderen, leerkrachten en ouders) zich snel thuis voelen

Memo kan alle hulp gebruiken om te werken aan een beter leven voor mensen met dementie en hun naaste omgeving. Dit kan door uw financiële gift of hulp

Wij vinden het belangrijk dat er een veilig en prettig pedagogisch klimaat is op onze school, waardoor alle betrokkenen (kinderen, leerkrachten en ouders) zich snel thuis voelen

Bij het halen van uw kind(eren) willen wij vragen of u bij het bordes van de peuteropvang ingang te wachten tot dat wij naar buiten komen met uw kind(eren).. Of buiten de hekken van

Als GS het heeft over vele hectares bomen die geplant moeten worden, over hoeveel bomen gaat het dan en welke plekken heeft GS daarbij voor

Een verdiepend onderzoek zou kunnen inhouden dat de ADB's kijken of er in gemeenten waar wél expliciet naar discriminatie wordt gevraagd, ook meer discriminatie gemeld wordt dan

Deze thema’s zijn de basis voor het uitwerken van de kansen voor individuele ondernemers en het collectief?. Naast de kansen in het centrumgebied draait het om de