• No results found

De complexe problematiek rond huiselijk geweld en kindermishandeling brengt grotere risico’s met

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "De complexe problematiek rond huiselijk geweld en kindermishandeling brengt grotere risico’s met"

Copied!
5
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

B&W-voorstel

B&W-voorstel

Onderwerp : Samenwerkingsafspraken Veilig Thuis B&W-vergadering : 27 juni 2017

Registratienummer : BW17.00333

Registratiecode : *BW17.00333*

Auteur : Sonja van Kampen

Portefeuillehouder : J.G.Th.M. Kersten

Status : Openbaar

Persgesprek : 27 juni 2017

Samenvatting

Sinds 2015 telt Nederland 26 regionale Veilig Thuis organisaties. Veilig Thuis is het advies- en meldpunt voor huiselijk geweld en kindermishandeling. De Inspecties Jeugdzorg en Gezondheidszorg onderzoeken de kwaliteit van Veilig Thuis stapsgewijs. Na een periode onder verscherpt toezicht heeft Veilig Thuis Gelderland Zuid in april 2017 stap 1 van de toetsing gehaald. Bij de toetsing van stap 2 op 4 juli 2017 kijken de inspecties vooral naar de kwaliteit van de onderzoeken en de samenwerkingsafspraken tussen Veilig Thuis en het lokale veld. Het Dagelijks Bestuur (DB) van Veilig Thuis heeft op 8 juni 2017 besloten om de

samenwerkingsafspraken met verzoek om vaststelling door te sturen naar de gemeenten.

Besluit om

1. De bestuurlijke samenwerkingsafspraken tussen Veilig Thuis en de gemeenten vast te stellen.

2. Het DB op de hoogte te brengen van het standpunt van het college via bijgevoegde brief.

3. Bijgevoegde beantwoording van de vragen van de PvdA aan de raad verzenden.

Inleiding

De Inspecties Jeugdzorg en Gezondheidszorg toetsen de kwaliteit van Veilig Thuis aan de hand van de wettelijke eisen, veldnormen en professionele standaarden. Na de toetsing van het primaire proces in stap 1 in 2015/2016 zijn de inspecties begin 2017 gestart met de toetsing op stap 2. Omdat Veilig Thuis

Gelderland-Zuid begin dit jaar nog onder verscherpt toezicht stond, wordt de toetsing in deze regio op 4 juli 2017 uitgevoerd. In stap 2 kijken de inspecties vooral naar de kwaliteit van de onderzoeken en de afspraken die gemaakt zijn tussen Veilig Thuis en het lokale veld over de inzet van vervolgtrajecten. De inspecties hebben aangegeven dat zij nog niet toetsen op de implementatie van de afspraken, maar wel toetsen of goede samenwerkingsafspraken zijn gemaakt.

Beoogd effect

De samenwerkingsafspraken vast te stellen, om te voldoen aan de eisen van Stap 2 van het Toezicht op Veilig Thuis.

Argumenten

1.1 Voor de Inspectietoetsing stap 2 moeten alle Colleges in deze regio én het DB van Veilig Thuis vóór 4 juli 2017 de bestuurlijke samenwerkingsafspraken vastgesteld hebben.

Er is een harde deadline: op 4 juli 2017 vindt de toetsing plaats. Het DB van Veilig Thuis en de Colleges van alle regiogemeenten moeten vóór die tijd de afspraken bestuurlijk hebben vastgesteld.

Naar verwachting zal het DB van Veilig Thuis de afspraken definitief vaststellen in de vergadering van 29 juni 2017.

1.2 De samenwerkingsafspraken zijn een eerste opzet om verantwoordelijkheden te regelen en het proces van ketensamenwerking goed te laten verlopen.

De samenwerkingsafspraken zijn in een relatief korte periode tussen 13 maart en 22 mei gemaakt. Er is

door coördinatoren, beleidsmedewerkers, medewerkers van Veilig Thuis en de werkgroep Samen

Doen

1

veel werk verzet. De belangrijkste punten zijn in werksessies tussen Veilig Thuis en de

gemeenten doorgesproken en met behulp van deze input en feedback nader uitgewerkt. Vanuit

Beuningen is er ambtelijk nog extra input aangeleverd op de punten waarvan wij vinden dat nog niet

alle afspraken op een goede manier zijn vormgegeven of nog onduidelijkheid bestaat. Het DB van de

(2)

GGD heeft hier met de bijgesloten brief op gereageerd. Hierin zijn een aantal toezeggingen gedaan. In de brief aan de GGD geven we hier nog een reactie op.

1.3 Op een aantal onderdelen moeten nog nader afspraken worden gemaakt.

Afgesproken is om in de komende periode een aantal punten nader uit te werken:

- Routeeroverleg: positionering, vorm, bekostiging, privacy-aspecten en eventueel fungeren Routeeroverleg als lokale toegangspoort;

- kosten Veilig Thuis in relatie tot het aantal meldingen;

- wachttijden sociale teams (geldt niet voor Beuningen);

- monitoring Veilig Thuis;

- beveiligde mailverbindingen;

- wegingsinstrument zwaarte casuïstiek;

- escalatieroute (de wijze waarop sociale teams casussen kunnen terugleggen waarbij problemen zijn bij de overdracht).

Ten aanzien van het Routeeroverleg staat een evaluatie van het overleg en een definitief besluit in het AB GGD (de stuurgroep Veiligheidshuis gehoord hebbende) in het najaar op de planning. Daarbij wordt aandacht besteed aan bovengenoemde onderwerpen. Voor wat betreft privacy-aspecten wordt een leertuin ingericht om partijen die betrokken zijn bij het Routeeroverleg te leren hoe informatie rechtmatig mag worden gedeeld.

Over de monitoring van Veilig Thuis zijn eerste afspraken gemaakt in de samenwerkingsafspraken. Ook is in het zogeheten Opdrachtgevers/Opdrachtnemersoverleg Veilig Thuis door Veilig Thuis aangegeven dat er op korte termijn meer monitoringinformatie voor gemeenten beschikbaar is.

Gemeenten en Veilig Thuis gaan nog enkele aanvullende afspraken maken over de overdracht van informatie over beveiligde mailverbindingen.

In de werkgroep Samen Doen gaan professionals nog nadere afspraken maken over de ontwikkeling van een wegingsinstrument om de zwaarte van bepaalde casuïstiek eenduidig te kunnen bepalen, alsmede het maken van aanvullende afspraken over de escalatieroute.

Kanttekeningen

1.1 Als één gemeente de samenwerkingsafspraken niet vaststelt, kan dit ernstige gevolgen hebben voor de toetsing door de inspecties.

De inspecties toetsen op 4 juli 2017 of er bestuurlijk vastgestelde samenwerkingsafspraken zijn gemaakt tussen Veilig Thuis en alle regiogemeenten. Om stap 2 te halen, is het cruciaal dat alle regiogemeenten de afspraken vaststellen. Als óf het DB van Veilig Thuis óf één van de regiogemeenten de afspraken niet vaststelt, dan zullen de inspecties concluderen dat er geen bestuurlijk vastgestelde afspraken zijn en zal Veilig Thuis niet slagen voor de inspectietoetsing.

1.2 De samenwerkingsafspraken laten gevolgen voor het lokale veld zien

Door de samenwerkingsafspraken komt beter in beeld wat er van het sociaal team Beuningen gevraagd wordt. Dat zien we ook in het aantal casussen dat wordt afgeschaald naar het lokale veld. Het sociaal team is qua formatie nu nog beperkt toegerust voor die casuïstiek. Dat heeft gevolgen voor de inrichting van het lokale veld:

Complexe problematiek en formatie

De complexe problematiek rond huiselijk geweld en kindermishandeling brengt grotere risico’s met

zich mee en vraagt om andere competenties van professionals. Bijvoorbeeld het kunnen werken met

veiligheidsplannen en het kunnen uitvoeren van risicotaxaties. Daarnaast zien we dat sinds Veilig

Thuis gestart is met het routeeroverleg- om hun wachtlijsten op orde te krijgen- een verschuiving van

zorgmeldingen naar het sociaal team. Het eerste half jaar hadden wij 4 meldingen Veilig Thuis en 13

meldingen via het routeeroverleg, waar dit vorig jaar in totaal 15 waren over het hele jaar.

(3)

Uitstraling Sociaal team Beuningen

De laagdrempelige uitstraling van het sociaal team kan beschadigen wanneer zij zware interventies gaat plegen. Zo kan bij inwoners het beeld ontstaan dat ze het sociaal team beter buiten de deur kunnen houden. We zoeken daarom naar een goede organisatievorm waarbinnen we dit voorkomen.

1.3 De samenwerkingsafspraken staan of vallen met goede afstemming tussen Veilig Thuis en gemeenten.

Voor een goede samenwerking is het van belang dat de samenwerkingsafspraken worden nageleefd en waar nodig bijgesteld op basis van de praktijk. Daarvoor is een goede afstemming tussen Veilig Thuis en het lokale veld nodig. Verschillende gemeenten (waaronder Beuningen ) vinden deze afstemming, momenteel belegd binnen de werkgroep Samen Doen, nu onvoldoende. Als vervolg op de

samenwerkingsafspraken moet deze afstemming ook tegen het licht gehouden worden.

1.4 Er is een verwachting dat het aantal meldingen gaat stijgen.

Op landelijk niveau wordt voor de komende jaren een stijging van het aantal meldingen bij Veilig Thuis verwacht (o.a. door extra aandacht voor ouderenmishandeling). Daarmee zouden de kosten voor de instandhouding van Veilig Thuis organisaties ook stijgen. Er zijn signalen vanuit het Rijk dat

gemeenten gecompenseerd worden voor deze extra kosten, maar daarover is nog geen definitief besluit genomen.

Financiën

Onze insteek is dat de samenwerkingsafspraken zeker niet mogen leiden tot extra kosten voor de regiogemeenten en dat de middelen die de GGD voor Veilig Thuis in haar begroting 2017/2018 heeft opgenomen leidend zijn. Vanuit Beuningen zien we in de praktijk (en zo is dat ook verwoord in de samenwerkingsafspraken) dat er steeds meer (zware) casuïstiek overgedragen wordt aan het lokale veld (sociaal team). Daarom willen we meer zicht krijgen op de kosten voor de verschillende soorten

hulpverleningstrajecten en goede afspraken maken over de financiering van deze trajecten. Ook willen we komen tot een vergelijking van de kosten met andere Veilig Thuis organisaties. Wat ons betreft gaat het dan óók om de vraag hoe we in deze regio onze doelstellingen met betrekking tot het terugdringen van huiselijk geweld en kindermishandeling beter kunnen monitoren en kosteneffectief kunnen realiseren.

Dit najaar willen we vanuit een aantal gemeenten financiële specialisten, beleidsmedewerkers en Veilig Thuis een voorstel laten uitwerken om meer zicht te krijgen op de kosten van Veilig Thuis in relatie tot de geleverde output en outcome alsmede de inhoudelijke doorontwikkeling. Dit kan voor 2018 en verder leiden tot verschuivingen van budgetten binnen de bestaande financiële kaders tussen bijvoorbeeld Veilig Thuis, het lokale veld en de gespecialiseerde ketenpartners. Ons doel is om in de zomernota 2018 ten aanzien van Veilig Thuis met concrete voorstellen te kunnen komen.

Tijdspad

De samenwerkingsafspraken worden op 29 juni 2017 vastgesteld door het DB.

Duurzaamheid n.v.t.

Communicatie

De GGD wordt op de hoogte gesteld van de besluitvorming van het college door bijgevoegde brief.

Begin juli wordt een afspraak gepland met alle gemeenten om afspraken te maken voor het verdere implementatieproces.

Evaluatie

In de samenwerkingsafspraken is beschreven hoe de afspraken worden geëvalueerd en waar nodig

bijgesteld. Wat dat betreft vormt de vaststelling van deze samenwerkingsafspraken niet het eind-, maar het startpunt van een volgend proces.

Bijlagen

1. Bijlage 1 Reactie Beuningen aan DB GGD (UI17.08065)

2. Bijlage 2 Brief DB aan gemeente Beuningen (at17002242)

(4)

3. Bijlage 3 Raadsvragen PvdA (IN17.03932)

4. Bijlage 4 Beantwoording raadsvragen PvdA m.b.t. Veilig Thuis (UI17.08150 ) 5. Bijlage 5 Overdrachtsafspraken tussen Veilig Thuis en gemeenten (at17002255) Routingformulier: AT.17002253

1

Samen Doen is samengesteld uit vertegenwoordigers van Veilig Thuis, het Routeeroverleg, de sociale wijkteams en

beleidsambtenaren uit beide subregio’s. Beuningen is hierin niet vertegenwoordigd.

(5)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

• dat CBS De Lindenborgh een meldcode wenst vast te stellen zodat de beroepskrachten die binnen CBS De Lindenborgh werkzaam zijn weten welke stappen van hen worden verwacht

Ik denk dat we daar nog veel op kunnen leren, dus ik kan goed uit de voeten met dit voorstel en laat het oordeel over deze motie aan de Kamer?. Dan mis ik de derde motie, de motie

Benoem duidelijk dat er een meldplicht is voor wanneer er vermoedens zijn van een mogelijk geweld- of zedendelict door een collega en dat er een stappenplan wordt gehanteerd wanneer

Om het voor medewerkers mogelijk te maken om in een veilig werkklimaat huiselijk geweld en kindermishandeling te signaleren en om de stappen van de meldcode te zetten, draagt RK

• Er kijkt altijd een tweede persoon naar het verslag. - Het is belangrijk dat deze verslagen adequate observaties bevatten op feiten gebaseerd. - Als het geen goed

Dit kan ook iets anders zijn dan kindermishandeling en huiselijk geweld (echtscheiding, overlijden van een familielid, enz.). Hoe meer signalen van deze lijst een kind te zien

Daarnaast bevat deze meldcode een route hoe te handelen bij signalen van mogelijk geweld- of zedendelict door een collega en een route hoe te handelen wanneer er sprake is

Veilig Thuis kan een eerste weging maken of het terecht is dat wij ons zorgen maken over deze situatie en of er mogelijk sprake kan zijn van kindermishandeling of huiselijk