Vraag nr. 28
van 14 november 2003
van de heer LUK VAN NIEUWENHUYSEN E-g overnment en digitale televisie – Brusselse V l a-mingen
Met haar e-bestuursprogramma wil de V l a a m s e overheid een geïntegreerd overheidsloket creëren dat ervoor zorgt dat alle burgers, b e d r i j v e n , o r g a n i-saties en dergelijke met een interactieve overheid kunnen communiceren. Het heet dat alle overhe-den samenwerken om iedereen in V l a a n d e r e n , o n-afhankelijk van plaats en tijd, een efficiënte dienst-verlening van de overheid aan te bieden.
Eén van de beleidsinstrumenten die daartoe wor-den ingezet, is de interactieve digitale televisie. A l s ik minister Van Mechelen deze zomer op de radio goed heb begrepen, heeft hij in dat verband een overeenkomst afgesloten met de drie televisiezen-ders en de twee grote Vlaamse kabeldistributie-maatschappijen.
Kan de minister mij in dat verband verzekeren dat de Brusselse Vlamingen evengoed als de andere Vlamingen via het instrument van de interactieve digitale televisie met de Vlaamse overheid zullen kunnen communiceren ?
N.B. Deze vraag werd gesteld aan de ministers Ceysens (vraag nr. 17) en Keulen (nr. 28).
Antwoord
Zullen de Brusselse Vlamingen evengoed als de andere Vlamingen via het instrument van de inter-actieve digitale televisie met de Vlaamse overheid kunnen communiceren?
Op 3 september 2003 werd een overeenkomst ge-sloten met betrekking tot het project "Vlaanderen Interactief : Onderzoek en Ontwikkeling interac-tieve Digitale Televisie Vlaanderen (iDTV)". P a r-tijen bij deze overeenkomst zijn de Vlaamse rege-ring (vertegenwoordigd door minister Van Meche-len) en het IWT enerzijds, en een consortium be-staande uit de twee belangrijkste Vlaamse distribu-tienetwerkorganisaties (Telenet en Interkabel) en de drie belangrijkste Vlaamse omroeporganisaties ( V RT, VMMa en VT4) anderzijds. Voor de realisa-tie van het iDTV-project ontvangt het consortium een steun van de Vlaamse overheid ten belope van nagenoeg 12,4 miljoen euro, 50 % van de totale be-groting van het project.
De bedoeling van het iDTV-project is tweevoudig : – een prototype bouwen van een open en
ge-meenschappelijk platform voor interactieve di-gitale televisie dat toegankelijk is voor alle hui-dige en toekomstige, grote en kleine spelers uit de betrokken waardeketen ;
– de met dit platform gerelateerde mensweten-schappelijke problemen onderzoeken, m e d e dankzij de inbreng van diverse Vlaamse onder-zoeksinstellingen.
Het betrokken platform voor interactieve digitale televisie zal niet alleen toegang bieden tot de klas-sieke interactieve televisietoepassingen en tot een verhoogd aanbod van "premium" kanalen, het zal ook toegang bieden tot (weliswaar aangepaste) toepassingen van de internetwereld. Daarbij wordt een zekere universele dienstverlening nagestreefd, onder meer doordat het platform de mogelijkheid biedt om overheidsdiensten te gebruiken ( eg o v e r n -ment).
Bovendien wordt via het iDTV-project een bijdra-ge bijdra-geleverd tot het dichten van de digitale kloof : het televisiemedium is goed ingeburgerd, l a a g-drempelig en gebruiksvriendelijk zodat via dit me-dium meer burgers toegang krijgen tot de informa-tiemaatschappij en actief de voordelen ervan kun-nen benutten.
De ontwikkeling van iDTV en de toegang ertoe voor het grote publiek zijn niet alleen economisch maar ook maatschappelijk van belang, b i j v o o r-beeld in de context van de algemene toegankelijk-heid van overtoegankelijk-heidsdiensten. Eén van de doelstellin-gen van het platform is immers om via de televisie en zijn afstandsbediening op een vertrouwde, e e n-voudige manier – vergelijkbaar met het consulteren van teletekst – overheidsdiensten (eg o v e r n -menttoepassingen) ter beschikking te stellen. D e laagdrempeligheid van het televisiemedium kan zorgen voor een betere penetratie van dit soort dienstverlening bij die lagen van de bevolking voor wie de thuiscomputer gekoppeld aan het internet minder evident is.
belangstel-ling om, eerst in de regio Leuven en later in de regio Brussel, testen uit te voeren met het M H P-p l a t f o r m . Rechtstreekse deelname aan het consortium wordt niet opportuun geacht, g e z i e n het laattijdig karakter van hun belangstelling ener-zijds en gezien het marginale aandeel van deze ka-beloperator in het betrokken kabellandschap. O o k met de andere Brusselse kabelmaatschappijen be-oogt men gesprekken aan te knopen, onder meer met Brutélé, actief in het Brusselse Hoofdstedelij-ke gewest en in het Waalse gewest. Formeel kun-nen deze gesprekken pas starten wanneer de ver-koop van Canal Plus zal zijn afgerond.
