• No results found

Va nJerveIJe

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Va nJerveIJe"

Copied!
64
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

V

a

nJerveIJe

herdacht

door J. F. Ankersmit

Het overlijden op hoge leeftijd van den Belgischen socialis. tischen leider Emile Vandervelde betekent de afsluiting van een tijdperk. Voor de Belgische arbeidersbeweging sluit dit heengaan de periode van de ongeremde opgang af. Voor het wereldsocialisme is zijn dood te zien als het einde van het heldentijdperk, dat in 1889 de schitterende tweede Interna. tionale deed ontstaan, die later na de wereldoorlog zou her. rijzen.

(2)

democratie zochten te ondermijnen. Aldus was hij niet meer als vroeger ten volle de representant van de gehele socialis~

tische Internationale, doch meer en meer slechts die van haar communistisch~aangevreten linkervleugel. Eenzelfde ontwik~ keling deed zich voor bij zijn positie in de Belgische Werk~ liedenpartij. Hoewel partijcongressen elk samengaan met de communisten afwezen, leende hij zich meermalen tot een samen~betogen met hen. Dit deed een toenemende oppositie tegen hem opsteken. Wel werd hij nog traditioneel als "de patroon" geëerd, gelijk ook bij zijn uitvaart, toen de geschil~ len zwegen, treffend gebleken is. Maar er was een groeiende tegenstelling tussen hem en de scherp.anticommunistische vleugel der partij, waartoe ook de vakbeweging behoorde. Op het laatst van zijn leven moest hij ervaren, dat een deel van de parlementaire vertegenwoordigers en van de gewestelijke secties der partij hem niet meer volgde. In het partijcongres vond hij nog een meerderheid, toen hij het geschil met den socialistischen minister~president Spaak over de benoeming van een handelsvertegenwoordiger bij de Spaanse rebellen. regering tot uiterste scherpte dreef. Een deel stond hem nog morrend bij, hoofdzakelijk wel uit tegenzin om van den wel~ eer onbetwisten leider afstand te nemen, maar een ander deel ging eigen weg. Wellicht speelde hier een rol Van~ dervelde's neiging om den jongen socialistischen premier te kapittelen, die in zijn plaats de leiding van 's lands zaken op zich genomen had. In elk geval moet het een hard gelag voor den bejaarden voorman geweest zijn, dat hij zich niet meer de vertegenwoordiger van het onverdeelde Belgische socia. lis me kon noemen, terwijl hij toch eenmaal midden in dat nationale socialisme gestaan had. Om die middenman te blij~ veti was hem bij het klimmen der jaren de lenigheid ontgaan. die hem vroeger in zo hoge mate eigen was.

(3)

schappelijke boeken, waarin hij een echb

Belgisch socialisme omschreef, dat een deugde~ lijk socialistisch begrip 'met onbezweken zin voor de eisen der realiteit paarde. Een werk als dat, waarin hij aan het "étatisme", het staatsgevoel van de omhoogstrevende arbei~ dersklasse, zijn grenzen wees, wijl de staat van verlosser uit economische nood ook geestelijk verdrukker kan worden en als zodanig "door een vrijheidlievend socialisme nimmer geduld kan worden, zulk een werk heeft ook buiten de landsgrenzen zijn betekenis verkregen. Het sloot zich waardig aan bij de beschouwingen,

die ook in Engeland in een boek van de Webbs, Van den fransen tekenaar Gassier ook in Nederland in Troelstra' s pleidooien

voor een socialistische staatsleer, die de

(4)

en zich niet aan grijpen naar het voorshands onbereikbare te buiten gingen. Met een onverzwakte agitatie van zulk een aard heeft Vandervelde in moeizame strijd allengs de triomf verzekerd van het algemeen kiesrecht, dat voor zo vele landen het bouw~ en bindmiddel voor de totstand~ . koming van politieke arbeidersrnacht en politiek arbeiders~ begrip geweest is. Aldus kan men hem met recht den Belgi~ schen Lassalle noemen.

Was tot dusver de Belgische sociaaldemocratie onder zijn leiding als politieke oppositie tot groot gezag gekomen, hij was de eerste om in te zien, dat nieuwe toestanden nieuwe eisen stelden. Zo aanvaardde hij, de republikein, reeds tijdens de oorlog een benoeming onder 's konings raad~ gevers, omdat hij gevoelde, dat zo groot mogelijke eendracht in den lande tegenover den heerszuchtigen vijand onmisbaar was. Hoewel hij op het internationaal socialistisch congres ' van 1904 te Amsterdam tot 'de tegenstanders van het ministerialisme behoord had, aarzelde hij niet het minister~ schap te aanvaarden, toen na de oorlog de wederopbouw van het verwoeste land samenwerking aller krachten verg~ de. Aan zijn ambten van Buitenlandse Zaken en van Justitie vooral heeft hij zich met bijzondere ijver gewijd. In beide functies toonde hij, de internationalist, niettemin een ge~ trouw Belg te zijn. Aanvankelijk was hij zelfs wel al te hardvochtig jegens 'degenen, die tijdens de bezetting be. zw eken waren voor de Duitse verlokkingen door in een Raad van Vlaanderen aan te sturen op een splitsing van België en op een brengen van het Vlaamse land onder D4itse invloed. Daarentegen heeft hij met mannenmoed zijn internationale gezindheid doen spreken door tegen de Franse bezetting van het Roergebied een grootse volks. beweging te ontketenen. Was toen door de voormalige Ge. alliëerden en met name door de Franse regeringen naar hem geluisterd en was aan Duitsland de vernedering bespaard, daar de jonge democratie gesteund in plaats van verachte. lijk gemaakt, dan zou het Hitler~geweld misschien nimmer tot de macht gekomen zijn. .

(5)

:.i I' li 1 I'

Van

vriend

en

vijand

[IJ

Een waardig

geden"~boek

(1. v. G.) Naar opzet, vorm en inhoud moet dit wèl verzorgde boekwerk, in opdracht van het partijbestuur der S.D.A.P. op zo voortreffelijke wijze door De Arbeiderspers, ter gelegen~ heid van het 25~jarig Kamerlidmaatschap van J. W. Albarda uitgegeven boekwerk, den jubilaris een ware voldoening zijn. Geheel in zijn geest ligt de gedachte om daarin niet enkel,

ja zelfs niet als hoofdzaak, bijeen te brengen een aantal

getuigenissen over de veelzijdige betekenis van zijn persoon

en zijn werk, zo gelukkig omschreven als "een kwart eeuw parlementaire werkzaamheid in dienst van de bevrijding der Nederlandse arbeidersklasse", doch een overwegend aantal bijdragen te doen bestaan uit korte verhandelingen over "de

groei der Nederlandse volksgemeenschap". Voor iemand zo wars van eer~ en huldebetoon als Albarda kon alleen op die wijze het boek een hogere waarde krijgen dan de simpele bevestiging van de vriendschap en sterke waardering, welke hij om zijn menselijke en leiderskwaliteiten allerwege in de partij geniet. Men plaatste bovendien hierdoor den man en zijn werk tegen de wijde achtergrond van een kwart eeuw nationale ontwikkeling, waaraan hij zulk een loffelijk aan~ deel had. Van de gehele inhoud zijn dan ook niet minder dan 5/6 deel aan dit "algemeen gedeelte", met 17 bijdragen, gewijd.

Het persoonlijk gedeelte, bestaande uit 24 getuigenissen. leent zich uitteraard niet tot bespreking. Genoeg zij, dat aan dit koor van eensgezinde stemmen alle geledingen der be~ weging deelnamen: stad en land, jong en oud (ik moge Vlie~

gen's en Gerhard's gevoelig woord afzonderlijk noemen), partij en vakbeweging. Zij bewijzen, hoe diep Albarda's werkzaamheid sinds jaren in het gehele veld der beweging is geworteld.

(6)

Al vormt uit de aard der zaak de eigen beweging, van alle kanten belicht, een belangrijk onderwerp, juist haar groei" ende i~vloed en gestadig uitdijende werkingssfeer brachten als vanzelf mede, dat de schrijvers zich moesten bezighouden met het geheel der volksgemeenschap, waarmee die beweging meer en meer onverbrekelijke een4eid ging vormen. Voor" treffelijke schetsen, door hun noodzakelijke beknopfheid leesbaar en vol van inhoud, treft men aan in elk der drie onderdelen, welke achteeenvoigens de politieke, de econo" mische en sociale en de culturele ontwikkeling behandelen. Menigmaal mondt de leerzame terugblik uit in de aanduiding :van een richtlijn voor de toekomst - om 'n enkel voorbeeld te nóemen: in Beckman's analyse der politieke verhoudingen en De Roode's zeer geslaagde ideeën.geschiedenis der inter. nationale vredespolitiek - en dan treft het telkens weer, hoe nauw Albarda's arbeid aansluit bij deze op de toekomst ge. richte perspectieven.

,Pakkend is ook het weids tafereel van maatschappelijke ver. heffing, dat zich voor ons ontrolt in de vijf bijdragen, waarin de laatste kwart eeuw, economisch en sociaal, wordt ge. schetst. De diepe schaduwen, die het heden verduisteren, crisisnood en werkloosheid, teruggang in verzorging door de ,;"aanpassing" veroorzaakt, worden niet vergeten. Maar reden tot moedeloosheid is er - als we voor een oorlog gespaard blijven - niet.

(7)

zelfde geldt voor de over het geheel goed geslaagde schets van de socialistische theorie hier te lande door mevr. Verwey. Ondanks de rijke inhoud bleven er nog wel lacunes. Als de ernstigste zou ik willen vermelden: een schets van de socia~

listische vrouwenbeweging, welke m.i. niet had mogen ont~

breken.

Mijn aankondiging zou echter onvolledig zijn, indien ik niet afzonderlijk en prijzend gewag maakte van de reeks uit~

nemende, karakteristieke, foto's, waarmee het boek is ver~

lucht. Alles bijeen dus een zeer geslaagde uitgave, der partij tot sieraad.

*

Woorden van den jongen Vanderv(·lde

..

~.

Als 26.jarige jongeman hield Vandervelde, op 7 April 1892~ een 'toespraak tot de Jonge Balie van Brussel over "Het verval van het Kapitalisme". Hij besloot met de volgende woorden:

"De kinderen der rijken worden opgevoed zonder in aanraking te komen met den arme; zij kennen er haast het bestaan niet van, zoals de prins uit de Hindoe.legenden, door zijn vader wordt gevangen gehouden in zijn schone paleizen en bloeiende tuinen, opdat hij niet de gelegenheid zou krijgen, om de smarten en de ellende dezer wereld te aanschouwen. Maar meer en meer. wordt deze onwetendheid onmogelijk, want de armen dringen door in de tuinen e~ vergaderen rondom de paleizen: de enen vragen brood omdat zij verhongerd zijn; maar er zijn ook anderen, die heel iets anders vragen: wat zij willen, wat zij eisen, wat zij desnoods zullen nemen, dat is een plaats onder de zon, onder de zon van kunst en wetenschap. Zij vragen niet alleen het collectivisme der stoffelijke rijkdommen, maar ook het collectivisme der intellectuele schatten. Trou. wens, het ene gaat niet zonder het andere: het kapitalisme brengt met zich mee: particuliere weelde, verbrokkelde wetenschap en "kunst om de kunst", een wanhopige formule van de kunstenaars.naturen, die hun echo niet meer horen antwoorden. Het socialisme daarentegen zal ontwikkelen: gemeenschappelijke weelde, geordende en bewuste wetenschap,' gericht op een maatschappelijk doel, de kunst begrepen en bevrucht door de massa. Wanneer de mensheid, in stede van de slaaf te worden van de machines, gediend zal worden door haar ijzeren slaven, zal men opnieuw de bloei. tijdperken zien ontstaan, die Griekenland deed ontluiken, dank zij de vrije tijd, die' het van zijn ,slaven ontving. Evenals in de eeuw van Pericles zullen de huizen eenvoudig zijn, maar in de pracht der monumenten zullen allen de stralende schoonheid der meesterwerken aanschouwen. En dan zullen de onenigheden en verschillen, die ons scheiden en ver. scheuren, verdwijnen, oIp. plaats te maken voor een gemeenschap, voor het diepe geloof, dat onze voorouders hebben gekend in twee grote tijd. perken van hun geschiedenis: de polytheïstische Oudheid, toen de blanh heid der Goden van het Parthenon zich aftekende tegen de zuivere hemel van Athene; de Christelijke Middeleeuwen, toen de nederigste der ambachtslieden zowel als de hooghartigste der filosofen het hoofd boog onder de gewelven der Gothische tempels" ..

(8)
(9)

Prof. R. N. Roland Holst

IIN MEMORIAM I

Op Oudejaarsdag van 1938 is Prof. R. N. Roland Holst van ons heengegaan, nadat hij in November zijn · zeventi~ste verjaardag had gevierd. Ook in de kring van de arbeiders~ beweging laat zijn sterven een pijnlijke leegte achter. Was het niet tot hem, dat de jonge Diamantbewerkers Bond zich destijds had gewend, om wandschilderingen aan te brengen in de stemmige zaal, waar de Bondsraad vergaderde? Had hij niet enkele jaren van zijn leven doorgebracht in het gebouw dier moedige vakorganisatie - Berlage's architecto~ nische schepping - om er zijn symbolische voorstellingen uit te beelden, bij verzen van de grote dichteres, zijn echt~ genote? En tenslotte, toen dat eerste werk niet bestand bleek tegen de invloeden van ons klimaat, had Roland Holst toen geen nieuwe stukken tot stand gebracht, onlangs eerst onthuld, waar een nieuwe inspiratie in voelbaar was? Van deze laatste schilderingen hebben wij hier twee ge~

reproduceerd, naar de geest misschien het actueelste. artistiek wellicht twee der sterkste. In de volgende afleve~ ring van ons tijdschrift hopen wij een studie te publiceren over Roland Holst, beeldend kunstenaar, litterator en mens, van de hand van den schilder Mr.

J.

S. Sjollema.

REDACTIE.

(10)

I

Prof. J. v. GELDEREN :

I

De

aardverschuiving

van München

Voor ieder, die de Europese 'gebeurtenissen in de Septem~

·bermaand van 1938 aandachtig heeft gevolgd, moet het aan~

stonds bij de tragische ontknoping te München duidelijk geweest zijn, dat de daar gevallen beslissing waarlijk een van historische betekenis· genoemd moet worden. Zo groot als de voorafgaande spanning geweest was, zo diep· ingrijpend bleek de afloop van deze hevigste aller politieke na~oorlogs~

crisissen. Nog is het geheel van werkingen, die daarin hun uitgangspunt vinden, niet te overzien. Nog veel minder heeft de plotselinge diepgaande machtsverschuiving reeds haar min of meer uiteindelijke liquidatie gevonden. Integendeel, dit laatste proces is nog in volle gang en rijk aan verrassende episodes. De gelijkenis met een· geologische gebeurtenis als een z.g. tectonische aardbeving dringt zich aan ons op. Ook daarbij vallen meestal aanstonds· aanzienlijke wijzigingen in het landschapsbeeld waar te nemen (een berg verandert van vorm, een rivier wijzigt zijn loop, ravijnen storten in), terwijl nog. dieper gaande structuurwijzigingen ondergronds kunnen zijn opgetreden, waarvan de gevolgen eerst later aan het daglicht komen. Trachten wij niettemin ons in de snel voort~

schietende stroom van politieke gebeurtenissen in dit "dyna~

mische" tijdperk een ogenblik rekenschap te geven van wat reeds te zien valt en van wat zich verder laat vermoeden. Het is zonder terugblik en zonder het uitzoeken van de "schuldvraag" mogelijk.

Dat de staten van de as Rome-Berlijn, inzOliderheid Duits~

land, een grote diplomatieke· overwinning hebben behaald, staat vast. Alleen door een weergaloze actie van gewelds~

(11)

,op zijn bondgenoten, werd op de knieën gedwongen. Zijn 'territoir werd verkleind, zijn volkshuishouding uiteengè. scheurd, zijn verdedigingswil werd verlamd, zijn positie ge. isoleerd en volstrekt afhankelijk gemaakt. Velen hadden reeds tevoren de vèrstrekkende gevolgen geschilderd, welke door zulk een overweldiging van 'Tsjecho.Slowakije, wegens de centrale ligging van dit land, zouden worden teweeg. gebracht. Wat de bekende schrijver Konrad Heiden in zijn instructief boek: Ein Mann gegen Europa had geschilderd als "het ideale resultaat van een isoleringspolitiek" en daar. om als te onwaarschijnlijk gunstig voor Duitsland had ver. 'Worpen, trad in werkelijkheid prompt in, zelfs in nog veel beslister vorm dan hij in het voorjaar van 1937 vooruitzag, "Een gebeurtenis, welke in feite de hegemonie van het nationaal.socialisme over Zuid.Europa zou vestigen, Een enorm, geheel Europa uit haar voegen drukkend machtsblok zou ontstaan. De as Berlijn-Praag-Wenen zou het continent in twee helften snijden, in welke nationale en politieke zelf-standigheid van zelf zou worden uitgedoofd. Oppermachtig zou dit blok drukken op Zwitserland, oppermachtig op Roemenië en de Balkanlanden, oppermachtig zelfs op Polen. Frankrijk ware op het vasteland geïsoleerd en automatisch een tweede-rangs mogendheid geworden; Italië zou de dag kunnen berekenen, waarop het of met de wapens om de Donau-ruimte zou moeten vechten ofwel deze als politiek niet slechts verslagene, doch tevens vernederde zou 'moeten verlaten." t.a.p. bI. 319.

'Stuk voor stuk zijn deze ' gevólgtrekI{iIigen in vervulling gegaan. Tsjecho.Slowakije, dat door Chamberlain in het Engelse parlement een rustig voortbestaan als weliswaar verkleinde, doch krachtiger, wijl eensgezinder staat voor. speld werd, wordt dag aan dag verder in zijn zelfstandigheid gebroken door de wurgende greep der Duitse economische en militaire overmacht. Zijn politieke structuur, zijn partij.

'wezen; zijn geestelijk bestaan worden vernietigd; het wordt gelijkgeschakeld tot een (zij het ten dele onwillige) vazal. staat. Zijn bezegeling vindt dit proces in de aanleg van de strategische spoor. en heerbaan dwars door het land onder

Duits ·beheer. Het land . werd daarmede van krachtigste

barrière tot een corridor naar het Zuid.Oosten. Zijn meest oostelijk deel, Karpathen.Oekraïne, is de scherpe wig, ge. drevèn in het Poolse en Russische woongebied van de tien. tallen millioenen Oekrainers, die thans het voorwerp zijn geworden van een tomeloze agitatie; gigantische herhaling van het spel met de Sudeten.

De "Heniein" heet thans Wotosjin en is gouverneur van het "autonome" Karpathenlarrd1

) ; in zijn hoofdstad Usti zetelt

(12)

een Duits militair attaché! De Duitse handelsminister Funk (om zijn tournee's niet onaardig Rundfunk gedoopt) bereist onafgebroken de Zuidoosthoek van Europa plus Turkije en haalt door de handels~ en clearingsverdragen, die alle ken~ merken van politieke en militaire dwangoplegging aan~ nemen, de eerste buit al binnen. Naumann's gedroomd statenblok Mittel~Europa van vóór 1914, dat tijdens de oor~ log een ogenblik het aanzijn kreeg, 'doch in 1918 weer ineen~ stortte, wordt opnieuw verwezenlijkt. Politiek en strategisch is deze wereld~historische situatie reeds op welsprekende wijze vóór September 1938 uitgebeeld door den Amerikaan~ sen schrijver over militaire problemen, G. Fielding Eliot, in zijn artikel: "De aanval brengt nog de overwinning" in Foreign Affairs van Oct. 1938, bI. 63:

"Indien Hitler's Duitsland ooit in staat is zijn droom te verwerkelijken van de Drang nach Osten - de Tsjecho.Slowaakse republiek weg te vegen van zijn pad en op te trekken naar de beheersing van het Hon. gaarse graan, de Roemeense olie en het Roemeense hout en zegevierend post te vatten aan de kusten van de Zwarte Zee - dan zal hiermee in Europa een rijk geschapen zijn met zulke onheilspellende mogelijkheden, dat de rest van de wereld wel mag sidderen voor zijn dreigende blik. En achter de Zwarte Zee liggen de Caspische Zee en de Perzische Golf, en de voornaamste levenslijnen der Britse imperiale verbindingen."

Ook de pogingen tot intimidatie en beïnvloeding der andere omringende kleine staten zijn reeds in volle gang. Het gefin~ geerde karakter van de gretig gezochte aanleiding bleek wel nergens duidelijker dan bij de onmatige reactie van de Duitse pers op de belachelijke "schoten", gericht op enkele gebouwen in gebruik bij Duitse vertegenwoordigers hier te lande.

(13)

lopig echter met dit pijnlijk contrast voor den Zuidelijken bondgenoot, dat de een al aardig "binnen" is, terwijl de ander zijn loon zelf nog halen moetl

Over de voor ieder duidelijke verzwakking van Frankrijk behoeft waarlijk niet veel meer te worden gezegd. Het laatste èn hechtste steunsel van zijn defensief cordon rond Duitsland viel in gruis, ja, werd een wapen, dat zich tegen hem keert. Op bondgenootschappen behoeft het bij de kleinere staten van Europa niet meer te rekenen. De ergste sceptici kregen immers gelijk. De Volkenbond werd boven~

dien, zonder dat er veel ophef van gemaakt werd, een schim. Bijzonder sterk was de uitwerking van de knieval der demo~

cratieën op de verbijsterde publieke opinie in de Verenigde Staten. Het documentaire bijvoegsel van L'Europenouvelle van 29 October 1938 schreef als slotsom van zijn resumé over hetgeen daar te lande in de crisismaand voorviel: "Tot de verslagenen behoort, zonder tegenspraak, ook Roosevelt en zijn buitenlandse politiek te worden gerekend." De z.g.

isolationisten, die scherpste afzijdigheid prediken, zegevier~

den. Eén ogenblik scheen de balans van München dan ook zo overweldigend negatief voor de Westelijke machten, dat een Frans publicist verbitter,d schrijven kon: Hitler heeft na 20 jaar de wereldoorlog gewonnen; onze millioenen zijn tevergeefs gestorven!

Maar, zo moet bij overdenking van zulk een machtsverschui~

ving de vraag worden gesteld: wat verwachtten de beide hoofdfiguren ter democratische zijde dan van hun houding en hebben zij deze als een catastrofe aandoende serie van diep insnijdende gevolgen niet voorzien? Indien men de elementen van angst, zwakheid, verdeeldheid en de geheime symphatieën voor Hitler, althans de neiging om hem voor een crisis te behoeden, even buiten beschouwing laat, komt het antwoord op de gestelde vraag dunkt me in het kort hierop neer: De verdedigers van het accoord in Engeland en Frankrijk rekenden erop hierdoor de stroom van het Duitse geweld naar het Oosten af te leiden. Waarom zouden de beide· machten, Duitsland en Rusland, elkaar daar niet ver~

zwakken? Frankrijk in het bijzonder hoopte achter zijn MaginoHinie de gevreesde Duitse legers te zien voorbij trek~

ken en zelf zich te kunnen concentreren en versterken bin~

nen de grenzen van het Empire français, met zijn kern in het moederland en Noord~Afrika. Vergat men bij deze kwasi~

(14)

formuleerde: Londen wordt in Parijs, Parijs wordt in Praag. maar' Praag wordt in Weenen verdedigd. Twee van deze bastions zijn reeds gevallen;

Evenwel, een proces als dat der koortsachtige machtsuitbrei~ ding van Duitsland heeft zijn eigen voortgang en roept zijn eigen tegenkrachten op, naar binnen en naar buiten. In enkele maanden tijds kwam reeds een merkbare keer! Niet van ontspanning, van herstel en bitter begeerde rust. Doch wel, een versterking der inwendige remmingen en een verzamelen van verzetskrachten. Ontwikkelen deze zich verder, dan ont. staat een belangrijke tegenkracht, waardoor bereikt zou wor. den, dat de democratische zaak haar diepste punt weer over. schreden zou hebben.

In Duitsland heerste aanstonds een uitgesproken vredeska. ter. Het volk besefte na afloop met huivering langs welk een afgrond het door zijn Führer was geleid. Sudetenland was hiervoor al te geringe vergoeding. Dit wordt vooral een factor van belang, nu de offers van de oorlogseconomie zwaarder en zwaarder op het beproefde land gaan drukken. Technisch, economisch, financieel en monetair - op elk gebied wordt de grens der moge'lijkheden steeds dichter genaderd. Hand over hand nemen de tekenen van uitputting toe. Daarmee IS

echter ook het ontzaglijk gevaar acuut geworden, dat de heersers naar gewelddadige afleiding naar binnen of naar buiten zoeken. Waarheen zal de brandfakkel worden geslin. gerd? De eerste onmenselijke, hysterische uitbarsting was de N ovember.pogrom met zijn lange trieste nasleep. De uitwer. king hiervan blijkt meer en meer voor het regime funest. Schaamte en weerzin maakten zich in Duitsland meester van allen, in wie de "melk der menselijkheid" nog niet is opge. droogd. Bovendien vielen de financiële baten van de uitplun. dering bitter tegen. Veel kostbaars werd onherstelbaar ver. woest.

(15)

enorme versnelling in de bewapening vindt plaats met een uitgesproken tendens, die geen zichtbare weerstand meer ondervindt. De mislukking van de penetratiepogingen der nazi-agenten in Zuid-Amerika is erdoor in qe hand ge-werkt. Een zeer belangrijk resultaat van "München" is onge-daan gemaakt. De verdere gevolgen hiervan zijn nog niet te overzien. Een reusachtige krachtreserve voor de democra-tieën komt in bereikbare nabijheid.

Langzamer, moeizamer, minder vèrstrekkend zijn de wijzigin_ gen, welke zich in Engeland aan het voltrekken zijn. De oppo. sitie tegen Chamberlain stijgt gestadig. Zijn crediet zou ge. heel verspeeld zijn bij een volgend échec, b.v. een diploma. tieke nederlaag tegen den driesten Mussolini, die wanhopig vecht voor zijn buit en steeds dieper in een dwangpositie ge-raakt. Wat typeert het peil, waarop de verwachtingen gezon< ken zijn beter dan de algemene opluchting over het feit, dat Chamberlain en Halifax zonder enig positief resultaat uit Rome terugkeerden? "The Economist" van 7 Januari wenste de toeristen ironisch goede reis en voegde er aan toe: "maar wij bidden, dat de Eerste Minister en de Minister van Bui-tenlandse Zaken alle verleidingen zullen weerstaan om een overeenkomst mee naar huis te brengen."

Doch van dièper betekenis dan de teleurstelling over de resultaten van München is een andere factor. Nooit heeft het Engelse volk tot in zijn onderste lagen de bedreiging van leven en goed in het eigen huis zo aan den lijve gevoeld als in de laatste Septemberweek. Wat deskundigen reeds lang door. zagen, weet thans een ieder: Engeland is geen eiland meer! De eeuwenoude zekerheid thuis veilig te zijn verdween, maar daarmee tevens de strategische basis van een beveiligd Empire. Zoals Fielding Eliot het uitdrukte t.a.pI. bI. 64:

"Het gehele weidse bouwwerk van wereldmacht, dat Brittanië had opge' bouwd was afhankelijk van één enkele factor - de veiligheid van zijn basis, de Britse eilanden, voor een directe aanval. Zolang de Britse vloot deze veiligheid verschafte, was alles wel. Op de dag, dat de broeders Wright voor het eerst hun vliegwonder verrichtten, begon de veiligheid te tanen." 1)

1) Hoe populair waren de trotse woorden, welke Shakepeare een zijner hel, den in de mond had gelegd:

"Dit bolwerk, door natuur zichzelf gebouwd, Waar iedere krijg en zijn verderf op afstuit, Dit volk van zegen, deze kleine wereld, Dit kleinood, in de zilv'ren zee gevat, .

Die als een wal het kost'lijk pand beschut, Of als een gracht, die 't huis verdedigt tegen De nijd van min met heil begaafde landen" ....

(Richard de Tweede, ll, 1.)

(16)

En Frankrijk? Nuchterheid en evenwicht keren weer.

In

stêe van zijn "Empire" beveiligd te hebben, ziet het dit recht~

streekser dan ooit bedreigd. De Balearen, de Pyreneëngrens, Ceuta, in handen van vijandig gezinde machten, zij waren blijkbaar nog niet duidelijk genoeg. Mussolini hielp een handje. De Italiaanse directe gebiedseisen deden het laatste werk. Frankrijk toonde weer het beeld van spontane eenheid in het critische uur. Zelfs de werkstaking werd snel vergeten. Daladier maakte een reis vol betekenis en Bonnet schreef zowaar stevige nota's!

Tezelfdertijd werden in Oost~Europa de verweerkrachten wakker. Polen's weinig verheffende zigzagpolitiek kreeg dui~

delijker tekening, nu het met een Oekrainse zelfstandigheids~

beweging made in Germany wordt bedreigd. Het bezon zich

te elfder ure op de gevaren der Duitse Oostpolitiek en naderde Roemenië en Rusland. Weliswaar zweeg de Sowjet~

sfynx, maar dat zij de levensbedreiging niet zou beseffen en daarnaar handelen, is niet aan te nemen. Tenzij de innerlijke verzwakking achter de gesloten façade nog veel ernstiger is dan velen vermoeden. In Azië werkte Japan zich daarentegen in China meer en meer vast, wat voor de antikomintern bondgenoten een onverdeeld nadeel is.

Niettemin, de ogenblikkelijke situatie is vol gevaren. Al is de versnelde bewapening in gang, het militaire verlies door de ineenstorting van Tsjecho~Slowakije kan nog niet zijn goed gemaakt. De Duitse bedrijvigheid, ook ter zee, is onheilspel~

lend. Juist omdat in deze wedloop het \Vesten, de democra~

tie. de langste adem heeft, kan een beslissing vóór het fatale tijdstip geforceerd worden.

Een beslissing tegen wien? Tegen Oost of West? Alleen kortzichtigheid en angst kunnen ons met een als geruststel~

ling bedoeld antwoord trachten in slaap te wiegen. Voor hen,

die Hitler's program, tot nu toe tot op de letter uitgevoerd,

kennen en die tevens beseffen, in welke mate Hitler de oude Alduitse politiek weder heeft opgenomen, kan het antwoord niet twijfelachtig zijn. Nooit heeft Hitler als doelwit van zijn vastelandspolitiek afgezworen, wat hij als zodanig in "Mein Kampf" met hartstocht had afgeschilderd: de vernietiging van het "vernegerde" Frankrijk, den eeuwenouden erfvijand van het Duitse volk. Terwijl hij echter in zijn boek voorzag,

dat hij eerst dit land moest verslaan, alvorens zijn verove~

ringstocht tiaar het Oosten te kunnen beginnen, blijkt thans de mogelijkheid deze volgorde om te draaien. Om twee duch~

(17)

niet zo volkomen als hij had verwacht, doordat Engeland het risico van dezen bondgenoot los te laten niet nemen kan. Bovendien trok het zich door en na "München" verder terug in het defensief dan hij had durven hopen. Eerst dus een onaantastbare positie op het Europeese vasteland opge~

bouwd! Alle hulpbronnen in beslag genomen, waarme'de een blokkade kan worden getart. En daarna? Openlijk heeft hij

het Chamberlain gezegd: koloniën, maar zonder oorlog. Als rijpe vrucht van Duitsland's verpletterend continentaal over~

wicht. Hier ligt het aanknopingspunt van zijn expansiepoli~

ti ek met de oude Duitse droom, gekoesterd door de voor~

oorlogse heersers en de leiding van de weermacht: Welt~

politik und Weltgeltung! Oud en nieuw ontmoeten elkaar; de nazi's zijn de wilde adepten der Alduitse imperialisten. In 1913 verscheen een destijds opzien barend boek van J. J.

Ruedorffer: Grundzüge der Weltpolitik, achter welke schuil~

naam zich een toen gezaghebbend Duits diplomaat verborg. De oorlog en zijn nasleep verdrongen het werk uit de be~

langstelling, die het verdiende. Het behelst een breed opgezet en diepgaand betoog over de eeuwige strijd der internationale en nationale tendenzen in

wereldpolitiek en hun vermoe~

delijke ontwikkeling. Vanuit het gangbare Duitse gezichts~

punt verheerlijkt het de telkens weer overheersende kracht van het nationalisme, een vorm van de overschuimende, onsterfelijke, grenzenloze levenskracht der natie, welke thans haar bloedige wedergeboorte viert. Actueel is daarbij zijn betoog, dat Duitsland, jong en te laat gekomen, zich in een pijnlijke noodiottige cirkel bevindt. Die dient doorbroken: "De eerste eis van een Duitse wereldpolitiek is, dat Duitsland op het continent zo sterk is, dat het tegenover elke groepering de kansen van een

overwinning aan zijn zijde heeft. Dan alleen zal het bij zijn wereldpolitieke

ondernemingen de terugslag op de continentale constellatie op zich kunnen nemen. Ja, deze zal zelfs uitblijven, zodra men ziet, dat Duitsllind op het continent met kans op succes ook bij samenwerking zijner tegenstanders in de wereldpolitiek niet aantastbaar is. ·De beslissing over de Duitse wereldpolitiek valt op het continent. Velen schijnt de vloot het eerste instrument voor de wereldpolitiek" (z.i. ten onrechte). "Men kan zich een Duitse ,wereldpolitiek zonder overmacht ter zee denken, maar zeker geen zonder zulk een positie te land." tap. bI. 106.

Vijf en twintig jaar gingen voorbij, met een oorlog en twee omwentelingen. De strevingen bleven dezelfde, toen' even "grenzenloos" als nu. Wij zijn na München weder bij het uit~

gangspunt terug· gekeerd. Het ging en gaat in laatste aanleg om het Westen. Wat in de mildere, nog half~Europese vormen

(18)

van de Hohenzollernpolitiek is mislukt, moet in de barbaar~ sere, "rücksichtslos en" nazivorm opnieuw worden beproefd. Agressiever en gevaarlijker, omdat de heersers van vandaag niet meer streven naar Weltmacht náást de andere en oudere,

doch dorsten naar vernietiging dier andere, naar wereldheer~

schappij. Aansluitend bij wat er voortleefde in de duistersté spelonken van de Duitse geest 1) is het nazidom de negatie van alles wat aan geestelijke waarden in de westerse demo~

cratieën leeft. Deze twee werelden kunnen niet naast elkaar bestaan. Een geslaagde Duitse hegemonie ware de vernieti~

ging der west-europese cultuur. Niets minder staat op het speL De deur voor de verdere opmars werd op 29 September te München met een daverende slag opengegooid. En voor de gehele democratische wereld geldt thans de hoogst ernstige waarschuwing, welke Heinrich Heine in 1834 met profetische blik tot Frankrijk richtte: om ook bij vreugde en kortswijl .het pantser, de helm op het hoofd en de ' speer in de hand nimmer af te leggen. Gelijk Minerva, de godin der wijsheid. 14 Januari 1939.

Errata

Het artikel van Hendrik de Man, in de Januari~aflevermg van ons tijd~

schrift, kon, om redenen van actualiteit, eerst zeer laat worden ingezonden. Zó laat, dat het aanbrengen van enkele correcties in de drukproef ten~

slótte niet meer mogelijk was. Wij verzoeken daarom onze abonnê's de volgende fouten te willen verbeteren, voor zover zij dit niet reeds deden. Blz. 32: 6e regel van onderen: onderbroken - lees: ononderbroken.

Blz. 34, 20e regel van onderen: eerste - lees: ergste. Blz. 35, midden: deflatie _. lees: reflatie.

Blz. 36, 8e regel van onderen: ernstige - lees: ernstigste; 5e regel van onderen: het boeken - lees: te boeken.

Blz. 38, Ie regel: in - lees: van.

Blz. 41, 5e regel: terugriepen - lees: teweegriepen ..

(19)

Van vriend

.'

...

,. . - . ~ ...

.

..

.

.

èn

VIJàIlll

.

2

Nogmaals de strijd

te

g

.

e

n

het

Neo-Malthusianisme

(W.B.) Mijn korte stukje in het vorig nummer van

S.

en D. heeft vooral in de R09ms~Katholieke pers nog al wat stof opgejaagd. Terwille van

.

belangen er mee gemoeid, die ver boven het eigenlijke strijdpunt uitgaan, kom ik er op terug, en wil zo duidelijk mogelijk zijn~

Niemand onzer denkt er aan, om ~ezwaar te maken tegen een openlijke bestrijding van het N.M., ·wanneer lev:ensover~

tuiging en inzicht daartoe dringen. In een democratisch land is een geestelijke strijd, mits' waardig g~voerd, een belang~ rijke factor tot bewustmaking, noodzakelijke volksop~

voeding.

Wij kunnen er óók inkomen; dat de Katholieken' krachtens hun. overtuiging ijveren voor wetswijziging, wanneer de be~ staande wet naar hun mening onvoldoende is ter bescher~ ming Van grote volksbelangen. Wèl menen wij, dat in een volk als het onze, met zeer verschillende geestelijke opvat~ tingen, er plichten volgep. uit dit feit.- zowel voor minder~

als voor meerderheid. De minderheid moet aanvaarden, dat zij minderheid is. Maar' de meerderheid heeft er nadrukke~ lijk voor te waken,. dat zij een loyale minderheid niet krenkt, haar geen publiek stempel van minderwaardigheid of verachtelijkheid opdrukt. Het zal aan de Katholieken niet onbekend zijn, dat een groot deel van ons Nederlandse volk bezwaar heeft tegen processies op de openbare weg. Dus is het in ons land, waar Katholieken, Calvinisten, Vrij~ zinnigen en Vrijdenkers samenleven, zaak van beleid, dat men leert samenleven in goed begrip voor wat den ander heilig is. Formeel erken ik het recht van een Coalitie~. regering, om de Neo~Malth. Bond tot een verboden vereni" ging te verklaren; men heeft er de macht toe, en ontleent daaraan gemakkelijk zijn recht. Materieel echter begaat men aan een ander deel van ons volk grievend onrecht, door ze in het openbaar het stempel van zedelijke minderwaardig" heid op te drukken. Een dergelijke maatregel kan men door~ zet.ten, maar is bewijs noch van eigen innerlijke kracht noch van wijsheid.

Ik leg de nadruk op "loyale" minderheid. "Ons Noorden" heeft mij verweten, dat sociaal"den'locraten weer eens incon~

(20)

'sequent blijken: immers in Denemarken hebben de sociaal~ democraten de N azi~propaganda verboden. Alsof de geval~

len te vergelijken zijn: hebben de Deense nazi's geen papie~ ren gestolen en geheimen verraden? Wat moet men toch troebel denken, als men deze deloyale nazi~methoden gelijk stelt met de Neo~Malthusiaanse propaganda!

Intussen: over deze dingen ging het in mijn vorig stukje niet. Mijn protest ging toen en blijft nog gaan tegen het optreden van die Katholieken, die voor zich, nu tegen de N.M. beweging maar morgen tegen wat anders, een eigen recht scheppen tegen de in Nederland bestaande wet in. Ageren mogen de Katholieken zoveel ze willen, vooral als zij willen overtuigen; voor die gelegenheden die zij zelf wensen uit te kiezen, een eigen recht en wet maken en die met k~baal anderen opleggen, mogen zij niet. Dat de Katho~

liek_e pers over het geheel in gebreke bleef rondweg het optreden van een deel van haar jeugd te veroordelen, heeft het anti~papisme in ons land weer aangewakkerd. Wij be~ treuren het een èn het ander.

Tot 'zover ons zakelijk verweer. Een persoonlijke opmerking volge nog. Ons Noorden heeft mijn vorig stukje "een zeer QI?lJe-rvlakkige en volkomen onjuiste voorlichting van den so.cialisti!,che.n scribent" genoemd. Dat oordeel draag ik rl,lstig; ik weet zo zoetjes aan wel, wanneer ik oppervlakkig elf· wanI).eer zeer gewaardeerd ben (oppervlakkig is hij die on~angename waarheden zegt aan uw adres, zeer gewaar~ deerd--is hij wap.neer hij eigen partijgenoten aanvalt). De Limburger Koerier heeft zich de vrijheid veroorloofd, om mij :voorstander van de godloze staat te noemen. Als zij meent, dat deze dwaasheid er mee dóór kan, zal ik zwij~ gen - .met journalistiek plebs discussieer ik niet.

Eén nieuw Vlaams

'

Socialistisch Maandschrift

(Red.) Van harte gaarne publiceren wij de volgende oproep, uitgaande van de Belgische-Werklieden Pa,rtij:

Verschenen is het eerste nummer van Leiding, Vlaams Socia~ listisch Maandschrift. Het staat onder leiding van H. de Man. Ongetwijfeld zal er in N e-derland belangstelling zijn voor Leiding. Ve1en van onze partijgenoten uit het N oorden zul~ len zich op .het nieuwe maandschrift wensen te abonneren. Een jaarabonnement voor Nederlandse lezers kost 15. belga. Dit bedrag moet worden gestort op de Belgische postcheck~

(21)

Ir. H. VOS:

Het

Rapport -WesthotJ

Omvang en aard der projecten

'

Er is meer speculatiefs in het rápport"Westhoff dan alleen de berekening van de secundaire werkgelegenheid. Wij denken aan de cijfers, gegeven betreffende de geschiktheid van de werklozen voor de werkverschaffing, en aan de stel" ling, dat het mogelijk zal zijn deze uit te breiden tot 100.000 man. Het laatste is behalve een cultuur"technische ook een politieke speculatie ....

Doch eerst iets over de cijfers betreffende de "subjecten" der werkverschaffing, zoals het in hoofdstuk I heet, de werk" lozen. Wie de lijst van p. B-p. 89 van het boek, behorende bij dit hoofdstuk, analyseert, komt niet onder de indruk van de zor,gvuldigheid, waarmee ze is samengesteld. In Apek doom en Leiden met resp. 1819 en 3015 arbeiders "in zorg" worden allen opgegeven als té zijn geschikt voor de werk"

verschaffing. Maak dat de kat wijs, is de normale repliek op zulke gegevens;, Dan is ér een zeer belangrijk verschil tussen het aantal ongeschikten in de steden, en het aantal op het platteland per 100 werklozen "in zorg". Er zal zeker verschil zijn, dóch vele stedelijke percentages zijn gesch~t, in,

feite zonder enige ervaring. .

Wij hebben een tabel samengesteld (zie de bijlage), waarbij de grotere steden apart zijn genomen, en dé rest van 'de provincies tezamen:, Er bi.ijkt -volgens de aldus bewerkte gemeentelijke opgaven op het platteland slechts 3% v'à'ri."de arbeiders "in zorg" ongeschikt te zijn voor de werkverschaf" fing, terwijl hef percentage in de .steden op 20 % wordt geschat. Dit laatste 'is hoger, ook in verband me't het feit, dat enkele arbeidsbeurzen speciaal in Twente - o.i. te" recht -- de textielarbè'iders als ongeschikt voor de werkvè.r" schaffing hebben beschouwd op grond' van de eisen omtiént

hun vakbekwaamheid. ' .

(22)

Doch, het is ontoelaatbaar om nu uit de 3% van het platte~ land en de 20 % van de steden een gemiddelde te con. struëren van 11 % . . .. Het is ook daarom onjuist, omdat de schrijver van het rapport zelf aangeeft, dat de uitbrei~

ding van de werkverschaffing voor de steden weinig of niets betekent. Op bladzijde 272 wordt gesproken van een aantal van slechts 2000 man van de categorie der werklozen uit de grote steden als "direct tot de practische mogelijk.

heden te behoren".

In de tabel betreffende de aantallen werklozen "in zorg",

verdeeld over de verschillende provincies (zonder de ge.

noemde steden) staat Drente, waar de werkverschaffing reeds dateert vanaf 1922, en waar tot 1933 geen steunregeling

gold, bovenaan met 68 % van de in zorg zijnde arbeiders in -werkverschaffing op 28 Februari 1938. Overijssel (werkver. schaffing vanaf 1926) volgt daarop met 64.5 %. Groningen en Friesland, hoewel daar iets eerder dan in Overijssel met de werkverschaffing werd begonnen, halen, voor een deel reeds door het ontbreken der geschikte objecten, dat per~ centage niet.

Indien men een barakkensysteem wil voorkomen, en dat is duur en slecht volgens den samensteller van het rapport, die ook daarover interessante gegevens verstrekt - moet men de omvang van de werkobjecten in de verschillende gemeenten aanpassen aan de w"erkloosheid ter plaatse. Een gemiddeld percentage van 60 % is op grond hiervan dan reeds zeer hoog te achten. Voor het platteland zou dan de maximale omvang van de werkverschaffing p1.m. 75.000 kunnen worden bij een werkloosheid als in Februari 1938., Wordt dan daarnaast nog het aantal werklozen, uit de grote steden tewerkgesteld (3400), verhoogd met 2000, en het aan. tal uit de kleinere steden verdubbeld, dan ontstaat een

totaal~generaal van p1.m. 90.000.

Dit aantal, naar ons gevoelen een maximum, dat niet in korte tijd te bereiken is, is - zoals wij schreven, nog een politieke speculatie. Bij de algemene beraadslagingen over de rijksbegroting voor 1939, maakte Dr. Colijn zich reeds van het plan. Westhoff los en noemde hij het "geen dokters. recept, dat geslikt wordt precies zoals het door den dokter is voorgeschreven", doch slechts "een grondslag voor de eigen voorstellen der regering", die dus nog komen moeten ... .

(23)

zullen beginnen. De heer Westhoff schijnt trouwens de

poli-tieke geschiedenis van het Werkfonds slecht te kennen.

Het blijkt uit het gehele laatste hoofdstuk van het boek,

waarin zeer ten onrechte een "Maatschappij tot Bevordering

en Uitvoering van Werken" die de schrijver in het leven wil

roepen (pag. 477) en die zo min mogelijk zelf werk zal

uit-voeren, en zoveel mogelijk zal financleren wat anderen

ge-lieven te doen - als "nieuw bedrijf" wordt voorgesteld.

De analogie met het Werkfonds, dat óók financiert, is hier frappant, en de vrees is gewettigd, dat het deze M.B.W. niet beter zal gaan ....

Zeker, - een andere methode van voorbereiding, het

over-slaan van een aantal instanties, kan bevorderlijk zijn voor een vlotte gang van zaken. Doch voorstellingen en voor-stellen zijn bij deze regering twee verschillende dingen .... Wij schrijven dit ook, omdat het toch wel heel eigenaardig

is - om geen ander woord te gebruiken - dat juist ten

tijde van de samenstelling van het rapport. Westhoff in opdracht van Minister Romme, in de eerste helft van 1938

het aantal werkenden in de werkverschaffing lager was dan

in enig jaar vanaf 19331 En ondanks de circulaire van Minis:<' ter Romme in Mei j.l. is het aantal in werkverschaffing wer. kenden in het derde kwartaal lager dan in het tweede, en ligt het slechts 2000 boven het lage cijfer van 1937 .... Wij hebben in de volgende tabel ter nadere toelichting de cijfers voor de werkverschaffing vanaf 1933 opgenomen, waarbij kwartaalcijfers gegeven zijn, berekend uit de aan. tallen werkenden op de laatste Zaterdagen van de drie maan. den van het betreffende kwartaal.

Gemiddeld aantal werkenden in werkverschaffing

Ie kw. 2e kw. 3e kw. 4e kw. 1933 • • • • • • • • o. • 53.460 51.180 41.410 42.230 1934 o. .. o. . . 54.230 48.250 49.260 55.520 1935

...

62.810 57.130 50.780 53.100 1936

...

55.400 45.340 38.370 44.710 1937

...

54.320 46.500 41.550 48.452 1938 ... 51.950 45.300 43.630 1)

Deze tabel moge ook een eind maken aan de hardnekkige legende, dat de regeringen Colijn, 1, 2 en 3, zoveel gedaan

1) De cijfers over December 1938 zijn nog .niet bekend. Eind October

was het aantal werkenden opgevoerd tot 53.403, eind November tot 61.920.

(24)

hebben via de werkverschaffingen .... Het aantal in werk~ verschaffing werkenden bedroeg reeds vóór 1933 tussen 50.000 en 60.000. Men heeft hier in stand gehouden, meer niet, en het rapport~ Westhoff is de eerste opzet voor een werkelijke uitbreiding.

Wij willen op deze gronden waarschuwen voor de te hoog opgevoerde verwachtingen, die wij ook in onze eigen rijen aantreffen. Cijfers als 100.000 primair plus 40.000 secundair doen hier en daar opgeld. Men diene te bedenken, dat van deze 140.000 reeds 70.000 er normaal zijn, en dat de rest nog kómen moet ....

Enkele opmerkingen tot slot in verband met de aard der projecten; én de gevolgen voor de blijvende werkgelegenheid. Dat er voldoende werk is - ontginning van woeste grond en dalgrond, bedijkingen, ontwatering, drainage, ruilverkaveling,

. bebossing, enz. wordt in het rapport overduidelijk aange~ toond. De beschouwingen en cijfers over de economie van deze werken zijn evenzeer instructief.

Zo staat op pag. 362 over de ontwatering:

Kosten ongeveer

f

100.- per H.A., stijging van de pachtprijs .

f

15 . ..-:... per H.A., soms meer! "Alleen rekening houdend met de ge'maakte kosten en baten, zien wij dus, dat de in de verbetering belegde géldert (sic!.) onder de huidige omstan~ digheden een beháorlijke rente (15 %) opbrengen" .... Bij drainage: kosten pl.m.

f

160.- per H.A., relatieve ver~ groting der cuItuuroppervlakte 10 %. Dit geldt voor klei~ grond (p. -362).

Hieruit volgt bij drainage: een waardevermeerdering van de grond van zeker

f

250.- à

f

300.- per H.A., uitgaande dus boven de kosten.

Bij ruilverkaveling: "normaal gaan de kosten de

f

150.- per H.A. niet te boven" (p. 365). Winst gemiddeld 20 % aan opbrengst, d.W.z. (het betreft hier veelal zandgronden) een waardevermeerdering van pl.m.

f

300.- per H.A., alweer hoger dan de kosten ....

Deze opsomming moge voldoende zijn om te doen zien, dat deze werkzaamheden hun kosten dikwijls opbrengen, d.w.z., dat uitvoering in werkverschaffing feitelijk overbodig is, en dat het putten, van de bedragen uit de gewone dienst voor deze projecten onjuist is.

Wat langs de omweg der werkverschaffing hier wordt ge~ introduceerd, is. een loonfoeslagsysfeem. Wij hebben daar~

(25)

door de financieringswijze grote nadelen. 'Door het boeken van de lasten dèr werkverschaffing op· de gewone dienst wordt de begroting belast, worden andere sociale uitgaven onmogelijk gemaakt, en het resultaat komt aan de grond: eigenaren ten goede. Er is hier, ondanks alle goede be-doe. lingen, een a.sociale werking.

Er is - ook vanuit de gezichtshoek van de landbouwmaat. regelen en de landbouwvooruitzichten - nog veel te zeggen over het rapport.Westhoff. Eén opmerking echter nog. De resultaten ten aanzien van de blijvende werkgelegen. heid door cultuur.technische arbeid worden te groot voor. gesteld ten opzichte van het noodzakelijke complex van maatregelen. De "winst" aan cultuurbodem door ruilverkave: ling, verbetering der afwatering, drainage, enz. uit 'ûch niet

in een vergroting van het aantal hectares grond, en daar. mee niet of niet in belangrijke mate in een toenemende werk. gelegenheid, in tegenstelling met inpolderingen en ontgin? ningen. De 100.000 H.A.· winst door ruilverkaveling zijn

"fictief", de 225.000 van de Zuiderzee zijn reëel. De Zuider: zeewerken kunnen buiten beschouwing- blijven; voor ont. ginningen raamt het plan.Westhoof 70.000 H.A., d.i. - met de verzorgingsbedrijven mede - voor 100.000 mensen blij. vende woongelegenheid. Het tempo der ontginning lag in ginningen raamt het plan.Westhoff 70.000 H.A., d.i. - met overschatte ook hier het effect ener versnelling niet. Voor het probleem van de bevolkingsgroei biedt de landbouw al.

léén geen oplossing. .

Het rapport.Westhoff bevat goede dingen. Zoals het daar ligt zou het een waardevol deel kunnen zijn van een totaal. plan tot bestrijding der werkloosheid. Zonder maatregelen op ander gebied - in Colijns opvatting dus, dat het "z.g. plan.Westhoff" "het voornaamste onderdeel" is "van de bij. zondere maatregelen tot bestrijding der werkloosheid" - , zonder· sterke industrialisering en openbare.werken.poli. tiek, zonder bewuste monetaire en belastingpolitiek, wordt het pJan.Westhoff niet tot een waardevol onderdeel, doch kan het een gevaarlijke uitwas zijn. Juist voor de toekomst

(26)

Bijlage betreffende de geschiktheid der werklozen voor de werkverschaffing naar de toestand op 28 Februari 1938:

GEMEENTEN . l\msterdam ... . Rotterdam ... . 's.Gravenhage ... . Utrecht ... . 11 Groningen ... . Leeuwarden ... . l\lmelo ... . Deventer ... . Enschede ... . Hengelo ... . Zwolle ... . l\rnhem ... . Nijmegen ... . l\mersfoort ... ~ Haarlem ... . Hilversum ... . Dordrecht ... . Schiedam ... . Vlaardingen ... . Eindhoven ... . 's.Hertogenbosch Tilburg ... . Maastricht ... . In zorg 29.472 30.430 13.252 6.096

..

~ ~ g~ >..c: ~~ ..c:" " > ~~ ~ 23.578 24.344 10.602 5.000 8~ >!!l ~~

~~

..

...

~ ~ o~ 5.894 6.086 2.650 1.096 :Ja ~ i? ~ ~ ~ 2.560 466 58 357 20.-19.7 20. - 18.-10.9 1.9 0.5 7.1 79.250 63.524 15.726 3.441 19.8 5.4 2.945 910 1.285 1.646 3.708 863 1.091 2.678 3.013 795 5.020 2.170 3.152 2.853 1.187 2.983 1.614 2.300 3.114 2.355 673 937 1.223 2.550 443 924 1.500 2.749 662 4.020 1.917 2.679 2.383 1.009 2.208 1.264 2.199 2.991 590 237 348 423 1.158 420 167 1.178 264 133 1.000 253 473 420 178 775 350 101 123 217 143 550 190 525 126 159 526 401 26 109 121 189 66 6 672 280 89 81 20.1 26. -27.1 25.7 31.2 48.8 15.3 44.-8.8 16.7 20.-11.7 15.- 26.-21.7 4.4 4.-9.2 21.2 58.8 15.5 20.6 28.5 17.2 35.-14.6 3.9 2.7 6.3 7.1 2.8 0.6 30.6 22.2 4.-2.7

---43.277 34.686 8.591 4.476 19.8 12.9 III l\pelcloorn ... . 1.876 1.876 919 49.-Leiden ... . 3.015 3.015

PROVINCIES (zonder de genoemde gemeenten)

(27)

-Sociale elementen

in

de

Amerikaanse

film

I

Door

Max

W

ollers

I

Alles wat WIJ m Amerikaanse films aan sociale werkelijk-heid en sociale zin aanschouwen, krijgen wij slechts te zien bij de gratie van Will H. Hays. Begonnen als advocaat, ging hij als republikein in de politiek en aan de republikeinen en president Harding dankte hij ook het ambt van directeur der posterijen. In 1922 werd hij president van de Motion Picture Producers and Distributors of America, Inc.

Hij oefent een keuring uit, die dus door de producenten en filmverhuurders zèlf is ingesteld. Niet met de bedoeling om de kunst of de zedelijkheid te dienen, maar met de taak de producenten en filmverhuurders te vrijwaren tegen de last van campagne's van puriteinen, zedelijkheidsapostelen,

vrouwenverenigingen, aanvallen van het katholieke Legion of Decency, het Legioen van het Fatsoen etc. Kortom: tegen alles waar men last van kan hebben bij het geldverdienen aan films.

De rechterhand van Will Hays en de man, die de eigenlijke keuringen leidt, is de katholiek Joseph I. Breen.

De grondregel.

Will Hays heeft eens de principes van zijn keuring gepubli-ceerd. De eerste grondregel voor de filmindustrie was "het laten ~ien van het leven der betere standen". Er gaan alleen in de Verenigde Staten wekelijks 90.000.000 mensen naar de bioscoop. In de hele wereld 220.000.000. Deze massa moet in de bioscoop ontrukt worden aan het eigen sociale milieu en binnengevoerd worden in de wereld der betere standen. Ziedaar de sociale taak van de droomfabriek-voor-de-massa zoals Will H. Hays haar ziet.

(28)

suur der kleinburgelijkheid al gewerkt. Oppermachtig bij de filmproductie is niet de regisseur, noch de scenario.schrijver.

maar de producer. \

De regisseur is in Hollywood een ondergeschikt vakman. die meestal pas de dag vóór dat hij in de studio moet, "zijn"

scenario krijgt en die meestal zelfs geen poging meer kan doen om van bepaalde scènes een persoonlijke opvatting te verwerkelijken. Laat staan dat hij enige invloed kan uit~

oefenen op geest en inhoud van de film. . .

-Auteur buiten gevecht.

De scenario.schrijver wordt op een andere manier geestelijk

buiten gevecht gesteld. Is hij de auteur van een toneelstuk of roman, dan mag hij meestal bij wijze van enige medewer. king nog slechts zijn handtekening zetten onder een cQntI:act, waarin hij de filmrechten afstaat. Hetzelfde genoegen smaakt de auteur van een "origineel verhaal" - een filmidee, dat nog niet op het toneel of in een succesroman is uitgewerkt. Buiten de "auteur" om ontstaat dan het "screen play", het "film.spel" of scenario, waarin alle publiek. en winst.over~

wegingen van den producer worden verdisconteerd en waarin cJe persoonlijkheid van een bewerker altijd gecorrigeerd kan worden door zijn medewerkers. Het definitieve draruboek is opnieuw een' collectief product van het "scenario.depart~ .

(29)

ment", van het kantoor, waar de geestelijk scheppende arbeid van den vrijen kunsteaar zoveel mogelijk is vervangen door gemechaniseerd en gestandaardiseerd bureauwerk.

De producer daarentegen is de man, die alles beslist en uit.

maakt. Hij bepaalt het budget en tegelijk het artistiek niveau. Hij bepaalt of een film A of B is, een "super" of een "nor~

maalfilm". Hij, die vóór alles verantwoordelijk is voor de winst, die zijn film moet behalen bij de internationale kleine burgerij, bepaalt de wijze waarop de film zich mag bezig~ houden met de sociale werkelijkheid. Méér dan de soms in tienvoud in de filmtitel vermelde trotse "auteurs", méér dan de regisseur, die naar Europese toneelzede nog wel eens verantwoordelijk wordt gesteld voor "zijn" film.

Deze achtergrond van de filmproductie dient even geschetst te worden om ons te wapenen tegen illusies omtrent de

99rspronkelijkheid en de kracht van Hollywoodse filmkun~ stenaars met sociale tendenzen. De Amerikaanse film is nooit het product van één vrij scheppende kunstenaar, die geldmannen, artisten en technici mee kan slepen in de roes van collectieve geestdrift voor een goede film,' zoals dat in het onberekenbare en "wanordelijke", maar artistieke Frank~ rijk nog wel . eens, maar ook daar slechts tot op zekere hoogte, kan voorkomen. De Ame.rikaanse film is het product van een fabriek en een kantoor, waarin de individualiteit van vele, vele kunstenaars in ondergegaan. En daarmede: veel sociaal idealisme.

fijn lijk bewustzijn.

Het is echter een feit; dat vele vooraanstaande figuren in Hollywood zich die ondergang van sociaal en artistiek idealisme in hun vak bewust zijn. Pijnlijk bewust. Vroeger uitten die .spijt en ergernis over de gemiste kansen in een kunst, die wekelijks bijna een kwart milliard mensen bereikt,

zich vooral in eindeloze bras~ en zwelgpartijen, in drinkge~

lagen en orgieen in "nachtclubs". Vooral de laatste jaren hebben deze spijt en ergernis geleid tot een merkwllardige ontwaking van sociaal besef in Hollywoods "hogere" regionen.

Het is echter niet alleen de onvrede met het eigen werk en het eigen vak, dat filmsterren, regisseurs en auteurs zelfs bij zo iets proletarisch als stakingen in opspraak brengt, maar het is de algemene sociaal~economische toestand van Amerika en in het bijzonder de krachtige politiek van R(jose~

velt, die hun sociale belangstelling heeft aangewakkerd.

(30)

Roosevelt's optreden tegen de filmtrusts raakt hen direct

in

hun economische belangen. Maar tegelijk is de aanklacht die het ministerie van Justitie wegens trustvorming heeft ingediend tegen negen grote filmmaatschappijen van belang

voor de inhoud van de flims. .

De aanklacht noemt het ongezond, dat de filmproducenten direct en indirect beschikken over duizenden bioscopen en dat zij het publiek betrekkelijk dus kunnen laten zien wat zij willen. Het publiek moet zijn keuze kunnen doen inzake het soort film, dat het wenst te zien, zegt de aanklacht, die er voorts op wijst dat onafhankelijke producenten de grootste moeite hebben om hun films vertoond te krijgen.

Roosevelt en Hollywood.

Roosevelt knoopt hiermee aan bij een strekking, die men sinds jaren in Hollywood op kan merken: telkens en telkens

zijn er weer regisseurs, die zich tot regisseur~producer pro~

beren te maken en die trachten, zich zo een onafhankelijke positie te verschaffen. Meestal tevergeefs.

De filmmaatschappijen zelf hebben op Roosevelt's politiek

ook gereageerd. In de meest directe vorm. Sommige heb~

ben films vóór Roosevelt gemaakt, andere er tegen. Men herinnere zich een grappige persiflage van de N ew Deal,

Roosevelt's "nieuwe bedeling", hi de 20th Century~Fox~film

"AH Baba goes to town" met Eddie Cantor in de hoofdrol. De nieuwe sociale belangstelling van de "hogere" lagen van Hollywood gaat echter dieper dan politieke toespelingen. Zij sluit aan bij die van den enigen artist in Hollywood, die zijn .films onafhankelijk maakt, bij Charlie Chaplin, die in

1936 Modern Times lanceerde en die den clown, den kin~

derlijken mens, in voortdurend verzet tegen, of liever in voortdurend misverstand met de bestaande maatschappe< lijke orde toont.

Chaplin zelf gevoelt, dat de tijd hem dwingt verder te gaan: op zijn persiflage van de mechanisatie en van de lopende band moest hij thans eigenlijk de persiflage van "The Dictator" laten volgen. Het is echter zeer de vraag of Chaplin de dubbelrol van den joodsen emigrant èn van den man, met wien hij zijn snorretje gemeen heeft ooit zal

spelen. Er zijn meer films aangekondigd, die niet doorgin~

gen. Men denlçe aan Chaplin's Napoleon.

Met het Dictator~plan zijn wij geheel in de sfeer van de tijd~

films, die sommige Hollywood~sterren en regisseurs zo graag

(31)

De

tijd4ilms.

Men herinnert zich het overgrote enthousiasme met hetwelk

onze landgenoten Joris Ivens en Johnny Fernhout in Holly~

wood zijn ontvangen, toen zij daar hun "Spanish Earth" (Spaanse Aarde) voor de bloem van de filmkolonie mochten

vertonen. Hier sprak het heimwee naar de werkelijkheid

van de in studio's gekooide kunstena~rs. Hier sprak ook

het verlangen om met films deel te nemen aan het politiek~

sociale leven. .

De betrekkelijk onafhankelijke producer Walter Wanger ..

die zijn flms uitbrengt bij dezelfde maatschappij (United Artists) als Chaplin, probeerde het Spaanse conflict in een studio~sterren~film op het doek te brengen. Wat Will Hays

en de voorzichtigheid van den producer zelf van het oor~

spronkelijke plan hebben overgelaten, konden wij onlangs op het Nederlandse filmdoek aanschouwen: "Blockade" bleek een klagelijke mislukking, waarin de goedbedoelde toe. spraak aan het slot, ten bate van vrouwen en kinderen die

in-open steden gebombardeerd worden, natuurlijk nog een

vriendelijk applaus kreeg.

Maar als Spanje~film staat Blockade - vóórdat zij gedraaid

werd al zwaar verminkt - ver achter bij Bommen op

Madrid, Coeur d'Espagne (de prachtige bloedtransfusie.

film van "Hulp aan Spanje") en Spaanse Aarde. Ook over

deze zuiver documentaire films wierp de internationale censuur haar schaduwen vooruit en zelfs in de meest objec. tieve gedeelten moest in ons land in de Ivens.film nog

geknipt worden. Uit Spaanse Aarde moesten de foto's ver~

dwijnen, die duidelijk Duitse en Italiaanse kentekenen van de macht aan de kant van de rebellen lieten zien. Ook in Frankrijk werd deze film verminkt.

De vrees van de Nederlandse filmverhuurders, hun zaken onderhevig te zien worden aan een politieke strijd pro en

contra, ~n de vrees vóór of het ingrijpen vàn de keuring

belet den Nederlander zich een juist denkbeeld te vormen van het politieke en sociale element in de Amerikaanse film. Politieke films.

De reeds genoemde, ondernemende filmproducer Walter Wanger geniet bijv. in Amerika een aparte reputatie door. dat hij de politiek zeer openlijk op het witte doek bracht

met zijn opzienbarende films Gabriel over the White House

(Gabriel en het Witte Huis) en The President Vanishes

(32)

Optocht der werkers uit "Ons Dagelijks Brood". Je verfilming van de stichting ener werklozen-gemeenschap (Regie: King Vidor).

(De President verdwijnt); Geen van beide films werd in ons land ook maar ter keuring aangeboden.

De "sociale film", zoals de Amerikaanse industrie het genre heeft beoefend, is geboren uit de simpele behoefte aan con~

trast. De Kitsch van het rijke milieu dat den kleinburger (en den proletariërs en bourgeois, in wie immers altijd ook nog iets van den kleinburger steekt) wordt voorgeschoteld, werkt voor een verwende smaak op de duur slechts nog, wanneer voor het treffende contrast wordt gezorgd.

Dit kan gebeuren' in de Kitsch~film zelf of in een aparte film. Beide ontwikkelingen zijn in Amerika overduidelijk na de crisis aan de dag getreden.

Als de opmerkelijkste "sociale film" in de eerste klasse, moet men de Warner~productie Golddiggers of 1933 noemen met het navrante lied "Remember my forgotten Man" en de verschijning van de dode soldaten en We 're in the money met het ballet tussen de reuzendollars met de op~ schriften "In. God we trust".

Als laatste voorbeeld van deze ontwikkeling diene een echt~ Amerikaans~satirieke film als My Man Godfrey, waarin

(33)

naast de dolzinnige luxe van geblaseerde millionnairs de mensen, die van de afval leven, getoond worden. Laat men echter, bij uitzondering, eens overwegend deze laatste zijde van de maatschappij zien, toont men - hoe ook met vrou~

welijk schoon verfraaid - de zelfkant van de samenleving, dan bereikt de film met moeite de Nederlandse bioscopen:

een film als A Man 's Castle (De Trekvogel), met Spencer

Tracy als zwerver uit een dorp van keten in niemandsland,

moet vier jaar wachten op. een vertoning in een buurt~

bioscoopje in een grote stad en gaat dan onopgemerkt

voorbij.

W arner' s sociale films.

De tweede categorie van "sociale films" dankt men speciaal aan de activiteit van Warner Brothers, die in 1932 een groot succes behaalden met I 'm a fugitive from chaingang (Ik ben

een vluchteling) met Paul Muni in de hoofdrol en Mervyn Ie

Roy als regisseur. Daarop volgden de minder belangrijke film The Matchking (De luciferskoning) van Bretherdon met

Warner William en Lily Damita en het volgende jaar

20.000 jaar Sing Sing met Tracy en Davis (regie Michael

Curtiz), Heroes for Sa Ie (Heldenlevens te koop) met Barthelmess en Loretta Y oung (regie Wellman) en Mayor

of Heli (Boefjes) met Cagney en Darro, regie Archie Mayo.

Hiermee is het "sociale" element al vrijwel gekarakteriseerd.

Men zoekt niet het sociaabpolitieke, maar het sociaal~

criminele aspect. Misdadigers en hun bestraffing genieten .de

voorkeur. Het is het contrastmotief en de compensatie van

de verheerlijking van het onaantastbare particuliere eigen~

dom, die Will Hays in zijn vaandel heeft geschreven en die hem zèlfs heeft doen verklaren, dat hij de interessante methodes van inbrekers etc. niet in details op het doek wil laten zien. Een streven waarin hij het precies even ver brengt als de grote pers het in haar uitvoerige rechtbank~

verslagen doet. .

Verdere sociale films van Warner, die men in Nederland zag, zijn: The world changes (De wereld verandert) (1933-'34) met Muni (regie Mervyn Ie Roy) over de vleesfabrieken,

Massacre (Voor de vrijheid van zijn volk) met Barthelmess

en Dvorak, regie Crosland, over de Indianenreservaten,

Wild boys of the road (Waar zijn onze kinderen?) met

Darra, regie Wellman, een film van de door werkloosheid verwilderde, zwervende jeugd en Gentlemen are born

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

door het parlement, door de rechter en door de pers. In zulke omstandigheden client de kerk de uit- komst van het overheidshandelen te respecteren.' 'De kerken hebben

Natuurlijk hoeft de waarborging van het constitutioneel recht op toegang tot een rech­ ter niet te betekenen dat de griffierechten worden geschrapt, dat een advocaat voor

Met de eisen van Robeco als uitgangspunt doe ik de volgende aanbevelingen voor het proces proxy voting: door het inrichten van een communicatienetwerk kunnen de partijen elkaar op

In deze procedure kan een ondernemer benoemen wat een werknemer moet doen wanneer er sprake is van afpersing en aan wie (politie, particuliere alarmcentrale, bedrijfsleider) op

 Filantropie, dynamiek ongelijkheid, directe solidariteit maar willekeur.  Nederland: pluriformiteit

Een vraag voor de tweede analyse is welke aspecten van mentaal kapitaal nog meer belangrijk kunnen zijn, voor zowel tevredenheid als uitkeringsafhankelijk- heid.. In de afgelopen

Door #Worldconnectors: Herman Wijffels, Louise Vet, Herman Mulder, Tineke Lambooy, Erik Thijs Wedershoven, Jan van de Venis, Ilyes Machkor, Emma van der Steen,.. Sander van ’t Foort

Van de 2.267 panden die midden maart 2004 op de inventaris stonden van de gemeenten van bei- de arrondissementen staan er 1.654 op de lijst leegstand, 372 op de lijst verwaarlozing