Bestemmingsplan
Bijlagen bij toelichting
Asten Loverbosch fase 2 2017
Gemeente Asten
Pouderoyen Compagnons vormgeving van stad en land is een handelsnaam van Pouderoyen BV
Pouderoyen BV tel: 024-3224579 fax: 024-3241240
St. Stevenskerkhof 2, 6511 VZ NIJMEGEN e-mail: info@pouderoyen.nl www.pouderoyen.nl
Inhoud bijlagen bij toelichting
Bijlage 1 Laddertoets
Bijlage 2 Historisch bodemonderzoek Bijlage 3 Verkennend bodemonderzoek Bijlage 4 Akoestisch onderzoek
Bijlage 5 Geuronderzoek
Bijlage 6 Onderzoek externe veiligheid Bijlage 7 Waterparagraaf
Bijlage 8 Notitie Beekerloop
Bijlage 9 Archeologisch onderzoek
Bijlage 10 Bijlage 3 bij archeologisch onderzoek Bijlage 11 Bijlage 4 bij archeologisch onderzoek Bijlage 12 Selectiebesluit archeologie
Bijlage 13 Natuuronderzoek Bijlage 14 Verkeersstudie
Bijlage 15 Beantwoording vooroverleg
Bijlage 16 Beantwoording zienswijzen
Pouderoyen Compagnons
Bijlage 1
Laddertoets
woningbouwplan Loverbosch fase 2
Stec Groep aan gemeente Asten
Bouke Timmen & Twan Thissen 6 december 2016
16.165 BT/TT
Laddertoets woningbouwplan Loverbosch fase 2 2
Inhoudsopgave
1 Inleiding 3
1.1 Uw situatie en vraag ... 3 1.2 Onze aanpak ... 3 1.3 Leeswijzer ... 3
2 Uitgangspunten 4
2.1 Ladder voor duurzame verstedelijking ... 4 2.2 Relevante beleidskaders vanuit regio en provincie ... 5 2.3 Projectprofiel: overwegend grondgebonden woningen in een
dorpse omgeving ... 6 2.4 Trede 0: Loverbosch fase 2 is een nieuwe stedelijke ontwikkeling
en daarmee Ladderplichtig ... 6 2.5 Marktregio gemeente Asten, regionale afstemming binnen
subregio De Peel e.o. ... 6
3 Loverbosch fase 2 past binnen de Ladder 9 3.1 Trede 1: Loverbosch fase 2 voorziet in een actuele regionale
behoefte en voldoet daarmee aan trede 1 ... 9 3.1.1 Kwantitatieve behoefte aan circa 765 woningen in de periode
2016 - 2026 ... 9 3.1.2 Kwalitatief beeld: vraag naar dorps wonen en grondgebonden
woningen ... 10 3.2 Trede 2: Loverbosch fase 2 ligt buiten bestaand stedelijk gebied,
geen geschikte alternatieven binnen BSG ... 11 3.3 Trede 3: Loverbosch fase 2 is passend ontsloten en voldoet
daarmee aan trede 3 ... 12
16.165 BT/TT
Laddertoets woningbouwplan Loverbosch fase 2 3
1 Inleiding
1.1 Uw situatie en vraag
U wilt graag woningbouw mogelijk maken op de locatie Loverbosch fase 2. Het plangebied ligt aan de Noordoostzijde van kern Asten, grofweg tussen de Floralaan, de Stegen, de Koestraat en agrarische gronden aan de noord- en oostzijde. Ten zuiden van het plangebied is de eerste fase van het plan Loverbosch inmiddels grotendeels gerealiseerd. Het plangebied heeft in het vigerend bestemmingsplan
‘Beheersverordening Asten Stegen, Koestraat 2013’ nog geen woonbestemming. In het plan Loverbosch fase 2 wilt u circa 240 woningen mogelijk maken, waarvoor een nieuw bestemmingsplan nodig is.
U bent zich bewust van de noodzaak om dit plan te checken en indien nodig te onderbouwen volgens de Ladder voor duurzame verstedelijking (hierna: Ladder). U wilt daarom van ons, als onafhankelijke partij, een Laddertoets op de beoogde woningbouwontwikkeling in Asten.
Figuur 1: plankaart Loverbosch fase 2
Voorlopige stedenbouwkundig ontwerp Loverbosch fase 2. Bron: Pouderoyen, 2015.
1.2 Onze aanpak
Om tot de Laddertoets te komen lopen we de treden van de Ladder systematisch af. Voor de Laddertoets beschrijven en beoordelen we:
• Trede 0: nieuwe stedelijke ontwikkeling, marktregio en regionale afstemming.
• Trede 1: vraag, aanbod en behoefte zowel kwantitatief als kwalitatief.
• Trede 2: wel of geen bestaand stedelijk gebied en mogelijke alternatieven.
• Trede 3 passende ontsluiting van de locatie.
De resultaten van de Laddertoets werken we uit in voorliggende rapportage. Deze kunt u geheel of gedeeltelijk gebruiken als Laddermotivering in de toelichting van het bestemmingsplan voor Loverbosch fase 2.
1.3 Leeswijzer
In hoofdstuk 2 gaan we in op de uitgangspunten die we hanteren voor Loverbosch fase 2. Hier analyseren we relevante beleidskaders en checken we trede 0 (is er sprake van een stedelijke ontwikkeling). Verder bepalen we in hoofdstuk 2 de marktregio van de beoogde ontwikkeling. De drie treden van de Ladder lopen we vervolgens systematisch af in hoofdstuk 3. Bij trede 1 bepalen we of het plan voorziet in een actuele regionale behoefte. Bij trede 2 gaan we in op de ligging van de projectlocatie, binnen of buiten bestaand stedelijk gebied, en hoe mogelijkheden binnen bestaand stedelijk gebied zoal bezien moeten worden. Trede 3 gaat over de ontsluiting van de planlocatie.
16.165 BT/TT
Laddertoets woningbouwplan Loverbosch fase 2 4
2 Uitgangspunten
2.1 Ladder voor duurzame verstedelijking
De Ladder is de motiveringsvereiste voor plannen die een nieuwe stedelijke ontwikkeling mogelijk maken.
Pas als sprake is van een nieuwe stedelijke ontwikkeling moet u die ontwikkeling motiveren volgens de treden van de Ladder. Wij noemen dit trede 0.
In het Bro artikel 3.1.6. lid 2 is geregeld dat de Ladder van toepassing is op bestemmingsplannen, inpassingsplannen, wijzigingsplannen en uitwerkingsplannen. Daarnaast is de Ladder van toepassing op provinciale verordeningen en op met de ‘uitgebreide’ omgevingsvergunning strijdig gebruik (als bedoeld in artikel 2.12, lid 1, onder a, onder 3 van de Wabo).
De Ladder is verankerd in het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) artikel 3.1.6 lid 2. De drie treden in artikel 3.1.6, lid 2 Bro zijn als volgt:
BRO ARTIKEL 3.1.6 LID 2
‘De toelichting bij een bestemmingsplan dat een nieuwe stedelijke ontwikkeling mogelijk maakt, voldoet aan de volgende voorwaarden:
a. er wordt beschreven dat de voorgenomen stedelijke ontwikkeling voorziet in een actuele regionale behoefte;
b. indien uit de beschrijving, bedoeld in onderdeel a, blijkt dat sprake is van een actuele regionale behoefte, wordt beschreven in hoeverre in die behoefte binnen het bestaand stedelijk gebied van de betreffende regio kan worden voorzien door benutting van beschikbare gronden door
herstructurering, transformatie of anderszins, en;
c. indien uit de beschrijving, bedoeld in onderdeel b, blijkt dat de stedelijke ontwikkeling niet binnen het bestaand stedelijk gebied van de betreffende regio kan plaatsvinden, wordt beschreven in hoeverre wordt voorzien in die behoefte op locaties die, gebruikmakend van verschillende middelen van vervoer, passend ontsloten zijn of als zodanig worden ontwikkeld.’
Relevante begrippen
• Stedelijke ontwikkeling
‘Ruimtelijke ontwikkeling van een bedrijventerrein of zeehaventerrein, of van kantoren, detailhandel, woningbouwlocaties of andere stedelijke voorzieningen’ (artikel 1.1.1 onder i, Bro).
• Regio
‘De regio’ is niet nader gedefinieerd in het Bro. Het gaat hier in onze ogen – gebaseerd op de
handreiking van het Rijk en tientallen Raad van State-uitspraken – om de marktregio, die bepaald wordt door de relevante reikwijdte c.q. het verzorgingsgebied van de beoogde functie. Waar ligt kortom het zwaartepunt van de markt c.q. waarvandaan trekt u kopers of huurders van een nieuwbouwwoning?
• Bestaand stedelijk gebied
‘Bestaand stedenbouwkundig samenstel van bebouwing ten behoeve van wonen, dienstverlening, bedrijvigheid, detailhandel of horeca, alsmede de daarbij behorende openbare of sociaal culturele voorzieningen, stedelijk groen en infrastructuur’ (artikel 1.1.1. onder h, Bro).
• Actuele behoefte
De actuele behoefte wordt bepaald door de vraag de komende 10 jaar, op basis van een actuele vraagraming, en het aanbod in harde plannen te confronteren. Vraag minus aanbod is de behoefte.
• Harde plancapaciteit
Plannen waarin ruimtereservering voor een stedelijke ontwikkeling is opgenomen. Voor de Ladder is vooral de harde plancapaciteit van belang.
16.165 BT/TT
Laddertoets woningbouwplan Loverbosch fase 2 5
2.2 Relevante beleidskaders vanuit regio en provincie
Hierna zetten we de belangrijkste vigerende beleidskaders uiteen, voor zover deze van belang zijn voor de ontwikkeling van Loverbosch fase 2 en de toetsing aan de Ladder.
Verordening Ruimte en Structuurvisie Noord-Brabant
In de geactualiseerde Verordening Ruimte (juli 2015) wordt gemeenten gevraagd invulling te geven aan het principe van zorgvuldig ruimtegebruik. Het doel hierbij is om bestaand bebouwd gebied zo goed mogelijk te benutten. Pas als dat niet kan, wordt gezocht naar de beste plek in het buitengebied om nieuwe ruimte te gebruiken. Daarnaast wil de provincie verouderde locaties in stedelijk gebied opnieuw invullen. De Bro- Ladder maakt deel uit van de afweging rond zorgvuldig ruimtegebruik.
In artikel 4.2 van de Verordening is opgenomen dat stedelijke ontwikkeling als hoofdregel alleen mogelijk is binnen vastgesteld bestaand stedelijk gebied. Ook moet uitdrukkelijk een relatie gelegd worden met regionale afspraken over de nieuwbouw van woningen. Deze afspraken (Regionaal Ruimtelijk Overleg) worden jaarlijks gemaakt zijn gebaseerd op de provinciale bevolkings- en woningbehoefteprognose, zoals bepaald in artikel 37.6 van de Verordening. Voor de onderbouwing van de behoefte moet een confrontatie worden gemaakt met de bestaande harde plancapaciteit.
Regionale Agenda Wonen en Regionaal Ruimtelijk Overleg Zuidoost Brabant
De Regionale Agenda Wonen (RAW) benoemt thema’s die van belang zijn op het terrein van wonen per regio. Het is een dynamisch document dat elk jaar wordt geactualiseerd. De provincie kiest in de Structuurvisie voor een indeling in 4 regio’s, West-Brabant, Midden-Brabant, Noordoost-Brabant en Zuidoost-Brabant. De RAW bestaat uit een deel A (specifiek voor de subregio Zuidoost-Brabant) en een deel B (op heel Brabant gericht, met onderwerpen die overal actueel zijn). Deel B dient vooral als
achtergronddocument, voor het schetsen van de context. Bestuurlijke afspraken over de RAW worden in Zuidoost-Brabant genomen in het Regionaal Ruimtelijk Overleg (RRO).
Impact van de RRO-afspraken voor het plan Loverbosch fase 2
In het RRO zijn woningbouwafspraken gemaakt en vastgelegd per subregio. De gemeente Asten ligt in de subregio De Peel en omstreken. Belangrijk voor de Ladder en de provincie is onder andere dat er geen planoverschotten in harde plancapaciteit bestaan/ontstaan in de regio. De hoofdlijn van de RRO afspraken is dat elke gemeente de planologische capaciteit afstemt op de eigen verwachte behoefte over een periode van 10 jaar (provinciale woningbehoefteprognose).Uit het RRO blijkt dat in Asten en andere gemeenten waarmee een verhuisrelatie bestaat geen overschotten in harde plancapaciteit bestaan. Daarmee heeft Asten in principe geen last van overprogrammering in de regio die reguliere migratiestromen kunnen verleggen. Belangrijke opmerking hierbij is dat reguliere migratie onderdeel is van de provinciale prognoses. Daarmee is ook de ‘regionale behoefte’ onderdeel van de vraagramingen die vervolgens zijn vertaald naar de afzonderlijke gemeenten.
CHECK MET ACTUELE INZICHTEN NODIG EN MOGELIJK VAN INVLOED OP UITKOMSTEN LADDERTOETS VOOR PLAN LOVERBOSCH FASE 2
De RRO-afspraken worden in de Brabantse subregio’s jaarlijks geactualiseerd zodat de afspraken steeds gebaseerd zijn op de meest recente cijfers. In deze Laddertoets baseren wij ons op nu beschikbare inzichten en geldende afspraken in de regio. Omdat het plan Loverbosch fase 2 in het najaar van 2017 in procedure gaat is tegen die tijd een check met de dan actuele inzichten en afspraken nodig. Dit heeft mogelijk impact op trede 1 en trede 2 en daarmee op de uitkomsten van de Laddertoets. Te zijner tijd is daarom mogelijk een actualisatie van deze Laddertoets nodig met de nieuwste inzichten.
16.165 BT/TT
Laddertoets woningbouwplan Loverbosch fase 2 6
2.3 Projectprofiel: overwegend grondgebonden woningen in een dorpse omgeving We bekijken de omgeving, ligging, ontsluiting, en andere kenmerken van het plan met een marktbril. Dit vatten we kort en krachtig samen in een projectprofiel. Dit dient als basis voor de Laddertoets hierna.
Tabel 1: profiel Loverbosch fase 2
Kenmerk Toelichting
Ligging Ten noordoosten van de kern Asten, tussen de Floralaan en de N279.
Ontsluiting Via de Floralaan. Aansluiting op A67 en N279.
Omgevingskwaliteit Landelijk gebied, gedeeltelijk grenzend aan de kern Asten.
Vigerende bestemming Agrarisch. Vigerend bestemmingsplan is ‘Beheersverordening Asten Stegen, Koestraat 2013.
Beoogde bestemming Wonen. Maximaal 240 woningen.
Programma Niet in beton gegoten, beoogd programma: 146 grondgebonden woningen in het lage segment, 47 grondgebonden woningen in het middensegment, 14 seniorenwoningen en 33
appartementen.
Kwaliteit Overwegend grondgebonden woningen in verschillende prijsklassen. Dorps karakter.
Doelgroep Overwegend gezinnen.
Fasering Onbekend.
Bron: Stec groep (2016).
2.4 Trede 0: Loverbosch fase 2 is een nieuwe stedelijke ontwikkeling en daarmee Ladderplichtig
Is er sprake van een nieuwe stedelijke ontwikkeling (NSO)? Dan is uw plan Ladderplichtig. Bij nieuwe stedelijke ontwikkelingen waarvoor een nieuw bestemmings-, of wijzigingsplan moet worden gemaakt, aangepast en/of geactualiseerd moet namelijk de Ladder doorlopen worden. Artikel 1.1.1. lid 1 sub i van het Bro geeft de volgende definitie voor een stedelijke ontwikkeling:
‘Ruimtelijke ontwikkeling van een bedrijventerrein of zeehaventerrein, of van kantoren, detailhandel, woningbouwlocatie of andere stedelijke voorzieningen’.
Voor wonen is sprake van een stedelijke ontwikkeling vanaf 11 woningen1. Plan Loverbosch fase 2 maakt planologisch maximaal 240 woningen mogelijk en kwalificeert zich daarmee als woningbouwlocatie in de zin van artikel 3.1.6 Bro.
Om te bepalen of sprake is van een nieuwe stedelijke ontwikkeling is daarnaast relevant hoe de beoogde ontwikkeling zich verhoudt tot het vigerend bestemmingsplan. Op de locatie is nu geen stedelijke functie mogelijk. Het plangebied maakt deel uit van het bestemmingsplan ‘Beheersverordening Asten Stegen, Koestraat 2013’ en heeft een agrarische bestemming. Plan Loverbosch fase 2 maakt daarmee een
functieverandering en nieuw ruimtebeslag mogelijk. Wij taxeren daarom dat er is sprake van een NSO en dus een Ladderplichtig plan.
2.5 Marktregio gemeente Asten, regionale afstemming binnen subregio De Peel e.o.
De marktregio voor uw plan Loverbosch fase 2 bestaat in onze ogen uit de gemeente Asten. Bij de bepaling van de marktvraag voor Loverbosch fase 2, en daarvan afgeleid de actuele, regionale behoefte, is het noodzakelijk om nader in te zoomen op de afbakening van de marktregio. Het gaat bij de Ladder o.a. om het voorkomen van planoverschotten op de (regionale) woningmarkt.
Een belangrijke indicator voor de omvang van de marktregio is het aantal verhuisbewegingen binnen en naar de betreffende gemeente. In veel gevallenkomt het zwaartepunt van de marktregio voor een woningbouwproject overeen met gemeente waarin het is gelegen. Migratiegegevens van alle verhuisde
1 Zie bijvoorbeeld ABRvS, 16 september 2012, ECLI:NL:RVS:2015:2921
16.165 BT/TT
Laddertoets woningbouwplan Loverbosch fase 2 7
personen over de periode 2005-2014 tonen dat 58% van alle gevestigde personen in de gemeente Asten uit de gemeente zelf komt. Verder zijn er verhuisrelaties met omliggende gemeenten als Someren (7%) Deurne (7%) en Helmond (5%). De top-5 is goed voor 80% van alles verhuisbewegingen naar Asten. De verhuisrelaties uit de top-5 worden getoond naar aantal en aandeel in tabel 2.
Tabel 2: verhuisbewegingen naar Asten naar herkomst, top 5
Gemeente Aantal Aandeel (%)
1. Asten 6.149 58%
2. Someren 746 7%
3. Deurne 710 7%
4. Helmond 578 5%
5. Eindhoven 372 3%
Totaal binnen regio Zuidoost-Brabant circa 85%
Overig buiten Zuidoost-Brabant circa 15%
Totaal 100%
Bron: Stec Groep (2016) op basis van CBS migratiegegevens over de periode 2005-2014.
Van de kopers van nieuwbouwkoopwoningen komt circa 61% uit de gemeente Asten zelf. De
nieuwbouwkoopmarkt is daarmee sterker lokaal georiënteerd dan de algehele woningmarkt in Asten.
Regionale woningbouwafspraken in Zuidoost-Brabant en subregio de Peel e.o., geen planoverschotten bij gemeenten waarmee Asten een verhuisrelatie heeft
We nemen ook vraag en aanbod in de grotere regio in ogenschouw, daarbij kijken we primair naar de gemeenten waarmee Asten een verhuisrelatie heeft. Belangrijk voor het afbakenen van de regio is dat in Zuidoost-Brabant in het RRO bestuurlijke afspraken zijn gemaakt over de woningbouwprogrammering. De hoofdlijn hiervan is dat elke gemeente de planologische capaciteit afstemt op de eigen verwachte behoefte over een periode van 10 jaar.
Reguliere migratie tussen gemeenten is onderdeel van de prognose die ten grondslag ligt aan de woningbouwafspraken. Daarmee is ook het stuk ‘reguliere’ regionale behoefte meegenomen in de geprognosticeerde vraag per gemeente. Wanneer gemeenten waarmee een verhuisrelaties bestaat niet meer plannen hebben dan de vraag (maximaal 100% van vraag in harde plannen) en er dus geen overaanbod in harde plannen is in een grotere regio, gaat er in principe geen verstorend effect uit van plannen op reguliere migratiestromen in de regio.
Uit het meest recente RRO2 blijkt dat er geen sprake is van overschotten in harde plancapaciteit3 in de gemeenten in de regio waarmee Asten een verhuisrelaties heeft, zie onderstaande figuur. Hieruit blijkt dat de harde plancapaciteit de woningvraag in de grotere regio niet overstijgt waardoor Asten in principe geen last heeft van overprogrammering in de regio die reguliere migratiestromen kunnen verleggen. Als
marktregio voor het plan Loverbosch fase 2 kijken wij daarom in deze Laddertoets naar de gemeente Asten.
2 RRO Zuidoost-Brabant 2016, ontvangen van de gemeente Asten op 28 november 2016.
3 Zowel in subregio de Peel e.o. als in subregio Eindhoven-Helmond geen sprake van overschotten in harde plancapaciteit.
16.165 BT/TT
Laddertoets woningbouwplan Loverbosch fase 2 8
Figuur 3: RRO vraag-aanbodverhoudingen in subregio De Peel e.o. en Eindhoven-Helmond4
Bron: Regionaal Ruimtelijk Overleg Zuidoost-Brabant, november 2016.
4 Dit is niet de gehele subregio Eindhoven-Helmond, maar de gemeenten Eindhoven en Helmond zijn de gemeenten waarmee Asten relatief sterke verhuisrelaties heeft. Daarom nemen we juist deze gemeenten op in de figuur.
16.165 BT/TT
Laddertoets woningbouwplan Loverbosch fase 2 9
3 Loverbosch fase 2 past binnen de
Ladder
Plan Loverbosch fase 2 voorziet in een actuele regionale behoefte, er lijken geen geschikte alternatieven binnen bestaand stedelijk gebied voorhanden en de planlocatie is voldoende passend ontsloten. Daarmee past het plan binnen de Ladder. Hierna lichten we dit per trede toe.
3.1 Trede 1: Loverbosch fase 2 voorziet in een actuele regionale behoefte en voldoet daarmee aan trede 1
De actuele regionale behoefte valt uiteen in een kwantitatief en een kwalitatief deel. Hierna werken we beide afzonderlijk uit. Daarvoor zetten we eerst de ontwikkeling van de woningvraag af tegen het harde planaanbod in de marktregio. Zo bepalen we of het plan Loverbosch fase 2 voorziet in een actuele regionale behoefte.
3.1.1 Kwantitatieve behoefte aan circa 765 woningen in de periode 2016 - 2026
Om de additionele woningbehoefte te bepalen kijken we naar de woningbehoefteprognose van de provincie Noord-Brabant. We kijken hier naar de ontwikkeling van de woningvoorraad in de provinciale prognose in de periode 2016-2026 en nemen de feitelijke woningvoorraad op 1 januari 2016 als beginpunt.
Door de harde plancapaciteit te confronteren met de additionele woningvraag berekenen we de kwantitatieve woningbehoefte, zie tabel 3.
Hieruit blijkt dat in de marktregio sprake is van een kwantitatieve additionele behoefte van circa 765 woningen voor de periode 2016 -2026. Loverbosch fase 2 maakt planologisch 240 woningen mogelijk en voorziet daarmee in een kwantitatieve actuele regionale behoefte. Voor de volledigheid nemen we ook de cijfers uit het RRO Zuidoost-Brabant mee in onderstaande tabel. Ook hier past de ontwikkeling van Loverbosch fase 2 binnen.
Tabel 3: additionele behoefte in de marktregio
Asten
Feitelijke woningvoorraad 1-1-20165 6.715
Prognose woningvoorraad op 1-1-20266 7.665
Toename woningvoorraad 2016 - 2026 950 (7.665-6.715)
Woningvraag periode 2016-2026 volgens RRO afspraak (excl. sloop) 915 (945 incl. sloop)
Harde plancapaciteit7 185
Additionele behoefte t.o.v. RRO afspraak 730 (915-185)
Additionele behoefte t.o.v. toename woningvoorraad 2016-2026 765 (950-185)
Bron: Woningbehoefteprognose Noord-Brabant 2014, Regionale Agenda Wonen Zuidoost-Brabant 2016 en CBS Statline, bewerking Stec Groep (2016). Afgerond op vijftallen.
5 CBS Statline, oktober 2016, voorraad woningen, beginstand voorraad januari 2016.
6 Volgens de woningbehoefteprognose Noord-Brabant, 2014
7 RRO Zuidoost-Brabant, november 2016.
16.165 BT/TT
Laddertoets woningbouwplan Loverbosch fase 2 10
3.1.2 Kwalitatief beeld: vraag naar dorps wonen en grondgebonden woningen
Naast een afweging van de kwantitatieve behoefte, vraagt de Ladder ook een kwalitatieve afweging.
Zojuist constateerden wij dat er voldoende kwantitatieve behoefte is in Asten. In het bestemmingsplan voor Loverbosch fase 2 wordt een divers programma mogelijk gemaakt, met overwegend grondgebonden woningen. Dit programma is niet in beton gegoten, waardoor het kan inspelen op diverse kwalitatieve woonbehoeften.
Als extra check kijken we hier of het nu beoogde kwalitatieve woningbouwprogramma past bij de ontwikkelingen in de kwalitatieve behoefte. Hiervoor maken wij gebruik van woonvoorkeuren van huishoudens uit het WoON2015; hét landelijke wooneisen en –wensenonderzoek.
In potentie vraag naar circa 475 tot 520 woningen in dorpse woonmilieus
De gemeente Asten bestaat vooral dorpse woonmilieus8. Gezien de aard, omvang en dichtheid van het woningbouwprogramma op Loverbosch fase 2 lijkt dit ons ook te kwalificeren als een meer dorps woonmilieu.
In tabel 6 geven we per gemeente de voorkeur van verhuisgeneigden naar dorpse woonmilieus weer. We hanteren hiervoor bandbreedtes. Uit de analyse blijkt dat 50 tot 55% van de verhuisgeneigde huishoudens in de gemeente Asten de voorkeur geeft aan een dorps woonmilieu. Vertaald naar de vraag naar dorps wonen betekent dit in de periode 2016 - 2026 een vraag naar circa 475 tot 520 woningen in dorpse woonmilieus. Het beoogde programma voor plan Loverbosch fase 2 voorziet zo bezien dan ook in een kwalitatieve vraag naar meer dorpse woonmilieus in de marktregio.
Tabel 6: indicatieve vraag naar dorpse woonmilieus in de marktregio Gemeente % voorkeur voor dorpse
woonmilieus
Woningvraag 2016 - 2026
Potentiële vraag dorpse woonmilieus
Asten 50-55% 950 475-520
Bron: ABF Research (2015), Woningbehoefteprognose Noord-Brabant 2014; WoOn2015 (doorsnedes: Nederland, weinig stedelijke gemeenten in landsdeel zuid, weinig stedelijke gemeenten met 10.000 tot 20.000 inwoners en provincie Noord-Brabant minus gemeenten met 150.000 tot 250.000 inwoners). Bewerking Stec Groep (2016).
Daarnaast een potentiele vraag naar circa 590 tot 635 grondgebonden woningen
De voorkeur voor een grondgebonden woning ligt in de gemeente Asten tussen 62 en 67%.
Geconfronteerd met de woningvraag voor de periode 2016 -2026 betekent dit een additionele vraag naar circa 590 tot 635 grondgebonden woningen.
Ook hier ontstaat het beeld dat wanneer de gehele harde plancapaciteit (185 woningen) uit grondgebonden woningen bestaat, er een additionele behoefte resteert voor circa 405 tot 450 grondgebonden woningen.
Het beoogde programma voor plan Loverbosch fase 2 gaat uit van circa 210 grondgebonden woningen planologisch mogelijk en kan hiermee voorzien in een kwalitatieve behoefte. Ook aan de 33 appartementen die in het plan worden beoogd bestaat een kwalitatieve behoefte.
Tabel 7: indicatieve vraag naar grondgebonden in de marktregio Gemeente % voorkeur voor
grondgebonden woning
% voorkeur voor appartement
Woningvraag 2016 - 2026
Potentiële vraag ggb woningen
Potentiële vraag appartementen
Asten 62-67% 34-39% 950 590-635 325-370
Bron: ABF Research (2015), Woningbehoefteprognose Noord-Brabant 2014; WoOn2015 (doorsnedes: Nederland, weinig stedelijke gemeenten in landsdeel zuid, weinig stedelijke gemeenten met 10.000 tot 20.000 inwoners en provincie Noord-Brabant minus gemeenten met 150.000 tot 250.000 inwoners). Bewerking Stec Groep (2016).
8 ABF woonmilieutypologie (gebaseerd op indeling WoON2015).
16.165 BT/TT
Laddertoets woningbouwplan Loverbosch fase 2 11
3.2 Trede 2: Loverbosch fase 2 ligt buiten bestaand stedelijk gebied, geen geschikte alternatieven binnen BSG
Voor trede 2 kijken we of in de behoefte kan worden voorzien binnen bestaand stedelijk gebied (BSG).
Zoals in hoofdstuk 2 aan bod kwam is de Bro-Ladder onderdeel van de provinciale afweging van
zorgvuldig ruimtegebruik. Het Bro hanteert volgens artikel 1.1.1 lid 1 sub h de volgende definitie voor BSG:
‘Bestaand stedenbouwkundig samenstel van bebouwing ten behoeve van wonen, dienstverlening, bedrijvigheid, detailhandel of horeca, alsmede de daarbij behorende openbare of sociaal culturele voorzieningen, stedelijk groen en infrastructuur.’
Zoals blijkt uit figuur 4 ligt het plangebied aan de rand van Asten grenzend aan bestaande bebouwing. Uit jurisprudentie blijkt dat ook de geldende bestemming relevant is. Zoals toegelicht in hoofdstuk 2.4 maakt het vigerende bestemmingsplan geen ontwikkeling ten behoeve van een stedelijke functie mogelijk en worden de gronden nu gebruikt voor agrarische doeleinden. Plan Loverbosch fase 2 is daarmee in onze ogen gelegen buiten bestaand stedelijk gebied.
Figuur 4: Ligging en huidige bestemming planlocatie Loverbosch fase 2
Bron: Ruimtelijkeplannen.nl, bestemmingsplan woongebieden Asten (2009).
Geen geschikt (te maken) alternatieven binnen bestaand stedelijk gebied voor 2e fase Loverbosch Voor ontwikkelingen buiten bestaand stedelijke gebied moet worden gemotiveerd in hoeverre de behoefte binnen bestaand stedelijk gebied kan worden voorzien. Hiertoe heeft de gemeente Asten een
inventarisatie9 uitgevoerd naar (potentiële) alternatieven. Voor de komende 10 jaar blijkt uit deze inventarisatie ruimte voor circa 200 tot 300 woningen op inbreidingslocaties. Wij taxeren, op basis van diezelfde inventarisatie, dat er geen beschikbare en geschikt (te maken) alternatieven binnen bestaand stedelijke gebied zijn voor de ontwikkeling van Loverbosch fase 2.
Plan Loverbosch fase 2 maakt planologisch 240 woningen mogelijk op een plangebied van circa 8 hectare10. Wij constateren dat geen van de geïnventariseerde locaties kan voorzien in een ontwikkeling van een dergelijke omvang. Locaties binnen bestaand stedelijk gebied vormen ruimtelijk bezien geen geschikt (te maken) alternatief voor de 2e fase van Loverbosch.
Bovendien is er in de gemeente Asten kwantitatieve Ladderruimte om inbreidingslocaties die de komende jaren beschikbaar komen ‘te vullen’. In de grotere regio zijn hierover ook afspraken gemaakt. In de
subregionale propositie woningbouw De Peel zijn de afspraken gemaakt over afstemming op gebied van
9 Voor trede 2 baseren wij ons op het de door gemeente Asten aangeleverde overzicht met alternatieve locaties van juli 2016.
10 Grove inschatting op basis van voorlopig stedenbouwkundig ontwerp en meting op PDOK (publieke dienstverlening op kaart).
16.165 BT/TT
Laddertoets woningbouwplan Loverbosch fase 2 12
woningbouw11. Hierin is afgesproken dat gemeenten in de regio, waaronder Asten, 30% van de woningvraag reserveren als flexibele planruimte, om in te zetten voor bijvoorbeeld herstructurering.
Deze ruimte is bij uitstek geschikt voor het realiseren van initiatieven binnen bestaand stedelijk gebied. De reservering van 30% flexibele planruimte ziet op de taakstelling gebaseerd op de provinciale
woningvoorraadprognose tot 2030. Voor Asten geldt dat de woningvoorraad volgens deze prognose in de periode na 2026 verder toeneemt, met 135 woningen tot circa 7.800 woningen in 2030. Tot 2030 ligt de woningvraag daarmee op circa 1.085 woningen. Ofwel: de gemeente Asten houdt vrije ruimte voor (minimaal) circa 325 woningen en stemt dit af binnen de regio.
3.3 Trede 3: Loverbosch fase 2 is passend ontsloten en voldoet daarmee aan trede 3 We constateerden bij trede 2 dat Loverbosch fase 2 niet binnen bestaand stedelijk gebied ligt. De Ladder vraagt dan expliciet om een motivering over de ontsluiting van de locatie. Wat passend ontsloten is hangt in onze ogen af van de aard en omvang van de functie. Voor een bedrijventerrein is bijvoorbeeld een andere ontsluiting passend dan voor een woonwijk. Daarbij speelt ook de doelgroep van het
woningbouwproject een rol. Zo stellen gezinnen met kinderen andere eisen aan de ontsluiting dan jonge alleenstaanden. Omdat het plan in principe in kan spelen op diverse kwalitatieve behoeften van diverse doelgroepen kijken we hier naar de ontsluiting van de locatie met verschillende modaliteiten.
De autobereikbaarheid van de locatie is goed. De snelweg A67 en de provinciale weg N279 liggen op korte afstand (tussen circa 2 en circa 5 minuten autoreistijd). De locatie is ook met het OV redelijk goed
bereikbaar. NS- station Deurne ligt op circa 7 kilometer afstand van de planlocatie en er liggen bushaltes op circa 2 minuten loopafstand. Bussen rijden tweemaal per uur richting Eindhoven en Helmond.
Dagelijkse voorzieningen zoals een supermarkt liggen op circa 1 kilometer van de planlocatie en zijn daarmee binnen handbereik. Kortom, Loverbosch fase 2 is in onze visie voldoende passend ontsloten.
11 Vastgelegd in Bestuurlijk overleg Wonen De Peel (2016), ontvangen van de gemeente Asten op 12 oktober 2016.
Pouderoyen Compagnons
Bijlage 2
GM-0179211, revisie D1
(Historisch) vooronderzoek
conform NEN 5725 en NEN 5717
Vooronderzoek ter plaatse van plangebied Loverbosch (fase 2) te Asten
Definitief
Gemeente Asten
T.a.v. de heer G. Groenen Postbus 290
5720 AG ASTEN
Grontmij Nederland B.V.
Eindhoven, 24 februari 2016
GM-0179211, revisie D1 Pagina 2 van 10
Verantwoording
Titel : (Historisch) vooronderzoek conform NEN 5725 en NEN 5717
Subtitel : Vooronderzoek ter plaatse van plangebied Loverbosch (fase 2) te Asten
Projectnummer : 347306
Referentienummer : GM-0179211
Revisie : D1
Datum : 24 februari 2016
Auteur(s) : drs. M.M.H. van der Hop
E-mail adres : martin.vanderhop@grontmij.nl
Gecontroleerd door : ing. M. Lathouwers
Paraaf gecontroleerd :
Goedgekeurd door : drs. P.G.M. Kaasenbrood
Paraaf goedgekeurd :
Contact : Grontmij Nederland B.V.
Zernikestraat 17 5612 HZ Eindhoven Postbus 1265 5602 BG Eindhoven T +31 88 811 66 00 F +31 30 310 04 14 www.grontmij.nl
GM-0179211, revisie D1 Pagina 3 van 10
Inhoudsopgave
1 Inleiding ... 4
1.1 Algemeen ... 4
1.2 Aanleiding en doelstelling ... 4
1.3 Aanpak ... 4
1.4 Kwaliteitsborging en onafhankelijkheid ... 4
1.5 Leeswijzer ... 4
2 Verzamelde informatie ... 5
2.1 Informatie per geraadpleegde informatiebron... 5
2.2 Ligging en huidig gebruik ... 6
2.3 Historie ... 6
2.4 Hoogteligging ... 7
2.5 Bodemopbouw ... 7
2.6 Geohydrologie ... 7
2.7 Bodemloket ... 8
2.8 Bodem- en milieuinformatie (gemeente Asten) ... 8
2.8.1 Locatie gelegen binnen (onderhavig) plangebied Loverbosch ... 8
2.8.2 Locatie gelegen nabij (onderhavig) plangebied Loverbosch ... 8
3 Conclusies en aanbevelingen ... 10
3.1 Conclusies... 10
3.2 Aanbevelingen ... 10
Bijlage 1: Topografische ligging
Bijlage 2: Voorlopig ontwerp Loverbosch fase 2
Bijlage 3: Gegevens bodemloket
Bijlage 4: Kaart met waterlopen
Bijlage 5: Historische kaarten (Dotkadata)
Bijlage 6: Foto's terreininspectie
Bijlage 7: Hoogteligging
GM-0179211, revisie D1 Pagina 4 van 10
1 Inleiding
1.1 Algemeen
In opdracht van gemeente Asten is door Grontmij Nederland B.V. een (historisch)
vooronderzoek bodem uitgevoerd. De onderzoekslocatie betreft het plangebied Loverbosch Fase 2, kadastrale percelen N263 (ged.), N264 en N265 in de gemeente Asten.
Het vooronderzoek is uitgevoerd op basis van de NEN 5717 (waterbodem) en NEN 5725 (landbodem) met uitzondering van de financieel/juridische aspecten. Er is geen onderzoek verricht naar niet gesprongen explosieven binnen de onderzoekslocatie. In bijlage 1 is de topografische ligging van het onderzoeksgebied opgenomen. De plangrens en het voorlopig ontwerp is opgenomen op een topografische kaart in bijlage 2.
1.2 Aanleiding en doelstelling
Aanleiding voor het uitvoeren van het vooronderzoek is de onderbouwing van de te doorlopen bestemmingsplanprocedure in het kader van de woningbouwontwikkeling Loverbosch fase 2.
Het doel van het vooronderzoek is het verzamelen van relevante informatie over de locatie, door het opvragen van informatie bij de gemeente, het uitvoeren van een terreininspectie en archiefonderzoek. De te verzamelen informatie heeft betrekking op het voormalige gebruik, het huidige gebruik, het toekomstige gebruik, milieu- en bodeminformatie de bodemopbouw en de geohydrologische situatie.
Op basis van de resultaten van dit vooronderzoek wordt een hypothese opgesteld met betrekking tot het verdacht zijn van de locatie (of deellocaties) ten aanzien van
bodemverontreiniging.
1.3 Aanpak
In 2006 is, in het kader van de planontwikkeling voor de woningbouwlocatie Loverbosch, een historisch onderzoek (conform de toen geldende norm NvN 5725) uitgevoerd. Het plangebied voor Loverbosch Fase II maakt gedeeltelijk onderdeel uit van het plangebied dat in 2006 is onderzocht (‘Historisch bodemonderzoek NVN 5725, locatie Loverbosch te Asten, Grontmij Nederland B.V., d.d. 01-09-2006, referentienummer 208558.ehv.220.r001’). Het onderzoek uit 2006 is niet meer actueel en slechts gedeeltelijk van toepassing op onderhavig plangebied.
1.4 Kwaliteitsborging en onafhankelijkheid
Grontmij wil met haar producten en diensten zo goed mogelijk aan de behoeften, doelstellingen en eisen van haar opdrachtgevers voldoen. Voor het bewijsbaar en zichtbaar maken van de kwaliteit (kwaliteitsborging) beschikt Grontmij over een ISO-gecertificeerd kwaliteitssysteem. Dit kwaliteitssysteem is er mede op gericht de individuele kennis, kunde en activiteiten van de medewerkers zodanig te organiseren en af te stemmen, dat de kwaliteit van de gezamenlijk tot stand gebrachte producten en diensten zo goed mogelijk beheerst en gewaarborgd worden.
De NV waar Grontmij Nederland B.V. deel van uitmaakt is geen eigenaar van het terrein beschreven in dit rapport en heeft geen belang bij de uitkomsten van het vooronderzoek.
1.5 Leeswijzer
In het voorliggende rapport wordt ingegaan op de ligging van het plangebied, de hoogteligging, de bodemopbouw en het huidige en historische grondgebruik. Vervolgens wordt ingegaan op de beschikbare bodem- en milieu-informatie op basis waarvan een advies voor wat betreft de onderzoeksstrategie voor eventueel vervolgonderzoek wordt geformuleerd. Deze is opgenomen in de conclusies en aanbevelingen (hoofdstuk 3).
GM-0179211, revisie D1 Pagina 5 van 10
2 Verzamelde informatie
2.1 Informatie per geraadpleegde informatiebron
Bij het verzamelen van de gegevens zijn verschillende bronnen geraadpleegd. In tabel 2.1 is vermeld welke bronnen hiervoor gebruikt zijn en of bij de geraadpleegde bronnen informatie beschikbaar was over de onderzoekslocatie en omliggende percelen. In paragrafen 2.2 tot en met 2.8 zijn de resultaten van het vooronderzoek toegelicht.
Tabel 2.1: Overzicht geraadpleegde bronnen tijdens vooronderzoek
Bron Korte toelichting Geraadpleegd?
Informatie (beschikbaar)?
Internet:
www.bodemloket.nl Overzicht van toekomstige en reeds uitgevoerde bodemonderzoeken en bodemsaneringen en locaties van mogelijk bodembelastende (bedrijfs-) activiteiten in het verleden, ter plaatse van de onderzoekslocatie en de directe omgeving.
Zie paragraaf 2.7 en bijlage 3
www.dotkadata.nl Internetpagina met luchtfoto’s en kaarten van 1830 tot 2015.
Zie paragraaf 2.3 en bijlage 5
www.ahn.nl Internetpagina met gegevens over de hoogteligging. Zie paragraaf 2.4 en bijlage 7 http://kaartbank.brabant.nl/viewer/
app/wateratlas
Wateratlas provincie Noord-Brabant:
Grondwaterbeschermingsgebieden, boringsvrije zones, innamepunten drinkwater, waterwingebieden
Zie paragraaf 2.2 en bijlage 4
www.dinoloket.nl Internetpagina van TNO. Zie paragraaf 2.5
http://www.topotijdreis.nl/ Site met topografische kaarten voor heel Nederland. Zie paragraaf 2.3 Gemeente Asten
Bodeminformatie Bij de gemeente Asten zijn relevante gegevens aangevraagd omtrent mogelijke bronnen van bodemverontreiniging ter plaatse van de onderzoekslocatie v.w.b.:
· (ondergrondse) opslagtanks
· Bodemarchief (onderzoeken)
· Bodembedreigende bedrijfsactiviteiten
Zie paragraaf 2.8
Grontmij Nederland B.V. Historisch bodemonderzoek NVN 5725, locatie Loverbosch te Asten, Grontmij Nederland B.V., d.d. 01- 09-2006, referentienummer 208558.ehv.220.r001.
Informatie is verwerkt in onderhavige rapportage
Verzamelde informatie
GM-0179211, revisie D1 Pagina 6 van 10 2.2 Ligging en huidig gebruik
In figuur 2.1 is de onderzoekslocatie/plangebied (witte contour) op een recente luchtfoto weergegeven.
Figuur 2.1 Ligging plangebied
De totale oppervlakte van het onderzoeksgebied is circa 8,3 ha. Het onderzoeksgebied is gelegen in de gemeente Asten, ingesloten tussen de Floralaan en de Koestraat. Het huidig gebruik is bouwland (akker). Binnen het plangebied zijn diverse watergangen aanwezig die de percelen van elkaar scheiden. Een overzicht van de aanwezige waterlopen in het plangebied is opgenomen in bijlage 4 (bron: http://kaartbank.brabant.nl/viewer/app/wateratlas/).
Op 21 januari 2016 is een terreininspectie uitgevoerd waarbij foto’s zijn gemaakt. De foto’s zijn opgenomen in bijlage 6.
2.3 Historie
Informatie betreffende het voormalig terreingebruik is afkomstig van de website van Dotkadata (http://report.dotkadata.nl) (zie bijlage 5) en http://www.topotijdreis.nl/. Uit bestudering van de historische kaarten blijkt dat het plangebied reeds omstreeks het jaar 1900 (en nadien) in gebruik is geweest als agrarisch gebied. Op basis van de historische kaarten en luchtfoto’s wordt geconcludeerd dat in het gebied geen bebouwing is geweest. Op de historische kaarten van 1895 is de watergang Beekerloop zichtbaar die zeker tot en met het jaar 1976 het
plangebied doorkruiste (zie figuur 2.2a).
a) b)
Figuur 2.2 Topografische kaarten uit 1976 (a; links) en 1979 (b; rechts)
De Beekerloop maakte het mogelijk dat de graslanden (waaronder de Biesvelden) bevloeid konden worden. In figuur 2.2 is te zien dat de Beekerloop gedeeltelijk is gedempt vermoedelijk bij de aanleg van de Floralaan. Een nieuw slotenpatroon is zichtbaar op de kaart van 1979 en de verkaveling blijft nadien gehandhaafd.
Verzamelde informatie
GM-0179211, revisie D1 Pagina 7 van 10 2.4 Hoogteligging
Het plangebied Loverbosch fase 2 heeft een hoogte die varieert van circa 23 tot 24 m + NAP.
Een kaart met de hoogteligging is bijgevoegd als bijlage 7.
2.5 Bodemopbouw
De bodem in het plangebied bestaat volgens de Bodemkaart van Nederland uit lage en hoge enkeerdgrond, bestaande uit leemarm en zwak lemig fijn zand (EZg21). Enkeerdgronden of essen zijn zandgronden met een humushoudende bovengrond, waarvan de dikte meer dan 0,5 m bedraagt. De meeste enkeerdgronden zijn ontstaan in de Late Middeleeuwen. Vanaf circa 1300 na Chr. werden de dekzanden door gemengde bedrijven als akkerland
geëxploiteerd. De dikke humushoudende bovenlaag is ontstaan door geleidelijke ophoging met humushoudend materiaal uit de potstallen. De enkeerdgronden worden naar de grondwatertrap onderverdeeld in lage en hoge enkeerdgronden. De hoge enkeerdgronden worden naar de kleur van de humushoudende bovengrond nader onderverdeeld in bruine of zwarte hoge enkeerdgronden. In het gebied komt volgens de Bodemkaart enkel de zwarte variant voor.
Lage enkeerdgronden liggen in de beekdalen. De 0,5 tot 0,7 m dikke, humushoudende bovengrond is zeer donker bruin of zwart van kleur en bestaat over het algemeen uit zeer humeus, zwak lemig fijn zand met roestvlekken. Deze laag gaat via een circa 0,2 m dikke, humeuze tot venige bovengrond van het begraven profiel over in grijs, lemig, matig fijn zand.
De hoge zwarte enkeerdgronden bestaan bovenin uit een 0,7 tot 1,0 m dikke, humushoudende grijsbruine tot zwarte laag. Op 0,7 tot 1,0 m –mv bevindt zich in het zwak lemige of leemarme fijne zand een bruine, min of meer duidelijke podzol B-horizont die geleidelijk overgaat in een fletsgele tot grijze C1-horizont.
2.6 Geohydrologie
De regionale bodemopbouw is weergegeven in onderstaande figuur en navolgende tabel. De gegevens zijn ontleend aan www.dinoloket.nl.
Figuur 2.3 Bodemopbouw op basis van gegevens van Dinoloket
Verzamelde informatie
GM-0179211, revisie D1 Pagina 8 van 10 Tabel 2.2: Regionale bodemopbouw
Globale diepte (m -mv)
Samenstelling Geohydrologische
eenheid
Lithostratigrafie
0 - 25 25 - 35 35 – 70 70 – 100 105 - 125
> 125
Zand/leem/klei
Zand en grind afgewisseld met klei Zand en grind
Zand, klei en leem Klei
Zand en klei
deklaag
1e watervoerend pakket 2e watervoerend pakket 3e watervoerend pakket Scheidende laag Geologische basis
Formatie van Boxtel Formatie van Beegden Formatie van Sterksel Formatie van Stramproy Formatie van Waalre Kiezeloöliet Formatie
In de omgeving van het plangebied Loverbosch fase 2 is sprake van een gebied waar grondwaterwinning ten behoeve van de openbare watervoorziening plaatsvindt. Het gaat om pompstation Vlierden gevestigd aan de Bronweg 3 te Vlierden. Deze plek bevindt zich ongeveer drie kilometer ten noorden van het plangebied. Het pompstation onttrekt jaarlijks gemiddeld rond de 3.180.000 m3 grondwater (vergunde hoeveelheid is 4.500.000 m3) op een diepte tussen de 133 en 216 m -mv. De onderzoekslocatie bevindt zich niet in een waterwingebied of
boringsvrije zone. Tevens is het gebied in de verordening waterhuishouding niet aangewezen als grondwaterbeschermingsgebied of attentiezone.
2.7 Bodemloket
Voor de informatie afkomstig van www.bodemloket.nl wordt verwezen naar bijlage 3. Volgens bodemloket zijn diverse bodemonderzoeken uitgevoerd. Het gebied dat hierbij wordt
beschouwd is echter groter dan onderhavig plangebied. Het is derhalve onduidelijk wat de ligging is van de uitgevoerde bodemonderzoeken.
2.8 Bodem- en milieuinformatie (gemeente Asten)
Bij gemeente Asten is op 22 december 2015 geïnformeerd of er binnen het plangebied zoals aangegeven in figuur 2.1, bodemonderzoeken zijn uitgevoerd. Daarnaast is gevraagd of er bedrijfsmatige activiteiten zijn gewijzigd (Vergunningen/Wet milieubeheer-archief) binnen plangebied sinds 2006.
Bij gemeente Asten zijn er, volgens de heer T. Smits, geen nieuwe bodemonderzoeken bekend binnen onderhavig plangebied naast de eerder door Grontmij Nederland B.V. uitgevoerde bodemonderzoeken. Tevens zijn geen wijzigingen in vergunde activiteiten bekend. Volgens de heer Smits beschikt de gemeente Asten momenteel niet over een bodemkwaliteitskaart. Er wordt derhalve vanuit gegaan dat er geen sprake is van gebiedsspecifiek beleid, ten aanzien van de bodemkwaliteit, binnen de gemeente Asten. De eerder vastgestelde
Bodemkwaliteitskaart (2002) is niet meer vigerend.
2.8.1 Locatie gelegen binnen (onderhavig) plangebied Loverbosch
In het historisch bodemonderzoek uit september 2006, is aangegeven dat er op dat moment binnen het plangebied bij de gemeente geen gegevens bekend waren met betrekking tot milieu- en/of bodeminformatie.
2.8.2 Locatie gelegen nabij (onderhavig) plangebied Loverbosch
In het historisch bodemonderzoek uit september 2006, is tevens gesteld dat er binnen een straal van 25 meter rondom het plangebied enkele bodemonderzoeken zijn uitgevoerd en milieu-informatie bekend is. In onderstaande figuur is de ligging van deze informatie ten opzichte van onderhavig plan gebied weergegeven. Navolgend wordt de informatie beknopt samengevat.
Verzamelde informatie
GM-0179211, revisie D1 Pagina 9 van 10 Figuur 2.4 Ligging bodem- en milieuinformatie
Verkennend en nader bodemonderzoek Floralaan te Asten, Grontmij, met kenmerk 31.1258 d.d. 01-11-2001
De gehanteerde strategie bij dit verkennende bodemonderzoek is ‘onverdacht’. Bij de boringen aan de Floralaan werd in sommige monsters van de bovengrond een overschrijding van de streefwaarden voor EOX gemeten. In het grondwater werd een gehalte aan vluchtige aromaten en chroom gemeten die boven de streefwaarde lag. De herkomst van de vluchtige aromaten was niet bekend. Het verhoogde gehalte aan chroom wordt toegeschreven aan verhoogde regionale achtergrondwaarden.
Oprichtingsvergunning Stegen 60
Voor de locatie Stegen 60 is een oprichtingsvergunning verleend in 1990 voor een fokzeugen en vleesvarkenshouderij. In 2005 is een revisie van de vergunning afgegeven. In de vergunning wordt vermeldt dat er bestrijdingsmiddelen/reinigingsmiddelen aanwezig zijn, welke worden opgeslagen op een locatie voorzien van een lekbak.
Bovengenoemde informatie wordt als niet relevant geacht voor onderhavig plangebied. Ook de verschillende bodemonderzoeken die zijn uitgevoerd ten behoeve van de planontwikkeling van bedrijventerrein Florapark, ten noorden van het plangebied, worden als niet relevant geacht voor Loverbosch Fase 2.
Bodemonderzoek Floralaan Stegen 60
GM-0179211, revisie D1 Pagina 10 van 10
3 Conclusies en aanbevelingen
3.1 Conclusies
Op basis van onderhavig vooronderzoek wordt het volgende geconcludeerd:
· Voor onderhavig plangebied is, voor zover bekend, geen recent bodemonderzoek uitgevoerd.
· Binnen het plangebied is een watergang (Beekerloop) gedempt. Ter plaatse is sprake van een verdachte deellocatie, zowel ten aanzien van asbest als ten aanzien van de overige milieuhygiënische paramaters uit het standaard NEN-pakket.
· Gemeente Asten beschikt niet over een bodemkwaliteitskaart en Nota bodembeheer.
Aangezien geen sprake is van gebiedsspecifiek bodembeleid, binnen de gemeente Asten, geldt het generieke kader Besluit bodemkwaliteit.
3.2 Aanbevelingen
Op dit moment is de milieuhygiënische kwaliteit van de bodem ter plaatse van het plangebied onvoldoende vastgesteld. Met het oog op de voorgenomen ontwikkeling van het gebied tot woningbouwlocatie en voor het bepalen van de bodemgeschiktheid (ten behoeve van het verkrijgen van een bouwvergunning) wordt geadviseerd om, voor het gehele plangebied, een verkennend bodemonderzoek uit te laten voeren.
Voor het algehele (onverdachte) plangebied wordt geadviseerd een grootschalig bodemonderzoek uit te voeren conform de NEN 5740, met de strategie ‘grootschalig
onverdacht’ (ONV-GR). Indien puin wordt aangetroffen dient ter plaatse te worden opgeschaald naar een verkennend asbestonderzoek conform NEN 5707.
Ter plaatse van de huidige watergangen wordt een verkennend waterbodemonderzoek (conform NEN 5720) volgens de strategie ‘overig water, lintvormig, normale
onderzoeksinspanning’ (OLN) geadviseerd.
Ter plaatse van de voormalige watergang wordt geadviseerd om de demping op te sporen en deze te onderzoeken met de strategie verdacht heterogeen (VED-HE), conform de NEN 5740 (verkennend bodemonderzoek) en NEN 5707 (verkennend asbestonderzoek).
Het doel van het verkennend (water)bodemonderzoek is het vaststellen van de
milieuhygiënische (water)bodemkwaliteit ter plaatse van zowel de verdachte als de onverdachte terreindelen. Het doel van het verkennend asbestonderzoek is om, met relatief geringe
onderzoeksinspanning, na te gaan of de verdenking van de bodem met asbest terecht is.
Op basis van de onderzoeksresultaten moet worden vastgesteld of de gewenste vorm van bodemgebruik vanuit milieuhygiënisch oogpunt gezien, mogelijk is en zo niet, welke vervolgacties noodzakelijk zijn.
GM-0179211, revisie D1
Bijlage 1
Topografische ligging
Loverbosch (fase 2) te Asten
Topografische ligging plangebied
Opdrachtgever: Gemeente Asten Projectnummer: 347306
Status: Definitief Datum: 22-12-2015 Schaal:
´
Map Document: (C:\Program Files\ArcGIS\Bin\Templates\Grontmij\Grontmij_A1L.mxt) 02/12/2005 -- 15:18:34
© Grontmij Nederland B.V. Alle rechten voorbehouden
1:25.000
0 250 500 1.000
Meters
GM-0179211, revisie D1
Bijlage 2
Voorlopig ontwerp Loverbosch fase 2
Bron kaartbeeld: Jan-Willem van Aalst, www.imergis.nl, OpenStreetmap, BAG, TOP10NL
Loverbosch Fase 2
Voorlopig ontwerp
Opdrachtgever: Gemeente Asten Projectnummer: 347306
Status: definitief Datum: 22-12-2015
Schaal:
´
Map Document: (C:\Program Files\ArcGIS\Bin\Templates\Grontmij\Grontmij_A1L.mxt) 02/12/2005 -- 15:18:34
© Grontmij Nederland B.V. Alle rechten voorbehouden
1:2.500
0 25 50 100
Meters
Legenda
Voorlopig ontwerp Plangrens
GM-0179211, revisie D1
Bijlage 3
Gegevens bodemloket
Bodemloket rapport
geprint op Dec 22, 2015 12:22 PM
Rapport NB074301400 Locatie
ID NB074301400
Locatiecode BIS AA074300108
Locatie Loverbosch
Adres Loverbosch 5721PR Asten
Gegevensbeheerder Asten
Bevoegd gezag Asten
Statusinformatie
Beschikking ernst en risicobepaling
Vervolg uitvoeren NO
Saneringsinformatie Type sanering Start
Eind
Verontreinigende (onderzochte) activiteiten
Omschrijving Start Eind
Onderzoeksrapporten
Type Auteur Nummer Datum
Verkennend onderzoek NEN 5740
Indicatief onderzoek Grontmij L0047 1986-11-01
Verkennend onderzoek NVN 5740 Limborgh 3-36-678-2 1996-03-01
Verkennend onderzoek NEN 5740 Grontmij 31.1258.1 2001-11-12
Nader onderzoek Oranjewoud 79-45106 1989-08-01
Verkennend onderzoek NEN 5740 Oranjewoud 169346 2007-06-14
Indicatief onderzoek Oranjewoud 5623-45839 1991-01-01
Nul situatieonderzoek Geo Survey W184_15/MKL 1997-12-02
Indicatief onderzoek Grontmij Gt2.656 1988-06-01
Verkennend onderzoek NVN 5740 CSO r101.99 1999-04-22
Besluiten
Besluit Besluitdatum Kenmerk
Beschikte kadastrale percelen
Code Sectie Perceel
Contact
U kunt eventueel aanvullende informatie vragen bij:
-Omgevingsdienst Midden- en West Brabant (locaties gelegen in Midden- en West Brabant), bodemloket@OMWB, 013-2060200;
-Omgevingsdienst Zuidoost-Brabant (locaties gelegen in Noord- en Zuid-Oost Brabant), bodemloket@ODZOB.nl, 088-3690545;
-Actief Bodembeheer de Kempen (locaties met bodemverontreiniging met zware metalen (zink, cadmium, arseen, lood en koper) in Zuidoost-Brabant), secretariaatABDK@brabant.nl, 040-2329292;
- de gemeente waarin de locatie ligt.
Legenda
Locatie
Beschikbaarheid gegevens
Voortgang onderzoek
Mijnsteengebieden
Disclaimer:
De gegevens op het Bodemloket zijn met de grootste zorg samengesteld. Toch kan het voorkomen dat de informatie op deze website verouderd is, onvolledig is of onjuistheden bevat. De organisatie achter Bodemloket.nl noch de data-eigenaren (gemeenten en provincies) zijn aansprakelijk voor enigerlei schade die het directe of indirecte gevolg is van of in verband staat met het gebruik van de op deze website beschikbare informatie. U helpt de overheid door eventuele geconstateerde fouten of gebreken te melden.
De provincies en gemeenten die op de kaart van Nederland groen gekleurd zijn, leveren informatie aan voor het Bodemloket. Ook andere instanties - zoals kleinere gemeenten - hebben soms bodeminformatie, maar deze vindt u voorlopig nog niet op deze website. Wilt u een compleet beeld? Neem dan zeker óók contact op met uw gemeente. Staat een locatie (nog) niet vermeld op de kaart? Dan hebben we daar geen informatie over.
Op bodemloket.nl vindt u per plaats een overzicht van de bevoegde instanties. De contactgegevens vindt u op de website van de desbetreffende gemeente of provincie.
GM-0179211, revisie D1
Bijlage 4
Kaart met waterlopen
Legenda
Indien er veel lagen tegelijk aan staan, kan het zijn dat een aantal legendaklassen buiten het papier vallen
2 PWP - Hoofdwaterlopen - hoofdwaterlopen
33 Sloten en greppels - sloten en greppels
0 40 80 120m
Datum: 22-12-2015
Aan deze kaart kunnen geen rechten worden ontleend.
GM-0179211, revisie D1
Bijlage 5
Historische kaarten (Dotkadata)
Index
voor de locatie (X, Y) 180995, 380161Product naam Jaar Pagina Product naam Jaar Pagina
Legenda Bonneblad 2 TOP25KAART 1991
Legenda TOP50 kaart 4 TOP25KAART 1979 9
Legenda TOP25 kaart 5 TOP25KAART 1967 10
LUCHTFOTONL 2013 LUCHTFOTO 1965 11
PANDGRENZEN 2012 LUCHTFOTO 1961
PERCELEN 2012 TOP25KAART 1958 12
LUCHTFOTONL 2012 TOP25KAART 1955
LUCHTFOTONL 2011 BONNEBLAD 1936 13
LUCHTFOTONL 2010 6 BONNEBLAD 1927 14
LUCHTFOTONL 2009 BONNEBLAD 1917
TOP50KAART 2009 7 BONNEBLAD 1911
LUCHTFOTO 2006 8 BONNEBLAD 1895 15
TOP50KAART 2006 NET 1830 16
TOP25KAART 2004 KRAYENHOFFKAART 1809
Report geselecteerd: 11 kaartlagen, periode 1830 tot 2010 (Lagen in grijs zijn niet geselecteerd)
Totaal beschikbaar*: 25 kaartlagen, periode 1809 tot 2013
* Aantal lagen beschikbaar in de Dotka collectie op 22 dec 2015. Ga naar www.dotkadata.com voor een actueel overzicht.
Bovist 9, 5721 NC Asten
Locatie RD (X, Y): 180995, 380161 Oppervlakte: 0,81 km²
Ordernummer: 20124610 Opdrachtgever: Martin van der Hop Projectnummer: 347306
Versie 1.4 - 22 dec 2015 - pagina 1 van 16
Bovist 9, 5721 NC Asten
Locatie RD (X, Y): 180995, 380161 Oppervlakte: 0,81 km²
Ordernummer: 20124610 Opdrachtgever: Martin van der Hop Projectnummer: 347306
Versie 1.4 - 22 dec 2015 - pagina 2 van 16
Bovist 9, 5721 NC Asten
Locatie RD (X, Y): 180995, 380161 Oppervlakte: 0,81 km²
Ordernummer: 20124610 Opdrachtgever: Martin van der Hop Projectnummer: 347306
Versie 1.4 - 22 dec 2015 - pagina 3 van 16
Bovist 9, 5721 NC Asten
Locatie RD (X, Y): 180995, 380161 Oppervlakte: 0,81 km²
Ordernummer: 20124610 Opdrachtgever: Martin van der Hop Projectnummer: 347306
Versie 1.4 - 22 dec 2015 - pagina 4 van 16
Bovist 9, 5721 NC Asten
Locatie RD (X, Y): 180995, 380161 Oppervlakte: 0,81 km²
Ordernummer: 20124610 Opdrachtgever: Martin van der Hop Projectnummer: 347306
Versie 1.4 - 22 dec 2015 - pagina 5 van 16
0 100 200 300 meter
180700 180900 181100 181300
379900 380100 380300 380500
LUCHTFOTONL
Gepubliceerd 2010 Schaal 1:5.000
Bron: Cyclomedia
Detail opname: 0.1 m
LuchtfotoNL is een product van Cyclomedia Technologie BV. De luchtfoto's zijn als stereofoto's opgenomen door Aerodata International Survey, waar ook het auteursrecht thuishoort. LuchtfotoNL is beschikbaar vanaf 2009 en wordt jaarlijks ingewonnen. De foto's hebben een 10 cm detail, waarmee tot 1:1000 (huisniveau) haarscherpe beelden geleverd worden.
© Dotka Data BV. Bron: Cyclomedia Technologie BV. De Auteursrechten zijn voorbehouden aan Aerodata International Surveys BV.
Dit werk wordt beschermd door rechten van intellectuele eigendom van Dotka Data en/of haar leveranciers.
De informatie in dit rapport is (deels) afkomstig van derden. Dotka Data staat dan ook niet in voor de juistheid en volledigheid van die informatie.
Bovist 9, 5721 NC Asten
Locatie RD (X, Y): 180995, 380161 Oppervlakte: 0,81 km²
Ordernummer: 20124610 Opdrachtgever: Martin van der Hop Projectnummer: 347306
Versie 1.4 - 22 dec 2015 - pagina 6 van 16
0 100 200 300 meter
180700 180900 181100 181300
379900 380100 380300 380500
TOP50KAART
Gepubliceerd 2009 Schaal 1:5.000
Bron: Kadaster
Detail opname: 5 m
1:50.000 uniforme, landsdekkende topografische kartering, uitgevoerd door Kadaster. De kaarten geven een enigszins vereenvoudigd beeld van het terrein. Ze hebben een oorspronkelijk kaartbeeld van 40 x 50 cm, wat overeenkomt met 20 x 25 km in het terrein.
Langs de landgrens en de kust liggen kaarten met een afwijkend formaat. Alle TOP50 kaarten zijn in RD projectie (EPSG:28992) en gedigitaliseerd. Legenda's zijn apart beschikbaar vanaf pagina 2.
© Dotka Data BV. De auteursrechten en databankrechten zijn voorbehouden aan het Kadaster, Apeldoorn 2014.
Dit werk wordt beschermd door rechten van intellectuele eigendom van Dotka Data en/of haar leveranciers.
De informatie in dit rapport is (deels) afkomstig van derden. Dotka Data staat dan ook niet in voor de juistheid en volledigheid van die informatie.
Bovist 9, 5721 NC Asten
Locatie RD (X, Y): 180995, 380161 Oppervlakte: 0,81 km²
Ordernummer: 20124610 Opdrachtgever: Martin van der Hop Projectnummer: 347306
Versie 1.4 - 22 dec 2015 - pagina 7 van 16
0 100 200 300 meter
180700 180900 181100 181300
379900 380100 380300 380500
LUCHTFOTO
Gepubliceerd 2006 Schaal 1:5.000
Bron: Kadaster
Detail opname: 0.4 m
Groot archief van luchtfoto's opgenomen vanaf 1932 voor het maken van topografische kaarten. In opdracht van het Kadaster, voorheen de Topografische Dienst, is vanaf de jaren 30-40 heel Nederland om de tien jaar gefotografeerd. Vanaf 1981 is Nederland zelfs om de vier jaar of vaker gefotografeerd. Opgenomen met analoge zwart-wit camera's, vanaf ca.
2006 daarna met digitale camera's.
© Dotka Data BV. De auteursrechten en databankrechten zijn voorbehouden aan het Kadaster, Apeldoorn 2014.
Dit werk wordt beschermd door rechten van intellectuele eigendom van Dotka Data en/of haar leveranciers.
De informatie in dit rapport is (deels) afkomstig van derden. Dotka Data staat dan ook niet in voor de juistheid en volledigheid van die informatie.
Bovist 9, 5721 NC Asten
Locatie RD (X, Y): 180995, 380161 Oppervlakte: 0,81 km²
Ordernummer: 20124610 Opdrachtgever: Martin van der Hop Projectnummer: 347306
Versie 1.4 - 22 dec 2015 - pagina 8 van 16