Leerlijn Eindrapportage

1

Eindrapportages

2019

DE VERSCHILLENDE VERSLAGVORMEN

Inhoud

Inleiding ... 3

Leerlijn Eindrapportage ... 4

1. Meetrapport (MR) ... 5

1.1. Opbouw ... 5

1.2. Beoordelingscriteria MR ... 6

2. Meetverslag (MV) ... 7

2.1. Opbouw ... 7

2.2. Beoordelingscriteria MV ... 9

3. Uitgebreid verslag (UV) ... 10

3.1. Opbouw ... 10

3.2. Beoordelingscriteria UV ... 13

4. Stageverslag (SV) ... 14

4.1. Opbouw ... 14

4.2. Beoordelingscriteria SV ... 18

Inleiding

Binnen de opleiding hebben we vier verschillende manieren van rapporteren. In het eerste en derde jaar wordt je stapsgewijs geleerd hoe je meetrapporten kan maken en verslagen kunt schrijven, zodat jij aan het einde van de opleiding een goed stageverslag oplevert.

Deze leerlijn is op de volgende pagina overzichtelijk terug te vinden. Verder is dit document als volgt opgebouwd;

Per hoofdstuk worden de richtlijnen voor het schrijven en /of het maken van een meetrapport (Hfdst 1), meetverslag (hfdst 2) , uitgebreid verslag (hfdst 3) en stageverslag (hfdst 4) besproken. Voor elke rapportagevorm is een tabel toegevoegd met beoordelingscriteria, zodat jij weet hoe elke vorm gedurende de opleiding wordt beoordeeld.

In de bijlagen zijn de eindrapportage opdrachten te vinden die ook in Cumlaude in de betreffende studieroutes per periode zijn gepubliceerd.

Succes met rapporteren!

Team Laboratoriumtechniek

Leerlijn Eindrapportage

LTO41 – Leerjaar 1

Periode 1 – Meetrapport proef Periode 2 – Meetrapport proef Periode 3 – Meetverslag proef Periode 4 – Meetverslag proef

LTO42 Leerjaar 2

De studenten werken niet aan eindrapportages in leerjaar 2, maar leveren voor het reguliere practicum wel meetverslagen in.

Periode 5 - NVT Periode 6 – NVT Periode 7 – Stage NVT Periode 8 – Stage NVT

LTO43- Leerjaar 3

De studenten leveren voor het reguliere practicum meetverslagen in en als eindrapportage hebben ze in:

Periode 9 – Uitgebreid verslag proef Periode 10- NVT

Periode 11 - Uitgebreid verslag proef

Periode 12 - Uitgebreid verslag van het Praktijkproject

LTO44 – Leerjaar 4 Periode 13 + 14 stage NVT

Periode 15 + 16 Stageverslag methode ontwikkeling

1. Meetrapport (MR)

1.1. Opbouw

Het meetrapport moet de volgende indeling/ structuur hebben op in Microsoft Excel Maak het meetrapport op 1 tabblad .

Naam:

Klas:

Praktijkgroep:

Naam experiment:

Datum experiment:

Samengewerkt met:

Experiment code:

Apparaat nummer: (eventueel)

Doel van de proef:

In één of enkele zinnen wordt beschreven welke stof en eenheid je met de proef wilt bepalen (gehalte, concentratie etc.), en met welke techniek. Je bepaalt hier welke waarde of uitkomst je bij de conclusie gaat rapporteren.

Methode,

Verwijs naar het voorschrift, noteer alleen wat afwijkt van het voorschrift. Teken je gebruikte opstelling of beschrijf kort de opzet (aanpak) van de proef. Vermeld verdunningsschema’s.

Resultaten:

Geef je meetwaarden weer in overzichtelijke tabellen. Waarden die berekend moeten worden zijn onderbouwd/ berekend door de formules en/ of functies van een dergelijk programma als Microsoft Excel). Verwerk de belangrijkste meetwaarden in 1 grafiek.

Berekeningen:

Schrijf hier alle formules op die je hebt gebruikt voor de desbetreffende proef en geef een voorbeeldberekening (een berekening met echte getallen)

Conclusie:

In één of enkele zinnen wordt een conclusie getrokken. Hou de conclusie zo kort en feitelijk mogelijk.

Geef een antwoord op je beschreven doel. Noem de parameter, het monster en geef de eenheid.

Noteer alleen de gemiddelden van de data en rapporteer met de juiste aantal significante cijfers.

Discussie:

Ga na of het resultaat aan je verwachtingen voldoet, of het doel bereikt is. Als het daarvan afwijkt, probeer er dan een verklaring voor te vinden. Schrijf dat op. Beperk je nooit tot algemeenheden als bijvoorbeeld: mogelijk zijn er pipetteer- en weegfouten gemaakt! Vermeld duploafwijkingen, correlaties van kalibratiereeks, afwijking van de gevonden waarden ten opzicht van de theoretische waarde etc.

1.2. Beoordelingscriteria MR

Beoordelingsformulier Meetrapport

Onderdeel Punten Opmerking

Naam:

(1pt) Klas:

Praktijkgroep:

Naam experiment:

Datum experiment:

Samengewerkt met:

Experiment code:

Apparaat nummer:

Doel van de proef (2pt)

 Noemt stof, begrip, techniek Methode (1pt)

 Verwijzing voorschrift

 wijzigingen indien van toepassingen

 opstelling/opzet

 Verdunning schema’s Resultaten (2pt)

 Data in tabel (1pt)

 Grafiek (1pt)

Berekeningen (1pt)

Conclusie (2pt)

 Kort feitelijk

 vermeldt stof, begrip, waarde met eenheden

Discussie (1pt)

 Ervaringen,

 Duplo afwijking?

 Theoretische waarde?

 Correlaties?

Te behalen punten:

9, 10 (goed) >=6 (voldoende)

<6 (onvoldoende)

2. Meetverslag (MV)

2.1. Opbouw

Wij hanteren de volgende structuur/ indeling van een meetverslag in Microsoft Excel.

Tabblad 1: Voorblad

Tabblad 2: Resultaten in tabelvorm en grafieken.

Tabblad 3: Theorie achtergrond (met o.a. werkformules, verdunningsformules, foto’s, blokschema etc.)

Algemene lay-out tips

 Zorg ervoor dat je meerdere tabbladen gebruikt in Microsoft Excel .

 Geef duidelijk aan waar iets ingevuld moet worden (kleurgebruik) en omlijn tabellen

 Vul eventueel fictieve (=verzonnen) waarden in om je werkblad te controleren.

 Sla het bestand op als Naam_Code Proef_ jaartal (*.xlsx)

 Beveilig je werkblad tegen verkeerd verwijderen formules etc.

Tabblad- Voorblad Zet op het eerste tabblad

 Naam.

 Klas.

 Praktijkgroep.

 Naam experiment.

 Datum experiment.

 Samengewerkt met.

 Experiment code.

 Doel.

 Werkwijze, alleen indien dit afwijkt van het voorschrift.

 Eindresultaten, dit is een samenvatting uit het tweede tabblad “resultaten”. Noteer hier alleen alle uitkomsten van elk experiment of onderdeel van de proef

 Eind Conclusie. (Wat is het eindresultaat van de proef? Wat heb je aangetoond? Hou de conclusie zo kort en feitelijk mogelijk. Geef een antwoord op je beschreven doel. Noem de parameter, het monster en geef de eenheid. Rapporteer het gemiddelde van je data en rapporteer met de juiste aantal significante cijfers.

 Discussie. Is de proef betrouwbaar? Evalueer de afwijking tussen duplo’s, correlatie, controlemonster (Komt de gegevens overeen met theoretische waarde? waarom wel, waarom niet? Evalueer de proef. Is de proef nauwkeurig en goed uitgevoerd? Je maakt een inschatting van de grootte van de meetfouten. Wat zou je de volgende keer anders doen?

‘Aanbevelingen’) Tabblad- Resultaten

 Verzameling data in de hoofdstukken / onderdelen waarin het experiment is uitgevoerd (exp.

1, 2, etc. of per bepaling)

 Geef de data in tabellen en grafieken weer.

 Zorg ervoor dat je in het werkblad ook duplo’s kunt invullen.

 Gebruik de formule editor om formules in je werkblad op te nemen. Excel moet het uitrekenen!

 Antwoorden op verdiepingsvragen

 Toewerken naar de eindconclusie, door korte deelconclusies te maken van eindresultaten

Tabblad- Theorie achtergrond

 Leg hier de gebruikte techniek uit en de werking /principe van het gebruikte apparaat.

 De proefopstelling of apparaat moet nauwkeurig beschreven worden. Maak gebruik van plaatjes, blokschema’s

 Voeg verdunningsschema ’s toe

 Berekeningen/ werkformules - Schrijf hier alle formules op die je hebt gebruikt voor de desbetreffende proef en geef een voorbeeldberekening (een berekening met echte getallen) Zorg ervoor dat je superscript en subscript gebruikt bij formules.

 Verwijs naar eventuele gebruikte controlekaarten (SHEWHART, YOUDEN plot)

2.2. Beoordelingscriteria MV

Beoordelingsformulier Meetverslag

Onderdeel Punten Opmerking

Doel van de proef (1pt) Parameter, methode, monster?

Resultaten (2pt) Eindresultaten (0,5pt)

Data in tabel? Grafiek?

Ingevoerde resultaten komen overeen met de spreadsheet?

Berekeningen door Excel?

Berekeningen (2pt) Berekeningen zijn juist toegepast in Excel? Kloppen?

Conclusie (2pt) Kort feitelijk? Als antwoord opgesteld op het doel van de proef? Eenheden, significantie, parameter, monster?

Discussie (1pt) Betrouwbaar? Afwijking duplo, correlatie, controle monster? Indien van toepassing SHEWHART?

Ervaringen?

Theorie (2pt) Methode algemeen?

Blokschema met toelichting?

voorbewerking, verdunningsschema ? reactievergelijkingen? Berekeningen?

Te behalen punten:

9, 10 (goed) >=6 (voldoende)

<6 (onvoldoende)

3. Uitgebreid verslag (UV)

3.1. Opbouw

De meest gebruikelijke indeling van een uitgebreid verslag is als volgt:

*Voorblad

*Inhoudsopgave

*Inleiding: Theorie, (evt. verwerking van verdiepingsvragen)

*Onderzoeksvraag

*verwachting: verwachting van resultaat.

*Methode

*Resultaten van experimenten

*Conclusie

*Discussie

*Bronnenlijst

*Bijlagen

Voorblad

 Titel en eventuele ondertitel

 Naam (Namen)

 Studentnummer

 Klas

 Datum

 Beoordelend docent Inhoudsopgave

 Deel de inhoud in, in hoofdstukken en paragrafen. Gebruik daarvoor de functie in word

 Maak een voorlopige inhoudsopgave; stel deze gaandeweg bij.

 Volg bij het maken van de inhoudsopgave, de uitwerking van de deelopdrachten/experimenten of de deelonderwerpen.

 Bijlagen krijgen een aparte Romeinse nummering.

Voorbeeld van inhoudsopgave

Inhoud BLZ

1. Communiceren 1

1.1. Manieren van communiceren 2

1.2. Problematische communicatie 5

2. Non verbale communicatie 7

2.1. Uitdrukkingen van het gezicht 10

2.2. Met handen en voeten 14

3. etc.

De inleiding

 De aanleiding tot het schrijven van het verslag

 Achtergrond/ theorie onderwerp + berekeningen met toelichting

 Korte toelichting op de structuur van de tekst (hoe is je verslag opgebouwd?) Bij een groepsverslag: wie schreef wat, de onderlinge taakverdeling

Onderzoeksvraag of doel van het onderzoek

 In dit deel schrijf je waarom je het onderzoek doet, dit is meestal in de vorm van een vraag.

Verwachting

Maak een verwachting voordat je aan een experiment begint.

Hier voorspel je de uitkomst van je onderzoek op basis van de theoretische achtergronden, m.a.w.

het antwoord op de onderzoeksvraag. De voorspelling moet kloppen met de kennis die je al hebt over een onderwerp. Je moet ook uitleggen waarom je denkt dat dit de uitkomst zou kunnen zijn.

Geef aan waarom je een bepaalde verwachting hebt, waar deze op gebaseerd is... De verwachting helpt je een goed experiment op te zetten.

Methode:

• Kort en bondig een samenvatting van de methode in eigen woorden. Verwerk het gebruikte materiaal met details in de tekst (geen opsommingen)

Denk aan

 Noem het gebruikte materiaal zo nauwkeurig mogelijk, (concentraties, temperatuur, hoeveelheid licht, enzovoort). Vergeet niet om ook hoeveelheden en concentraties te noemen!

 De proefopstelling moet nauwkeurig beschreven worden. Maak, indien van toepassing een afbeelding van de proefopstelling met daarbij een toelichting (legenda).

 Beschrijf hoe je de proef uitgevoerd hebt. Iemand anders moet aan de hand van je verslag de proef precies na kunnen doen.

 Vermeld nooit resultaten in dit hoofdstuk.

 Schrijf de methode in de 1e persoon enkelvoud of meervoud of gebruik de lijdende vorm.

Resultaten

 Verzameling data in de hoofdstukken waarin het experiment is uitgevoerd (exp 1, 2, etc. of per bepaling)

 Geef de data in tabellen en grafieken weer

 Trek géén conclusies, geef geen oordeel over wat je hebt waargenomen!

 Vermeld alles wat je gezien en gemeten hebt.

 Vermeld alle meetresultaten in overzichtelijke tabel(len). Noteer in de tabellen de grootheden en eenheden die van toepassing zijn.

 Zet ook de verwerkte resultaten in een tabel. Maak van de verwerkte resultaten in een overzichtelijke grafiek.

 Probeer de grafiek zo te maken dat deze het antwoord op de onderzoeksvraag weergeeft. Op de x-as komt zet je te staan wat je zelf gevarieerd hebt (onafhankelijke variabele) en op de Y- as watje gemeten hebt (de afhankelijke variabele).

 Tekeningen kunnen ook verhelderend zijn.

Conclusie

 Schrijf hierop wat te weten gekomen over het onderzoek, welke conclusies kun je trekken?

Welke waarden heb je gevonden. Geef antwoord op de onderzoeksvraag.

 Geef aan waar je die conclusie(s) op baseert. Noem hierbij welke gegevens je gebruikt, getallen zijn het beste bewijsmateriaal dat je goed zit.

 Vergelijk je eigen resultaten en conclusie met gegevens uit de literatuur.

Discussie (Fouten)/Evaluatie

 In dit deel vergelijk je de conclusie met de verwachting.

Schrijf op of je verwachting klopte of niet. Als de verwachting niet in overeenstemming is met de conclusie, probeer daar dan een verklaring voor te vinden.

 Evalueer de proef. Schrijf op wat er goed en fout ging bij de proef, of de proef nauwkeurig en goed was uitgevoerd. Je maakt ook een inschatting van de grootte van de meetfouten.

 Je moet hier ook een suggestie voor een verbeterd en/of een vervolgonderzoek geven. Welke nieuwe problemen ben je tegen gekomen?

De bronnenlijst

 Neem in de bronnenlijst alle geraadpleegde bronnen op: boeken, artikelen uit databanken, websites, interviews, enquêtegegevens, audiovisueel materiaal, artikelen uit vaktijdschriften.

Gebruik de APA-normering.

 Een bronnenlijst leg je aan om het voor de lezers van jouw werkstuk mogelijk te maken de uitspraken die je doet en het gebruik van je bronnen, te controleren op juistheid en actualiteit.

 Een bronnenlijst maakt het mogelijk uitspraken te controleren op juistheid en actualiteit.

Bovendien kan onderzocht worden of er sprake is van plagiaat en is na te gaan of het auteursrecht duidelijk geregeld is.

De bijlagen

In de bijlagen neem je informatie op die te uitvoerig is om in het verslag zelf te verwerken, maar die wel relevant is voor de resultaatbespreking of voor de conclusies van het verslag. In het verslag verwijs je naar de bijlage. Het is niet de bedoeling om allerlei interessante stukken achter je verslag te plakken en er niet naar te verwijzen.

3.2. Beoordelingscriteria UV

Beoordelingsformulier uitgebreid verslag

Onderdeel Punten Opmerking

Voorblad (0,5pt) Inhoudsopgave (automatisch)

Inleiding: (4,5pt)

 Theorie + evt. berekeningen (3pt)

 Onderzoeksvraag (0,5pt)

 Verwachting resultaat (0,5pt)

 Beschrijving aanpak/ samenwerking projectgroep(0,5pt)

Methode (1,5pt)

 Beknopte methode per (deel)proef (in eigen woorden geschreven)

 materialen verwerkt in de tekst van de methode

Resultaten (2pt)

 Vereenvoudigde weergave van de data

 Experimenten: tabel & correcte hoofdkoppen/

 Grafiek & correcte as beschrijvingen

 Per experiment weergegeven + Korte deelconclusies per experiment

 Antwoorden op Verdiepingsvragen per exp.

Conclusie (1pt)

 Feitelijk, kort, volledig

Discussie (1pt)

 Koppeling met verwachting resultaat

 Ervaringen + aanbeveling -Creativiteit/ initiatief (0,5pt) -Algemene lay-out

Volledige bronvermelding (1pt) Volgens APA-normering

Bijlagen

Te behalen punten:

11, 12 (goed) >=8 (voldoende)

<8 (onvoldoende)

4. Stageverslag (SV)

4.1. Opbouw

Algemene Lay-out:

1) Zorg dat de verslagen er verzorgt uitzien. Typ het verslag op een computer.

2) Laat het werkstuk inbinden of doe het in een nette map.

3) Let op taalfouten, gebruik de spellingscontrole, laat eventueel eerst corrigeren door anderen (familie/vrienden) voordat je het aanbiedt aan je bpv begeleider/docent

4) Niet te veel maar ook niet te weinig tekst op één bladzijde (ongeveer 150 tot 400 woorden per pagina). Gebruik een normale lettergrootte. (Arial, 12)

De meest gebruikelijke indeling van een stageverslag is als volgt:

* Voorblad

* Tussenblad * Samenvatting * Summary

* Lijst afkortingen en/of termen

* Inhoudsopgave

* Voorwoord

* Inleiding:

* Methode

* Resultaten

* Conclusie

* Discussie

* Bronnenlijst

* Bijlagen

Voorblad (omslag)

• Titel van het document (groot) met illustratie en eventuele ondertitel

• Onderaan jouw naam, Studentnummer maand + jaar (klein).

• Daarnaast een kleine tabel met ruimte voor het aftekenen van de BPV-begeleider en de BPV- docent.

Tussenblad

Zet hier je eigen naam en adres, naam en adres BPV-verlenende instelling, BPV-periode, stagebegeleider(s) van het laboratorium en de BPV docent.

Samenvatting

Een samenvatting: korte beschrijving van doel, gebruikte methoden, resultaten en conclusies.

Summary

Dezelfde samenvatting maar nu in de Engelse Taal.

Lijst afkortingen en/of termen.

Geef hier een opsomming van afkortingen en/of termen met verklaring of definitie die gebruikt worden in het verslag

Inhoudsopgave

 Deel de inhoud in, in hoofdstukken en paragrafen. Gebruik daarvoor de functie in word

 Maak een voorlopige inhoudsopgave; stel deze gaandeweg bij.

 Volg bij het maken van de inhoudsopgave, de uitwerking van de deelopdrachten/experimenten of de deelonderwerpen.

 Bijlagen krijgen een aparte Romeinse nummering.

Voorbeeld van inhoudsopgave

Inhoud BLZ

5. Communiceren 1

5.1. Manieren van communiceren 2

5.2. Problematische communicatie 5

6. Non verbale communicatie 7

6.1. Uitdrukkingen van het gezicht 10

6.2. Met handen en voeten 14

7. etc.

Voorwoord:

Geef daarin aan waar de stage heeft plaatsgevonden. Daarna volgt een introductie van het beschreven onderwerp met eventuele motivatie van de keuze voor dit onderwerp.

Eventueel een dankwoord voor degenen die jou hebben geholpen. Dit mag dus een persoonlijk karakter hebben, in tegenstelling tot de rest van het verslag

Inleiding

 De aanleiding tot het schrijven van het verslag

 Achtergrond/ theorie onderwerp + berekeningen met toelichting

 Korte toelichting op de structuur van de tekst (hoe is je verslag opgebouwd?) Bij een groepsverslag: wie schreef wat, de onderlinge taakverdeling

Onderzoeksvraag +verwachting

De onderzoeksvraag en de verwachting is een onderdeel van de inleiding. In dit deel schrijf je waarom je het onderzoek doet, dit is meestal in de vorm van een vraag. Maak een verwachting voordat je aan een experiment begint. Hier voorspel je de uitkomst van je onderzoek op basis van de theoretische achtergronden, m.a.w. het antwoord op de onderzoeksvraag. De voorspelling moet kloppen met de kennis die je al hebt over een onderwerp. Je moet ook uitleggen waarom je denkt dat dit de uitkomst zou kunnen zijn. Geef aan waarom je een bepaalde verwachting hebt, waar deze op gebaseerd is. De verwachting helpt je een goed experiment op te zetten.

Methode:

Kort en bondig een samenvatting van de methode in eigen woorden. Verwerk het gebruikte materiaal met details in de tekst (geen opsommingen)

Denk aan

 Noem het gebruikte materiaal zo nauwkeurig mogelijk, (concentraties, temperatuur, hoeveelheid licht, enzovoort). Vergeet niet om ook hoeveelheden en concentraties te noemen!

 De proefopstelling moet nauwkeurig beschreven worden. Maak, indien van toepassing een afbeelding van de proefopstelling met daarbij een toelichting (legenda).

 Beschrijf hoe je de proef uitgevoerd hebt. Iemand anders moet aan de hand van je verslag de proef precies na kunnen doen.

 Vermeld nooit resultaten in dit hoofdstuk.

 Schrijf de methode in de 1e persoon enkelvoud of meervoud of gebruik de lijdende vorm.

Resultaten

 Verzameling data in de hoofdstukken waarin de optimalisatie is uitgevoerd

 Geef de data in tabellen en grafieken weer. Nummer de tabellen en grafieken en voorzie ze van een “titel”. Vermeld alleen de belangrijkste samengevatte meetresultaten in

overzichtelijke tabel(len). (Overige meer gedetailleerde meetresultaten geef je weer in bijlagen) Noteer in de tabellen de grootheden en eenheden die van toepassing zijn.

 Probeer de grafiek zo te maken dat deze het antwoord op de onderzoeksvraag weergeeft. Op de x-as komt zet je te staan wat je zelf gevarieerd hebt (onafhankelijke variabele) en op de Y- as watje gemeten hebt (de afhankelijke variabele).

 Geef een lijst met gebruikte afkortingen

 Trek géén conclusies, geef geen oordeel over wat je hebt waargenomen! Vermeld alles wat je gezien en gemeten hebt.

 Tekeningen/ illustraties kunnen ook verhelderend zijn. Nummer ze en voorzie ze van

"onderschrift" in een klein lettertype. In de tekst verwijzen naar deze illustraties.

Conclusie

 Schrijf hierop wat te weten gekomen over het onderzoek, welke conclusies kun je trekken?

Welke waarden heb je gevonden. Geef antwoord op de onderzoeksvraag.

 Geef aan waar je die conclusie(s) op baseert. Noem hierbij welke gegevens je gebruikt, getallen zijn het beste bewijsmateriaal dat je goed zit.

 Vergelijk je eigen resultaten en conclusie met gegevens uit de literatuur.

Discussie (Fouten)/Evaluatie

 In dit deel vergelijk je de conclusie met de verwachting.

Schrijf op of je verwachting klopte of niet. Als de verwachting niet in overeenstemming is met de conclusie, probeer daar dan een verklaring voor te vinden.

 Evalueer de proef. Schrijf op wat er goed en fout ging bij de proef, of de proef nauwkeurig en goed was uitgevoerd. Je maakt ook een inschatting van de grootte van de meetfouten.

 Je moet hier ook een suggestie voor een verbeterd en/of een vervolgonderzoek geven. Welke nieuwe problemen ben je tegen gekomen?

De bronnenlijst

 Neem in de bronnenlijst alle geraadpleegde bronnen op: boeken, artikelen uit databanken, websites, interviews, enquêtegegevens, audiovisueel materiaal, artikelen uit vaktijdschriften.

Gebruik de APA-normering.

 Een bronnenlijst leg je aan om het voor de lezers van jouw werkstuk mogelijk te maken de uitspraken die je doet en het gebruik van je bronnen, te controleren op juistheid en actualiteit.

 Een bronnenlijst maakt het mogelijk uitspraken te controleren op juistheid en actualiteit.

Bovendien kan onderzocht worden of er sprake is van plagiaat en is na te gaan of het auteursrecht duidelijk geregeld is.

De bijlagen

In de bijlagen neem je informatie op die te uitvoerig is om in het verslag zelf te verwerken, maar die wel relevant is voor de resultaatbespreking of voor de conclusies van het verslag. In het verslag verwijs je naar de bijlage. Het is niet de bedoeling om allerlei interessante stukken achter je verslag te plakken en er niet naar te verwijzen

4.2. Beoordelingscriteria SV

Beoordelingsformulier stageverslag

Onderdeel Punten Opmerking

Voorblad + Tussenblad (1pt) Lijst afkortingen/termen

Inhoudsopgave (automatisch) Voorwoord Samenvatting/ Summary (2pt)

Inleiding: (4pt)

 Theorie + evt. berekeningen

 Onderzoeksvraag

 Verwachting resultaat)

 Beschrijving aanpak

Methode (2pt)

 Beknopte methode per (deel)proef (in eigen woorden geschreven)

 Materialen met details verwerkt in de tekst van de methode

Resultaten (4pt)

 Vereenvoudigde weergave van de data

 Experimenten: tabel & correcte hoofdkoppen/

 Grafiek & correcte as beschrijvingen

 Per experiment weergegeven + Korte deelconclusies per experiment

 Antwoorden op Verdiepingsvragen per exp.

Conclusie (2pt)

 Feitelijk, kort, volledig

Discussie (4pt)

 Koppeling met verwachting resultaat Ervaringen + aanbeveling -Creativiteit/ initiatief (1pt) -Algemene lay-out

Volledige bronvermelding (2pt) Volgens APA-normering

Bijlagen

Te behalen punten: 22

>=20 (goed) >=15 (voldoende)

<15 (onvoldoende)