Vraag nr. 33
van 4 december 1995
van mevrouw NELLY MAES
Onderwijstaal Vlaamse universiteiten – Engels
Het blijkt dat aan sommige universiteiten in Nederland en Vlaanderen het Engels als onderwijstaal wordt gebruikt, niet enkel om anderstaligen aan te trekken, maar ook als onderwijstaal in de licenties. Terecht werd tijdens een debat op de recente boekenbeurs in Ant-werpen opgemerkt dat hierdoor niet alleen de positie van het Nederlands wordt bedreigd in de internationale context, maar dat ook aan de kwaliteit van het onder-wijs afbreuk wordt gedaan als Nederlandstaligen in het Engels les geven aan Nederlandstaligen. Daardoor wordt ook de verdere ontwikkeling van het Nederlands als cultuurtaal in gevaar gebracht, onder meer omdat het samenstellen van cursussen in het Nederlands gemakshalve wordt vervangen door het overnemen van Angelsaksische handboeken. Wij verwachten van onze wetenschappers ook dat zij bijdragen aan de creatie van vaktermen en dergelijke. Bovendien is de ontwikkeling van een nieuwe taalbarrière sociaal gezien onaanvaard-baar.
Aan welke instellingen en faculteiten wordt het Engels als voertaal gebruikt in de licenties ?
Kan de minister een overzicht geven van het aantal anderstalige studenten aan onze Vlaamse universiteiten ? Welke universiteiten richten cursussen Nederlands in voor anderstalige studenten ?
Hoeveel van deze studenten volgen deze taalcursussen om de gewone lessen Nederlands te kunnen volgen ? Antwoord
1. De onderwijs- en bestuurstaal aan de universiteiten is het Nederlands. Dit staat duidelijk vermeld in artikel 61 van het decreet van 12 juni 1991 betreff ende de uni versitei ten in de Vl aamse Gemeenschap.
Het universiteitsdecreet laat wel toe dat enkele onderwijsactiviteiten in een andere taal worden gegeven. Het gaat om onderwijsactiviteiten die : – een vreemde taal als voorwerp hebben ;
– in de tweede cyclus worden verzor gd door anderstalige gasthoogleraren ;
– specifiek ten behoeve van buitenlandse studen-ten zijn opgesteld ;
– behoren tot de postacademische vorming ; – behoren tot aanvullende opleidingen,
specialisa-tieopleidingen en doctoraatsopleidingen. Elke student heeft het recht om een academische opleiding volledig in het Nederlands te volgen en over een in een vreemde taal gevolgd opleidingson-derdeel examen in het Nederlands af te leggen. De universiteiten organiseren geen basisopleidingen die uitsluitend in het Engels worden verstrekt. Wel
bestaan er Engelstalige varianten van de Neder-landstalige basisopleidingen. Zo organiseert de Katholieke Universiteit Leuven de basisopleiding Wijsbegeerte en en de basisopleiding Go d g e l e e r d-heid ook volledig in het Engels.
2. Het aantal anderstalige studenten aan de universi-teiten is moeilijk te detecteren, omdat niet elke bui-tenlander anderstalig is (bv. een Nederlander) of het Nederlands niet machtig is (het is bijvoorbeeld niet ondenkbaar dat een Duitser het Nederlands beheerst). Ook niet alle studenten met een Belgi-sche nationaliteit zijn Nederlandstalig.
In het academiejaar 1993-1994 waren er 5.128 hoofdinschrijvingen van buitenlandse studenten, waarvan 1.525 uit Nederland. Van de 5.128 buiten-landse studenten volgden er 2.118 een basisoplei-ding, 1.318 een voortgezette opleibasisoplei-ding, 764 een doc-toraatsopleiding en 928 afzonderlijke vakken. Een anderstalige invloed in de basisopleidingen is dus uiterst miniem.
3. Alle universiteiten vangen anderstalige studenten op door onder meer zelf cursussen Nederlands aan te bieden, of ze in contact te brengen met nabijgele-gen taalinstituten.
4. Vermits de afdeling Universitair Onderwijs het aan-tal andersaan-talige studenten niet kan achterhalen, is het ook niet mogelijk uit te maken hoeveel van deze studenten de taalcursussen volgen.
Ook veel buitenlandse studenten die in het kader van de Europese onderwijsprogramma's (bv. Eras-mus) tijdelijk voor één semester of voor één jaar aan een Vlaamse universiteit verblijven, volgen die taalcursussen.