• No results found

Eindexamen wiskunde A 1-2 havo 2005-II

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Eindexamen wiskunde A 1-2 havo 2005-II"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Eis

IJsproducent Pinguïn produceert 2,94 miljoen bekertjes roomijs.

De hoeveelheid ijs die in de bekertjes gedaan wordt, is bij benadering normaal verdeeld.

Op zo’n bekertje staat dat het 125 ml ijs bevat. In werkelijkheid zal dat zelden precies 125 ml zijn.

Pinguïn stelt het vulgemiddelde van de vulmachine in op 129,8 ml, zodat er gemiddeld 129,8 ml ijs in de bekertjes terechtkomt.

De standaardafwijking van de hoeveelheid ijs die in de bekertjes terechtkomt is 2,2 ml.

4p 16 † Bereken hoeveel bekertjes er naar verwachting tussen 124 en 126 ml ijs bevatten.

Geef je antwoord in duizenden bekertjes nauwkeurig.

Als Pinguïn het vulgemiddelde zou instellen op 125 ml, dan zou de helft van de bekertjes minder dan 125 ml ijs bevatten. De overheid eist echter dat hooguit 5%

van de bekertjes minder dan 125 ml ijs bevat.

4p 17 † Toon aan dat Pinguïn met zijn instelling van de vulmachine aan de eis van de overheid voldoet.

Pinguïn kan zijn vulgemiddelde lager instellen en toch aan de eis van de overheid blijven voldoen. Bij elk lager vulgemiddelde blijft de standaardafwijking 2,2 ml.

Het instellen van zo’n lager vulgemiddelde levert bij 2,94 miljoen bekertjes een aardige besparing op aan de hoeveelheid roomijs die men moet produceren. De productiekosten van het roomijs bedragen 0,73 euro per liter.

5p 18 † Bereken hoeveel euro Pinguïn maximaal kan besparen.

foto

 www.havovwo.nl

Eindexamen wiskunde A 1-2 havo 2005-II

havovwo.nl

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In het staafdiagram in figuur 1 zijn de gemiddelde temperaturen van de maand september van de jaren 1901 tot en met 2000 weergegeven.. Hierbij is afgerond op

Zo zijn er veel verschillende symbolen te maken waarbij het niet uitmaakt hoeveel van de vier bovenste en de vier onderste stukken zwart zijn gemaakt.. 4p 19 † Bereken het

Bij de looponderdelen moet het aantal punten toenemen wanneer M afneemt en bij de overige onderdelen moet het aantal punten toenemen als M

[r]

In figuur 2 zijn vier cumulatieve frequentiepolygonen (I, II, III en IV) voor de eerste 12 weken getekend. 3p 4 † Welke van deze vier cumulatieve frequentiepolygonen past het

Als ze een maand later het vaasspel voor de tweede keer spelen, is de kans op een meisje niet meer 50%, want er zijn nu drie leden.. Is dat derde lid een meisje, dan zijn twee van de

Voor het bepalen van een veilige afstand tussen twee auto’s bekijkt men vaak de remweg.. Dat is de afstand die een automobilist nodig heeft om, vanaf het moment dat hij gevaar

Een automaat is zo nauwkeurig afgesteld dat een munt van 2 euro wordt geweigerd als deze meer dan 0,40 mm van het gemiddelde afwijkt.. In de automaat worden 10 000 willekeurige