• No results found

1-4-2019

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "1-4-2019"

Copied!
14
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

1-4-2019

Stageverslag

NOS op 3

Romy Beijersbergen

S2325209

Master Journalistiek 2018-2019

STAGEPERIODE DECEMBER-FEBRUARI BEGELEIDER RUG: ANNE PEETOOM BEGELEIDER NOS OP 3: MELVIN CAPTEIN

(2)

1

Inhoudsopgave

1. De stageplek: NOS op 3 ... 2 Motivatie stageplek ... 2 Verwachting ... 2 Omschrijving NOS op 3 ... 2 2. De werkzaamheden ... 4 Leerdoelen ... 4 1. Doelgroepgericht produceren ... 5 2. Online storytelling ... 6 3. Multi-platform produceren ... 7 4. Structureel werken ... 8 5. Perfectionisme temperen ... 9

6. Moeiteloos meedraaien op de redactie ... 10

3. Begeleiding ... 10

Begeleiding vanuit de opleiding ... 10

Begeleiding vanuit de NOS ... 11

Workshops ... 11

4. Evaluatie en aanbevelingen ... 12

Kennis vanuit de opleiding ... 12

Gemist tijdens de opleiding ... 12

5. Conclusie ... 13

(3)

2

1. De stageplek: NOS op 3

Motivatie stageplek

Toen ik vroeger op een kussentje voor de televisie het Jeugdjournaal aan het kijken was, wist ik het eigenlijk al: ik wil bij de NOS werken later. Ik liet mijn moeder altijd nieuwsquizjes maken en las al vrij vroeg de krant. Nogal nerdy, ik weet het. Alvorens aan de master Journalistiek te beginnen, besloot ik een bachelor Communicatie- en Informatiewetenschappen te volgen. Daar leerde ik veel over schrijven, overtuigende boodschappen en taal, en het was dan ook een goede basis voor wat komen zou. In 2017 begon ik aan de master Journalistiek. The end goal was natuurlijk al duidelijk: werken bij de NOS. Maar welke redactie, daar was ik nog niet helemaal uit. Wel volg(de) ik al jaren NOS op 3, vroeger op televisie, de laatste jaren via de app en ook op YouTube en Instagram. Toen Emil van Oers langskwam tijdens de beeldspecialisatie van Anne Peetoom, werd ik steeds enthousiaster over die specifieke redactie. Jongeren betrekken bij het nieuws: dat is wat ik het liefste wil.

Hoe meer ik namelijk zelf met het nieuws bezig was, hoe vaker ik merkte dat vrienden en kennissen dat niet altijd zijn. Er zijn de laatste jaren veel onderzoeken verschenen over hoe jongeren ‘tuned-out’ zouden zijn van het nieuws, en dat merkte ik zelf ook steeds vaker. Des te groter is de uitdaging natuurlijk om zelf mee te denken over onderwerpen, vormen en stijlen van nieuws die wel weer interessant en leuk zijn voor die specifieke doelgroep. Zij vormen namelijk automatisch ook het publiek van de toekomst. Een laatste adviesgesprek met Jeroen Overbeek gaf de doorslag, hij raadde me aan tijdens de stagepitchdag mijn pijlen te richten op NOS op 3. “Dat past precies bij waar jij voor staat volgens mij”. Hij vertelde mij ook dat je op die redactie veel zelf mag maken.

In september 2018 was de spannende dag aangebroken: de stage pitchdag van de NOS. Al maandenlang had ik op de voet het nieuws gevolgd, taaltesten gedaan op internet en een knaller van een pitch voorbereid die uit eigen observatie voortkwam. Voor dag en dauw moesten we op het Hilversum Media Park aanwezig zijn. Terwijl ik er naartoe liep, dacht ik alleen maar: ik hoop zo dat ik hier de komende jaren mag werken! Een nieuws-idee pitch, de kennistest, workshop van Jeroen Overbeek en een sollicitatiegesprek later ging ik terug naar huis. Met een biertje in mijn hand wachtte ik in spanning op het telefoontje. Vrij snel werd ik gebeld met het verlossende nieuws: ik had een stageplek bij NOS op 3 bemachtigd. Mijn eerste keus, dus ik was natuurlijk door het dolle heen (inclusief tranen van geluk en nog meer bier). Een flitsverhuizing naar Utrecht later stond ik op 3 december bij de NOS op de stoep voor mijn eerste stagedag.

Verwachting

Ik had hoge verwachtingen van deze stageplek. Van mastergenootjes uit eerdere lichtingen hoorde ik dat je er veel zelf mag doen en dat je veel vrijheid krijgt om je eigen ideeën naar een nieuwsitem om te zetten. Ideaal voor een drammertje als ik, want toekijken hoe anderen het ‘echte’ werk doen, dat vind ik eerlijk gezegd maar niks. Ik wil doen! Ook is de redactie relatief jong. Er werken bijna alleen maar mensen van net onder de dertig of net boven de dertig. Ik was erg benieuwd wat voor werksfeer en verhoudingen dat met zich meebrengt. Tijdens de drie maanden op de redactie heb ik enorm veel toffe dingen mogen maken, meer geleerd over waar ik goed in ben, bij welk soort verhalen mijn passie ligt en ook over welke dingen ik nog kan verbeteren.

Omschrijving NOS op 3

Maandag 3 december begon ik bij NOS op 3. NOS op 3 is een zelfstandige redactie binnen de NOS, die zich specifiek op een jonge doelgroep richt. Grofweg bestaat de doelgroep uit mensen tussen de 18 en 35 jaar, maar de redactie richt zich vooral op twintigers. Alles wat belangrijk is voor mensen van die leeftijd vormt de basis voor de verhalen die NOS op 3 produceert: studeren, het kopen van een eerste

(4)

3 huis, een eerste relatie, reizen, een eerste kind, et cetera. Tot juli 2015 had de redactie nieuwsuitzendingen op NPO 3, maar de laatste jaren opereert zij alleen nog online en op de radio. De verhalen van NOS op 3 verschijnen dagelijks op de sociale mediakanalen (Instagram, YouTube en Facebook), wekelijks op NOS.nl, in de NOS app en op nosop3.nl. Ook heeft de radioredactie dagelijks een nieuwsbulletin bij FunX en 3FM.

Bij NOS op 3 is het multi-platform denken van grote invloed op de verhalen die ze maken. Ook de kernwaarden en de pijlers zijn hierop afgestemd. De kernwaarden stellen als eis dat een item waardevol is voor de doelgroep, constructief, waardoor je niet achterblijft met een gevoel van ‘en nu?’, onderscheidend in de zin dat een item uniek of aanvullend is op wat er op jouw tijdlijn voorbij komt, en het moet begrijpelijk zijn, ook als onderwerpen complex zijn.

De onderwerpen die de items van NOS op 3 behandelt zijn gebaseerd op een aantal pijlers, namelijk: eigen economie, toekomst van de planeet, geopolitiek, veranderende waarden, en impact van technologie. Onderwerpen die in die pijlers vallen blijken het meest van belang voor het dagelijkse reilen en zeilen van het leven van een twintiger. Daarom vallen items bij voorkeur in één van die pijlers. Bij het pitchen ’s ochtends moet je aan de hand van het UWV-systeem het onderwerp idee uiteenzetten. Je bespreekt hoe urgent het idee is, waarom we het voor de doelgroep moeten maken (hier noem je een pijler), en in welke vorm (bijvoorbeeld een insta-slider, een Goed Verhaal of een Explainer).

Ook is er een social media-redacteur die ervoor zorgt dat items voor de social kanalen (Instagram, Facebook, YouTube) goed tot hun recht komen en dat de reacties gemonitord worden. Daarnaast houdt zij regelmatig een ‘nerdy learnings’, een bijeenkomst waarin ze bespreekt hoe bepaalde verhalen het op sociale media hebben gedaan, wat de feedback was vanuit de kijkers en die strategieën bedenkt en deelt. Er is elke dag een social media-redacteur aanwezig, wat het belang aangeeft van die functie. De doelgroep heeft veel meer mogelijkheden om te reageren op onze verhalen in vergelijking met een paar jaar geleden. Die reacties zijn van grote waarde voor de kwaliteit van de journalistieke producten, maar ook voor de werkwijze en de mate van aansluiting op de doelgroep. Als redacteur zie en hoor je onmiddellijk wat lezers van dat verhaal vinden, en wat er beter kan. Natuurlijk zijn er ook trollen actief, of actiegroepen. Daarom worden de reacties gemonitord. Halverwege mijn stageperiode is de werkwijze omgegooid. Waar voorheen elke dag werd besloten wat een redacteur die dag gaat doen, is er nu al in het rooster aangegeven welke redacteur aan welk soort verhaal werkt. Dit zorgt voor een betere tijdsbesteding. Er zijn bijvoorbeeld per week vier dagen uitgetrokken voor een Goed Verhaal, en daar werkt dan één redacteur aan. Het Goede Verhaal gaat over een specifiek persoon met een bijzonder verhaal, dat staat voor een groter maatschappelijk thema.

Ook staat er elke week een redacteur ingeroosterd op de Explainer. Dat is een uitlegvideo die alleen op YouTube verschijnt, over een thema dat veel in het nieuws is of waar de doelgroep écht meer over moet weten. De redacteur doet research, interviewt eventueel interessante sprekers, monteert en presenteert ook voor de camera de Explainer. Om de producties naar een hoger niveau te tillen, zijn er elke dag meerdere grafische vormgevers aanwezig. Zij bewerken de explainers met graphics die het verhaal helpen vertellen, of bepaalde effecten waardoor een video er mooier uit komt te zien. Een Explainer waar de grafische tak een hele belangrijke rol heeft gespeeld, is de Kerstdiner Special die met kerst is verschenen (zie bijlage).

Naast Explainers en het Goede Verhaal verschijnt er ook elke twee weken een eigen onderzoeksverhaal. Vaak zijn die onderzoeksverhalen een resultaat van eigen observaties van de redacteuren.

(5)

4 Als laatste zijn er nog items voor Instagram waar de ochtendredacteur van die dag aan werkt. Dat kan in de vorm van grafische sliders, foto sliders, een quiz in de stories, swipe-up verhalen en teasers voor onderzoeksverhalen. Bij deze verhalen speelt de grafische tak ook een belangrijke rol.

Eén à twee keer per jaar is er tijd ingecalculeerd voor een Special. Dit is een groot onderzoeksverhaal waar veel redacteuren aan werken, en die moeten zorgen voor een grote impact binnen de doelgroep. Ook verschijnt er elke twee weken een interactive. Dit zijn, zoals de naam al doet vermoeden, interactieve verhalen. Je kunt vragen beantwoorden, clipjes bekijken en ‘beleeft’ zo als het ware het nieuws.

NOS op 3 verzorgt verder nog elke week een tech-podcast waarin het technieuws van die week besproken wordt met gasten, en een nieuwsbrief voor de hele NOS.

NOS op 3 is nu een soort lab voor de NOS, waar geëxperimenteerd kan worden met nieuwe onderwerpen, vormen en stijlen van nieuws.

2. De werkzaamheden

Elke dag voor 9:15 uur pitch elke redacteur zijn verhaalidee voor die dag of week in Slack (een speciale app hiervoor). Bij het pitchen geef je aan hoe urgent het idee is, waarom dit item relevant is voor de doelgroep (aan de hand van één of meer pijler(s)), en welke vorm het item moet hebben (een Instagram slider, Goed Verhaal, Explainer, et cetera). Om 09:30 uur is er vervolgens een ochtendvergadering. Onder leiding van de eindredacteuren op de vloer worden de relevante ideeën uit Slack besproken. Vanaf het begin heb ik elke dag één of meerdere pitches in Slack gezet. Voor ik op de redactie verscheen had ik dan al twee kranten gelezen, het NOS journaal en RTL Nieuws gekeken, heb ik alle gratis nieuwsplatforms gecheckt, en heb ik nog even Blendle bekeken. Als er tijd over was nam ik de moeite om de regionale media scannen. Ik probeerde zo vaak mogelijk met nieuwsideeën te komen die nog niet ergens anders waren verschenen. Op verjaardagen, feestjes, in de supermarkt, in de trein: overal de nieuwsbril op dus.

Zeker in het begin is het best even wennen, dat pitchen. De lat ligt heel hoog, want je werkt per slot van rekening wel voor één van de grootste nieuwsorganisaties van Nederland. Ook werken de meeste redacteuren er al jaren. Zij komen met hele creatieve en goed bedachte ideeën. Iedereen staat in een cirkeltje en de ideeën worden één voor één besproken. Best spannend, als je daar tussen al die mensen staat en ze ervan probeert te overtuigen dat we dit verhaal écht moeten maken. Zeker als je in het begin zelf nog niet altijd achter dat idee staat. Al snel merk je door goed op te letten wat anderen doen en doordat je bekent raakt met welk nieuws bij NOS op 3 past, het bedenken van ideeën voor de doelgroep steeds beter gaat.

Leerdoelen

In de week dat ik aan de slag ging bij NOS op 3 heb ik goed nagedacht over wat ik precies uit mijn stage zou willen halen. Aan de hand daarvan heb ik de volgende leerdoelen opgesteld:

1. Aan het einde van mijn stage wil ik weten hoe je doelgroepgericht produceert 2. Aan het einde van mijn stage wil ik online-storytelling onder de knie hebben

3. Aan het einde van mijn stage wil ik het multi-platform produceren onder de knie hebben 4. Aan het einde van mijn stage wil ik structureel kunnen werken

5. Aan het einde van mijn stage wil ik mijn perfectionisme kunnen temperen en goed deadlines kunnen halen

(6)

5 Tijdens mijn stage ben ik hard aan het werk gegaan om deze leerdoelen te behalen. Tussendoor maakte ik per leerdoel aantekeningen als ik iets tegen kwam wat ik moeilijk vond of waar ik beter in ben geworden. Mijns inziens in het me goed gelukt het merendeel van de leerdoelen te behalen. Hieronder zal ik de leerdoelen en uitkomsten per stuk bespreken.

1. Doelgroepgericht produceren

Mijn grootste motivatie om nieuws te willen maken, is dus dat ik graag jongeren weer bij het nieuws wil betrekken. Eén van mijn leerdoelen was dan ook: leren hoe je doelgroepgericht produceert. Het was in het begin best lastig om precies te weten wat voor nieuws bij de doelgroep van NOS op 3 past. Soms zijn onderwerpen heel nieuwswaardig, maar totaal niet interessant voor het publiek van NOS op 3. Aan de hand van de pijlers leer je actief nadenken over of en waarom dat idee voor deze doelgroep gemaakt moet worden. Ik merkte al snel dat dan veel al afvalt.

Soms is een verhaal niet per definitie voor onze doelgroep herkenbaar of interessant, maar kan het wel zo worden ingestoken dat het alsnog lukt om de doelgroep aan te spreken. Zo heb ik samen met een collega een verhaal gemaakt over de Nashville verklaring. Op sociale media merkte je al gauw dat veel mensen uit onze doelgroep de verklaring maar onzin vonden en er vooral niet te veel over wilden lezen. Toch is het wel best belangrijk dat de doelgroep van de verklaring op de hoogt is, vonden wij. We gingen op zoek naar een jonger iemand die daar iets over zou kunnen vertellen voor het Goede Verhaal, zodat we aan het nieuws een persoonlijk verhaal konden hangen. Ik kwam terecht bij een homoseksuele jongen van in de twintig die vóór de Nashville verklaring was. We gingen langs bij zijn kerk waar hij vertelde waarom hij dat vindt en filmden zelfs met een drone. Dat is uiteindelijk een heel mooi item geworden waarin we een andere kant van het nieuws lieten zien vanuit het perspectief van iemand uit de doelgroep. Om het een extra NOS op 3 sausje te geven, voegden we een explainer-stukje aan de video toe waarin we de Nashville verklaring uitlegden. We kregen veel mooie reacties over de video, van mensen die erdoor geraakt waren en zeiden dat het ze inzicht had gegeven in wat de motivatie van de makers en volgelingen zou kunnen zijn. Dat is iets wat in de rest van de media weinig aan bod was gekomen.

Veel onderwerpen zijn juist heel geschikt om aan de doelgroep te brengen, maar zijn wel een beetje saai, of droog. Ik heb bijvoorbeeld tijdens mijn stage voor 1 januari een Insta-slider gemaakt over wat alle nieuwe wet- en regelgeving betekent voor je portemonnee. In een paar slides moest ik uitleggen wat loonheffingskorting, arbeidskorting en inkomensbelasting precies inhouden en wat er precies met die dingen verandert. Die abstracte begrippen zeggen de lezer van pakweg 25 misschien heel weinig, dus wilde ik aan de hand van een voorbeeld illustreren hoeveel je er nou echt op voor- of misschien wel achteruit gaat vanaf 2019. De overheid had namelijk beloofd dat we er dit jaar met z’n allen op vooruit zouden gaan. Maar is dat wel zo? Door goed te researchen en met verschillende partijen te bellen, kwam ik erachter dat de financiën in 2019er helemaal niet zo rooskleurig uitziet voor de meesten van ons. De inkomensbelasting gaat omlaag, maar het lage BTW omhoog, gas en elektra worden duurder, het Openbaar Vervoer gaat meer kosten en je gaat meer betalen voor je zorgverzekering. Door voorbeelden te noemen als: je biertje blijft gelijk, maar je pasta pesto, festivalticket en kappersbeurt worden een stukje duurder, maak je de verschillen invoelbaar voor de lezer. Ik kwam hier meteen ook voor een uitdaging te staan: woordvoerders. Gelukkig ben ik niet op mijn mondje gevallen, want ik kreeg onmiddellijk een kwade woordvoerder aan de lijn van de belastingdienst die het belachelijk vond dat ik zo snel informatie wilde, zo tussen de feestdagen in. Ik wist gelukkig het ‘zet maar op de mail’ en ‘kijk maar op de website, want daar staat toch alles?’ te omzeilen. Ik heb meteen beleefd maar duidelijk uitgelegd dat dat ook haar baan is en dat nieuws altijd een ‘nu’ moet. Melvin gaf me hier een compliment over en zei dat ruzie met woordvoerders bij het werk hoort. Ik had zelfs nog wel iets strenger mogen zijn.

(7)

6 Wat ik merkte is dat ideeën niet altijd binnen een format passen of dat ze qua timing niet strategisch bedacht zijn. Zo kwam ik al begin december met het idee een groter item te maken over PSD2. Dat is een nieuwe Europese betaalwet die ook in Nederland door de Eerste en Tweede Kamer waren geloodst. Bijna geruisloos, en dat terwijl die wet vrij omvangrijk en van grote invloed is op ons betaalverkeer en onze privacy. Die wet betekent namelijk het einde van de monopolie van de banken. Derde partijen kunnen door deze nieuwe wet inzicht verkrijgen in jouw betaalrekening, mits je toestemming geeft. Ik schrok best van die wet, want ik had er niks over gehoord en het was zomaar ineens door de Eerste en Tweede Kamer gestemd. Op het moment dat ik het pitchte zei Melvin meteen dat we er iets mee moesten doen, maar toch bleef het lang op de plank liggen. Pas in februari besloten we het op te pakken, omdat op dat moment die wet in Nederland ook daadwerkelijk in ging. Enerzijds was het goed dat PSD2 wel al bij ons op de radar was, anderzijds had ik beter de ontwikkelingen in de gaten kunnen houden en het pitchen op het moment dat de doelgroep ook echt iets gaat merken van die ontwikkelingen.

Wat ik heb gemerkt is dat het mij goed afging om de knop om te zetten en voor een jonger publiek nieuws te maken. Aan het einde van mijn stage merkte ik dan ook dat ik op dit onderdeel grote stappen heb gemaakt. Bovendien maakte dat het werk voor mij extra uitdagend, omdat ik constant gedwongen werd na te denken over de vraag: hoe maak ik dit item zo dat iemand van mijn leeftijd het graag zou willen lezen. Dat laat mij net even die extra stap zetten om er een heel goed item van te maken.

2. Online storytelling

Maar dan komt punt twee: hoe maak je een relatief droog onderwerp toch aantrekkelijk en interessant voor de doelgroep? Doordat ik in het verleden vooral ervaring heb opgedaan in de lokale en meer ‘ouderwetse’ journalistiek, is online storytelling nog een aandachtspunt. Dat is een onderdeel van het doelgroepgericht produceren zou je kunnen zeggen, maar toch heb ik het als apart leerdoel aangemerkt. Als redacteur moet je ervan uitgaan dat de spanningsboog van de gemiddelde twintiger niet lang is. Ze kijken een video, appen ondertussen met vrienden, misschien zitten ze in de trein of zijn ze op het werk, kortom: de volledige aandacht vasthouden van een kijker is niet vanzelfsprekend. Men gaat er vaak niet meer even voor zitten, zoals dat bijvoorbeeld bij het lezen van de krant wel zo is.

Daarom is het belangrijk zelf een spanningsboog te creëren. Als je items voor het journaal maakt is er een vaste, vaak chronologische, volgorde van het verhaal. Online werkt dat anders. De ervaring leert inmiddels dat daar in de opbouw vaak drie keer dingen worden omgegooid. Items voor een journaal duren vaak rond de twee minuten, terwijl de video’s online soms tot wel tien minuten lang zijn. Het is belangrijk om goed na te denken over hoe je dat verhaal spannend en boeiend houdt. Je moet niet te veel informatie geven, maar ook niet te weinig. En het werkt vaak om een teaser in het begin plaatsen bijvoorbeeld, waardoor de kijker nieuwsgierig wordt naar wat er gaat komen. Eigenlijk zijn de producties van NOS op 3 allemaal kleine films, en zo ben ik zo ook steeds meer gaan zien. Het Goede Verhaal dat ik maakte over de Nashville verklaring was mijn eerste langere montage. Ik werkte met een redacteur samen aan dat item en we hadden afgesproken dat ik een schaduwmontage zou maken. Dat werkte heel goed, want zo kon ik zien hoe die redacteur het had aangevlogen en wat er bij mij spannender had gekund. Zo was mijn opbouw vrij lineair en was er in zijn opbouw veel spanning aangebracht door teasers te gebruiken en door het verhaal veel filmischer neer te zetten. Dat was meteen een goede leerschool, daardoor wist ik bij de volgende montage beter waar ik op moest letten.

Naast de opbouw van een verhaal wordt er bij NOS op 3 veel aandacht besteed aan hoe je een verhaal beeldend neerzet. De beelden voor onze items worden bijvoorbeeld gedraaid met een FS7-camera. Dat geeft een filmischer effect aan het beeld. Die cameramannen denken veel na over diepte en nieuwe cameratechnieken, zodat de video’s van NOS op 3 mee kunnen gaan met alle

(8)

7 ontwikkelingen online. Een spreker voor een boekenkast zal je niet snel meer voorbij zien komen, maar hij of zij staat wordt door de cameraman vaak in het midden van het beeld gepositioneerd, met de focus op de spreker, en de omgeving geblurred. Tijdens mijn stage en de interviews die ik heb afgenomen heb ik hier veel over meegedacht.

Daarnaast zijn er zoals al besproken grafische vormgevers op de vloer die meewerken aan een item. Daar ga je als redacteur in het begin al meteen even mee zitten om te bespreken hoe zo’n item eruit gaat zien. Aan de hand van storyboards, schetsen van de verschillende beelden in een item, zet je samen met die vormgever uiteen wat er nodig is qua graphics, en met welke conceptuele elementen je kunt werken. Daardoor kan beter worden gekeken naar wat in beeld wordt verteld, en wat in tekst.

Maar naast die beeldende elementen is het zaak om soms best droge stof en uitleg zo te verpakken dat niet iedereen gaat gapen. Eén van de doelen van NOS op 3 is namelijk complex nieuws of complexe gebeurtenissen begrijpelijk en inzichtelijk maken. Ook daar ligt een uitdaging. De taal en toon van nieuwsitems van NOS op 3 zijn dan ook vrij speels. Als ik een script schrijf voor bijvoorbeeld zo’n explainer, probeer ik dat te schrijven alsof ik het aan een vriend vertel. Bijvoorbeeld op Instagram zijn gebruikers voornamelijk aan het scrollen. Uit ervaring weet ik dat je daar als gebruiker weinig zin hebt om lange saaie teksten te lezen. De teksten in de Insta-sliders moeten dan ook kort, en vooral ook met het juiste taalgebruik worden gemaakt. Ik was zelf nog iets te veel gewend voor een algemener publiek te schrijven. Die nieuwe stijl was in het begin best wennen, vooral omdat ik hiervoor voor een lokale omroep had gewerkt en dat is toch wel heel andere koek. Ik kreeg vaak teksten terug van eindredacteuren in het begin, met de opmerking dat het echt losser moest.

Door veel te oefenen ben ik hier steeds beter in geworden. Ik heb veel meegekeken met andere redacteuren (sommigen zijn echt online storytelling wizards), en ook veel feedback gevraagd van eindredacteuren op mijn producties. Bij dit leerdoel geldt wel: men leert door te doen, en dit onderdeel zal een leerdoel blijven. De komende jaren zal het waarschijnlijk steeds beter gaan door veel te oefenen.

3. Multi-platform produceren

Al die verhalen voor de doelgroep van NOS op 3 worden gemaakt voor verschillende social media websites, en tegelijkertijd ook elke week voor de app. NOS op 3 streeft ernaar veel impactvolle verhalen te maken. Dan is het zonde als die verhalen slechts op één medium worden weggezet. Maar hoe zorg je ervoor dat zo’n verhaal bij verschillende platforms past? Daar is bij NOS op 3 heel goed over nagedacht, en hier worden ook regelmatig bijeenkomsten voor georganiseerd. Het multi-platform denken was dan ook een van mijn leerdoelen. Met Jonna, de social media-redacteur, heb ik het vaak over dat multi-platform denken gehad. Zij bedenkt strategieën die ervoor moeten zorgen dat een item zo veel mogelijk ‘doelgroepers’ bereikt.

Voor het pitchen van een onderwerp is het van belang na te denken over voor welk platform het geschikt zou zijn. Wil je iets uitleggen met behulp van grafische power? Dan is bijvoorbeeld een grafische slider op Instagram een goed platform. Wil je uitleggen wat de nieuwe betaalwet PSD2 precies inhoudt? Dat is een complex onderwerp dat beter uit te leggen is in een langere explainer. Een verhaal maken over de jongerenvertegenwoordiger van de Verenigde Naties? Dat is nou echt een onderwerp voor een Goed Verhaal. Door goed na te denken over de grootte van het onderwerp, waarom je het maakt en wat de impact zal zijn, leer je inschatten op welke plek zo’n verhaal thuis hoort. Vaak wordt er een grotere impact gecreëerd als verhalen op meerdere plekken worden wegzet.

Zo werkte ik mee aan een item over ‘artikel 13’, waarin de nieuwe copyrightregels staan. Met dat onderwerp is vrij groot uitgepakt, omdat veel van de mensen uit onze doelgroep bijvoorbeeld op YouTube zitten en de ontwikkelingen rondom dat artikel gaan meemaken en zien. Er werd dan ook door mensen uit onze doelgroep gevraagd of we daar een explainer over wilden maken voor op

(9)

8 YouTube. Met Jonna heb ik gekeken naar hoe we die explainer op meer plekken konden wegzetten. Bijvoorbeeld op Instagram. We besloten voor dit item een quiz te maken in de Story van ons Instagram kanaal. Dat is de plek bovenin waar vijftien seconden durende filmpjes doorgeklikt kunnen worden. Daar is ook de mogelijkheid om poll-vragen te stellen. Een volger van NOS op 3 kan de quiz maken, al nieuwsgierig worden, en vervolgens aan het eind van de vragen omhoog swipen om bij de YouTube video uit te komen. Slim, want niet alle volgers op Instagram zijn ook abonnee op YouTube. Ook is het item op Facebook geplaatst met een leuke aanschrijf en is het in de NOS-app verschenen.

Jonna heeft mij een aantal keer gevraagd of ik wat social media-cijfers wilde bekijken en analyseren. Ik heb de YouTube cijfers eruit gepakt. Waar worden onze video’s bekeken? Welke onderwerpers vallen onder welke pijlers, en welke pijlers doen het het beste qua kijkcijferaantallen? En hoe komen gebruikers eigenlijk bij onze video’s? Dit waren vragen die ik van tevoren had. Vanuit die nieuwsgierigheid ben ik die cijfers uit gaan pluizen. De uitkomsten ervan heeft Jonna vervolgens meegenomen in haar ‘Nerdy Learnings’ bijeenkomst. Dit was heel leerzaam, want als we weten wat het gedrag is van onze volgers, dan kunnen we daar ook beter onze strategieën op afstemmen. Er kwam bijvoorbeeld nog weinig toestroom naar YouTube vanaf ons Instagram account. Daar valt dus winst te behalen. Ook worden onze video’s veel in het buitenland bekeken, maar zijn ze nu niet ondertiteld. Kunnen we erover nadenken of het een goed idee is om die ondertiteling te implementeren?

Eerlijkheid gebied te zeggen dat ik helemaal geen social media fanaat ben, dus ik zag best tegen dit onderdeel op. Toch ben ik me er extra in gaan verdiepen, en merkte dat ik veel bijleerde in korte tijd. Zeker in het begin is het best verwarrend wat de verschillende formats en de verschillende platforms nou precies betekenen. Door dat veel te doen en ook mee te denken over hoe de items aan de achterkant gegaan zijn en hoe de doelgroep erop heeft gereageerd, ben ik mij veel bewuster geworden van het belang van al die verschillende formats en platforms. Al bij het pitchen probeer ik nu goed na te denken over in welk format het item zou passen, waar het item weggezet zou kunnen worden en op welke manier de doelgroep er naar zou kunnen kijken. Dat is heel waardevol voor de kwaliteit van de verhalen die ik maak. Ook dit leerdoel krijgt van mij een vinkje.

4. Structureel werken

Dit is waarschijnlijk mijn grootste aandachtspunt. Ik ben een enorme chaoot. Altijd geweest, en zal ik waarschijnlijk ook altijd blijven. Dus het ordenen van informatie komt voor mij niet natuurlijk. Tijdens mijn stage heb ik een onderzoeksverhaal opgepakt waar ik tijdens mijn studie aan heb gewerkt: een verhaal over maaltijdboxen. Ik kreeg van de eindredacteur op de vloer de opdracht dit onderzoek opnieuw op poten te zetten en te researchen. Bij onderzoeksverhalen is het van belang dat andere redacteuren aan de hand van jouw research eventueel een item zouden kunnen maken. Daar moest ik dan ook heel anders mee omgaan dan ik normaal gesproken doe. Ik had toentertijd allerlei onderzoek gedaan de misleidende maaltijdboxen, maar hoe ik al die informatie heb bewaard is echt om te huilen. Misschien wel honderd A4’tjes kruislings volgeklad, door elkaar gehusseld en ook bezaaid met koffievlekken. Veel werk moest dus opnieuw. De NOS werkt via het iNOS systeem. In dat systeem kan iedereen tegelijk informatie kwijt. Een tabje voor contactpersonen, een tapje voor research, een tapje voor belangrijke documenten, alles kun je structureren. Voor dit item heb ik heel bewust een stappenplan gemaakt met wat ik wanneer ging doen, en ook waar ik het ging noteren. Dat gaf veel houvast bij het maken van het item.

Ook heb ik twee weken bij NOS Stories gezeten. Dat is de redactie die tussen NOS op 3 en het Jeugdjournaal in zit en dus nieuws maakt voor jongeren van pakweg twaalf tot achttien jaar oud. Ik zag op veel facebookgroepen steeds vaker jonge meiden voorbij komen, echt jonge meiden, die hun lippen hadden laten opspuiten. Daar had ik het over met een tante op een verjaardag. Die tante werkt op een middelbare school en zag ook af en toe meiden met opgespoten lippen op school verschijnen na het

(10)

9 weekend. Uit pure verbazing ben ik daar eens ingedoken, en toen kwam ik erachter dat lipfillers zetten bij jongeren onder de achttien verboden is. Ook zijn er allerlei schoonheidsspecialisten en kappers die ook die fillers zetten, terwijl je een BIG-registratie moet hebben om fillers te mogen zetten. Dat werd de basis van een groot onderzoeksverhaal dat perfect paste bij de doelgroep van Stories. Veel jonge meiden, maar ook jongens, zitten dag en nacht op sociale media en zien het ene na het andere perfecte modellenplaatje voorbij komen. Dat heeft dus blijkbaar deze ontwikkeling tot gevolg, bleek later. Met twee redacteuren werkte ik samen aan dit verhaal. Ik nam de research op me, de andere redacteur ging veel bellen met schoonheidsspecialisten, deed de undercoveractie en radio-interviews. De derde redacteur sloot pas later aan, belde nog wat dingen na en schreef samen met mij het script. Zoals je je kunt voorstellen: chaos. Want iedereen werkt aan een ander deel. Des te belangrijker dat alles goed genoteerd staat en opgeslagen is, zodat dat werk controleerbaar is voor de ander. Ik had veel gemaild met de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd. Veel van ons verhaal stond op die informatie. Na het uitbrengen van het item kregen we onmiddellijk een brief van de advocaat van één van de schoonheidsspecialisten die in het item was waren verschenen. Er moest wat informatie worden teruggezocht, net op het moment dat ik op vakantie was en geen telefoonontvangst had. Dat stukje informatie bleek net in mijn mail te staan, en niet in iNOS, en ik was onbereikbaar. Dat is natuurlijk super vervelend en had voorkomen kunnen worden als ik die mails in iNOS had gezet. Dit was weer een groot leermoment, want het laatste wat ik wil is dat iemand anders de dupe wordt van mijn slordigheid.

Ook dit onderdeel ging steeds beter. Door heel bewust na te denken over welke stap ik zet tijdens een onderzoek, lukt het beter al die informatie te structureren. Ik heb nog extra met Ardi Vleugels gezeten, die bij NOS op 3 is aangenomen vanwege haar uitmuntende onderzoeksjournalistieke vaardigheden. Ze heeft me tips gegeven en ook uitgelegd dat het een kwestie van ervaring is. Ze gaf aan dat stagiairs hier altijd moeite mee hebben en dat dit tijdens de studie meer aandacht zou moeten krijgen.

5. Perfectionisme temperen

Melvin vroeg in het eerste gesprek wat mijn zwakste punt is. Dat is bij mij, gek genoeg, mijn perfectionisme. Die eigenschap kan natuurlijk ook heel erg in mijn voordeel zijn, aangezien ik niet snel genoegen neem met half werk en vaak nog even die extra stap zet. Toch belemmert het mij regelmatig, omdat ik niet vaak tevreden ben tot iets perfect is. Dan is het halen van deadlines ook altijd een uitdaging. Doordat NOS op 3 met vaste weken en roosters werkt, is uitloop bijna onmogelijk. Ook zijn eindredacteuren steeds bezig met of items wel op tijd afkomen. Tijd om uit te lopen is er dus niet. Dat was voor mij heel prettig en leerzaam, want het dwong mij om binnen die tijd klaar te zijn. En als een eindredacteur zegt dat het goed genoeg is, dan geeft dat ook de bevestiging die ik van mezelf nooit krijg.

Dit onderdeel ging mij dan ook goed af. Vanaf het moment dat ik handigheid kreeg in het maken van de verschillende verhalen in de verschillende vormen, lukte het mij goed om mee te komen met de rest van de redactie. Ik ben wat dat betreft dan ook niet in de problemen gekomen met deadlines. Wat natuurlijk scheelt is dat er voor veel verhalen ook meer tijd is dan bij andere media het geval was voorheen. Zoals eerder besproken heeft een redacteur soms wel drie weken de tijd om een item te maken. Dat geeft automatisch meer lucht en ook meer ruimte om echt creatief naar een onderwerp te kijken en het te perfectioneren.

Niet met deadlines, maar wel op een ander vlak ben ik mezelf tegengekomen door dat perfectionisme. In de eerste maand, december, merkte ik dat het topdrukte was op de redactie. Er waren grote producties in de maak, en er was weinig tijd om mij te begeleiden en om mijn ideeën in

(11)

10 de praktijk te brengen. Ik heb toen veel sliders voor Instagram en quizzen voor de Stories op Instagram gemaakt, en heb zelfs boodschappen moeten doen voor een productie. Ik liep er tegenaan dat ik het gevoel had niet helemaal tot mijn recht te komen en was bang dat ze misschien vonden dat ik grotere onderwerpen nog niet aan kon. Ik stel soms iets te hoge eisen aan mezelf en wil het zó graag goed doen, dus ik merkte dat ik hier onzeker van werd. In plaats van op te komen voor mijn ideeën hield ik me een beetje op de achtergrond. Zonde natuurlijk, want dan weet niemand dat je ermee zit en gaat er ook niks veranderen.

Daar lag ook meteen mijn grootste leerproces. Dat perfectionisme en die onzekerheid: daar moet ik toch echt anders mee omgaan. Na veel gesprekken met familie en vrienden heb ik besloten meer mijn focus te leggen op mijn eigen leerproces, in plaats van op de vraag of ze wel of niet tevreden met mij waren. Ik merkte zelf dat er veel meer te leren viel, en ik daar toch te weinig de kans voor kreeg of zelf te weinig de kans nam. Tijdens mijn eerste evaluatie besloot ik hier met Melvin over te spreken. Hij verzekerde mij dat het niet aan mij lag en dat hij juist het idee had dat ik heel zelfstandig werkte en goede ideeën had. De drukte op de redactie maakte dat er te weinig tijd was om nieuwe projecten op te pakken, legde hij uit. We hebben toen afgesproken dat ik meer de ruimte zou krijgen, maar ook nemen, om de items te maken die ik graag wilde maken. Hij gaf aan te merken dat ik goede ideeën had over grotere onderwerpen en onderzoeksverhalen, en zei dat hij er vertrouwen in had dat ik die verhalen ook aan zou kunnen. Dat gaf mij dat zetje in de rug dat ik nodig had. Daarna kon ik veel beter mijn draai vinden op de redactie.

6. Moeiteloos meedraaien op de redactie

Mijn uiteindelijke doel van deze stage was dat ik moeiteloos mee zou kunnen draaien op de redactie. Door mee te komen met het tempo van de andere redacteuren, met goede ideeën te komen, en kwalitatief volwaardige items te produceren heb ik laten zien dat dit goed gelukt is. Melvin complimenteerde mij achteraf dat ik een zelfstandige en volwassen journalist ben. Het mooiste compliment dat je kunt krijgen. Dit resulteerde erin dat ik ook na mijn stage mocht blijven als redacteur bij NOS op 3. Missie geslaagd, wat mij betreft.

3. Begeleiding

Begeleiding vanuit de opleiding

In de aanloop naar stage was de begeleiding al prettig. Met Sanna Buurke besprak ik de verschillende opties en hadden we het over stageplekken die bij mij passen. Samen met haar hakte ik de knoop door om het bij de NOS te gaan proberen. Ik werd gekoppeld aan Anne Peetoom: zij werd mijn stagebegeleider. Fijn dat dat ook de docent was waar ik mijn specialisatie bij heb gevolgd. Daardoor wist ze veel beter wie ik ben, waar ik goed in ben en wat beter zou kunnen. Meteen in het begin kwam Anne langs op de redactie om met mij en Melvin te praten over wederzijdse verwachtingen. Dat is prettig, want dat geeft houvast en vanuit die basis kon ik beginnen met werken aan mijn vaardigheden en kennis. Ook kon ze goed aan Melvin uitleggen wat voor persoon ik was en wat ze aan mij zouden kunnen hebben. Als je zelf nog wat onzeker op de vloer staat is dat ook wel prettig, want zelf had ik nog weinig benul van waar nou precies mijn sterke punten lagen.

De maanden erna mailde ik af en toe met Anne om wat dingen te bespreken. Ze merkte dat ik het naar mijn zin had en dat het goed ging. Ik had het gevoel dat ik altijd bij haar terecht kon, maar dat is in de praktijk weinig gebeurd. Ik vond het persoonlijk prettig dat ik een beetje vrij gelaten werd. Ik kon het goed opbrengen om ongeveer elke twee weken mijn ervaringen en leermomenten op te

(12)

11 schrijven. Daardoor is het makkelijker om te reflecteren op je eigen leerproces terwijl je er nog zit, in plaats van dat dat kwartje pas achteraf valt. Ook kon ik die momenten van reflectie zelf inplannen, waardoor ik er echt de tijd voor kon nemen en er de aandacht en energie voor had.

Aan het einde van de stageperiode kwam ze langs voor het eindgesprek. Daarin werd besproken hoe die was geweest en wat ik heb geleerd. Ook hadden we het over verbeterpunten en leermomenten.

Begeleiding vanuit de NOS

Begeleiding vanuit de NOS verliep via Melvin Captein. Melvin is plaatsvervangend chef bij NOS op 3, tevens eindredacteur. We spraken elkaar kort in het begin (nogmaals, ik kwam binnen in een erg drukke tijd) en spraken af later even te gaan zitten en mijn leerdoelen en zijn verwachtingen te bespreken. Dit was ook wel handig, want als stagiair weet je pas echt wat je precies kunt leren en doen als je er ook al een week gezeten hebt. We stelden samen leerdoelen op en hij vroeg ook wat ik aan het einde van mijn stage graag bereikt wilde hebben. Ook vertelde hij mij wat zijn verwachtingen van een stagiair waren. Zo gaf hij aan dat ze liever een stagiair hebben die tegen dingen aanschopt en waar NOS op 3 wat van kan leren, dan iemand die passief de drie maanden doorloopt. Noted, Melvin.

Vanaf toen hebben we elke maand een afspraak ingepland. Daarin bespraken we hoe het ging en wat er beter kon. Na een maand was de eerste evaluatie. Dat was heel fijn, want na de eerste maand voelde ik me toch wat onzeker over hoe ze vonden dat ik het deed. Ik merkte zelf dat ik moest wennen en dat er weinig met mijn ideeën werd gedaan. Melvin gaf aan dat hij die indruk helemaal niet had gekregen en dat ze juist heel tevreden met mij waren. Dat ik zelfstandig was, goede ideeën had en ook veel initiatief nam. Hij gaf ook goede tips. Zo was, en is er nog steeds, winst te behalen op het gebied van monteren en het opbouwen van een verhaal. Online storytelling blijft lastig, vooral als je gewend bent aan de meer traditionele aanpak. Het gesprek was goed voor mijn zelfvertrouwen.

Ik werd vanaf dag één opgevangen door de eindredacteuren. Die geven constant feedback op de producten die je aan het maken bent. Voordat een Instagram slider online komt, kijken zij eerst naar de tekst die ik had geschreven en de foto’s die ik erbij had uitgezocht. Vooral op het gebied van schrijven hadden ze vaak goede tips en denken ze met je mee.

Vanuit Ellen Ulijn, de stagecoördinator van de NOS, kwam ook veel steun. Als ik even niet wist hoe iets werkte of hoe ik iets gedaan kon krijgen, kon ik altijd bij haar terecht. Ze kwam ook af en toe even langslopen om te checken of ik het nog naar mijn zin had. Dat vond ik heel prettig.

Workshops

Bij de NOS krijgen stagiairs verschillende workshops tijdens de stageperiode. De workshops waren vaak heel interactief. Daardoor leer je in een paar uurtjes best veel waar je tijdens het werk ook daadwerkelijk wat aan hebt. Dat had ik van tevoren niet per se verwacht en soms had ik er ook niet heel veel zin in (eerlijk is eerlijk), omdat ik op de redactie dan net bezig was met dat ene item waar nog veel aan moest gebeuren. Maar ik heb veel uit die workshops gehaald en denk tijdens het werk nog vaak even terug aan wat ik er geleerd heb.

Zo kregen we een workshop telefoneren, waarbij we vervelende woordvoerders aan de telefoon kregen. Dat was heel nuttig, omdat die woordvoerders ook tijdens het werk voor hoofdpijn kunnen zorgen. Ik was in het begin van mijn stage nog wat te voorzichtig, en leerde dat ik best wat brutaler mag zijn. Babette, zij gaf de workshop, benadrukte steeds dat ze er zitten om jou van informatie te voorzien en dat dat ook goed moet gebeuren. Met dat in mijn achterhoofd is het makkelijker om op mijn strepen te gaan staan op het moment dat een antwoord niet volledig of bevredigend genoeg is. Of als er weer eens wordt gezegd: zet het maar even op de mail.

Verder kregen we workshops over het omzetten van een idee naar een verhaal, waarbij we uit dagelijkse situaties, zoals boodschappen doen of naar de sportschool gaan, journalistieke verhalen moesten halen. Een kleine nieuwsgierigheid naar ‘hoe zit dat eigenlijk’ kan de meest mooie verhalen

(13)

12 opleveren. Ook kregen we een workshop presenteren van Jeroen Overbeek. Voor een camera presenteerde wij onszelf en naderhand keken we met de groep alle video’s terug om te kijken wat er beter kon en wat je al wel goed deed. Dat is heel confronterend, maar geeft ook inzicht in hoe anderen jou zien en hoe je ideeën overkomen.

Door deze workshops aan te bieden investeert de NOS ook echt in jouw ontwikkeling als stagiair en potentiële werknemer. Dat is natuurlijk op zich al heel fijn, want dat betekent ook dat ze je serieus nemen en de stageplek zo leerzaam mogelijk willen laten zijn. Achteraf ben ik daar heel blij mee. Ook spreek je weer even de stagiairs van andere redacties en kun je even klankborden over hoe het bij hen en bij jou gaat.

4. Evaluatie en aanbevelingen

Kennis vanuit de opleiding

Over het algemeen merkte ik dat ik tijdens de master al behoorlijk veel vaardigheden heb geleerd waar ik tijdens mijn stage de vruchten van kon plukken.

In het eerste half jaar kregen we bijvoorbeeld elke dag een nieuwsquiz. Dat dwingt je actief en structureel het nieuws te volgen, want anders is een voldoende halen uitgesloten. Die lijn heb ik in de tijd dat we nog les hadden doorgezet, en ook erna. Door dat actief een deel uit te laten maken van mijn dag, merk ik dat ik behoorlijk goed op de hoogte ben van wat er speelt in de wereld. Daardoor ben ik ook beter bewapend de redactie opgekomen, vol met ideeën. Van Melvin kreeg ik dan ook terug dat ik heel volwassen ben in mijn kennis van de wereld en in de ideeën die ik pitch. Dat heb ik mede te danken aan wat ik tijdens de master geleerd heb.

Ook hebben we vaak nieuwsideeën moeten pitchen. Anne benadrukte steeds dat nieuws uit eigen observatie in de journalistiek heel belangrijk is en door eindredacteuren erg wordt gewaardeerd. Door mij van die twee dingen al tijdens mijn opleiding bewust te worden en mij die eigen te maken, kon ik veel beter mijn draai vinden op de redactie. Van andere redacteuren kreeg ik ook terug dat ik al een zelfstandige journalist was, in plaats van een onzekere stagiair.

Wat ook heel nuttig was, was dat we tijdens het beeld blok hebben mogen proeven van het werk van een cameraman. Zelfs als je nooit meer zelf iets gaat filmen is dat toch heel nuttig, omdat ik merkte dat ik veel beter mee kan denken met cameramannen over shots. Maar ook over hoe je niet in beeld moet lopen, niet door shots heen moet praten en wat mooie interviewopstellingen zijn.

De redactieweken waren ook een goede leerschool. Werken met deadlines en de druk die erbij komt kijken omdat er elke dag een verhaal moet liggen bereid je goed voor op het echte werk. Daarnaast werden we per dag ingedeeld op een andere redactie. Daardoor moet je soms onderwerpen maken voor redacties waar je zelf helemaal geen interesse in hebt. Hoe draai je dat verhaal dan toch zo dat dat wel het geval is? Dat is ook goed om mee te maken, want dat is tijdens mijn stageperiode ook weleens zo geweest. Zo weet ik weinig van economie en economische processen, maar leerde ik daar toch verhalen over te maken. Dat is ook het leuke van de journalistiek: dat je elke dag iets mag uitzoeken over onderwerpen waar je niet alles van weet en wat buiten je eigen bubbel ligt.

Gemist tijdens de opleiding

Hoewel de anderhalf jaar waarin de master gepropt is waarschijnlijk niet veel ruimte biedt voor extra onderdelen, merkte ik dat er nog te weinig aandacht was voor online journalistiek. Dat onderdeel konden we apart kiezen, maar is tegenwoordig helemaal geen apart vakgebied meer en maakt deel uit van bijna elke redactie. Ook als je vooral met beeld werkt of schrijft. Online een verhaal vertellen, of dat nou in beeld is of in tekst, is heel anders dan items maken voor een journaal. Die video’s bestaan uit korte teasers en er is extra aandacht voor een verrassende opbouw en stijl. Kortom: online

(14)

13 storytelling is een vak apart. Dat is iets wat ik gedurende mijn stage heb gemerkt en waar ik vaak tegenaan liep. Door het veel te doen word ik er beter in, maar ik had er graag al op voorhand beter op voorbereid willen zijn.

Een ander belangrijk onderdeel van die online journalistiek zijn sociale media. Hoe schrijf je berichten op Facebook aan, hoe leg je zo kort mogelijk hele complexe onderwerpen uit en hoe ga je om met trolls en haatberichten? Waar reageer je op, waarop niet? Veel media hebben hier vergelijkbare regels voor die zo onderhand vast deel uitmaken van het journalistieke werk.

Daarnaast hoor ik van veel collega’s en stagairs van andere opleidingen dat ze ook grafische vakken hebben gehad, waarbij ze leerden met Photoshop en Indesign te werken. Veel stageplekken die online werken, gebruiken die programma’s dagelijks. Dat is iets waar ik me niet erg van bewust was voordat ik ging stage lopen en veel andere stagiairs hadden dit al beter onder de knie. Omdat het zo’n belangrijk onderdeel is van de hedendaagse journalistiek zou het wel handig zijn geweest als we daar bijvoorbeeld twee dagen een spoedcursus in zouden hebben gehad.

5. Conclusie

Nieuwe vaardigheden en kennis

Ik heb enorm genoten van mijn stage op deze redactie. Veel vaardigheden die ik heb geleerd tijdens mijn studie en andere werk kon ik nu goed toepassen en ontwikkelen. Ook nieuwe vaardigheden hebben mij stappen dichterbij mijn uiteindelijke doelen gebracht. Door specifieke leerdoelen op te stellen en daar steeds op te reflecteren, heb ik het gevoel echt gegroeid te zijn als journalist. Het maken van nieuws voor een specifieke doelgroep, online storytelling, multi-platform produceren, deadlines halen en perfectionisme temperen, met als uiteindelijke doel: als volwaardige redacteur meedraaien op de redactie is wat mij betreft dan ook geslaagd. Ook weet ik goed met welke punten ik nog aan de slag moet en waar ik nog stappen kan maken.

En misschien wel het allerbelangrijkste: tijdens deze stage heb ik uitgevonden waar mijn hart ligt: onderzoeksjournalistiek. Ik ben blij met het vertrouwen dat ik vanuit NOS op 3 en NOS Stories heb gekregen om die kant van de journalistiek meer te onderzoeken en er zo beter in te worden. Als ik erop terugkrijg heb ik heel veel verantwoordelijkheden gekregen voor een stagiair, en daar heb ik enorm veel van geleerd.

Voor toekomstige stagiairs die op zoek zijn naar een uitdagende en zelfstandige stageplek op een jonge, frisse en vooruitstrevende redactie met veel passie voor de doelgroep: kies NOS op 3! Ook als je nog niet goed weet welke kant je op wilt, kun je hier goed onderzoeken welk onderdeel van de journalistiek het beste bij je past.

Gelukkig hoef ik geen heimwee te hebben naar de redactie, want direct na mijn stage ben ik aan de slag gegaan bij NOS op 3 en NOS Stories. Een betere uitkomst had ik mij niet kunnen wensen.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De mensen in de tijd van jagers en boeren zouden opkijken als ze hoorden welke vriendelijke dieren wij om ons heen hebben.. De jagers-verzamelaars waren omringd door wilde,

God wil dat we weten hoe RIJK we zijn wegens Zijn weergaloze genade: “Gezegend zij de God en Vader van onze Heere Jezus Christus, DIE ONS GEZEGEND HEEFT MET ALLE GEESTELIJKE ZE-

Copyright and moral rights for the publications made accessible in the public portal are retained by the authors and/or other copyright owners and it is a condition of

Chronische pijn is immers niet alleen pijn die geen nut meer heeft, het brengt ook andere on- gemakken met zich mee, telkens met een negatieve invloed op de

„Het eerste huwelijk blijft immers voor de Kerk gelden, zo- lang het niet werd ontbonden door de dood of nietig verklaard, wat overigens weinig hertrouw-

Vijftien jaar geleden verloor Marc Vande Gucht zijn dochter Joke door zelfdoding.. ‘We hebben haar elke dag op ons netvlies, en dat is

Uitgaande van de tradities en overtuigingen die richtinggevend zijn op de meeste scholen, lijkt het niet verrassend dat veel leraren het inpassen van rijk onderwijs voor

Uit een proef met gratis openbaar vervoer voor ouderen is gebleken dat de files hierdoor weliswaar niet verminderd worden, maar dat ouderen wel meer gebruik zijn gaan maken van