• No results found

19 89

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "19 89"

Copied!
7
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

_ Correctievoorschrift VWO

Q)

"C C ::::J

~

.-

Q)

J::U

Cl)

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs

Inhoud

I Algemene regels 2 Scoringsvoorschrift 2.1 Scoringsregels 2.2 Antwoordmodel .

19

Tijdvak 2

89

819248 18CV Begin

(2)

_ 1 Algemene regels

In het Eindexamenbesluit dagscholen VWO/HAVO/MAVO zijn twee artikelen opgenomen die betrekking hebben op de scoring van het schriftelijk werk, namelijk artikel 27 en artikel 28. Deze artikelen moeten alsvolgt worden geïnterpreteerd:

1 De examinator en de gecommitteerde zijn verplicht het scoringsvoorschrift voor de scoring van het schriftelijk werk toe te passen.

2 De examinator en de gecommitteerde stellen in onderling overleg de score voor het schriftelijk werk vast. Komen ze daarbij na mondeling overleg op basis van het scoringsvoorschrift niet tot overeenstemming, dan wordt de score vastgelegd op het rekenkundig gemiddelde van beide voorgestelde scores, (indien nodig) naar boven afgerond op een geheel getal.

_ 2 Scoringsvoorschrift

Voor de beoordeling van het schriftelijk werk heeft de Centrale Examencommissie Vaststelling Opgaven (CEVO) het volgende scoringsvoorschrift opgesteld.

2.1 Scoringsregels

1 De examinator vermeldt de scores per vraag en de totaalscores op een aparte lijst.

Per vraag is in het antwoordmodel een maximumscore aangegeven.

2 Bijde scoring van een onderdeel van het schriftelijk werk zijn alleen gehele punten geoorloofd. Een toegekende score kan nooit lager zijn dan

o.

3 Een volledig juiste beantwoording van een vraag levert het aantal punten op dat in het antwoordmodel als maximumscore staat aangegeven.

4 Voor het schriftelijk werk kunnen maximaal 100 scorepunten toegekend worden.

Elke kandidaat krijgt vooraf 10scorepunten. De score voor het schriftelijk werk wordt dus uitgedrukt op een schaal van 10tot en met 100punten.

5 Indien een gegeven antwoord niet in het antwoordmodel voorkomt en dit antwoord op grond van aantoonbare vakinhoudelijke argumenten als "juist" of "gedeeltelijk juist"

gekwalificeerd kan worden, moet het aantal beschikbare punten geheel of gedeeltelijk aan het gegeven antwoord worden toegekend naar analogie of in de geest van het antwoordmodel.

6 Indien in een gegeven antwoord een gevraagde verklaring, uitleg of berekening ontbreekt, dan wel foutief is,kunnen geen punten worden toegekend, tenzij in het antwoordmodel anders isaangegeven.

7Indien in het antwoordmodel een gedeelte van het antwoord tussen haakjes staat, behoeft dit gedeelte niet noodzakelijk in het antwoord van de kandidaat voor te komen.

8 Indien een kandidaat meer antwoorden (in de vorm van voorbeelden, redenen e.d.) geeft dan er expliciet gevraagd worden, dan komen alleen de eerstgegeven antwoorden v-oor beoordeling in aanmerking.

Indien er slechts één antwoord expliciet gevraagd wordt, wordt dus alleen het eerstgegeven antwoord in de beoordeling betrokken.

9 Een fout mag in de uitwerking van een vraag maar één keer in rekening gebracht worden, ook al werkt ze verder in de uitwerking door, tenzij daardoor de vraag aanzienlijk vereenvoudigd wordt, of tenzij in het antwoordmodel anders is vermeld.

JO Identieke fouten in verschillende vragen moeten steeds in rekening gebracht worden, tenzij in het antwoordmodel anders is vermeld.

819248 18CV 2 Leesverder

(3)

11 Een antwoord mag één cijfer meer of minder bevatten dan op grond van de nauwkeurigheid van de verstrekte gegevens verantwoord is. Bij grotere

(on)nauwkeurigheid moet één punt worden afgetrokken.

Voor een rekenfout in een berekening wordt ook één punt afgetrokken.

Maximaal wordt voor een fout in de nauwkeurigheid van het antwoord en voor rekenfouten in de berekening samen één punt van het aantal punten van het desbetreffende onderdeel afgetrokken.

12 Indien in een vraag niet naar de toestandsaanduidingen wordt gevraagd, behoeven deze in de antwoorden niet in beschouwing te worden genomen (fouten in

toestandsaanduidingen worden dan dus niet in rekening gebracht).

Het verdient aanbeveling descoring van het examenwerk per vraag uit te voeren en tijdens de scoringsprocedure de volgorde vanexamenwerken enkele keren te wijzigen.Dit om

ongewenste beoordelingseffecten tegen te gaan.

2.2 Antwoordmodel

Antwoorden Deel-

scores

_ Opgave!

Maximumscore 4 1 0 Het juiste antwoord is:

4 CrP3' FeO

+

8 Na2C03

+

7°2 -+ 8 Na2Cr04

+

2FeP3

+

8 CO2

· juiste formules, aan juiste kant van de pijl ---'---1

· juiste coëfficiënten vóór CrP3' FeO, Na2Cr04 èn FeP3 ---,-1__

· coëfficiënt vóór Na2C03 gelijk aan coëfficiënt vóór Na2Cr04 envóór CO2 èn gelijk aan

2 x coëfficiënt vóór CrP3 . FeO ---,1__

· zuurstofbalans in orde gemaakt met coëfficiënt vóór 02 ____:1__

Maximumscore 4

2 0 vermelding dat chroom(III) wordt omgezet in chroom(VI)

· dus chroom(III) isreductor

·vermelding dat ijzer(II) wordt omgezet in ijzer(lII)

· dus ijzer(II) is (ook) reductor

1 1 1 1

Maximumscore 3

3 0 water toevoegen (en verwarmen en/ of roeren)

· vervolgens: mengsel filtreren

· filtraat indampen

1 1 1

· indien antwoord is gegeven dat neerkomt op "uitsmelten

+

filtreren" of "uitsmelten

+

afgieten" ---=2'----_

· indien antwoord is gegeven dat neerkomt op destillatie of chromatografie o.i.d. ---,0,----__

Maximumscore 4

4 0 Een juiste berekening leidt tot het antwoord 97,4(%).

· notie dat bij overgang Crp/- -+ 2Cr 12elektronen worden opgenomen ----'1'----__

· notie dat bij overgang Cr20/- -+ 2 CrH 6 elektronen worden opgenomen ----'1'----__

· berekening aantal elektronen dat door bijvoorbeeld (gemiddeld) 100 ionen Cr20/- wordt opgenomen:

95,0 x aantal elektronen bij de omzetting van een ion Cr20/- in 2 atomen Cr

+

5,0 x aantal elektronen bij de omzetting van een ion Cr20/- in 2ionen CrH ___:_1__

· juiste berekening percentage elektronen uit de gevonden aantallen elektronen ___:_1__

819248 18CV 3 Lees verder

(4)

Antwoorden Deel- scores Maximumscore 4

5 0 CrH reageert met PbO, ---=2=--__

·notie dat VO van PbO,

+

H+

+

SO/- /PbS04 hoger is dan VO van Cr20/-

+

H+ /CrH ---=2=--__

·indien antwoord is gegeven als "dan wordt CrH aan de positieve elektrode geoxideerd tot

Cr.O,":" ----=-1__

Maximumscore 4 6 0 .[CrH][OH-p = 10-30

·[OH-] = 10-6,5 of [OH-] = 3.10-7

· berekening [CrH]: Ks delen door [OH-P (en constatering dat [CrH] zeer klein is)

1 2 1

· indien in [CrH][OH-p = 10-30 is ingevuld [OH-] =3[CrH] maar verder correct

uitgewerkt 2

_ Opgave 2

Maximumscore 4

7 0 Het juiste antwoord is Pn03n+,ln+21-.

· vermelden index bij 0: 3n+'

· lading in overeenstemming met de vermelde indices

2 2

Maximumscore 4

8 0 3-

OH 0 0

I I I

HO - P - o - p - 0 - p - 0

I I I

0 0 0

1

3-

0 OH 0

I I I

o - p - 0 - p - o - p - 0

I I I

0 OH 0

1

3-

0 OH 0

I I I

HO - P - 0 - p - o - p - 0

I I I

0 0 0

r

l

HO - 0p - 0 - p - 0 - pI 0I 0I - OH

r

I I I

0 0 0

1

1

Aftrek: indien van één van boven weergegeven ionen meerstructuurformules zijn vermeld, voor elke overtollige structuurformule 1 punt aftrekken.

Opmerking

Geen puntenaftrek als deladingen en de haken niet zijn vermeld.

819248 18CV 4 Lees verder

(5)

Antwoorden Deel- scores Maximumscore 6

9 0 Een juiste berekening leidt tot het antwoord dat niet alle Ca2+kan worden gebonden.

· berekening aantal mg Ca2+in 10 I water: 16 x 7,1 x 10

· berekening aantal mmol Ca2+in 10 Iwater: delen door atoommassa van Ca

· berekening aantal g P in 49 g wasmiddel: 0,045 x 49

· berekening aantal mmol P in 49 g wasmiddel: delen door atoommassa van P èn vermenigvuldigen met 1000

· aantal mmol P30105- =taantal mmol P

· conclusie in overeenstemming met het resultaat van de berekening

1 1 1

1 1 1 Maximumscore 4

10 0 Het juiste antwoord is:

PPI05- + 2 HP + 5 H+ .... 3 H3P04 of PPI05-

+

5 Hp+ .... 3 H3P04

+

3 HP

·juiste formules, aan juiste kant van de pijl

· juiste coëfficiënten vóór P30105- èn vóór H3P04

· juiste coëfficiënt vóór HP

. juiste coëfficiënt vóór H+ of H30+

1 1 1 1

Maximumscore 4

11 0 Een juiste berekening leidt tot een antwoord dat bijvoorbeeld genoteerd kan zijn als 0,074 : 1,0.

· evenwichtsvoorwaarde, bijvoorbeeld genoteerd als Kz = [HP+][Hl04 -]

[H3P04] 1

· Kz = 7,4.10-3 of pKz = 2,13

.. b k . [H2P04 -] . h d

·JUIste ere emng [H

3

P04] UIt evenwie tsvoorwaar e

1 2

· indien vermeld [H30+] (of [H+]) = [H2P04-] = 1,0.10-1, maar overigens correct

uitgewerkt 2

Maximumscore 4

12 0 Een juiste berekening leidt tot het antwoord 5,0 of 5,1 (massa %).

· aflezen aantal ml orthofosfaatoplossing uit diagram: 1,7 of één van de waarden uit het

interval 1,65 t/rn 1,70 __:1__

· berekening aantal mg Pin 1,0 ml wasmiddeloplossing: vermenigvuldigen met 6,5.10-3 _1:....___

· berekening aantal mg P in 250 mi: vermenigvuldigen met 250 _1:...._ __

· berekening massapercentage: delen door 54 en vermenigvuldigen met 100 _____:1__

819248 18CV 5 Lees verder

(6)

Deel- scores Antwoorden

_ Opgave 3

Maximumscore 4

13 0 notie dat in een N,N-dimethylethaanamide-molekuul geen H atoom aan N gebonden is __:_1 __

. notie dat (daardoor) bij N,N-dimethylethaanamide geen vorming van H-bruggen mogelijk

1 is

. notie dat (daardoor) N,N-dimethylethaanamidemolekulen minder stevig aan elkaar gebonden zijn dan N-methylethaanamide-molekulen

2

Opmerking

Geen puntenaftrek als in plaats van de term Il-brug een correcte beschrijving of tekening van de binding tussen N-methylethaanamide-molekulen is gegeven.

Maximumscore 4

14 0 Het juiste antwoord is: H - N - CH3

I

CH3

· indien als antwoord is gegeven H2N - CH3 of CH3 - N - CH3 CH

I

3

o

Maximumscore 4

15 0 Het juiste antwoord is:

CH3 - N = C =

° +

2 OH- ...CH3 - NH2

+

CO/-

· formules CH3 - N = C = Oen OH- links van de pijl

· formules CH3 - NHzen C032- rechts van de pijl

· juiste coëfficiënten

1 1 2

· indien als antwoord één van de volgende vergelijkingen is vermeld:

CH3 - N = C =

°

+ 2 Hp ...CH3 - NH2 + CO/- + 2 H+ of

CH3 - N = C =

° +

HP ...CH3 - NH2

+

CO2 2

Maximumscore 3

16 0 Het juiste antwoord moet de notie bevatten dat het N atoom niet aan de "oktetregel"

voldoet.

Maximumscore 4

17 0 notie dat uit N-methylethaanamide (in deelreactie I) molekulen ontstaan waarin geen H

meer aan N gebonden is ---=.3__

· vermelding dat zo'n molekuul in stap 11.1 niet verder kan reageren ____:1__

Maximumscore 3

18 0 notie dat (in stap 11.3) CH3@en CH20@ ontstaan __:_--1

· notie dat (in stap 11.3)0

=

C

=

Ne en 0

=

C

=

15Ne ontstaan __:_1__

· dus: (door combinatie van deze vier ionen) vier verschillende soorten molekulen __:_1 __

Maximumscore 2

19 0 notie dat CH2D - NHz een evengrote molekuulmassa heeft als CH3-15NH2

· dus: drie verschillende molekuulmassa's

1 1

819248 18CV 6 Lees verder

(7)

Antwoorden Deel- scores

_ Opgave 4

Maximumscore 4

20 0 Een juiste berekening leidt tot het antwoord: reactie 2.

·juiste verwerking vormingsenthalpieën Fe304 en Fe203in reacties 1 en 2

· juiste verwerking vormingsenthalpie S02(al of niet met gebruik van de waarde - 2,97· 105J mol-I) èn juiste verwerking vormingsenthalpie FeS2 in de reacties 1 en 2

· rest berekening

· conclusie in overeenstemming met resultaat van berekening Maximumscore 4

21 0 Een juiste berekening leidt tot een antwoord dat, afhankelijk van de berekeningswijze, kan variëren van 1,5 tot 1,7(%).

·berekening molverhouding S02: S = 5,80 :0,20

· aantal g S02 =aantal mol S02 x 64 èn aantal g S = aantal mol S x 32

. aantal g S

· berekening massapercentage S: aantal g S02

+

S x 100%

Maximumscore 2

22 0 Het juiste antwoord moet de notie bevatten dat bij hogere temperatuur het evenwicht meer links ligt.

Maximumscore 2

23 0 Het juiste antwoord moet de notie bevatten dat de evenwichtsligging niet meer zal veranderen en dat het omzettingspercentage dus 65%blijft.

1

1 1 1

2 1 1

· indien antwoord is gegeven als "het evenwicht ligt bij hogere temperatuur meer links, dus

minder dan 90%maar meer dan 65%" ___;:_--0

Maximumscore 5

24 0 Een juiste berekening leidt tot het antwoord 10,7 (ml).

berekeni 1 1 SO . 500 1 . 22,1 5,00

· ere erung aanta mo 310, go eum. 100 x 80 1

,

· aantal mol H+ afkomstig van S03

+

H20 = 2 x aantal mol S03

· berekening aantal mol H+, afkomstig van H2S04 in 5,00 g oleum:

2 (5,00- massa Sa) 98,1

· omrekening totaal aantal mol H+per liter naar mmol H+per 10,0 mi: delen door 100 en vermenigvuldigen met 1000

· berekening aantal ml natronloog uit aantal mmol H+: delen door 0,100

· indien uit berekening blijkt dat de titratie uitsluitend is betrokken op het H2S04 in oleum of uitsluitend is betrokken op het S03in oleum, maar verder correct uitgewerkt

1 1

1

1 1

3

-:urn.

819248 18CV 7

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

9 Een fout mag in de uitwerking van een vraag maar één keer in rekening gebracht worden, ook al werkt ze verder in de uitwerking door, tenzij daardoor de vraag aanzienlijk

JO Een fout mag in de uitwerking van de vraag maar één keer in rekening gebracht worden, ook al werkt ze verder in de uitwerking door, tenzij daardoor de vraag

JO Een fout mag in de uitwerking van de vraag maar één keer in rekening gebracht worden, ook al werkt ze verder in de uitwerking door, tenzij daardoor de vraag

9 Een fout mag in de uitwerking van een vraag maar één keer in rekening gebracht worden, ook al werkt ze verder in de uitwerking door, tenzij daardoor de vraag aanzienlijk

JO Een fout mag in de uitwerking van de vraag maar één keer in rekening gebracht worden, ook al werkt ze verder in de uitwerking door, tenzij daardoor de vraag

Indien meer dan één antwoord gegeven is, worden eveneens geen scorepunten toegekend.. 5 Een fout mag in de uitwerking van een vraag maar één keer worden aangerekend, tenzij

Indien meer dan één antwoord gegeven is, worden eveneens geen scorepunten toegekend.. 5 Een fout mag in de uitwerking van een vraag maar één keer worden aangerekend, tenzij

Indien meer dan één antwoord gegeven is, worden eveneens geen scorepunten toegekend. 5 Een fout mag in de uitwerking van een vraag maar één keer worden aangerekend, tenzij