• No results found

Input werkgevers land- en tuinbouw voor 2 e advies Aanjaagteam Bescherming Arbeidsmigranten

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Input werkgevers land- en tuinbouw voor 2 e advies Aanjaagteam Bescherming Arbeidsmigranten"

Copied!
5
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

1

Input werkgevers land- en tuinbouw voor 2

e

advies Aanjaagteam Bescherming Arbeidsmigranten

21 augustus 2020

Inleiding

Arbeidsmigranten zijn voor Nederland een belangrijke groep werknemers die een belangrijke bijdrage leveren aan onze economie. Werkgevers in de land- en tuinbouw bieden volop tijdelijk én vast werk aan arbeidsmigranten. Niet alleen voor teelt- en oogstwerkzaamheden in de verschillende seizoenen, maar steeds vaker ook voor (leiding)gevende werkzaamheden jaarrond in de

glastuinbouw, dierhouderij, fruitteelt en vollegrondstuinbouw. Veel werkgevers in de land- en tuinbouw nemen arbeidsmigranten in eigen dienst of lenen in via uitzendbureaus (payroll of uitzend). Arbeidsmigranten zijn van harte welkom en zijn noodzakelijk om in de arbeidsbehoefte in de land- en tuinbouw te voorzien.

Het is daarom van groot belang, en ondernemers realiseren zich dat terdege, dat agrarische werkgevers investeren in het aantrekken, behouden en ontzorgen van arbeidsmigranten die voor hun bedrijf komen werken. Daarom steken de werkgeversorganisaties in de land- en tuinbouw en agrarische werkgevers steeds meer tijd en middelen in het begeleiden en ontzorgen van

arbeidsmigranten bij bijvoorbeeld het afsluiten van een zorgverzekering, inschrijving en contacten met de gemeente, scholing én huisvesting. Ook treden zij hierover in overleg met uitzendbureaus als arbeidsmigranten via het uitzendbureau worden ingeleend. Ook uitzendbureaus moeten investeren.

Arbeidsmigranten zijn een belangrijke en onmisbare groep werknemers waar terecht en

vanzelfsprekend extra zorg en aandacht voor nodig is. Werkgevers in de land- en tuinbouw werken graag met arbeidsmigranten en willen dat ook blijven doen. Goed werkgeverschap is voor het merendeel van de werkgevers in de land- en tuinbouw de norm; desalniettemin zijn er incidenten bij werkgevers in de land- en tuinbouw die niet wenselijk zijn en niet moeten kunnen. Deze beïnvloeden het imago van de sector op de arbeidsmarkt negatief, zorgen voor oneerlijke concurrentie en

goedwillende werkgevers hebben daar last van.

Het Aanjaagteam Bescherming Arbeidsmigranten heeft gevraagd om inbreng op haar denkrichtingen voor de langere termijn zodat deze meegenomen kunnen worden in het tweede advies van het Aanjaagteam Bescherming Arbeidsmigranten.

LTO Nederland heeft, in samenspraak met gelieerde regionale en sectorale werkgeversorganisaties (NFO, Glastuinbouw Nederland, ZLTO, LLTB, LTO Noord) in de land- en tuinbouw, in deze notitie op de thema’s registratie, huisvesting en zorg de problematiek beknopt geschetst, aangegeven wat we al doen of voornemens zijn om te doen en wat extra nodig is.

Graag leveren wij onze bijdrage en gaan hierover graag in gesprek gericht op een structurele verbetering van de positie van arbeidsmigranten.

(2)

2

Thema’s

Registratie Problematiek

De registratie van het verblijfadres van arbeidsmigranten is al langere tijd een probleem vanuit diverse invalshoeken. De wet- en regelgeving verplicht iedere ingezetene om bij een verblijf langer dan vier maanden (in een periode van zes maanden) zich in te schrijven in de Basisregistratie Personen (BRP). Deze aangifteplicht wordt vaak niet nagekomen. Arbeidsmigranten die korter dan vier maanden verblijven staan geregistreerd in het RNI-register als niet-ingezetene, waarbij dit register niet het verblijfadres in Nederland registreert maar uitsluitend het dan bekende adres van de arbeidsmigrant in het thuisland. Goed inzicht in waar arbeidsmigranten wonen en verblijven

ontbreekt bij overheden als gevolg van verschillen in regelgeving en het niet nakomen van de registratieverplichting.

Wat doen we al en zijn we voornemens om te doen

Werkgevers in de land- en tuinbouw ondersteunen nu al arbeidsmigranten bij de inschrijving in het RNI – register en/of het BRP-register. Werkgevers zijn bereid om samen met gemeenten actief arbeidsmigranten te informeren en te stimuleren om zich te registreren en bij terugkeer naar land van herkomst of verhuizing naar een andere gemeente te wijzen op uitschrijving. Belangrijk daarbij is dat drempels, zoals de administratieve last bij inschrijving, het beperkt aantal RNI-loketten en het regelmatig voorkomen van wachttijden als gevolg van beperkte bezetting, sterk verkleind worden.

Werkgevers in de land- en tuinbouw zullen voorts arbeidsmigranten bij werving in het thuisland en/of bij aankomst in Nederland informeren over de wettelijke verplichtingen inzake registratie in het BRP én de bijbehorende rechten en plichten. De werkgeversorganisaties in de land- en tuinbouw ontwikkelen daarvoor tools en handreikingen voor werkgevers én voor arbeidsmigranten (in

meerdere talen) die via de verschillende sectororganisaties en de Werkgeverslijn land- en tuinbouw (www.werkgeverslijn.nl) beschikbaar worden gesteld. Ook zullen arbeidsmigranten actief door werkgevers gewezen worden op de mogelijkheid om zich in te schrijven in het BRP bij de gemeente en bij een verblijf na 4 maanden zullen werkgevers arbeidsmigranten wijzen op de wettelijke plicht om zich als ingezetene in te schrijven in de gemeenten. Ook zijn werkgevers bereid om een register, binnen de grenzen van de AVG waarin de verblijfgegevens staan, bij te houden. Middels de

keurmerken SNF en AKF is dit al afdoende geregeld.

Wat is extra nodig

• Er moet een goede en sluitende registratie komen en zijn van het verblijfadres van arbeidsmigranten. De overheid moet het systeem van RNI en BRP hierop aanpassen zodat het verblijfadres van arbeidsmigranten ten allen tijde geregistreerd staat en actueel is. De verantwoordelijkheid voor registratie ligt bij arbeidsmigranten; werkgevers zijn bereid om arbeidsmigranten hierin te faciliteren.

• De inschrijving én uitschrijving van arbeidsmigranten moet eenvoudiger en gemakkelijker worden gemaakt voor arbeidsmigranten waarbij het voor arbeidsmigranten helder moet zijn waarom dit noodzakelijk is, welke toegevoegde waarde dit voor hem/haar heeft en tot welke rechten en plichten dit leidt. Arbeidsmigranten krijgen hiermee toegang tot relevante

instanties en regelingen, maar ook krijgen onder meer gemeenten duidelijkheid waar arbeidsmigranten verblijven.

(3)

3

• Werkgeversorganisaties in de land- en tuinbouw zullen werkgevers aanspreken op hun verantwoordelijkheid om arbeidsmigranten te wijzen op de verplichtingen inzake registratie als ingezetene of niet-ingezetene in Nederland en ook op uitschrijving.

• Nagedacht moet worden of bij de registratie van het verblijfadres ook een koppeling gemaakt kan worden met de zorgverzekering. Een adequate zorgverzekering is van belang voor alle arbeidsmigranten. De land- en tuinbouw denkt graag mee om een pilot te starten.

Huisvesting: kwantiteit Problematiek

De krapte op de woningmarkt speelt op alle fronten een rol. Er is een groot tekort aan kwalitatief goede en betaalbare huisvesting voor arbeidsmigranten en er zijn te weinig locaties om deze

huisvesting te realiseren passend bij de verblijfsbehoefte van de arbeidsmigranten voor kort verblijf, middellang verblijf of permanent verblijf. Agrarische werkgevers willen graag passende huisvesting realiseren dichtbij het werk op het eigen erf of in de nabije omgeving. Werkgevers moeten nu allerlei noodgrepen uithalen om te zorgen voor voldoende huisvestingslocaties en worden daarbij zeker niet altijd geholpen in de eigen gemeente. Ook zijn de verschillen tussen gemeenten groot; dit draagt niet bij aan een gelijk speelveld. Bovendien ontbreekt sturing en regie van de Rijksoverheid om planmatig huisvesting voor arbeidsmigranten te realiseren op korte en lange termijn. Op basis van schattingen van het Expertise Centrum Flexwonen zijn er 120.000 extra bedden nodig. Ook agrarische werkgevers hebben op korte termijn enkele 1.000’en bedden extra nodig.

Wat doen we al en zijn we voornemens om te doen

Werkgevers in de land- en tuinbouw investeren waar dit kan en mogelijk wordt gemaakt in de bouw van huisvesting passend bij de behoefte van de arbeidsmigranten. Deze nieuwe huisvesting voldoet aan de normen van het Agrarisch Keurmerk Flexwonen (AKF) en wet- en regelgeving. Veel

werkgevers in de land- en tuinbouw willen investeren in passende huisvesting, maar dan moeten de belemmeringen wel worden weggenomen en zullen gemeenten moeten meewerken om huisvesting te kunnen realiseren. Hoewel gemeenten en provincies steeds actiever zijn in het uitwerken van beleid voor arbeidsmigranten, hebben ook nog veel gemeenten geen of verouderd beleid. De werkgeversorganisaties in de land- en tuinbouw zijn graag bereid om met hen het gesprek aan te gaan.

Wat is extra nodig

• De Rijksoverheid moet samen met gemeenten en werkgevers regie nemen om passende huisvesting op passende locaties te ontwikkelen passend bij de behoefte van de

arbeidsmigranten.

• Knelpunten (milieuregels, bestemmingsplanprocedures) in regelgeving, die snel en eenvoudig realisatie van flexibele huisvesting tegenhouden, moeten op tafel komen waarvoor snel oplossingen moeten worden bedacht en ingevoerd.

• De Rijksoverheid dient een taakstelling af te spreken met provincies en gemeenten om zo snel als mogelijk de benodigde 120.000 bedden voor huisvesting arbeidsmigranten te realiseren.

• Op het gebied van huurbescherming moet in samenspraak met belanghebbenden een vorm van tijdelijke verhuur worden ontwikkeld die recht doet aan de belangen van de

arbeidsmigranten en verhuurder/werkgever. Daarbij kan gedacht worden aan een tijdelijke huurovereenkomst met een kortere opzegtermijn gelieerd aan de duur van de arbeidsrelatie.

(4)

4 Huisvesting: kwaliteit

Problematiek

Veel werkgevers in de land- en tuinbouw verzorgen op het eigen erf of in de nabije omgeving de, vaak ook tijdelijke, huisvesting van arbeidsmigranten. Werkgevers hebben hier de laatste jaren flink in geïnvesteerd. Voor arbeidsmigranten is dit fijn en ook een belangrijke voorwaarde om bij de werkgever te komen werken. De kwaliteit van de beschikbare huisvesting is echter niet altijd

voldoende en binnen de bestaande wettelijke regels (bestemming, bouwbesluit, milieu, hinder) is er te weinig ruimte voor werkgevers om bestaande huisvesting kwalitatief op te waarderen.

Wat doen we al en zijn we voornemens om te doen

Sinds het voorjaar van 2019 geldt op basis van de agrarische cao’s de verplichting dat de huisvesting moet voldoen aan de kwaliteitsnormen van het Agrarisch Keurmerk Flexwonen (AKF). Deze

kwaliteitsnormen zijn overeenkomstig en zo niet strenger dan het keurmerk SNF en de huisvesting dient te allen tijde te voldoen aan de (aanvullende) gemeentelijke regelgeving. Bovendien worden op de huisvestingslocaties door onafhankelijke certificerende instellingen geïnspecteerd. Ook voor de huisvesting gedurende piekperioden in tijdelijke woonvoorzieningen legt het keurmerk AKF een basis voor kwaliteit neer. Om moverende redenen hebben vakbonden en werkgeversorganisaties in de agrarische sector het Agrarisch Keurmerk Flexwonen (AKF) opgericht dat gelijkwaardig is aan het SNF-keurmerk. Zie hiervoor onder meer het overzicht van het Expertise Centrum Flexwonen.

Werkgeversorganisaties in de agrarische sector zijn en blijven bereid om in gesprek deze kwaliteitsstandaard voor huisvesting door te ontwikkelen.

Wat is extra nodig

• Werkgevers in de land- en tuinbouw, die huisvesting voor arbeidsmigranten willen bouwen, worden ondersteund en ontzorgd door gemeenten.

• Rijksoverheid, werkgevers en andere relevante partijen gaan samen werken aan een handreiking en voorbeelden van best practices voor het realiseren van kwalitatief hoogwaardige huisvesting.

• Nieuw te bouwen huisvesting door agrarische werkgevers moet minimaal voldoen aan de kwaliteitsnormen van het Agrarische Keurmerk Flexwonen (AKF). Gemeenten stellen het AKF-keurmerk verplicht als onderdeel van de omgevingsvergunning. De gemeente zorgt daarmee voor check op voldoen aan wettelijke regelgeving; de werkgever levert jaarlijks onafhankelijk bewijs (Agrarisch Keurmerk Flexwonen) op veiligheid, comfort en hygiëne.

Toegang tot zorg en zorgverzekering Problematiek

Vanzelfsprekend dienen arbeidsmigranten toegang tot zorg te hebben en te beschikken over een adequate zorgverzekering en de daarbij behorende bescheiden (zorgpas/polis). De ervaring van werkgevers in de land- en tuinbouw is dat arbeidsmigranten niet of nauwelijks zelf stappen ondernemen om een goede zorgverzekering af te sluiten; ook al zijn ze verplicht deze af te sluiten.

Het is daarom van groot belang dat werkgevers samen met zorgverzekeraars arrangementen kunnen aanbieden.

(5)

5 Wat doen we al en zijn we voornemens om te doen

LTO Nederland heeft via haar dochterbedrijf LTO Arbeidskracht een arrangement afgesproken met twee zorgverzekeraars die een speciale (no-risk) polis voor arbeidsmigranten aanbieden. Deze polis kan een arbeidsmigrant afsluiten maar ook een werkgever voor de arbeidsmigrant (met diens toestemming). Hier wordt veelvuldig gebruik van gemaakt door werkgevers én arbeidsmigranten.

Zodra zorgverzekeraars de zorgpas en polis beschikbaar hebben worden deze onverwijld beschikbaar gesteld aan de arbeidsmigrant. De arbeidsmigrant wordt door LTO Arbeidskracht en de werkgever, bij het aflopen van een arbeidscontract, gewezen op de mogelijkheid om de zorgverzekering individueel door te laten lopen en op de consequenties als deze wordt opgezegd.

Op basis van een convenant met de Belastingdienst biedt LTO Arbeidskracht ook aan

arbeidsmigranten als service de mogelijkheid om zorgtoeslag aan te vragen. De aanvraag voor de zorgtoeslag wordt, alleen indien de arbeidsmigrant dit wenst, achteraf gedaan over de periode waarin de arbeidsmigrant verzekerd was. De Belastingdienst keert uitsluitend over de gewerkte maanden de zorgtoeslag uit waardoor eventuele terugbetaling van voorschotten wordt voorkomen.

Wat is extra nodig

• LTO Nederland vindt het noodzakelijk dat werkgeversorganisaties met zorgverzekeraars een speciaal arrangement kunnen blijven ontwikkelen en aanbieden aan arbeidsmigranten.

Werkgevers in de land- en tuinbouw willen niet dat arbeidsmigranten onverzekerd zijn of niet aan hun verzekeringsplicht voldoen. Vaak eindigt een zorgverzekering bij het einde dienstverband tenzij de arbeidsmigrant de verzekering vrijwillig voortzet.

• LTO Nederland constateert dat verlenging van de zorgverzekering met bijvoorbeeld 30 dagen na einde dienstverband nu niet wettelijk mogelijk is, maar wel wenselijk is. Kabinet,

werkgevers en zorgverzekeraars moeten met elkaar in gesprek hoe dit praktisch mogelijk gemaakt kan worden. Hiervoor moet het volgende worden opgelost:

o Zorgverzekeraars moeten de zorgpremie rechtstreeks kunnen incasseren van een buitenlandse betaalrekening (arbeidsmigranten kunnen in Nederland niet of nauwelijks een Nederlandse bankrekening openen);

o Als arbeidsmigranten binnen de periode van bijvoorbeeld 30 dagen nieuw werk vinden in Nederland en opnieuw bij een zorgverzekeraar worden aangemeld moet er een praktisch systeem die deze ‘dubbele’ dekking opmerkt en beëindigt;

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Voor de verzorging van je kindje raden we aan de baby dagelijks een badje te geven of dag om dag zoals tijdens het verblijf geleerd werd. Let erop dat de voeding van je baby

‘I mean you get this hatefulness from the trained sisters or the other staff nurses, which I do not know where it comes from and then … from my personal point, I’ve come to a

de praktijk wordt verstaan onder draagvlak en welke factoren volgens de praktijk van invloed zijn op de perceptie die burgers van het waterbeheer hebben. Sleuteffiguren zijn

Die skool rus ook op die fondament van die vormende historiese kennismag en vind sy inslag ook in die historiese aspek van kultuurvorming. Die skool is n

Voor dit habitattype geldt in het Natura 2000-gebied Krammer-Volkerak een behoudsdoel voor kwaliteit en oppervlak. Op de Hellegatsplaten wordt in 2021 extra stikstofdepositie

Het effect van de verschillende toplagen op de bestrijding van trips in anjer kon niet worden vastgesteld omdat trips gedurende de hele proef niet aanwezig was (wel op de vangplaten

uitvoeren inzake aanleg van tuinen, parken, groene ruimtes, teneinde het ontwerp van de opdrachtgever te realiseren... Werkt op een gezonde, veilige en milieubewuste manier

In de opleiding “Medewerker groen- en tuinbeheer” leert men werkzaamheden uitvoeren inzake onderhoud en beheer van tuinen, parken en groene ruimtes teneinde deze in stand te houden