• No results found

(Antwoord Eddy Baldewijns :Bulletin van Vragenen Antwoorden nr.5 van 7 januari 1998,blz.785 –red.)

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "(Antwoord Eddy Baldewijns :Bulletin van Vragenen Antwoorden nr.5 van 7 januari 1998,blz.785 –red.)"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 20

van 26 oktober 1998

van de heer ANDRE DENYS

Valorisatie universitair onderzoek – Verdeelsleutel extra middelen

In het kader van het innovatiebeleid voorziet de minister bevoegd voor Wetenschap en Technologie in bijkomende financiële middelen voor de univer-sitaire diensten die instaan voor de valorisatie van onderzoeksresultaten.

De administratie Wetenschap en Innovatie pleegt hierover momenteel overleg met de universiteiten en stelt voor deze bijkomende middelen te verde-len onder de Vlaamse universiteiten aan de hand van de gegevens over inkomsten voor onderzoek die zijn opgenomen in de jaarverslagen van de uni-versiteiten.

1. Hanteren de universiteiten bij het opstellen van de financiële gegevens die zijn verwerkt in de jaarverslagen dezelfde criteria ? Worden bij-voorbeeld de mandaten en de middelen die worden toegekend door het FWO-Vlaanderen (Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek), het IWT (Vlaams Instituut voor de Bevordering van het Wetenschappelijk Technologisch Onder-zoek in de Industrie) en de Europese Unie door alle universiteiten hierin op dezelfde manier verwerkt ?

2. Hoe worden de onderzoeksmiddelen die in de academische ziekenhuizen worden aangewend in deze verslagen verwerkt ? Hoe worden de dienstbetooncontracten verwerkt ? Is het cor-rect dat sommige instellingen hiervoor één of meerdere aparte rechtspersonen gebruiken ? 3. Worden de financiële gegevens verwerkt in de

universitaire jaarverslagen, gecontroleerd door de administratie Onderwijs, de regeringscom-missarissen, de afgevaardigden van begroting en het Rekenhof ? Wordt bij dit nazicht nagegaan of alle universiteiten hun boekhouding op een uniforme manier opstellen ?

N.B. Deze vraag werd eveneens gesteld aan de heer Eddy Baldewijns, Vlaams minister van Onderwijs en Ambtenarenzaken.

Antwoord

De Vlaamse regering heeft een besluit voorbereid en goedgekeurd betreffende de toekenning van subsidies aan de Vlaamse universiteiten voor de

uitvoering van interface-activiteiten, zijnde de acti-viteiten ter bevordering van samenwerking met be-drijven, van economische valorisatie van het uni-versitair onderzoek en van oprichting van spin-off bedrijven.

Bij de voorbereiding van dit besluit werd door de administratie Wetenschap en Innovatie uitgebreid overleg gepleegd met de universiteiten, onder meer over de basis voor de verdeling van de middelen (50 miljoen frank op begroting 1998).

Meestal wordt voor de verdeling van onderzoeks-middelen teruggegrepen naar de verdeelsleutel voor het Bijzonder Onderzoeksfonds. Deze is ge-baseerd op het aantal tweedecyclusdiploma's, het aantal doctoraatsdiploma's en de omvang van de werkingskredieten, en is dus slechts in beperkte mate en op indirecte wijze gerelateerd aan de acti-viteiten voor onderzoek.

Bij de voorbereiding van het besluit voor de onder-steuning van interface-activiteiten werden door de administratie Wetenschap en Innovatie enkele al-ternatieve verdeelsleutels voorgesteld die op een directere wijze zijn gerelateerd met het onder-zoekspotentieel van een universiteit. Eén van de voorstellen had betrekking op de bestedingen voor onderzoeksactiviteiten zoals vermeld in de onder-zoeksverslagen. Dit voorstel werd al snel verlaten omdat werd geconstateerd dat, ondanks de richtlij-nen terzake, de uniformiteit tussen de verslagen niet voldoende groot was.

In het besluit dat nu is goedgekeurd, worden de statistieken van de VLIR (Vlaamse Interuniversi-taire Raad) gehanteerd als basis voor de verdeling, met name de personeelsformatie van zelfstandig academisch personeel, assisterend academisch per-soneel en wetenschappelijk perper-soneel binnen en buiten de werkingskredieten.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De Brusselse Hoofdstedelijke regering heeft tijdens de ministerraad van 28 mei 1998 de federale overheid gevraagd dit ini- tiatief uit te breiden tot de verbetering van de

363 van 10 april 1998 van collega Leo Cannaerts aangaande de erbarme- lijke toestand van de N10 in de omgeving van Lier antwoordde de minister destijds dat het structureel onderhoud

Een gecoördineerd antwoord zal worden verstrekt door de heer Luc Van den Brande, minister-presi- dent van de Vlaamse regering, Vlaams minister van Buitenlands Beleid,

354 van 25 juni aangaande de milieugevolgen in Vlaams-Brabant van het Waalse grensstort in Bas- sily, deelt de minister mee dat hij op basis van de partiële informatie die hij van

Sinds de nieuwe regelgeving buitenschoolse kin- deropvang van kracht is, heeft Kind en Gezin op 14 augustus 1997 de initiatieven voor buiten- schoolse opvang geïnformeerd over de

17 van 2 oktober 1996 betreffende een mogelijke veroorde- ling door de Europese Commissie wegens de onderhandse toekenning, antwoordde de minister-president dat er een klacht was van

276 van 18 september 1998 aangaande de gevolgen van de toenemende aantrekkingskracht die het Neder- landstalig onderwijs langs de taalgrens uitoefent op kinderen die in het

Ik ben tot op heden noch betrokken, noch geïn- formeerd over de werkzaamheden van de Plan- ningscommissie Medisch Aanbod die is opge- richt bij het federale ministerie van