• No results found

Toelichting Regels correctieve herziening bestemmingsplan Landelijk gebied NL.IMRO.0342.CHLG september 2014) 1

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Toelichting Regels correctieve herziening bestemmingsplan Landelijk gebied NL.IMRO.0342.CHLG september 2014) 1"

Copied!
12
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Regels correctieve herziening bestemmingsplan Landelijk gebied (zoals vastgesteld door de Raad op 18

september 2014) 1

Toelichting Vastgesteld correctieve herziening bestemmingsplan Landelijk Gebied NL.IMRO.0342.CHLG0001-0301 18 september 2014

(2)

Toelichting correctieve herziening bestemmingsplan Landelijk gebied (zoals vastgesteld door de Raad op 18

september 2014) 2

(3)

INHOUDSOPGAVE

HOOFDSTUK 1 INLEIDING ... 5

1.1 Aanleiding... 5

1.2 Ligging van het plangebied ... 5

1.3 Leeswijzer ... 5

HOOFDSTUK 2 DE PLANREGELING ... 7

2.1 Het vastgestelde bestemmingsplan ... 7

2.2 De reactieve aanwijzing ... 7

2.3 De voorgenomen proactieve aanwijzing ... 7

2.4 De beroepschriften ... 8

HOOFDSTUK 3 Beleidskader en sectorale onderzoeken ... 9

3.1 Algemeen beleidskader ... 9

3.2 Sectorale aspecten... 9

HOOFDSTUK 4 UITVOERBAARHEID ... 11

4.1 Economische uitvoerbaarheid ... 11

4.2 Maatschappelijke uitvoerbaarheid ... 11

4.2.1 Zienswijzen ... 11

4.2.2 Overleg conform artikel 3.1.1 Bro ... 11

(4)

Toelichting correctieve herziening bestemmingsplan Landelijk gebied (zoals vastgesteld door de Raad op 18

september 2014) 4

(5)

HOOFDSTUK 1 INLEIDING

1.1 Aanleiding

Op 19 december 2013 is het bestemmingsplan Landelijk gebied vastgesteld door de

gemeenteraad. Ook is er een reactieve aanwijzing door Gedeputeerde Staten gegeven en het voornemen voor een proactieve aanwijzing uitgesproken. Daarnaast zijn er inmiddels nu het bestemmingsplan in werking is getreden enkele kennelijke ommissies geconstateerd.

De gemeente Soest maakt gebruik van de regeling om conform artikel 6:19 Algemene wet bestuursrecht hangende het beroep een besluit te wijzigen. De correctie is slechts op onderdelen.

Alleen de wijzigingen in het bestemmingsplan van 19 december 2013 worden opgenomen in dit plan.

Uiteindelijk wordt deze herziening verwerkt in het geconsolideerde plan van het bestemmingsplan Landelijk gebied.

1.2 Ligging van het plangebied

Het plangebied is exact gelijk aan het plangebied van het bestemmingsplan Landelijk gebied zoals dat is vastgesteld door de gemeenteraad op 19 december 2013.

1.3 Leeswijzer

In hoofdstuk 2 wordt beknopt beschreven welke zaken in dit plan herzien zijn, en wat het resultaat is van de aanpassing. Met daarbij een motivatie van de herziene zaken voor zover deze het gevolg zijn van ingediende beroepschriften of de provinciale besluiten. De kennelijke omissies worden eveneens behandeld. Hoofdstuk 3 bevat de toetsing van het plan aan de beleidskaders en sectorale aspecten. In hoofdstuk 4 wordt de economische en maatschappelijke uitvoerbaarheid behandeld.

In de regels van dit plan zijn alle artikelen uit het vastgestelde plan opgenomen. De meeste artikelen zijn 'ongewijzigd' opgenomen. In dergelijke gevallen wordt dus verwezen naar het vastgestelde plan.

(6)

Toelichting correctieve herziening bestemmingsplan Landelijk gebied (zoals vastgesteld door de Raad op 18

september 2014) 6

(7)

HOOFDSTUK 2 DE PLANREGELING

Dit hoofdstuk beschrijft de juridische regeling die wordt mogelijk gemaakt middels deze

correctieve herziening. Hierbij moeten de besluiten tot vaststelling bestemmingsplan, de reactieve aanwijzing en het voornemen voor de proactieve aanwijzing in acht worden genomen maar geven zij ook juist tezamen met de beroepschriften de aanleiding voor deze correctie van het

vaststellingsbesluit.

Het bestemmingsplan:

Op 19 december 2013 heeft de gemeenteraad het bestemmingsplan Landelijk Gebied vastgesteld.

Hiertegen zijn 18 beroepschriften ingediend bij de Raad van State.

Reactieve aanwijzing:

Op 28 januari 2014 heeft het college van GS over 11 onderdelen van het bestemmingsplan Landelijk gebied een reactieve aanwijzing gegeven. Hiertegen zijn 10 beroepschriften ingediend waaronder op twee onderdelen door de gemeenteraad van Soest.

De behandeling van de beroepen tegen de reactieve aanwijzing zal vóór de behandeling van de beroepen tegen het bestemmingsplan zijn.

Proactieve aanwijzing:

Op 28 januari 2014 heeft het college van GS op 2 onderdelen het voornemen uitgesproken voor een proactieve aanwijzing en het nemen van een voorbereidingsbesluit. Het gaat hierbij om ruwvoerdergewassen in veengebieden, de Paardenkamp, Birkstraat 107 en het nemen van een voorbereidingsbesluit.Tegen het voornemen voor een proactieve aanwijzing zijn bij het college van GS meerdere zienswijzen ingediend waaronder door Soest.

In overleg met belanghebbenden is bekeken of er mogelijkheden zijn een correctie van het bestemmingsplan door te voeren hangende de beroepsprocedure bij de Raad van State.

Onderhavig bestemmingsplan voorziet in deze mogelijkheid. Vanwege de door de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State gehanteerde termijnen voor de afhandeling van een beroepszaak is het zaak deze procedure zo snel mogelijk af te ronden.

Een vooroverlegprocedure met relevante instanties zal dan ook parallel aan de ter inzage legging van het ontwerpbestemmingsplan gevoerd worden.

2.1 Het vastgestelde bestemmingsplan

De aanpassingen in het vaststellingsbesluit van het bestemmingsplan Landelijk gebied van de artikelen 55.8, 55.9 en 55.10 zijn ingegeven door een recent verzoek om uitbreiding van een bestaande woning. Toen is gebleken dat de opgenomen regelingen voor de veiligheidszones munitie onuitvoerbaar zijn. Bij toepassing zouden de artikelen zelf te beperkend zijn voor de bestaande functies binnen de veiligheidszones.

2.2 De reactieve aanwijzing

Op 28 januari 2014 heeft het college van Gedeputeerde Staten besloten op onderdelen een reactieve aanwijzing te geven tegen het door de gemeenteraad vastgestelde bestemmingsplan Landelijk gebied.

Deze correctieve aanwijzing heeft onder andere artikel 57.5 van de regels uit het vastgestelde bestemmingsplan verwijderd. Dit artikel maakte het mogelijk dat het aanwezige bedrijf wordt afgebroken en dat er onder voorwaarden 13 woningen voor in de plaats kunnen worden gerealiseerd .

De reden van het college van GS om dit artikel te verwijderen was dat het opgenomen artikel geen beperkingen stelt aan volume en de maximale bouw- en goothoogte van de 13 te realiseren woningen. Dit is in strijd met het provinciaal ruimtelijk beleid als vastgelegd in de PRV.

Middels deze correctieve herziening kunnen de bepalingen uit artikel 57.5 worden gecorrigeerd. Op de verbeelding zullen de bouw- en goothoogte worden opgenomen evenals de zijdelingse afstand van de te realiseren woningen. Hiermee wordt tegemoetgekomen aan de provinciale kritiek.

Over de aanpassingen is overleg gevoerd met de eigenaar/ontwikkelaar.

2.3 De voorgenomen proactieve aanwijzing

Het definitief nemen door het college van Gedeputeerde Staten van een proactieve aanwijzing kan worden voorkomen door onderhavige correctie van het bestemmingsplan. Dit voornemen heeft betrekking op twee onderdelen van het bestemmingsplan. Ten eerste op het laten vervallen van de verbodsbepaling voor het telen van ruwvoedergewassen in het gehele landelijk gebied en ten tweede op de bestemming van het perceel van het Gagelgat aan de Birkstraat 107.

(8)

Toelichting correctieve herziening bestemmingsplan Landelijk gebied (zoals vastgesteld door de Raad op 18

september 2014) 8

Het verbod voor het telen van ruwvoedergewassen moet volgens GS met name blijven gelden voor de gebieden waar bodemdaling een groot risico is en dat zijn de kwetsbare veengebieden. Deze gebieden zijn in de PRV als zodanig aangewezen.

Bij de Birkstraat 107 is volgens GS een te groot bouwvlak opgenomen en kan niet worden ingestemd met de opgenomen bestemming voor het perceel.

Er zal in de regels een artikel 55.11 worden opgenomen waarin wordt geregeld dat

bodembewerking niet is toegestaan in als zodanig aangewezen gebieden waarbij veen aan de oppervlakte gebracht wordt of kan worden gebracht. Op de verbeelding wordt dit weergegeven middels een gebiedsaanduiding "milieuzone - bodembeschermingsgebied".

In nauw overleg met de Gedeputeerde van de provincie is besloten dat voor het perceel Birkstraat 107 de bestemming zal worden gehandhaafd maar dat het bouwvlak behorende bij het agrarisch bedrijf zal worden verkleind en deels verlegd. Ook de Paardenkamp als gebruiker en eigenaar van het perceel kan instemmen met het voorstel.

2.4 De beroepschriften

Tegen zowel het bestemmingsplan als tegen de reactieve aanwijzing zijn beroepschriften ingediend. Voor deze correctieve herziening zijn alleen de beroepschriften gericht tegen het bestemmingsplan van belang. De beroepschriften tegen de reactieve aanwijzing zijn gericht tegen een besluit van het college van Gedeputeerde Staten van Utrecht.

Beoordeeld is of er beroepschriften zijn die kunnen worden ingetrokken als het vastgestelde bestemmingsplan wordt gecorrigeerd. Omdat een correctieve herziening hangende beroep geen grote afwijzing ten opzichte van het vastgelegde bestemmingsplan mag zijn blijft uiteindelijk één beroepschrift over welke kan worden meegenomen in deze correctieve herziening. Op de

verbeelding zal middels een aanduiding voor een bestaande schuur in de tuin behorende bij het perceel kadastraal bekend gemeente Soest sectie C nummer 3225 (achter Birkstraat 159) worden weergegeven. Hiermee kan worden tegemoetgekomen aan de wensen van de indiener van het beroepschrift.

(9)

HOOFDSTUK 3 Beleidskader en sectorale onderzoeken

3.1 Algemeen beleidskader

Een bestemmingsplan mag niet in strijd zijn met de verschillende beleidsdocumenten op nationaal, provinciaal, regionaal of gemeentelijk niveau. Daarom is er in de toelichting van elk

bestemmingsplan een hoofdstuk opgenomen waarin het bepaalde in het bestemmingsplan getoetst wordt aan de geldende beleidskaders.

Voorliggend bestemmingsplan betreft een herziening, of feitelijk een reparatieplan, van het zeer recentelijk vastgestelde 'moederplan' Landelijk gebied. De zaken die door middel van deze

correctie gerepareerd worden zijn over het algemeen van beperkte omvang en van ondergeschikte aard. De grotere afwijkingen zullen geregeld worden middels aparte nieuwe

postzegelbestemmingsplannen. Bij deze grotere aanpassingen zijn namelijk extra onderzoeken noodzakelijk gebleken.

Er worden bijvoorbeeld geen nieuwe bestemmingen mogelijk gemaakt, en er worden geen bouwvlakken vergroot, waardoor bedrijven opeens veel meer uitbreidingsmogelijkheden hebben.

Bij het perceel Birkstraat 107 wordt de oppervlakte van het bouwvlak juist verkleind maar blijft de bouwmogelijkheid die al was beperkt ten opzichte van reguliere agrarische bedrijven, gelijk.

Daarom is voor dit soort wijzigingen een nadere toetsing aan de beleidskaders en sectorale onderzoeken niet nodig.

De aanpassingen ten aanzien van de veiligheidszones bestaat uit een kennelijke omissie. Dit zijn louter tekstuele aanpassingen van ommissies die verder geen concrete ruimtelijke gevolgen hebben. Daarom wordt hier ook afgezien van toetsing aan de beleidskaders in dit

bestemmingsplan.

Bij de aanpassingen die betrekking hebben op het veranderen van de bestemming is sprake van het aanpassen naar het feitelijk gebruik. Ook hier kan toetsing aan relevant beleid achterwege blijven. Er worden immers geen nieuwe bestemmingen en of ontwikkelingen mogelijk gemaakt.

Resumerend kan gesteld worden dat voor de toetsing aan de beleidsaspecten verwezen kan worden naar hoofdstuk 2 van het vastgestelde plan Landelijk gebied. Vanwege het niet mogelijk maken van nieuwe bestemmingen in dit plan, en de te verwaarlozen ontwikkelingsmogelijkheden die dit plan biedt, voldoet dit plan aan het beleid zoals dat uiteen is gezet in de toelichting van het vastgestelde bestemmingsplan Landelijk gebied (het 'moederplan').

3.2 Sectorale aspecten

In een bestemmingsplan dient aangetoond te worden dat er sprake is van een 'goede ruimtelijke ordening'. Onderdeel hiervan is dat het plan niet in strijd is met een aantal milieuaspecten, zoals bodem en water.

Voorliggend bestemmingsplan betreft een herziening, of feitelijk een reparatieplan, van het zeer recentelijk vastgestelde 'moederplan' Landelijk gebied. De zaken die door middel van dit plan gerepareerd worden zijn over het algemeen van beperkte omvang en van ondergeschikte aard.

In lijn met het de inhoud van paragraaf 3.1 kan ook hier geconcludeerd worden dat voor de aanpassingen een verwijzing naar de sectorale onderzoeken in het vastgestelde plan volstaat.

Er zullen geen noemenswaardige veranderingen optreden. Qua archeologie blijft hetzelfde gelden zoals bepaald in de betreffende dubbelbestemmingen waarop de gronden liggen. Geen van de aanpassingen conflicteert met het gestelde in de betreffende paragrafen in het vastgestelde plan.

Conclusie

Geconcludeerd wordt dat er geen problemen te verwachten zijn met de in het vastgestelde plan opgenomen sectorale aspecten. Een verwijzing naar de sectorale aspecten in de toelichting van het vastgestelde plan volstaat dan ook.

(10)

Toelichting correctieve herziening bestemmingsplan Landelijk gebied (zoals vastgesteld door de Raad op 18

september 2014) 10

(11)

HOOFDSTUK 4 UITVOERBAARHEID

4.1 Economische uitvoerbaarheid

Deze herziening dient tot reparatie van een aantal onvolkomenheden in het vastgestelde plan Landelijk gebied.

Voorliggend plan maakt geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk ten opzichte van het vastgestelde plan. Een aantal aanpassingen zijn naar aanleiding van particulier initiatief en kosten zullen door laatstgenoemde betaald worden. De verantwoordelijkheid voor financiële haalbaarheid ligt dus bij de initiatiefnemer, waarmee de economische uitvoerbaarheid voor de gemeente gewaarborgd is 4.2 Maatschappelijke uitvoerbaarheid

Van 26 juni 2014 tot 7 augustus 2014 wordt het ontwerp plan "Correctieve herziening bestemmingsplan Landelijk gebied" ter inzage gelegd.

4.2.1 Zienswijzen

Van de ingediende zienswijzen tegen het ontwerpbestemmingsplan zal ter zijner tijd in deze toelichting een nota worden opgenomen met daarin een samenvatting van de zienswijze evenals een gemeentelijke reactie op de zienswijzen.

4.2.2 Overleg conform artikel 3.1.1 Bro

Gelijktijdig met de terinzagelegging wordt het ontwerpbestemmingsplan is in het kader van het overleg, als bedoeld in artikel 3.1.1. van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) toegestuurd aan de volgende diensten en instanties:

1. Provincie Utrecht

2. Dienst Vastgoed Defensie: Directie West 3. Adviescommissie Milieu en Ruimte 4. LTO Noord, afd. Eemland

5. Waterschap Vallei en Veluwe

(12)

Toelichting correctieve herziening bestemmingsplan Landelijk gebied (zoals vastgesteld door de Raad op 18

september 2014) 12

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Deze ambtshalve herziening betreft primair het in diverse bepalingen in het bestemmingsplan Lande lijk gebied Woerden, Kamerik, Zegveld vastleggen van het principe dat in geval

Na deze herziening geldt dat voor cultuurhistorisch waardevolle bebouwing gelegen op gronden met een aanduiding ‘vab’ de vrijstelling voor ander gebruik gekoppeld is aan

Het bevoegd gezag kan via een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 2.2 van dit artikel voor de plaatsing van een (tijdelijke) woonunit, aanvullend op de

De bepaling dat permanente teeltondersteunende voorzieningen alleen binnen het bouwblok zijn toegestaan is ingegeven vanuit de provinciale doelstellingen voor het buitengebied:

Samengevat kan geconcludeerd worden dat er in het kader van externe veiligheid geen belemmeringen zijn voor de bouw van 7 woningen in het plangebied 'Keenseweg - achter

Bij het aanvragen van een omgevingsvergunning voor het bouwen overeenkomstig de regels voor de andere op deze gronden voorkomende bestemmingen waarbij het daadwerkelijk te

Voor het bouwen van bouwwerken geen gebouwen en overkappingen zijnde, gelden de volgende regels:. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen en overkappingen zijnde bedraagt maximaal

Binnen deze bestemming mogen bouwwerken, geen gebouwen en overkappingen zijnde, ten dienste van deze bestemming worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels:.