Toets thema 5 De Kleding Pagina 1 Toets thema 5: De kleding
Naam: . . .
1. Invullen: de / het
. . . blouse . . . muts
. . . rok . . . trui
. . . broek . . . handschoen
. . . laars . . . armband
. . . veter . . . riem
. . . hemd . . . T-shirt
. . . ketting . . . . knoop
. . . hoofddoek . . . bikini
. . . sokken . . . ondergoed
. . . jas . . . sportkleding
2. Vul de letters in:
de so . . en de s . . raden het . –shirt
de sli . . ers de br . . kzak de pant .
de laar . en de tr . . de . . embroek
Toets thema 5 De Kleding Pagina 2 3. Dit is ………..
Dit is . . .
Dit zijn . . .
Dit is . . .
Dit is . . .
Dit is . . .
Dit zijn . . .
Dit is . . .
Dit is . . .
Dit is . . .
Dit is . . .
Toets thema 5 De Kleding Pagina 3 4. Geef antwoord met een zin:
Is dit het ondergoed?
……….
Is dit een bril?
……….
Zijn dit de laarzen?
……….
Is dit de riem?
……….
Is dit de broek?
……….
Toets thema 5 De Kleding Pagina 4 5. Tegenstellingen invullen:
Deze schoenen zijn niet oud, maar . . . Dit badpak is niet droog, maar . . . Deze broek is niet schoon, maar . . . Deze muts is niet te groot, maar te . . . Deze veter is niet vast, maar . . . Deze jas is niet dik, maar . . .
Deze tas is niet vol, maar . . . Deze zwembroek is niet nat, maar . . . Deze rits is niet open, maar . . . Deze trui zit niet koud, maar . . .
6. Vul in: GOED of FOUT
Ik koop een broek in de kledingwinkel. . . . De laarzen zijn te klein, de maat is goed. . . .
De jas hangt aan de kapstok. . . .
Zij gaat naar bed, zij trekt haar kleren uit. . . . De jongen gaat sporten, hij trekt zijn zomerkleding aan. . . .
De trui koopt € 20,-. . . .
Het meisje gaat zwemmen, zij trekt haar zwembroek aan. . . .
Oorbellen en armbanden zijn sieraden. . . .
Hij gaat naar buiten, hij trekt zijn jas aan. . . .
Toets thema 5 De Kleding Pagina 5 7. Vervoegen:
zwemmen ik . . . hij . . . hebben hij . . . wij . . . gooien wij . . . ik . . . springen ik . . . jij . . . aantrekken jij . . . jullie . . . zien jullie . . . hij . . . kopen ik . . . jij . . . zijn jij . . . ik . . . rennen wij . . . jij . . . uittrekken ik . . . jij . . .
Toets thema 5 De Kleding Pagina 6 8. Hoe laat is het?
9. Lees de tijden en teken de wijzers:
