• No results found

Ken je mij? Signaal kwartaalnieuwsbrief voor leden en ouders

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Ken je mij? Signaal kwartaalnieuwsbrief voor leden en ouders"

Copied!
6
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

“Ken je mij”? De eerste woorden uit een prachtig lied van Huub Oosterhuis, gezongen door zijn dochter Trijntje Oosterhuis. Het raakt precies de kern van Kindgericht onderwijs. Het kind dat ons vragend aankijkt: ken je mij? Weet je wat ik nodig heb? Waar ik goed in ben, waar ik moeite mee heb? Waar mijn behoeften liggen? Mijn motivatie?

Ken je mij? Slecht drie korte woordjes, maar o zo krachtig. Ze vertellen dat we het kind in zijn hele ontwikkeling centraal zeten: voor elk kind bijzonder.

Ken je mij? Een korte vraag die ik ook zelf mag stellen als ouder, leerkracht, schoolleider. Kent U mij?

Een korte vraag aan mijn Hemelse Vader: kent u mij beter dan ik? Het antwoord is bijzonder krachtig en troostvol en geven we elkaar mee als wens naar het nieuwe schooljaar:

Heer, U weet alles van mij, U kent mij.

U weet waar ik ben en U weet waar ik heen ga.

U weet wat ik denk, ook al bent u ver weg.

U ziet me als ik thuis ben en U ziet me onderweg.

U ziet alles wat ik doe.

U bent voor mij en achter mij, U bent om mij heen, Uw hand houdt me vast.

Ik vind het een wonder dat U mij zo goed kent. Ik kan het niet begrijpen.

… Nog voordat ik werd geboren, wist U alles al van mij.

Psalm 139, Bijbel in gewone taal

Ken je mij?

(2)

Wat gebeurt er toch? Of gebeurt er nog iets?

Onder deze prikkelende titel werd u uitgenodigd voor de jaarlijkse ouderavond van Radar. Het thema richtte zich op het kindgericht onderwijs en de nieuwe regioschool & IKC.

Hieronder een korte samenvatting van de verhalen, de film en de opbrengst van de gesprekken met elkaar.

Kindgericht?

Ken je mij? Die drie korte woordjes, die vertellen dat het gaat om de totale ontwikkeling van elk kind. En die ontwikkeling, kansen en mogelijkheden van elk kind als uitgangspunt te nemen.

Dat vraagt van ons om vanuit leerlijnen te gaan werken. Het kind te volgen in zijn ontwikkeling en daarbij het kind vooral te vergelijken met zichzelf: ben ik gegroeid? Wat heb ik geleerd? Waar ontwikkeld? En veel minder de vergelijking met een landelijk gemiddelde. Want wat levert dat op? Een kind dat jarenlang ‘in het rood’ scoort, omdat hij het landelijk gemiddelde niet haalt? Maar als je het vergelijkt met zichzelf wel degelijk groeit! Of een kind dat dit in het groen scoort, maar als je het met zichzelf vergelijkt misschien wel veel te weinig groeit?

Kindgericht onderwijs vraagt dus om vanuit leerlijnen te gaan werken, om kinderen goed te volgen en vooral met zichzelf te vergelijken (wij noemen dat formatief assessment).

Maar het vraagt ook iets van de ruimte: het oude klassikale systeem is remmend hierin, het vraagt dus om flexibele ruimtes.

Kind gericht onderwijs richt zich op de totale ontwikkeling van het kind: dat vraagt om een heel rijke leeromgeving, waarin alle facetten van ontwikkelen terugkomen: van samenwerken, tot leren leren, van creativiteit tot cultuuronderwijs.

IKC & regioschool?

De nieuwe regioscholen zijn een geweldige kans om het gebouw in te richten en te vormen naar wat nodig is om echt kindgericht onderwijs te geven, de flexibele leerruimte te creëren, de rijke leeromgeving vorm te geven.

Nelly de Bruijne zoemde kort in op de IKC: het integraal kindcentrum, waar de ontwikkeling van het kind centraal staat.

Waarin onderwijs en opvang samenwerken vanuit één onderwijskundige visie. Waar één leiding het centrum aanstuurt. De regioschool is zo een centrum waar alles samenkomt: onderwijs als spil, opvang er omheen. Maar ook de schil van zorg die daarom heen zit: preventieve zorg, jeugdzorg en noem maar op. Daarom heen een bundeling van

(kind)voorzieningen. Denk aan sport, muziek, cultuur, etc.

Maar niet minder belangrijk is dat de IKC een voorziening is voor de regio.

Opbrengst gesprekken met ouders

De twee korte verhalen werden afgewisseld met een film “Een dag op kindcentrum Jan Wouter”, waarin we letterlijk een dag mee konden kijken in de middenbouwgroep van de Jan Wouter van den Doel. Het leverde mooie vragen en gesprekken op over de veranderingen in het onderwijs.

Als laatste vormden we 5 groepen die elk aan de slag gingen met het ontwerpen van de regioschool? Wat is belangrijk? Wat is een kans? Wat wil je er als ouder terugzien? Wat moeten we loslaten, wat ontwikkelen? Het leverde geanimeerde gesprekken op en 5 korte schetsen met ideeën en tips voor de nieuwe regioscholen. Een bloemlezing hieronder, geordend per thema:

✓ Op een school gaat het om samen: samen leren en samen leven.

✓ Belangrijk dat de zorg en ondersteuning stevig staat in de school. Passend onderwijs in de school.

✓ Betrek de buitenomgeving bij de school, maak gebruik van de natuur om de school heen.

Werk van buiten naar binnen.

Kansen om de school: een kinderboerderij, door leerlingen verzorgd. Een moestuin, door leerlingen verzorgd. En koppel dit aan een restaurant in de school. Zo kun je ‘ondernemingen’ maken waar kinderen veel leren!

(3)

✓ Betrek sport bij de school: denk aan sportzalen, misschien wel een zwembad.

✓ En creëer een open school (plattegrond).

✓ Heb veel aandacht voor creativiteit.

Denk aan praktijkruimte met aandacht voor bouw, techniek en bv beeldende kunst. Wellicht kunnen externen (ouders) daar een rol in spelen. Het hoeft niet altijd geschoold personeel te zijn.

Creëer ateliers met verschillende disciplines.

✓ Een digiloze ruimte is ook van belang! Een rustige omgeving creëren voor kinderen die dat nodig hebben.

✓ De school opplussen voor leerlingen tot 17 jaar. Een tienercollege er in onder brengen? Zo kun je zorgen voor een volledige schoolperiode op één plek (0 t/m 16 jaar).

Identiteit is belangrijk, ook in de nieuwe school.

Geloof blijft een belangrijke rol spelen.

Persoonsvorming centraal. Denk aan hechting en relatie. Zet de emotionele ontwikkeling op één!

Heb ook aandacht voor zelfredzaamheid.

✓ Betrek ook ouderen bij de nieuwe regioschool.

✓ De nieuwe school moet duurzaam zijn.

Milieubewust. Ook in de opvoeding naar de kinderen.

Leg een watertap aan bij de school.

✓ Zorg ook voor goede bereikbaarheid. Leg een parkeergarage aan. Zorg voor (thuis)nabijheid voor alle ouders.

Opmerkingen algemeen:

✓ Een IKC mag geen gemak op leveren in de zin van onttrekking van ouders.

✓ Behoud het gevoel van kleinschaligheid: het

“dorpsgevoel”. Denk aan de gemeenschapszin.

Vrijwillige ouderbijdrage

Onlangs ontving u de rekening voor de vrijwillige ouderbijdragen. Het heeft u wellicht de vraag opgeleverd: waarom in december pas? En ook nog een dure maand.

Zoals u weet zijn we overgestapt naar een nieuw digitaal systeem. De bedoeling was dat dit uiterlijk eind oktober operatief zou zijn. Dat is echter niet gelukt. Het is eind november operatief opgeleverd aan ons. Het versturen van de rekening hebben we daarom over de sinterklaastijd heen getild.

Excuses voor deze eenmalige late versturing, volgend jaar ontvangt u weer gewoon begin

oktober de rekening.

(4)

Uit de bestuurskamer

"Het licht schijnt in de duisternis en de duisternis heeft het niet in haar macht gekregen."

De aarde heeft haar gang om de zon weer gemaakt. Het begin van een nieuw jaar wordt gevierd, de overwinning van de zon die ten onder leek te gaan. De kerk viert de geboorte van Jezus van Nazaret, als de ware onoverwonnen "Zonne der gerechtigheid": ze viert dat God in Jezus zijn mensen letterlijk op de huid is gaan zitten. Twee gebeurtenissen, de zonnewende en de incarnatie komen samen in één feest. Het Kerstfeest is zo een voorbeeld van hoe de kerk en een heidense religie zich tot elkaar kunnen verhouden. De kerk sloot aan op verering van de zonnegod, Sol invictus, maar eert daarmee de mensgeworden Schepper van de zon, de Sol iustitiae.

Christelijke identiteit vormgegeven in aansluiting bij het heidendom. Wat mij betreft een voorbeeld van hoe ook vandaag de dag christenen zich kunnen verhouden tot de hen omringende cultuur. De heidense blijdschap en dankbaarheid is heidens, omdat de adressering onjuist is en het zo doel mist. Niet omdat de blijdschap en dankbaarheid op zichzelf zondig zijn. Het christendom richt deze blijdschap en dankbaarheid tot de "Zonne der gerechtigheid". De christelijke radar kan zo de in aanwezige de samenleving blijdschap en dankbaarheid, maar ook verdriet en wanhoop - ofwel alle menselijke uitingen - richten tot het juiste adres: niet het stomme heelal van heidendom en atheïsme, maar de mensgeworden Schepper van hemel en aarde.

Mijn verwachting is dat de komende jaren binnen Radar thema's als samenwerking en behoud van identiteit regelmatig ter sprake zullen komen. Zonder dat alle plannen reeds in beton gegoten zijn, mogen we ervan uitgaan, dat diverse scholen met diverse voorzieningen samengevoegd gaan worden. Daarmee verdwijnt de letterlijk in beton gegoten verzuiling, terwijl de organisatorische diversiteit blijft bestaan. Diverse organisatieculturen en verschillende identiteiten komen samen onder een dak. Hierdoor krijgen we de feitelijkheid van het anders zijn van ander als het ware ons op de neus gedrukt. We kunnen dit beschouwen en ervaren als een risico of bedreiging, het is misschien ook wel een kans om opnieuw Radar te worden.

Zonne der gerechtigheid verlicht ons!

Eldert Francke Bestuurslid

Bestuursleden gezocht!

Voor het (toezichthoudend) bestuur van Radar zijn we op zoek naar nieuwe bestuursleden.

Een profielschets is te vinden in de meegestuurde bijlage.

Geïnteresseerden kunnen zich melden bij ondergetekende.

M.vr.gr.

Marlinde Eichler, bestuurslid Radar m.c.eichler@gmail.com

06 13143036

Zie bijlage voor profielschets

(5)

Evelien, jullie werken met co-teaching, maar wat is dat nu precies?

We bereiden met elkaar een les voor en voeren deze ook samen uit. Dat doen we nu met de zaakvakken in de bovenbouw en met begrijpend lezen. De methode gebruiken we daarbij als bron. We vragen ons eerst af welke doelen wil we behalen met de kinderen? Daar ga je dan naar toe werken. Bij het thema van

aardrijkskunde hebben we ook gekeken hoe je formatieve evaluatie (*) daarin op kunt nemen. Jan Willem is goed met coöperatieve werkvormen (*). Dat kijk ik weer af van hem. Je gaat ook dieper in op de inhoud van de lesstof. Wat vinden we belangrijk? Wat willen we dat de kinderen aan het einde van een blok echt weten?

Werken jullie thematisch?

We houden nu nog de hoofdstukken aan van de methode, bij aardrijkskunde ging het b.v. nu over vulkanen. In de toekomst gaan we wellicht meer naar thematisch en misschien wel vakdoorbrekend. We houden aardrijkskunde, geschiedenis en natuur nu nog apart als vakken.

Je begint dus met doelen stellen?

Ja, maar het is nog wel een beetje zoeken. We keken in het begin alleen naar wat er in de methode staat qua doelen, nu kijken we b.v. ook naar de kerndoelen. En wat vinden wij daar belangrijk in. De kerndoelen zij wel behoorlijk ruim, dus moeten we goed kijken waar we naar toe willen werken.

Samen met Jozien maken we zelf begrijpend leeslessen. We bespreken eerst samen welke leesstrategie we centraal zetten. Daarnaast kijken we dan ook wat er in het referentiekader (*) staat. We merkten dat we ongemerkt al best wat 2F (hoge doelen) stelden. Het is niet verkeerd om hoge doelen te stellen, maar we kijken ook wel heel gericht welke doelen we nog moeten aanbieden.

Je bereidt altijd in een tweetal voor?

Ja, vaak wel, maar soms sluit ook een derde collega aan. Bij begrijpend lezen sluit juf Mirjam van groep 6 ook af en toe aan. Je voert het dan niet samen uit, maar bereidt het wel samen voor.

Is het ook groepsdoorbrekend?

Het is nu enigszins groepsdoorbrekend, maar dat heeft vooral met het aantal leerlingen te maken. Groep 7 en 8 is samen al 40 kinderen en dan is het praktisch niet mogelijk om 6 er b.v. ook bij te betrekken.

Waarom ben je zo enthousiast over co-teaching? Wat vind je er zo goed aan?

Dat je echt op inhoud gaat. En ieder heeft zijn expertise, je vult elkaar aan. Je hebt ook alle ruimte om eens goed te sparren. Soms ben je het snel eens, soms hebben we een pittige discussie of we iets wel of niet gaan uit proberen. En dat hoort er ook bij.

Spreek je af wie de lessen geeft en hoe?

We spreken eigenlijk niks af. De les wordt samen goed voorbereid, inhoudelijk weten we wat we gaan doen en welke activiteiten. Meestal begint de één en dat neemt een ander weer een stuk over. Dat loopt eigenlijk helemaal vanzelf.

VERHALEN VAN DE WERKVLOER

Medewerkers vertellen over hun werk in de Radarscholen

Deel 2

Juf Evelien van der Bok

over

Co-teaching

(6)

*Je noemde net een moeilijk term: formatief assessment, wat bedoel je daar mee?

Tijdens de les controleer je wat leerlingen snappen en wat ze al weten. Op basis daarvan

kunnen we ons onderwijs bijsturen. Soms merk je dan bv dat een groep leerlingen iets nog niet goed

begrijpt, dan pak je dat in een volgende les op, met bv extra instructie of opdrachten. Ook ga je daarna goed reflecteren op de gegeven les: wat kunnen we zelf nog verbeteren? Je sluit hiermee aan op de behoefte van de leerling én je leert kritisch te kijken naar je eigen handelen.

Ga je dit uitbreiden naar andere vakken?

Nu nog niet, we zijn enthousiast, maar het is ook nog zoeken. Een nieuwe werkwijze levert ook weer nieuwe vragen op. Bv hoe ga je toetsen? Wat doe je met de gegevens? Ga je nog cijfers geven? Zo niet, wat dan

wel? Elke nieuwe stap levert ook weer nieuwe vragen op en daar moet je wel tijd voor nemen. We gaan ons nu eerst focussen op deze ontwikkeling, wie weet gaan we in de toekomst wel meer vakken op deze manier geven.

Ik vind het heel fijn dat we de ruimte krijgen hebben dit zo op te pakken en uit te proberen en dat we daarin goede begeleiding krijgen. Ruimte en vertrouwen krijgen en hebben past bij onderwijsinnovatie.

Dank je wel Evelien!

*Coöperatieve werkvormen: dit zijn werkvormen om samenwerken te oefenen. Samenwerken is een vaardigheid die kinderen nodig hebben om goed te kunnen functioneren in de samenleving. Door met elkaar samen te werken praten kinderen met elkaar over de leerstof.

Goede kerstdagen Fijne vakantie Gezellige jaarwisseling En alle goeds voor 2020!

“Het Licht schijnt in de duisternis, …”

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Another set of responses focused on practical measures: the need to improve data on families and ensure fathers are recorded, always addressing both partners in a couple, being

This resource has been co-produced by the Australian Institute of Family Studies’ CFCA Information Exchange, the National Association for Prevention of Child Abuse and Neglect,

Als tweede stap is het noodzakelijk om stil te staan bij de kinderen en jongeren in armoede binnen je werking (cfr. Het aanbod, de manier van werken en begeleidershouding).. Dit zorgt

Want door de wijding worden jullie teken en beeld van Christus, Hij voor wie geen mens te min was en die zelf de minste der mensen is willen worden.. Tot slot wil ik graag de

Bij een grote groep kunt u de kinderen in drie- of viertallen laten samenwerken. Groepeer zo, dat rekensterke en rekenzwakke kinderen in hetzelfde

Daarin werken organisaties, overheden en bedrijven samen aan het beter helpen van mensen die moeite hebben met lezen, schrijven en digitalisering. Dat doen ze door cursussen aan te

Ruben (14 jaar) vertelt: “Omdat ik niet meer thuis ga wonen, ben ik bang dat ik straks opa niet meer zie.” 1 On- dertussen zijn hulpverleners ontevreden over wat ze kunnen doen

Want te veel kinderen gaan naar school zonder passend onderwijs of zitten thuis en komen niet tot ontwikkeling.. Zet vaart achter toegezegde pilots, proeftuinen