• No results found

CD&V zal bij Belgische pirouette eigen benen breken

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "CD&V zal bij Belgische pirouette eigen benen breken"

Copied!
20
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Deze week 4 blz. EXTRA

€ 2,20

72ste jaargang • nummer 48 • donderdag 1 december 2016 Weekblad P608721 Afgiftekantoor 2099 Antwerpen X

Voor mensen met een goed hart en een slecht karakter...

“Iets minder Vlaamse Leeuw, iets meer Bra- bançonne”, was de niet eens slecht gevonden titel van De Morgen. Maar van een “opmerke- lijke bocht” van het partijcongres was niet echt sprake. Of moeten we onder de indruk zijn van het feit dat de “mogelijkheid” (sic) tot herfe- deralisering werd ingeschreven in de partij- standpunten?

Van “een herfederaliseringsbocht” (Dave Sinardet, UA) of een “coup de théatre” (De Morgen) hebben we weinig gemerkt. Of het moest een kleine pisboog zijn. Sinardet is de spreekbuis van de Pavia-groep, waar ook Paul Magnette van de PS deel van uitmaakte. De groep ijvert al jaren voor meer België. Oordeel zelf over het succes.

Wie voorbije zomer wel voor herfederalise- ring pleitte was Alexander De Croo van en voor Open Vld. Hij deed slechts wat Verhofstadt hem al voordeed. Voor de liberalen is de roep om meer België niet eens nieuws.

Bij CD&V liggen de kaarten anders. Die par- tij zingt nog altijd de Vlaamse Leeuw op het einde van haar congressen. Dat is symboliek.

Belangrijker is dat de christen-democraten al tientallen jaren mee de Vlaamse kar trekken.

Het eindstation is voor de partij niet dat van een onafhankelijk Vlaanderen, maar van een pas achteruit zetten was binnen de partijtop tot dusver evenmin sprake.

Fait-divers?

Vorig weekend steunde meer dan zestig pro- cent van de CD&V’ers nu wel een voorstel dat opborrelde in kringen van Jong-CD&V’ers om herfederalisering niet onbespreekbaar te hou- den. Wordt dat meer dan een fait-divers in de geschiedenis van de partij? Het Congres heeft een compromis aanvaard dat “een moge- lijkheid” tot herfederaliseren heeft geaccep- teerd. Partijtoppers, laat staan ministers, horen we dat niet meteen zeggen. “We blijven gaan

voor een confederaal model”, zei woordvoer- der Steffen Van Roosbroeck.

Kiest CD&V nu voor een “Waalse blokkering”, zoals N-VA-ondervoorzitter Sander Loones op Twitter schreef? “Ouwe koek en slecht oplap- werk. Alles bij de deelstaten leggen met een Europese paraplu is de enige oplossing”, rea- geerde Peter De Roover. Allemaal een beetje overhaast?

Hendrik Bogaert liet in De Tijd al horen/

lezen dat er “voor elk miljard dat geherfede- raliseerd wordt, 50 miljard naar de deelstaten moet gaan.” Ook hij blijft een overtuigde con- federalist. Hij is een van de weinige CD&V’ers die het nogal logische verband durft te leggen tussen begrotingsproblemen en de financiële transfers tussen de deelstaten. Die geldstroom naar Wallonië is “niet gedaald, ook niet met deze centrumrechtse regering… Aan Fransta- lige kant is er geen appetijt om de rekeningen op orde te zetten. Dat bewijst dat Vlaanderen en Wallonië twee verschillende democratieën zijn.” Maar ook Bogaert heeft in de partijtop weinig moedige medestanders.

Verdeeld

Het ziet er dus naar uit dat vooral CD&V zelf met een nogal vervelend probleem zit. Er is op zijn minst onduidelijkheid over de vraag of de partij nu vasthoudt aan de Vlaamse koers die al werd bepaald op het congres van Kort- rijk (2001), waar de CVP werd omgevormd tot

‘Christen-Democratisch en Vlaams’ (CD&V), dan wel of ze haar syndicalisten van het partij-

kader volgt (ook al weet men best dat die bij verkiezingen Groen stemmen).

Politicoloog Bart Maddens (KU Leuven) merkt in De Morgen op (‘CD en een beetje minder V’) dat de partij altijd de gangmaker is geweest van meer Vlaamse autonomie. Dat was zeer duidelijk het geval in de jaren 1990 met Luc Van den Brande en dat was zo ten tijde van het Vlaams Kartel. Is dat vandaag en mor- gen nog zo?

“De koerswending van vandaag is dan ook verrassender en misschien zelfs historischer dan die van 2001... Sinds zaterdag is het per- spectief van een unionistische zevende staats- hervorming iets realistischer geworden”, vindt Maddens.

Wat stemt hem zo pessimistisch? De tegen- stellingen tussen de meer Vlaamsgezinde rech- tervleugel en de linkervleugel van beweging.

net (vroeger ACW) is niet nieuw. Het kan best zijn dat de N-VA met een stofzuiger een deel van die rechtervleugel van CD&V opzoog en dat die derhalve is verzwakt. Het kan best zijn dat de linkervleugel dominanter werd in de soci- aaleconomische standpunten van de partij.

“Een vermogenswinstbelasting is het belang- rijkste speerpunt van CD&V geworden.” Maar een Belgische pirouette van CD&V zal de par- tijtop proberen voorkomen.

De kiezer

Eerder onderzoek van Sinardet naar iden- titeitsgevoel en communautaire stand- punten van parlementsleden (vergelijking

2011-2014/15) lijkt aan te tonen dat de Vlaams- gezinde vleugel van CD&V nog altijd sterk staat.

Lijkt, schrijven we, want maar een derde van de CD&V’ers stuurde antwoorden door. Maar toch de resultaten: bij CD&V voelt nog 44,4 procent van de parlementsleden zich meer Vlaming dan Belg, de rest situeert zich op de middenscore.

Amper 2,8 procent voelt zich meer Belg dan Vla- ming. Voor de belgicisten binnen die partij is er nog veel werk aan de winkel.

Wat nog belangrijker is dan de overtuiging van de parlementsleden is het stemgedrag van de kiezer. Al jaren wordt geschreven - want dat hopen Sinardet en co binnen de Pavia- groep op basis van erg omstreden postelec- toraal “wetenschappelijk” onderzoek - dat de kiezer niet wakker ligt van het communautaire debat. Kiezers hebben natuurlijk andere prio- riteiten, maar velen weten wel dat ook die evi- dente prioriteiten (sociale zekerheid, veiligheid, etc.) onrechtstreeks met het communautaire te maken hebben.

Hoe frustrerend moet het voor de Pavia-prof- fen zijn: bij elke verkiezing duwt een heel groot aantal Vlaamse kiezers op het Vlaamse knopje.

Een terugblik op anderhalf decennium verkie- zingen toont dit aan. Haalden Vlaams Blok en VU-ID in 1999 een kwart van de stemmen, de helft van paarsgroen, tien jaar later was dat 36 procent en in 2014 zelfs al 38 procent. Zijn ze er bij links en bij Pavia van overtuigd dat het in 2018 en 2019 anders wordt? Eerst zien en dan geloven…

Herfederalisering weinig realistisch

En er zijn ook praktische bezwaren. Helaas voor Sinardet en de linkse CD&V’ers is de poli- tieke ruimte van dit land gesplitst. Vlaande- ren heeft via het Vlaams Parlement een eigen democratie. Die kan je niet ongestraft in de vin- gers snijden.

CD&V zal dus wel tweemaal nadenken over haar Vlaamse strategie. De partij blijft met 15 tot 20 procent spelverdeler in coalitietijden.

Met paarsgroen of met een klassieke tripar- tite kun je in Vlaanderen geen kant meer op.

Alleen in een monstercoalitie van CD&V met paarsgroen zou een “herfederalisering” kun- nen. Maar dan splitst CD&V zichzelf. Een renais- sance van België is fictie. Een staatshervorming in achteruit ook.

Het besluit ligt dus voor de hand: de enige die meer België mogelijk kan maken is De Wever. Als hij zijn verstand gebruikt en CD&V - al is het achter de schermen - in zijn buurt te vriend zou houden, gebeurt dat niet. Als hij die partij wil kwetsen misschien wel.

Tussen droom en daad van de voorstanders van herfederalisering staan ook praktische bezwaren in de weg. Decreten weer omzet- ten tot één federale wet? Begin er maar aan.

Het leidt gegarandeerd binnen de seconde tot communautaire brand. De C van de partij stelt niks meer voor, de V straks ook niks meer? Veel succes, dames en heren. Zoals ook Maddens besluit: “In 2019 zou de CD&V-kiezer weleens een uiterst zeldzaam specimen kunnen wor- den”, want de verleiding voor de Vlaamsgezin- den wordt groot om elders onderdak te vinden.

En de kiezers van de linkervleugel? Die zijn er nog nauwelijks. Vraag dat maar eens aan Groen.

Wil CD&V met een meer Belgisch imago naar de verkiezingen? We geloven er wei- nig van. Wat hier na het partijcongres van vorig weekend in Lommel door de nieuws- makers werd uitgebazuind lijkt op een stuiptrekking van vrij machteloze spelers (academici, pers, syndicalisten) die een wig willen slaan in een Vlaams front.

Praten met Theodore Dalrymple

‘Culture Warrior’ van het eerste uur

CD&V zal bij Belgische pirouette eigen benen breken

De dood van een Cubaans

despoot 3

Praten met Dirk Rochtus over Turkije en Merkel 11 Praten met Ludo Abicht en Jean-Pierre Rondas 13 Bart Maddens: Hoe Siegfried Bracke zijn leven beterde 15 Nieuw mediaplatform telt af naar lancering 17

Deze week

Wie gelooft

Kris Peeters nog?

(2)

1 december 2016

2

Donald Trump en de misrekening van de economen

Actueel

“Geef mij een econoom met één arm”, was de boutade van VS-president Harry Truman die de voorbije zeventig jaar vaak herhaald werd. Economen deden allerlei voorspellingen, maar koppelden er ook de waarschuwing aan dat het een totaal andere richting uit kon gaan. Dit tot ergernis van de Ameri- kaanse beleidsmakers.

De quote van Truman werd de voorbije halve eeuw nog vaak herhaald en is actueler dan ooit na de verkiezingsoverwinning van Donald Trump. De meeste economen voorspelden finan- cieel-economische chaos bij zijn verkiezing. De beurzen zou- den omwille van de turbulenties net niet gesloten moeten worden. Om nog maar te zwijgen over de ineenstorting van de economie in de maanden na de bekendmaking van het ver- kiezingsresultaat.

Dollar op hoogste peil in dertien jaar

En wat blijkt nu? De beurzen zijn zeer gezond. Ze kennen pieken die hoger zijn dan de voorbije maanden. Ondertussen stelt ook de dollar het zeer wel. De ‘greenback’ is nog altijd wereldwijd de referentiemunt. Sinds de presidentsverkiezin- gen spurtte de dollar 5 procent hoger. Zeker in verhouding met de euro is de trend duidelijk.

Voor één euro krijgt men momenteel nog 1,06 dollar. Dat is het hoogste peil in bijna dertien jaar. Net voor de verkiezingen werd voorspeld dat de dollar bij een overwinning van Trump zou ineenstorten. Een zwakke dollar is goed voor de Ameri-

kaanse export, maar slecht voor de Europese exportbedrijven.

De marktaandelen van Europese bedrijven die op export zijn gericht - en daar vallen veel Vlaamse bedrijven onder - zou- den wegsmelten.

Maar we zien nu het omgekeerde. De economen hebben zich grondig misrekend. De Amerikaanse dollar wordt sterker en sterker. Reden is de aankondiging van Trump op de avond van zijn verkiezingsoverwinning. Hij beloofde miljardeninves- teringen in infrastructuur om de Amerikaanse economie aan te zwengelen. De economen die in Trump een financieel-econo- misch drama zagen, veranderden plots het geweer van schou- der. Misschien zijn de economische plannen van de vastgoed- magnaat uit New York nog zo slecht niet, was te horen. Zijn plannen zouden om te beginnen de inflatie aanzwengelen. Op zich is inflatie geen goede zaak, omdat ze de vermogens en spaargelden aantast, maar een minimum aan inflatie is nodig als smeermiddel voor de economie. Het zet consumenten snel- ler aan hun geld uit te geven. En het brengt zwakke bedrijven in de problemen.

Vandaar dat de centrale banken al een tijd bezig zijn om te proberen de te lage of soms zelfs onbestaande inflatie aan te zwengelen, door lage rentes en geldinjecties in de economie.

Maar dat wil maar niet lukken. Blijkbaar zou Trump op korte tijd slagen in wat de centrale bankiers dus niet kunnen. Eco- nomen verwachten nu plots dat de investeringspolitiek van de nieuwe president de economie een versnelling hoger doet

schakelen, waardoor de inflatie toch aantrekt. Terwijl tot voor kort de voorspelling totaal anders was: lange tijd lage inflatie.

Hogere rente

Ook in de voorspelling van de zwakke dollar hebben de eco- nomen het mis. De dollar wordt net sterker. Hoe komt dat?

Het investeringsbeleid van Trump zal tot extra overheidsuitga- ven en dus grotere overheidstekorten leiden. Logisch mone- tair gevolg daarvan is dat een centrale bank de rente doet stij- gen om te vermijden dat de economie plots oververhit raakt.

Een hogere Amerikaanse rente lokt investeerders naar Ameri- kaanse beleggingen in overheidsleningen, wat de munt onder- steunt. Blijkbaar hadden de economische waarzeggers dit evenmin zien aankomen.

Een sterke dollar is ook goed nieuws voor Europa. De euro verzwakt en dat ondersteunt de export omdat onze producten goedkoper worden. Dat is prima voor een exportgerichte eco- nomie als Vlaanderen. Enig nadeel: het is nu al duidelijk dat dit alles ook in Europa zal leiden tot een stijgende rente. Leuk voor de spaarders. Minder goed nieuws voor de overheden die duurder moeten lenen. Zeker voor de Belgische regering die de jarenlange lage rente op de staatsschuld niet gebruikt heeft om de begroting te saneren.

Nu al is de langetermijnrente aan het stijgen. Een sanering van de begroting wordt straks steeds moeilijker en moeilijker omdat de rentelasten niet meer dalen, maar zelfs beginnen stijgen. En dus andere delen van het overheidsbudget weg- happen. Dit onder controle houden, wordt de grote uitdaging voor de regering-Michel in 2017. Volgende week gaan we daar dieper op in. Angélique VAnderstrAeten De verkiezing van Donald Trump tot Amerikaans president zou tot economische chaos leiden, voorspelden veel

economen. De dollar zou ineenstorten en het mondiale economische systeem zou zwaar verstoord raken. De reali- teit is dat beurskoersen nooit geziene pieken bereiken en dat de dollar sterker staat dan ooit.

De Trojaanse paarden van Poetin in Europa

Rusland blijkt meer en meer een belangrijke rol te spelen op het internationale poli- tieke forum. President-elect Donald Trump wil de relaties met dat land aanzienlijk ver- beteren, maar ook vele politieke partijen in Europa, zowel links als rechts, wensen de banden met het land van Poetin aan te halen. Aan de andere kant, Rusland wordt beschul- digd van inmenging in de Amerikaanse verkiezingen en het actief voeren van anti-EU- propaganda

In het Europees Parlement werd vorige week woensdag een resolutie gestemd met de vraag om te reageren tegen de anti-EU-propaganda van sommige derde landen, en dan vooral van Rusland. Een studie gepubliceerd door de Atlantic Council, een organisatie die vooral de acties van de NAVO observeert en becommen- tarieert, heeft het dan weer over de Trojaanse paarden van het Kremlin in Europa.

Het valt moeilijk te ontkennen dat er pro- Russische krachten aan het werk zijn in Europa.

Enkele weken geleden won de Russischge- zinde Igor Dodon de presidentsverkiezingen in Moldavië. Na zeven jaar werken naar een kandidaat-lidmaatschap van de EU, wil hij nu een stap terug zetten. Ongeveer de helft van de Moldavische bevolking is meer te vinden voor een douane-unie met onder meer Rus- land en Wit-Rusland.

Eveneens halfweg november, behaalde de socialistische oppositiekandidaat Rumen Radev, een voormalig luchtmachtofficier, de overwinning bij de presidentsverkiezingen in Bulgarije. Hij wil zich inzetten voor betere rela- ties met Rusland en pleit voor het opheffen van de Europese sancties naar aanleiding van de Oekraïne-crisis. En dan is er in Frankrijk de keuze voor François Fillon als presidentskan- didaat voor de Republikeinen. Ook hij wil de

sancties tegen Rusland opheffen en boven- dien staat hij bekend als een vriend van Poetin.

Desinformatie

Dat Europa niet gelukkig is met deze gang van zaken, bleek vorige week woensdag toen in het Europees Parlement een resolutie werd ingediend tegen de toenemende Russische propaganda; trouwens, ook tegen de propa- ganda van islamitische terroristische groepen als IS en Al-Qaida.

De resolutie vraagt een herziening van de Europese strategische communicatie en effectieve maatregelen tegen wat omschreven wordt als de desinformatie die voornamelijk door Rusland wordt verspreid. Volgens de EU heeft die propaganda enkel tot doel Europa te verdelen door gebruik te maken van alle moge- lijke middelen.

Men viseert voornamelijk sociale media, internationale televisiezenders zoals RT (Rus- sian Television) en nieuwsagentschappen zoals Spoetnik. De Europese parlementsleden drin- gen in de resolutie aan op een meer kritische ingesteldheid, nog betere informatiecampag- nes en meer gebruik van lokale media om de Europese burgers objectief te kunnen infor- meren. Men pleit ook voor een betere samen- werking tussen de EU en de NAVO inzake

communicatiestrategie. Verder betreurt men de (financiële) steun van Rusland aan popu- listische partijen in het Westen en aan anti- Europese bewegingen. O ja, wie betaalde die reis van Dewinter nu eigenlijk? De resolu- tie werd door de Europese parlementsleden op zijn zachtst uitgedrukt toch minstens met gemengde gevoelens onthaald. Ze werd aange- nomen met 304 tegen 179 stemmen. Belang- rijk zijn de 208 onthoudingen en een duidelijk verschil in visie tussen Noord- en Zuid-Europa.

Van de 68 Italiaanse parlementsleden steun- den er slechts 8 de resolutie. Slechts 3 Franse parlementsleden waren voor, en Griekenland leverde zelfs helemaal geen steun. Niet echt verrassend is de goedkeuring door de meeste West-Europese en Centraal-Europese landen.

Voor het Verenigd Koninkrijk, Spanje en de Scandinavische lidstaten lag het goedkeurings- percentage dan weer tussen dertig en vijftig procent. Duitsland stemde zeer verdeeld: de CDU van Merkel was enthousiast voorstander, de SPD steunde de resolutie niet.

Niet-lineaire methodes

Draait de Russische propagandamachine dan zo goed in Europa? Volgens een studie van de Atlantic Council, getiteld The Krem- lin’s Trojan Horses, gebruikt Rusland ‘indirecte en asymmetrische methodes’ om politieke en militaire doelstellingen in het Westen te berei- ken. We kunnen dat zelf niet controleren, maar Valery Gerasimov, de chef van de Generale Staf van de Russische Federatie, zou volgens de deskundigen van de Atlantic Council spreken van zogenaamde ‘niet-lineaire methodes’ om de informatie en de politiek te manipuleren in westerse landen. Kortom, een andere manier van oorlog voeren.

Dit zou al sinds 2008 gebeuren, toen Rus- land in de toenmalige economische crisis een opportuniteit zag om vooral de verzwakte EU- landen te beïnvloeden, rekening houdend met de historische en culturele context van iedere lidstaat. Of daar effectief bewijzen voor zijn, valt moeilijk op te maken. Frankrijk, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk worden elk afzon- derlijk bekeken en geanalyseerd. Zowel rechtse als linkse partijen komen aan de beurt. Voor Frankrijk wordt verwezen naar de financiering van het Front national met het oog op de pre- sidentsverkiezingen van 2017. Marine Le Pen heeft publiekelijk al diverse keren toegegeven dat zij steun ontvangt uit Oost-Europa. Moet wel, aangezien Franse banken haar blijkbaar niets willen lenen.

In 2014 zou Le Pen 9 miljoen euro ontvan- gen hebben. Begin 2016 zou ze bijkomend om 27 miljoen euro gevraagd hebben. Of Le Pen, of het FN, dit laatste bedrag effectief hebben binnengehaald staat in de studie niet vermeld.

Ook De Republikeinen zijn verdacht, vooral François Fillon en zijn entourage. Zij worden voornamelijk genoemd in verband met hun sterk gematigde houding over de Russische annexatie van de Krim, maar ook in verband met belangrijke relaties van sommige CEO’s van Franse topbedrijven met het Kremlin. Men heeft het over Total, Gaz de France, Renault, de Société Générale… Een niet te verwaarlo- zen element is blijkbaar ook het feit dat Parijs de belangrijkste Europese vestiging is van de Russisch-Orthodoxe Kerk.

Netwerking

Of dit allemaal concrete bewijzen zijn, laten we in het midden. Voor Duitsland verwijst men opnieuw naar de energiesector en de moge- lijke banden van enkele CEO’s met figuren uit het Kremlin. Het Duits-Russisch Forum, opge- richt in 1993, en het Petersburg Dialoog, opge- richt in 2001 door voormalig kanselier Ger- hard Schröder en Vladimir Poetin, worden beschouwd als uitermate belangrijke institu- ten voor netwerking tussen Duitse en Russi- sche zakenlui, en zijn bijgevolg verdacht! Men vindt het blijkbaar niet normaal dat zakenlui uit Duitsland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk een netwerk hebben met Russische zakenlui en politici. Eerder genoemde organisaties wor- den echter op één rij gezet met Die Linke, Alter- native für Deutschland en Pegida, om maar enkele partijen te noemen.

Voor het Verenigd Koninkrijk zijn de conclu- sies niet anders. UKIP met Nigel Farage, Labour met Jeremy Corbyn en de British National Party hebben, volgens The Kremlin’s Trojan Horses, allemaal verdachte connecties met Russische politici en zakenlui.

Er wordt duidelijk geen onderscheid gemaakt tussen links en rechts. Het Russi- sche gevaar schuilt blijkbaar overal. De stu- die besluit dan ook met gepaste aanbevelin- gen naar de politici die nog nooit met een Rus hebben gesproken. De focus ligt vooral op het onderzoek naar de geldmiddelen van bepaalde politieke partijen en ngo’s, het opnieuw pro- pageren van de westerse waarden, wat deze ook moge zijn, en politieke actie om de desin- formatie te stoppen.

Met het stemmen van de resolutie in het Europees Parlement schijnen sommige poli- tici al meteen tot actie te zijn overgegaan. We mogen echter niet naïef zijn: beïnvloeding en spionage is van alle tijden en wordt door alle landen druk beoefend om de eigen belangen te vrijwaren. Ons komt het meer voor dat ‘het establishment’ met Poetin een nieuwe zonde- bok heeft gevonden voor de toenemende ruk naar rechts in het Westen.

rirO

(3)

Actueel

1 december 2016 3

Oude regimekrokodil

Mijnheer de tussenpersoon,

Gij behoort als geen ander tot de oude politieke klasse die stilaan het voortoneel aan het verlaten is. Niemand is daar rou- wig om en niemand zal u echt missen. Gij waande u alleen al door uw strakke, hau- taine houding altijd hoogverheven boven het plebs, en als weinig anderen waart en zijt gij de geïncarneerde arrogantie tegenover hen die er nog maar aan zouden denken eventu- eel tegen u een opmerking te maken. Vanuit een fenomenale eigenwaan keekt gij altijd op anderen neer en zeker toen gij Senaats- voorzitter waart geworden, meende gij op vorstelijke hoogten terecht te zijn gekomen.

Gij werdt daardoor de verzinnebeelding van het Belgique à papa dat ondanks maatschap- pelijke en politieke evoluties overeind bleef.

Het koningshuis, de burgerlijke elites, het leger, de adel, de diplomatie,… Het waren allemaal kringen waar gij als regimekrokodil zeer graag uw opwachting maakte. Als ver- franste Vlaming in Brussel raakte gij boven- dien alle banden met uw ‘roots’ kwijt.

Parlementslid, advocaat, burgemeester, Senaatsvoorzitter, minister… Gij werdt het allemaal, en met een leger van slaafse onder- geschikten kondt gij dat allemaal combine- ren. En ook uw bankrekening werd er almaar beter van. De wijze waarop gij voortschrijdt, weerspiegelt de allure die gij uzelf aanmeet.

En precies vanuit al die hoge posities hebt gij gemeend dat zowat alles gepermitteerd was en dat er genoeg achterpoortjes waren om een aantal zaken weg te halen uit het dag- licht en ‘te regelen’. Normvervaging noemt men dat ook wel eens…

Zo barstte onlangs de zaak rond de Bel- gisch-Kazachse zakenman Patokh Chodiev los, die met uw hulp de uitbreiding van de zogenoemde ‘afkoopwet’ sneller tot stand heeft laten komen. Het objectief van die man was duidelijk: door die wet zou de zakenman

een fraudeproces kunnen ontlopen door slechts een boete te betalen. In een mail van een oud-adviseur van de Franse president Nicolas Sarkozy werd immers bevestigd dat gij destijds in uw hoedanigheid van onder- voorzitter van de Senaat, maar ook ‘toevallig’

opererend als advocaat, betrokken waart bij de goedkeuring van de ‘afkoopwet’, leidend tot de verruimde minnelijke schikking voor Chodiev. Gij zoudt toen zelfs drie toenma- lige ministers hebben ‘gesensibiliseerd’ om de stemming van die wet in een hogere ver- snelling te krijgen: Stefaan de Clerck (CD&V), Didier Reynders (MR) en Steven Vanackere (CD&V). Meer nog: volgens een aantal bron- nen zoudt gij ook rechtstreeks hebben gepro- beerd om via de minister een minnelijke schikking bij het parket-generaal te beko- men… En de wet kwam er vrij snel - binnen de twee maanden -, in het voorjaar van 2011, ook al vertoonde die nog flink wat manke- menten… In ieder geval, het bracht allemaal ook goed op, want uw ‘bemoeienissen’ lever- den u als dank ruim 740.000 euro op voor slechts 350 gepresteerde uren.

Hoe de vork precies aan de steel zit, in heel die affaire wordt nu het onderwerp van een parlementaire onderzoekscommissie, waar ook gij zult moeten gehoord worden.

Uw eigen partij zit met heel die zaak erg ver- veeld en wist u alvast te bewegen om uit al uw partijfuncties ‘verlof’ te nemen. Alleen uw burgemeesterssjerp in Ukkel weigert gij voorlopig af te geven. Hopelijk brengt heel dit onfrisse dossier de nodige klaarheid en zal men erin slagen u eens terug met uw twee voeten op de grond te plaatsen en aantonen wat gij in werkelijkheid zijt: een omhoog- gevallen blaaskaak en graaiende poenpak- ker. Nederigheid is een schone deugd. Begin alvast maar te oefenen en eraan te wennen.

Briefje aan Armand de Decker

De gematigdheid en genuanceerdheid van de reacties van onze politieke leiders bij de dood van dictator Castro waren opvallend.

Linkse alleenheersers kunnen blijkbaar nog steeds op een vorm van schroom en aan- zien rekenen, ook wanneer hun parcours zoveel dodelijker en nefaster was dan dat van hun rechtse collega’s. Vergelijk de res- pectvolle behandeling van Castro maar met de manier waarop in de media met Pinochet werd afgerekend, hoewel die laatste tijdens de Koude Oorlog aan de kant van het Wes- ten had gestaan en héél wat minder doden op zijn geweten heeft dan Castro.

De linkse vrienden van Castro

De hoofdvogel werd afgeschoten door het uithangbord van afgeborsteld links, de Cana- dese eerste minister Justin Trudeau. De man met het strakke pak en immer goed zittende kapsel noemde de Cubaanse dictator “een grootse leider die zijn volk bijna een halve eeuw diende. Een legendarische revolutionair en orator, die significante verbeteringen heeft aangebracht in het onderwijs en de gezond- heidszorg in zijn natie.”

Op sociale media werd ongenadig de spot gedreven met Trudeaus lofdicht. Sommigen dankten Mussolini “voor zijn significante verbeteringen aan klokvast treinverkeer”.

Anderen vroegen respect voor de Boze Wolf

“omdat hij biggetjes leerde dat goede hui- zenbouw belangrijk is”. Nog anderen vroe- gen een minuut stilte voor “Pol Pot, die op een moedige manier de strijd aanging met het probleem van de overbevolking”. Trudeau staat niet alleen met zijn romantische maar domme visie op “El Comandante”. Lang nadat links in Europa opgehouden had de brutali- teit en de mislukkingen van het Oost-Euro- pese communisme goed te praten, bleef er altijd een warme plaats in vele progressieve harten voor het tropische marxisme van Fidel.

Steve Stevaert bezocht Castro persoonlijk en bezorgde hem zelfs een lading afgedankte bussen van De Lijn. Niemand in pers of poli- tiek stoorde zich daaraan.

Louis Michel, de vader van onze huidige premier, bracht in 2005 namens de EU een bezoek aan de tiran van Cuba. Hij noemde zich toen “optimistisch over de evolutie van de mensenrechten in Cuba” en drong er bij de oppositie op aan Castro niet nodeloos te

“provoceren”.

De revolutie van Fidel

Er bestaan veel mythes over het regime van Batista, dat door Castro en zijn revolutie werd omvergeworpen. Dictatoriaal was dat zeker. Corrupt ook. Maar Cuba was in 1959 geen tropische hel. Het was één van de rijk- ste landen van Latijns-Amerika, had een bbp per hoofd dat op het niveau van Japan en Italië lag, een betere levensverwachting dan Spanje en één van de hoogste graden van alfabetisering van Latijns-Amerika. Het klopt dat er onder Batista een economische stag- nering was ingetreden, maar dat had weinig te maken met enige kapitalistische uitbui- ting. Het was trouwens veelzeggend dat zijn regime de officiële steun van de Communis- tische Partij van Cuba wist te krijgen.

Wie dan weer geen communist was: Fidel Castro bij het begin van de opstand. Pas nadat hij de macht had overgenomen en de USSR hem economische hulp had beloofd, riep hij zichzelf uit tot marxist-leninist. Daarna volgde hij het parcours van alle communisti- sche landen: bloedige onderdrukking en eco- nomische neergang. Cuba duikelde naar de positie van tweede armste land van Latijns- Amerika. Dissidenten werden genadeloos vervolgd. Men heeft vandaag al bijna 10.000 mensen geïdentificeerd die door het regime zijn omgebracht. Maar men schat dat het wer- kelijke dodental eerder tien keer zo hoog ligt.

Een vijfde van de bevolking ontvluchtte het land. En wat staat daar bij Castro dan tegen- over? De laatste verdedigers van het socia- lisme stellen graag dat hij “sociale rechtvaar- digheid” heeft gebracht. Wat dat concreet

inhoudt, is niet steeds duidelijk.

Castro was zich bewust van de etalage- functie die zijn staat had voor het internati- onale communisme. Zijn regime kreeg dan ook lang aanzienlijke materiële steun van de Sovjet-Unie. De Cubaanse despoot gebruikte die zeer gericht om bepaalde statistieken op niveau te houden, zoals die van het alfabe- tisme. Men zegt er niet bij dat het regime allerlei kunstgrepen moest toepassen om deze streefdoelen te behalen. Abortus werd bijvoorbeeld de regel bij alle risicozwanger- schappen, om zo het kindersterftecijfer te verminderen. Net zoals in alle communis- tische landen, kwam de realiteit niet over- een met de vervalste statistieken. De gezond- heidszorg voor de gewone man was zo slecht dat er aparte medische circuits moesten geor- ganiseerd worden voor partijbonzen en toe- risten.

Het beleid van Castro had eigenlijk geen goede kanten. Tenzij men “hij was niet zo erg als Stalin” als criterium gebruikt. Vandaag bla- dert de verf van de façade van het Cubaanse Potemkin-dorp helemaal af, maar de wil van westerse politici en opiniemakers om de rea- liteit van het leven onder Castro te ontdek- ken, is vrij recent. De nood aan de illusie van toch één functionerende vorm van socialisme was lang te groot om voorbij het romantische beeld van revolutionair Fidel te kijken.

De collaboratie

Herman Portocarero die zowel België als de EU in Havana als ambassadeur heeft ver- tegenwoordigd, is een mooi voorbeeld van de westerse tolerantie voor het Castroregime.

Zelf de zoon van een collaborateur, werd Por- tocarero, zoals zoveel soixante-huitards van Vlaamsen huize, een antiflamingante sociaal- democraat. Deze man, die als ambassadeur geacht werd in Cuba de vrijheid en de demo- cratie te gaan vertegenwoordigen, werd vorig jaar nog op de korrel genomen door twee Cubaanse dissidenten, die nochtans eerder gelauwerd waren door de EU, Portocarero’s opdrachtgever. Ze laakten “zijn openlijke ver- standhouding met de Cubaanse regering”.

Collaboratie, dus. Dat maakte Portocarero de ideale man, uiteraard, om vorige week op het VRT-journaal zijn mening te geven over de figuur van Castro. Zijn geestes- en gene- ratiegenote, Martine Tanghe, gaf hem de kans de “uitingen van droefheid” in Havana op te tekenen. “Castro heeft Cuba op de wereld- kaart gezet”, voegde hij eraan toe. “Hij bleef altijd zichzelf, had gevoel voor humor en heeft altijd vermeden om een personencultus rond zichzelf op te bouwen.” Minstens dat laatste is een hilarische leugen. De man met het typi- sche petje en de sigaar, die ooit schreeuwde

“ík ben de revolutie”, liet zijn imago gewil- lig gebruiken als symbool van revolutie over de gehele wereld, daarin enkel overtroffen door zijn strijdmakker Che Guevara. In zijn land werd de “Lider Maximo” afgebeeld op alle bankbiljetten en op duizenden posters in heel het land. Zijn urenlange speeches werden rechtstreeks op televisie uitgezon- den, in extenso afgedrukt in alle kranten en moesten door de kinderen bestudeerd wor- den in de scholen. Castro’s persoonlijkheid hield het regime overeind. En als het nog een paar jaar zijn dood overleeft, zal dat ook aan diens personencultus liggen. Maar waar- over Portocarero niet spreekt, daarin schuilt de essentiële betekenis van Fidel: de tota- litaire onderdrukking, de onmenselijkheid, de economische achterlijkheid. Waarom valt het die diplomaat zo moeilijk om de werke- lijke betekenis van Castro te onderkennen?

En waarom zou zijn “zin voor humor” of “het plaatsen van Cuba op de wereldkaart” ons in godsnaam meer moeten interesseren dan wat zijn regime betekende voor de sukkelaars die op dat stukje wereldkaart moesten leven?

“Socialisme of de dood!” was de favoriete slogan van Fidel Castro. “Is er een verschil?”, mompelden de Cubanen grappend. Castro is dood. Nu enkel zijn socialisme nog.

Jurgen Ceder

Respect en rouw bij de dood van een Cubaans despoot

“Hij was een speler in de Koude Oorlog en vertegenwoordigde voor Cuba de fier- heid van het verzet tegen de externe dominantie.” (Hollande). “Een bladzijde van de geschiedenis wordt omgedraaid. Mijn deelneming voor zijn broer aan Raul en alle naasten.” (Reynders). “Met de dood van Fidel Castro, is de wereld een man verloren die een held was voor velen.” (Juncker).

Zijn laatste sigaar is opgebrand

(4)

Leuke vrienden

Wegens een ‘drukke’ agenda werd er woensdag al plenair vergaderd. Bij de aan- vang van de zitting werd meegedeeld dat de conferentie van voorzitters zich achter het prin- cipe geschaard heeft van de oprichting van een parlementaire onderzoekscommissie naar de zogenaamde ‘Kazachgate’. Het voorstel ter zake van Olivier Maingain (FDF, nu DéFi) tot instelling van die parlementaire onder- zoekscommissie werd medeondertekend door Marco van Hees, Kamerlid voor de communis- ten van PTB (PVDA).

Donderdag werd dat voorstel in overweging genomen en zonder verpinken naar de com- missie Justitie doorgestuurd. Vlamingenhaters en communisten samen die de steun krijgen van de politiek correcte meerderheid; het is weer eens wat anders. Natuurlijk is er niks mis met het onderwerp van het onderzoek, maar het leert ons toch weer veel over de verhou- dingen tussen de partijen in de Kamer én de twee maten en twee gewichten die men zeer vaak hanteert.

Nu gebruikt men het argument dat dit een goed voorstel is en dus kan gesteund wor- den. Van het VB werd nog nooit iets gesteund, zelfs als het goede voorstellen waren. Neen, men stemde ze altijd weg om ze nadien vaak over te schrijven of in een herschreven versie in te dienen.

Afrekening?!

Natuurlijk was de Brusselse FDF-Führer er als de kippen bij om een voorstel in te dienen waarin hij de MR in het algemeen en Armand de Decker in het bijzonder wil treffen. Hij heeft immers nog een flinke rekening openstaan bij zijn oude kompanen van de MR, waarmee hij jarenlang in een structureel samenwerkings- verband samenwerkte, maar dat spaak liep in september 2011 toen het BHV-akkoord uit de bus kwam en waarin de MR het FDF voor het blok stelde.

Evenwel, in maart van datzelfde jaar werd de gewraakte ‘afkoopwet’ gestemd die mede het onderwerp is van de door Maingain voor- gestelde onderzoekscommissie. En wat blijkt?

Maingain heeft die wet mee goedgekeurd als toen nog trouwe vazal van de MR! Hallo, Ollie?!

Leg ons eens een en ander uit!

Van kwaad naar erger

Onze woorden van vorige week waren nog niet koud of het was weer van dat… Rumoer tijdens de zitting, geen aandacht, afwezig- heid van velen, luidruchtige onderonsjes…

Het werkt voorzitter Bracke duidelijk op zijn systeem. Tot tweemaal toe moest hij sprekers onderbreken toen bleek dat zij eigenlijk voor de muren stonden te praten.

Een eerste keer: “Collega’s, ik moet u zeg- gen dat ik na elke plenaire zitting enkele tien- tallen mails krijg – en dat aantal neemt nog toe – over de manier waarop de leden van de Kamer zich gedragen tijdens de discus- sies. Men stelt vast dat hier niemand nog naar elkaar lijkt te luisteren en dit wekt de indruk van onbeleefdheid.

Ik roep dan ook iedereen op om beter naar elkaar te luisteren.” En later nog een tweede keer: “Mag ik u vragen om gesprekken met ministers in de gang te voeren. U weet toch dat

Roddels uit de Wetstraat

Dossier 1 december 2016

4

dit allemaal in beeld komt?” Waarop betrok- kene, Jean-Jacques Flahaut (MR), weer naar zijn plaats trok en een kushandje gooide naar de socialistische fractie die het allemaal wel- letjes vond… Misschien moet de conferentie van voorzitters hierover toch maar eens ver- gaderen, want deze Belgische krabbenmand neemt niemand nog ernstig.

Tijdverlies

Herhaaldelijk worden agenda’s van com- missies overladen met vragen waarvan men zich kan afvragen of het nuttig en nodig is dat ze mondeling beantwoord worden door de minister. Zo stonden er vorige week punten geagendeerd in de commissie voor de infra- structuur, het verkeer en de overheidsbedrij- ven, met als onderwerpen: de openingsuren van het postkantoor in Saint-Hubert, de slui- ting van het magazijn van bpost in Jemelle, de omzetting van de Europese breedband- richtlijn, de naamswijziging van Belgacom,…

Aangezien de minister op dergelijke vragen toch maar een door zijn medewerkers voorge- kauwd antwoordje komt aflezen, zouden der- gelijke vragen beter schriftelijk gesteld wor- den. Maar ja, er zijn zo van die fluweelzitters die statistieken bijhouden over hun vragen aan de minister. En natuurlijk komt het bij de achterban beter over dat men een vraag rechtstreeks aan de minister stelt dan aan zijn administratie…

Ritme kwijt?

Yoleen van Camp, de in 2014 pijlsnel gestarte N-VA-hinde uit de Kempen, is pre- cies haar ritme kwijt. Sinds september stelde ze nog maar vier mondelinge vragen in de commissie en geen enkele in de plenaire ver- gadering.

Dat is weinig voor haar doen. Ja, ze liet haar medewerker wel een pak schriftelijke vragen schrijven, maar daarvoor moet je niet in Brus- sel aanwezig zijn. Ze is maar weinig in het Paleis der Natie te bespeuren. Zou ze druk bezig zijn met het zoeken van geschikte kan- didaten voor haar lijst in Herentals, waarnaar ze verhuisde vanuit het naburige Kasterlee?

Hopelijk pakt ze het in haar nieuwe stad wat beter aan dan daar, want in de pompoenge- meente liet ze een boeltje en heel wat ver- deeldheid achter.

En naar verluidt zou ze burgemeester willen worden in de gemeente van ‘den Tutter’, Jan- tje Peeters van de sp.a… We zijn benieuwd.

Heimelijk Brits protectoraat

De fascinerende figuur van de Egypte- naar verdient iets meer uitleg. De man is het schoolvoorbeeld van de Arabische dictator die erin slaagt de mooie eigen ruiten in te slaan. Hij is nog altijd de grote held van de Arabische wereld die, tot vandaag, niets uit zijn latere dwaasheden heeft geleerd. Egypte is een uniek kolonisatie-voorbeeld.

Tot 1918 wordt het bestuurd door de Kedi- ves, erfelijke vicekoningen van Albanese ori- gine. Theoretisch is het land nog altijd een deel van het Ottomaanse Rijk, maar in de praktijk regeren de Kedive en zijn corrupte pasja’s autonoom over Egypte en ze persen deskundig de arme boertjes af. Spilzuchtig als zij zijn, is er altijd geld te kort. Het Suez- kanaal wordt daarom gegraven met het geld van Brits-Franse financiers die het honderd jaar lang mogen uitbaten en die Egypte met een aalmoes afschepen.

In 1882 besluiten de Britten de Kedive te

“helpen” bij de afbetaling van zijn schulden.

Ze nemen het bewind in Egypte over. De Kedive wordt “geassisteerd” door een Britse consul-generaal (niet eens een ambassa- deur, want die zit bij de sultan in Constanti- nopel) die in werkelijkheid Egypte bestuurt.

Naast iedere Egyptische minister staat een Britse “assistent” die de echte baas is. De opperbevelhebber van het nieuwe Egyptisch- Brits leger is de “sirdar”, een Britse gene- raal die alleen zijn eigen Britse regimenten vertrouwt. En het hoofd van de Egyptische geheime dienst is de “mamur zapt”; uiter- aard ook een Brit. Na 1918 en de ontbinding van het Ottomaanse Rijk wordt Egypte the- oretisch een onafhankelijk koninkrijk en is het niet langer een heimelijk Brits protecto- raat. Maar de Egyptenaren moeten aanvaar- den dat een Brits leger van 10.000 beroeps- soldaten het land en vooral het Suezkanaal

“beschermt”. Jonge nationalistische Egypte- naren zijn die Britse schoonmoeders meer dan beu, maar koning Faroek (afstamme- ling van Kedives) en zijn kliek zien de Britten meer als garantie voor hun corrupt regime dan als bezetters.

De kolonel wordt dictator

Gamal Abdel Nasser is de zoon van een postambtenaar. Hij hoort niet bij de rijke elite maar zijn familie is hoogverheven boven de arme boeren. Nasser krijgt een verzorgde opvoeding. Hij leert Engels en Frans, de taal van de welstellende Egyptenaren die dwepen met Frankrijk. Zoals veel jongemannen uit de bourgeoisie wordt Nasser een overtuigde nationalist die meer tijd aan acties dan aan school besteedt. Hij kiest voor een loopbaan in het leger en in 1938 wordt hij als 20-jarige onderluitenant.

Tijdens de oorlog sympathiseert hij heime- lijk met de Duitsers en het leger zendt hem naar Khartoem in Soedan, dat dan nog geza- menlijk bestuurd wordt door Egyptenaren en Britten (de echte bazen). Nasser komt wel in actie in 1948 als Egypte één van de vijf landen is die het jonge Israël willen vernietigen. Hij is de onderbevelhebber van een brigade die er een tijd in slaagt de Israëli’s op te houden en hij merkt verbitterd op dat het Egyptische leger een incompetent zootje is. Hij keert met veel prestige terug naar Caïro en hij verzamelt rond zich jonge nationalistische collega’s die genoeg hebben van de armoede en de cor- ruptie in hun land. Nasser wordt de spin in een web dat geduldig in heel het leger wordt uitgebouwd. Hij is de enige die alle namen van medestanders kent. De koninklijke rege- ring begint iets te vermoeden en Nasser is haar voor. Hij informeert Britten en Amerika- nen van een putsch tegen de vadsige koning, krijgt “geen bezwaar” en op 22 juli 1952 grijpt hij de macht. Het regime biedt geen tegen- stand. Nasser heeft één probleem. Hij is maar een 35-jarige luitenant-kolonel, dus schuiven hij en zijn sympathisanten een oudere en gerespecteerde generaal naar voren die het

gezicht van de revolutie wordt. Deze Moham- med Naguib wordt eerste minister en later president, terwijl Nasser zich tevreden stelt met een rol als tweede man. De putchis- ten vaardigen onmiddellijk populaire maat- regelen uit, zoals een landonteigening ten voordele van de arme boeren. In de praktijk reikt die niet echt ver, maar als symboolpoli- tiek kan ze tellen. Er is iets tweeslachtigs aan Naguib. Hij wil democratische partijen aan de macht en het leger weer in de kazerne.

Tezelfdertijd steunt hij als gelovige moham- medaan de invloedrijke Moslimbroeders, die een theocratie eisen.

Nasser treedt ook niet buiten zijn Arabisch- mohammedaanse denkpatronen en verkiest een (moderne en efficiënte) dictatuur. Hij drukt zijn zin door en Egypte wordt een één- partijstaat. In de machtsstrijd tussen Nasser en Naguib wint Nasser omdat het grootste deel van het leger hem steunt. Hij verbant Naguib, benoemt zichzelf tot president en introduceert de typische zonden van de Ara- bische heersers: paranoïde wantrouwen, een sterke geheime politie en overal informanten en spionnen. Honderden echte of vermeende tegenstanders verdwijnen in de gevangenis waar ze vreselijk behandeld worden. Ook de Moslimbroeders met hun aanspraak op de macht moeten eraan geloven. Maar Nasser kent de diepte van de gevoelens van veel van zijn achterlijke landgenoten en hij laat overal beelden tonen van zijn pelgrimstocht naar Mekka. Dan is het tijd om de zogenaamde oorzaak van alle ellende in Egypte te verwij- deren: de Britten. Die verlaten tegen heug en meug het land, en zien met afgrijzen dat Nas- ser zich neutraal opstelt in de Koude Oorlog.

De Egyptenaar wil geen lid worden van een antisovjetbondgenootschap. Daarenboven steunt hij de Algerijnse rebellen in de bloe- dige oorlog tegen de Fransen.

De leider waar alle Arabieren op wachten

Nasser heeft grote plannen om de toevoer van de Nijl beter te plannen en de Egyptische landbouw ook in de droge maanden water te geven. In Assouan moet een reusachtige dam gebouwd worden met behulp van Ame- rikaans en Brits kapitaal. Van de ene op de andere dag weigeren westerse financiers kre- diet aan die “neutralist”. Nasser wendt zich tot de Sovjet-Unie, die droomt van een vaste voet in het Midden-Oosten en graag betaalt.

De Egyptenaar ruikt nog een opportuniteit.

Met als voorwendsel dat hij geld nodig heeft voor Assouan, nationaliseert hij het Suezka- naal. De Britse en Franse eigenaars reageren hysterisch, hoewel ze weten dat hun con- cessie in 1968 vervalt. De Franse minister van Buitenlandse Zaken spreekt over “geen tweede München”. In Britse en Franse kran- ten wordt Nasser in schreeuwerige koppen een nieuwe Hitler genoemd. De twee Euro- pese gewezen grootmachten spannen Israël voor hun kar; denken ze toch. Nasser heeft al eens heimelijk contacten met Israël gehad, maar vanuit het dan nog Egyptische Gaza worden voortdurend aanvallen op de joodse staat uitgevoerd. De Israëli’s slaan iedere keer keihard terug en Nasser durft geen verdere gesprekken aan. Op 29 oktober 1956 rollen de Israëli’s het Egyptische leger in de Sina- iwoestijn op, en ze staan aan het Suezka- naal. Britten en Fransen vallen Egypte binnen met als voorwendsel het kanaal te bescher- men. De onwetende Amerikanen zijn razend over die koloniale interventies en ze dwingen hun bondgenoten tot een smadelijke terug- tocht. Er zijn twee winnaars: Israël, dat in een geheime onderhandeling met Egypte aller- lei beperkingen voor zijn scheepvaart laat opheffen, en Nasser zelf. In heel de Arabische wereld wordt hij hysterisch bejubeld. Einde- lijk heeft er iemand die arrogante Europea- nen te grazen genomen. Dit is de leider waar alle Arabieren op wachten. Jan neckers

(wordtvervolgd)

Nasser, of de mislukking van de eerste Arabische Lente (1)

Voor een paar weken schreef ik mijn herinneringen neer aan de tv-journaals van 1956 en de crisis rond het Suezkanaal. De hoofdacteur was de Egyptische president Gamal Abdel Nasser

Hoofdzetel:

Hoogstratenplein 1 2800 Mechelen

Geen woorden

maar daden!

Voor een Vlaamse

sociale zekerheid!

Bel gratis 0800 179 75 of surf voor ons kantorennetwerk even naar vnz.be

Word lid van het VNZ

(5)

Op de praatstoel

1 december 2016 5

Praten met Theodore Dalrymple

‘Culture Warrior’ van het eerste uur

Maar vandaag lijkt cultuur opnieuw de inzet van heel wat politiek en metapolitiek con- flict. De oude waarheden wankelen. Vandaag geen discussie over schoolstrijd of geloof in het klaslokaal, wel wild debat over transgen- ders, veegpieten, #BlackLivesMatter, de loon- kloof, 4de golf feminisme, ‘mannelijk en blank privilege’, ‘safe spaces’, enzoverder. Al deze nieuwe fenomenen krijgen geen vrij spel, inte- gendeel. Overal is tegenwind. Niet alleen op straat, met klassieke manifestaties, maar ook op internet en in koopgedrag… Kortom, “It’s the culture, stupid!”

Het is in dit licht dat we een conservatieve veteraan in deze ‘culture war’ ontmoeten in Sint-Niklaas: de Britse polemist Theodore Dal- rymple, ooit de filosofische mentor van Ant- werps burgemeester Bart de Wever (N-VA).

’t Pallieterke: in uw boek ‘Leven aan de onderkant’ beargumenteert u dat heel wat van de armoede in het Westen te wijten is aan het falen van de welvaartstaat. Is er dan geen armoede zonder een welvaart- staat?

Theodore Dalrymple: “Natuurlijk is er sowieso armoede. Maar wat ik wil zeggen is dat heel wat armoede vandaag bestaat door het aanmoedigen van slecht gedrag door een intellectuele klasse. Men stelt vaak dat armoede louter de oorzaak is van oneerlijk- heid en niets te maken heeft met het gedrag van mensen.”

’t Pallieterke: welk sociaal model ver- kiest u dan?

Theodore Dalrymple (glimlacht): “Wel, ik ben niet zo goed in oplossingen. Ik kan alleen de problemen aanduiden. Ik heb niet echt een utopisch model in gedachten. Elke echte maatschappij heeft problemen. Wat ik zou voorstellen zijn voorzichtige hervormingen, geen blinkend totaalplan. Maar beloning zou niet mogen gescheiden zijn van inspanning.

En dat is vandaag te vaak het geval. Leven heeft geen zin op die manier.”

’t Pallieterke: hebben die mensen waar- over u schrijft niet gestemd voor de Brexit?

En kan dat niet, in tegenstelling tot uw the- orie, worden gezien als een zet weg van de welvaartstaat?

Theodore Dalrymple: “Dat weet ik zo niet.

Ik ben niet zeker of de mensen waarover ik schreef wel gingen stemmen. Ik denk ook niet dat je op zo’n manier mag correleren. Het ene betekent niet het andere. Wel heeft men heel wat onderzoek gedaan naar de Brexit-kiezers:

ze bleken ouder, armer, minder opgeleid. Dit waren de mensen die niet gebaat waren bij het status quo en achtergelaten werden. Daar valt een parallel te trekken met Trump-kie- zers. Trouwens, dit alles wil niet zeggen dat de voorgenoemde mensen verkeerd waren.

Hoger opgeleide mensen daarentegen, als zij mis zijn, zijn ze meestal zeer mis (lacht).”

’t Pallieterke: velen hebben gezegd dat de Brexit meer een stem tegen immigratie was dan tegen de EU. Akkoord?

Theodore Dalrymple: “Ik denk dat er een gevoel is tegen massamigratie. Maar ik denk ook dat dat gevoel niet door iedereen gedeeld wordt, zeker al niet tegenover migratie uit Oost-Europa. Bijvoorbeeld, bepaalde men- sen uit de middenklassen bij ons staan posi- tief tegenover dit gegeven omdat dit betere en goedkopere diensten met zich meebrengt (het VK heeft heel veel Poolse arbeiders, loodgie- ters… nvdr). Mensen met minder centen zien het niet zo positief.

Maar er zijn nog redenen voor de vele Brexit-stemmen. Neem David Cameron als voorbeeld. Die was en is zo onpopulair dat als hij voor de Brexit campagne had gevoerd,

‘Remain’ misschien wel had gewonnen (lacht).

Veel mensen voelen ook aan dat de EU rich- ting rampspoed vaart en niet te hervormen is.

Dat er een gebrek aan democratisch overzicht

Cultuur is na lange tijd opnieuw een thema. De jaren vijftig en zestig waren een tijd- perk van heel wat ruzie in het maatschappelijke veld tussen gelovig en conservatief enerzijds en niet-gelovig en progressief anderzijds. Maar die culturele breuklijn werd lange tijd ondergesneeuwd. Eerst naar het einde van de Koude Oorlog toe, met het neo- liberalisme van de jaren tachtig waarbij het economische verhaal primeerde. Later, na de Koude Oorlog, bleek met het ‘Einde van de Geschiedenis’ van Francis Fukuyama de suprematie van het waardenliberalisme te zijn vastgesteld.

is. En dat gevoel leeft niet alleen in het VK…

Op een manier is de EU een nieuw Joegosla- vië aan het bouwen, en dat is niet echt een goed precedent.”

’t Pallieterke: denkt u dan dat de Brexit goed is voor het VK?

Theodore Dalrymple: “Wel, dat de Brexit een ramp wordt voor het VK, is absoluut noodzakelijk voor de EU. Want als het dat niet wordt, gaan mensen in de EU zich afvragen:

‘Als een lidstaat die de EU verlaat niet slech- ter af is dan ervoor, waarom hebben we dan deze EU?’ Maar ik denk wel dat de EU het einde tegemoet gaat. Hopelijk vredevol. Maar ik ben geen profeet.”

’t Pallieterke: De Brexit veroorzaakte ook in Schotland heel wat onrust, want pro-EU.

Steunt u Schotse onafhankelijkheid?

Theodore Dalrymple (twijfelt): “Ik wil niet echt dat Schotland onafhankelijk wordt. Hoe- wel. Sommige Schotten willen van Schotland een soort van Wallonië maken. In dat opzicht is de SNP (Scottish National Party) net als de PS. Als ze onafhankelijkheid zouden krijgen, zouden heel wat Engelsen blij worden om hun toekomstig binnenlands beleid. Engeland zou ook nooit een Labourregering hebben gehad zonder Schotland. Maar ik denk dat het heel moeilijk zou worden voor Schotland. En zou de EU een tweede Wallonië willen?”

’t Pallieterke: in uw boek ‘Rot verwend’

keurt u duidelijk af wat u sentimentaliteit noemt. Is emoties tonen niet gezond?

Theodore Dalrymple (glimlacht): “Dat hangt er vanaf. Soms is het goed om je emo- ties te tonen en soms niet. Maar sentimen- taliteit is niet alleen emoties tonen. Er is iets

‘fake’ of vals aan. Sentimentaliteit is tot emo- tie wat kitsch is tot kunst. Het is emotie voor het nut van emotie. Als dat sentimentaliteit is, dan denk ik niet dat het iets goed is.”

’t Pallieterke: we horen veel over dit thema als het gaat over ‘milllennials’ of de

‘generatie Y’. Zeg maar de generatie gebo- ren in de jaren negentig. Is er daar iets pro- blematisch gaande?

Theodore Dalrymple: “Er is misschien veel sentimentaliteit in deze generatie… Maar ik wil ook niet stellen dat er ooit een genera- tie was die geen problemen met zich mee- bracht (lacht).

Maar men mag ook niet altijd goedkoop zeggen “het was altijd zo”, en men mag niet elk intergenerationeel verschil minimaliseren.

Als we naar de jongere generatie kijken, in Amerikaanse universiteiten bijvoorbeeld, zien we een verheffing van emotie boven rede. De notie dat iemand een ‘safe space’ (safe spa- ces, veilige ruimtes, zijn plaatsen in bepaalde Amerikaanse universiteiten waar bepaalde uitingen niet welkom zijn en sommige, veelal linkse, studenten heen kunnen zonder ‘trig- gered’ of gekwetst te kunnen worden, nvdr) nodig heeft, is absurd. Mensen zouden zich niet mogen gedragen alsof ze gemaakt zijn van eierschalen. Mensen hebben de plicht om niet al te beledigend te zijn, maar ande- ren hebben evenzeer de plicht om niet voort- durend beledigd te wezen. Het evenwicht tus- sen de twee is zoek.”

’t Pallieterke: u stelt in uw werken dat onze elites en intellectuelen onze cultuur hebben vernietigd door ze niet te erken- nen, en door middel van politieke correct- heid. Hoezo?

Theodore Dalrymple: “Er is een hele hoop oneerlijkheid in dit proces. Men valt bijvoor- beeld ‘hogere cultuur’ aan en stelt dat alle cul- tuurvormen gelijk zijn, maar men leeft niet conform met die visie. Ze genieten meer van hoge cultuur dan van lage, ze luisteren meer naar Mozart dan naar rapmuziek. En ik geloof geen seconde dat ze dat ook niet bij hun kin- deren aanmoedigen.

Het is ironisch dat er geen betere garan- tie kan zijn dan deze doctrine van gelijke cul- tuurvormen opdat de lagere klassen lagere klassen zouden blijven. Hoge cultuur is voor iedereen. Iedereen zou de mogelijkheid ertoe moeten hebben. Sommige gevangenen in Engeland werd aangeboden om een Bach- cantate te zingen. Niet echt iets wat gevan- genen vaak doen (glimlacht). Eerst hebben ze ermee gespot, maar later vonden ze het de meest schitterende ervaring in hun leven.

Maar voordien kwamen ze er nooit mee in contact en werd het ook met opzet voorko- men. Het is dit dat ik bestrijd. Het gebrek aan de idee dat er een betere en slechtere cultuur is, is finaal asociaal.”

’t Pallieterke: gelooft u dat we daar nu een reactie tegen zien? Er is bijvoorbeeld een soort tegencultuur op het net, gekend als de ‘Alt Right’. Ze gebruiken vaak vulgari- teit, maar de rode draad lijkt een teruggrij- pen te zijn naar traditie en vaste waarden…

Theodore Dalrymple (twijfelend): “Wel…

Ik zie het eigenlijk niet. Ik zie de vulgariteit, maar ik zie de hogere cultuur niet (lacht). Ik denk in feite ook niet dat je traditie kan pro- moten met vulgariteit. Waarom vulgair zijn? Is het omdat dat de enige manier is om de aan- dacht te trekken? Dan draag je alleen meer bij aan het probleem. Het is niet nuttig om het te gebruiken om het te verslaan. Wanneer je het gebruikt, aanvaard je reeds hun regels.”

’t Pallieterke: nu we toch het onderwerp vulgariteit aansnijden, wat vindt u van de Amerikaanse president-elect Trump?

Theodore Dalrymple (lacht): “Hij is vulgair, inderdaad. Het is een man met veel karakter- fouten, waarvan vele waarschijnlijk ernstig.

Maar ik was wel tevreden Hillary Clinton niet te zien winnen. Ik denk dat de overwinning van Trump waarschijnlijk beter is voor Ame- rika en de rest van de wereld, dan wanneer Clinton zou gewonnen hebben.”

’t Pallieterke: dus u denkt dat het presi- dentschap van Trump iets goed zal worden voor de Amerikanen?

Theodore Dalrymple: “Sta me toe om vaag te zijn… Ik weet het niet. Er zijn zaken die evi- dent goed zijn voor Amerikanen, zoals min- der taksen op bedrijven. Of dat goed is voor de rest van de wereld, laat ik in het midden.

Maar zal hij slagen? Globalisering heeft voor veel heel veel mensen heel veel problemen geschapen. De gedeïndustrialiseerde woes- tijnen zijn een probleem in de VS, maar ook in Europa: denk maar aan bepaalde Britse steden en Wallonië… Daar is allemaal geen snelle oplossing voor. Maar Trump heeft de merite om onze aandacht getrokken te heb- ben op deze achtergelaten mensen, die op de radar van mensen als mevrouw Clinton zelfs geen blipje zijn.

De overwinning van Trump heeft ook veel te maken met een revolte tegen politieke correct- heid. Er was onlangs protest op de universiteit van Pennsylvania – een universiteit opgericht door Thomas Jefferson. Een decaan had Jef- ferson geciteerd. En dat mocht niet, want Jef- ferson had slaven (verbouwereerd). Zo’n soort reacties is precies wat Trump heeft geprodu- ceerd. Het gedoe rond jullie Zwarte Piet is een ander voorbeeld. Dit soort zaken creëert een zodanige woede tegen het systeem dat eenieder die die woede kanaliseert populair kan worden, zelfs als het een vulgaire man als Trump is. Maar als Trump je kampioen tegen politieke correctheid is… dan heb je al een beetje verloren.”

’t Pallieterke: denk je dat als Trump een meer geïsoleerd Amerika zal gaan leiden,

Europa zelfbewuster zal worden? Militair bijvoorbeeld?

Theodore Dalrymple: “Dat betwijfel ik.

We zijn zo verzwakt als een groep van naties dat we incapabel zijn om ook maar iets op te lossen. En we zijn zo antimilitaristisch dat ik helemaal niet zeker ben dat we onze mili- taire capaciteiten zouden versterken in een machtsvacuüm dat Amerika zou achterlaten.

Maar laat ons aannemen dat de NAVO minder van belang wordt.

Ik betwijfel dan of Europa zijn eigen ver- dediging zal gaan organiseren. Duitsland zou een belangrijke macht in die opdracht wor- den en het vertrouwt zichzelf niet. En ik weet ook niet of andere landen in Europa Duits- land daarmee vertrouwen… En dan is er nog de vraag over de middelen. Waar zullen ze het geld halen? Snijden in de sociale zekerheid?

Ik betwijfel het.”

’t Pallieterke: Trump heeft vaak opgeroe- pen tot eerlijkheid inzake radicale islam.

Deel je die wens?

Theodore Dalrymple: “Ik denk dat isla- misme bijzonder zwak is, intellectueel gespro- ken dan. Het heeft niets te zeggen aan de 21ste eeuw. We zouden beter vrank zijn over de tekortkomingen ervan, en dat zijn we niet.

We moeten stoppen met zeggen dat de islam een religie van vrede is. Dat is absurd. We moeten de tekortkomingen van de Koran en de islamitische profeet Mohammed durven aanduiden. Als het dat is wat Trump bedoelt, dan ben ik akkoord met hem.”

’t Pallieterke: laten we het hebben over uw ander werk ‘Drugs: de mythes en de leu- gens’ (Romancing Opiates). U stelt dat een ondraaglijke drugverslaving niet bestaat en er eerder sprake is van gebrek aan karakter en verantwoordelijkheid?

Theodore Dalrymple: “Eerst en vooral, ver- slaving bestaat. Ik ontken dat niet. Maar wat ik wel ontken, is dat de fysiologische aspecten de meest belangrijke zouden zijn van drugver- slaving. De huidige doctrine is dat drugversla- ving een chronische hersenziekte is. Het impli- ceert dat de hoofdoorzaak een fysiologische of pathologische is. Dat is simpelweg onwaar.”

’t Pallieterke: de Filipijnse president krijgt heel veel kritiek voor zijn harde beleid tegen drugdealers én -gebruikers.

Denkt u dat dit een goeie aanpak is?

Theodore Dalrymple: “Wel... Het heeft eens gewerkt in China. Met Mao. Maar ik verdedig zo’n zaken niet natuurlijk, omdat de oplos- singen erger waren dan de problemen. Maar wat wel belangrijk is: Mao begreep dat er een belangrijk verschil is tussen een opiumver- slaafde en een Parkinsonpatiënt. 20 miljoen mensen in China gaven drugs op omdat ze met de dood bedreigd werden. Iemand die werkelijk ziek is, kan dat niet doen. Het lijkt erop dat Duterte ook weet dat drugverslaving een moreel falen is. Maar uiteraard is het geen oplossing om iedereen die moreel faalt neer te gaan schieten. Iedereen faalt moreel en ieder- een heeft zwakten…”

’t Pallieterke: plant u nieuwe boeken?

Theodore Dalrymple (glimlacht): “Ja.

Ik heb drie manuscripten naar de uitgever gestuurd. Het eerste werk is een verzameling van artikels over de verbanden tussen genees- kunde, medische geschiedenis en literatuur.

Het tweede werk is beetje meer vreemd. Het handelt over mijn trip van twee dagen van mijn thuis in Engeland naar het zuidwesten van Wales. Ik schreef over de boeken die ik onderweg in tweedehandswinkels vond. De centrale boodschap is dat je voldoende men- tale voeding kunt vinden in twee dagen om je je hele leven bezig te houden… als je de juiste ingesteldheid hebt.

Het derde werk zijn mijn memoires over mijn jaren in de gevangenis. Ik was vijftien jaar een gevangenisdokter. Het meeste materiaal is nog nooit gebruikt in mijn andere werken.”

’t Pallieterke: hartelijk bedankt voor dit interview. Hebt u een boodschap voor Vlaanderen en de rest van Europa?

Theodore Dalrymple (lacht): “Ik ben niet echt een boodschapper, maar ik zou zeggen:

lees mijn boeken. Of nog beter, koop ze!”

Jonas naeyaert

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Rosa Lambrechts van Simenon: „We willen de ge- broken samenhang tussen de jon- gere en zijn omgeving herstellen, zijn vaardigheden vergroten en zijn zelfbeeld opkrikken.. Bedoe- ling

Maar wanneer de heilige Geest over jullie komt, zullen jullie kracht ontvangen en van mij getuigen in Jeruzalem, in heel Judea en Samaria, tot aan de uiteinden van de aarde.’

Heden en toekomst van de economische Nederlands-Duitse betrekkingen Kees van Paridon Moderatie:.

Om aan deze vraag te voldoen, maar de kwaliteit van de opleiding European Treeworker te waarborgen, startte vier jaar geleden het project om op gro- tere schaal Treeworkers op

79 www.boomzorg.nl Op de foto de nieuwe Toro Groundsmaster 360, een nieuw concept cirkelmaaier met een werkbreedte van 1,80 meter, die vooral in het open- baar groen in parken en

Op deze school kunnen kinderen zijn wie ze zijn en vertrouwd raken met het voelen wat ze nodig hebben, zodat ze daar later niet meer naar op zoek hoeven gaan.. Dat wil ik voor

In 2006 werden nog twee bezoeken bij de kinderarts genoteerd, waarna de patiënt datzelfde jaar nog eenmaal bij de internist op controle is geweest. In 2007 volgde driemaal een

Moeten we soms denken dat dit het eerste is wat een slachtof- fer van een natuurramp door het hoofd schiet wanneer hij bij bewustzijn komt: «Als B-FAST nu maar snel naar míjn