Vraag nr. 179 van 13 april 1999
van de heer JOACHIM COENS
Werken Lisseweegse Vaart en Dorpszwin – Subsi-diëring
In het kader van de verbeteringswerken aan onbe-vaarbare waterlopen binnen het poldergebied, zou ik volgende twee concrete projecten aan de orde willen stellen.
Een eerste project betreft het verbeteren van de Lisseweegse Vaart (onbevaarbare waterloop van tweede categorie nr. Z.1) in de doortocht van Lis-sewege-dorp. Het project wordt ondersteund door de stad Brugge. Het ontwerp van de werken werd op 19 maart 1998 overgezonden aan het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, departement Leef-milieu en Infrastructuur voor goedkeuring en sub-sidiëring. Het gaat hier om een gevraagde subsidie van 60 %.
Het tweede project betreft de omlegging van het Dorpszwin (onbevaarbare waterloop van derde ca-tegorie nr. 0.3.9) rond de dorpskern van Vlissegem. Deze werken zijn reeds in uitvoering. De minister had op 28 april 1998 een subsidie toegezegd van 10.647.000 frank. Omdat het project echter de fi-nanciële draagkracht van de polder overschrijdt, heeft het polderbestuur op 8 mei 1998 een hoogde subsidie aangevraagd. Een aanvullend ver-antwoordingsdossier werd ingediend op 20 novem-ber 1998.
Tot op heden heeft de minister nog geen beslissing genomen over beide aanvragen voor verbeterings-werken aan deze onbevaarbare waterlopen.
Wat is de stand van zaken van deze dossiers ? Wordt hierover binnenkort een beslissing geno-men ?
Antwoord
Het ontwerpdossier van verbeteringswerken aan de Lisseweegse Vaart – onbevaarbare waterloop nr. Z.1 van tweede categorie – in de doortocht van Lissewege werd door de Nieuwe Polder van Blan-kenberge aan mijn diensten gestuurd voor goed-keuring en subsidiëring op grond van het konink-lijk besluit van 23 juli 1981.
De problematiek van de Lisseweegse Vaart en de voorgestelde aanpassingswerken zijn nog recente-lijk aan bod gekomen tijdens een bespreking van
het ontwerpdossier in het Polderhuis met vertegen-woordigers van het polderbestuur, de afdeling tuur en Water van de administratie Milieu-, Na-tuur-, Land- en Waterbeheer (Aminal), de stad Brugge, de provinciale technische dienst en de BVBA Studiebureau Lobelle.
Mijn administratie heeft onderzocht of de technie-ken voor natuurtechnische milieubouw bij inrich-ting van waterlopen in het ingediende ontwerp vol-doende werden toegepast, teneinde bij te dragen aan de verbetering van de ecologische kwaliteit. De aanwezigheid van gebouwen en wegen langs de Lisseweegse Vaart geeft evenwel weinig mogelijk-heid om de huidige sectie aan te passen. Daarenbo-ven is Lissewege een beschermd dorp en worden er voor het baksteenmetselwerk bepaalde eisen opge-legd door de dienst Patrimoniumbeheer van de stad Brugge.