• No results found

"Vergelijkend burgerlijk recht", en tevens bij K.B. van 1 december 1959 ontlast van zijn cursussen "Overzicht van de rechterlijke organisatie, van de

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share ""Vergelijkend burgerlijk recht", en tevens bij K.B. van 1 december 1959 ontlast van zijn cursussen "Overzicht van de rechterlijke organisatie, van de"

Copied!
5
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

JEAN LIMPENS

1944

Limpens Jean, A. J. J. werd geboren te Wetteren op 24 december 1910. Hij volbracht zijn middelbare studiën aan het St. Barbara-College te Gent, zijn hogere studiën aan de Gentse Rijksuniversiteit, waar hij op 28 september 1934 het diploma van doctor in de Rechten behaalde en op 24 december 1942 tot geaggregeerde van het hoger onderwijs werd uitgeroepen.

Bij K.B. van 22 december 1936 werd hij benoemd tot assistent bij de cursus in het Handelsrecht aan de faculteit van rechtsgeleerdheid; dit mandaat werd bij K.B. van 22 september 1938 en van 12 oktober 1940 telkens voor twee jaar hernieuwd.

Hij werd bij Regentsbesluit van 10 januari 1946, met ingang van 1 november 1944, benoemd tot do- cent en belast met de volgende cur- sussen : "Overzicht der rechterlijke organisatie, van de bevoegdheid en van de burgerlijke rechtspleging"

(1

e

lic. Notariaat) en "De burgerlijke rechtspleging in verband met het notariaat" (2e lic. Notariaat).

Bij Regentsbesluit van 12 november 1946 werd hij daarbij belast met de leergangen : "Administratief Recht"

(Cand. Staats- en Sociale Weten- schappen), , , Toepassingsoefeningen op het administratief recht" (Cand.

Bestuurswetenschappen) en "Gron- dige studie van vraagstukken lopende over het administratief recht" (licentie Bestuurswetenschappen). Een Regentsbesluit van 24 maart 1948 belastte hem nog met de cursus "Overzicht van het Belgisch en Buitenlands Handelsrecht"

(1

e

lic. Diplomatieke Wetenschappen).

Bij Regentsbesluit van 3 juli 1948 werd hij ontlast van zijn cursussen in het Administratief Recht en werd te gelijkertijd belast met de cursus "Encyclopedie van het Recht".

Hij werd tot gewoon hoogleraar bevorderd bij Regentsbesluit van 15 mei 1949, dit met ingang van 1 november 1947.

Ter vervanging van wijlen Prof. A. Kluyskens werd hij bij K.B. van 8 november

1955 belast met de cursussen "Burgerlijk Recht" (boek III, titels 3 en 4) en

(2)

"Vergelijkend burgerlijk recht", en tevens bij K.B. van 1 december 1959 ontlast van zijn cursussen "Overzicht van de rechterlijke organisatie, van de bevoegdheid en van de rechtspleging" en "Burgerlijke rechtspleging in verband met het nota- riaat", zodat zijn huidige leeropdracht volgende cursussen omvat: "Burgerlijk recht" (Boek III, titels 3 en 4), "Vergelijkend burgerlijk recht", "Encyclopedie van het recht", en "Overzicht van het Belgisch en buitenlands handelsrecht".

Op 24 januari 1948 werd hij tevens tot gewoon hoogleraar aan de Vrije Univer- siteit te Brussel benoemd.

Hij was deken van de Rechtsfaculteit te Gent tijdens de jaren 1954-1956.

Op 24 oktober 1953 werd hij benoemd tot Assessor bij de Raad van State en in deze functie herbenoemd op 3 november 1958.

Hij is Kapitein-commandant in de reserve. Luitenant inlichtings- en actiedienst.

Hij vervulde wetenschappelijke opdrachten als : Lid van de Commissie tot her- ziening van het Burgerlijk Wet boek ter zake van de huwelijkse rechten en voor- waarden (1948-1956); Lid van de Raad van het "Institut belge de droit comparé"

1948, (direkteur van de afdeling Wetgeving van de Revue de droit international et de droit comparé, 1948-1945); Lid van de Commissie Oneerlijke mededinging (K.B. 18 juni 1949); Lid van de Commissie tot hervorming van de wet op de handelsvennootschap (voorzitter Sectie P.V.B.A. (K.B. 24 december 1951);

Lid van de Raad van bestuur van het "Internationaal juridisch Instituut te 's Gravenhage" (9 september 1952); Lid van de vereniging voor de vergelijkende studie van het recht van België en Nederland (1 november 1953); Lid van de Centrale Commissie voor de Nederlandse Rechtstaal en Bestuurstaal in België (1953-1955); Lid van de Raad van beheer van het Nationaal Fonds voor weten- schappelijk onderzoek (1 october 1955); Lid van de Commissie tot hervorming van de wetgeving op de handelszaak (K.B. 20 april 1956); Lid van de Raad van beheer van Ganda-Congo (23 mei 1956); Lid van de Commissie tot her- vorming van de rechtstudies (K.B. 24 april 1956); Secretaris generaal van het V

e

Internationaal congres voor rechtsvergelijking (2 mei 195 7); Lid van de Conseil supérieur de la Faculté internationale de droit comparé (Luxembourg, mei 1957) en lid van de Raad van beheer van de Université internationale de sciences comparées (15 november 1958); lid van de raad van beheer en direkteur van het Interuniversitair Centrum voor rechtsvergelijking (6 mei 1957); lid van de Benelux-studiecommissie voor de éénmaking van het recht; vertegenwoor- diger van België in de subcommissie "Volmacht" (K.B. 30 september 1957).

Hij verleende wetenschappelijke medewerking als : lid van het redaktiecomité van de "Algemene Praktische rechtsverzameling" te Gent; medewerker van de "Répertoire pratique du droit belge" (v<> Vente); medewerker van de "Revue critique de jurisprudence belge"; correspondent van de "Revue trimestrielle de droit commercial" ; gewezen correspondent van de "Industrial law review"

(1947-1950); correspondent van de "Annuaire de la législation étrangère".

Hij is corresponderend lid van het Instituto de derecho comparado te Barcelona

en van de Academie internationale de droit comparé (4 juli 1960).

(3)

PUBLIKATIES VAN JEAN LIMPENS

IN BOEKVORM

Prijshandhaving buiten contract bij verkoop van merkartikelen. Voorwoord

J.

Van de Vorst, Brussel, Et. Bruylant, 216 p., 1943.

Répertoire bibliographique du droit beige (met DEL MARMOL, BOSLY, GoosSENS en LAUWERs). Les Presses Universitaires de Liège, Dl. I, 456 p., 1947; Dl. 11, 348 p., 1957.

"La Vente'' (met HEENEN, MATHYS, GuTT en VAN DAMME). Trefwoord voor het Répertoire pratique du droit beige en uittreksel, Et. Bruylant, 832 p., 1960.

Les rapports généraux au Vième Congrès international de droit comparé. Bruxelles 4-9 août 1958, onder leiding van

J.

Limpens, 2 banden, 948 pp., 1960.

WETENSCHAPPELIJKE BIJDRAGEN

La réduction du capita/ social dans les sociétés par actions. Preadvies voor het 11• internationaal congres voor rechtsvergelijking, Den Haag, 1935; Revue de droit international et de droit comparé, bl. 169 en v., 1957.

Prix imposés. Aperçu de doctrine et de jurisprudence, Beigique judiciaire, col. 409 en v., 1939.

Un nouvel aspect de la querelle des prix imposés. Jurisprudence cammerciale des Flandres, bl. 32 en v., 1939.

De overdrachten van handelszaken in verband met het handelsregister. Rechtskundig Tijdschrift, bl. 99 à 134, 1940.

Het recht van zaakgevolg in zake Overdrachten van handelszaken. Tijdschrift voor Notarissen, 140, bl. 130-147.

Noot onder een vonnis van de burgerlijke rechtbank te Gent, 24 januari 1940, over het voorrecht van de pandhebbende schuldeiser van de handelszaak. Tijdschrift voor Notarissen, bl. 61 en v., 1941.

Rangregeling tussen het voorrecht van de verhuurder en het voorrecht van de pandhouder van een handels- zaak. Tijdschrift voor Notarissen, bl. 81 en v., 1941.

Le registre du commerce et la banque. Revue de la Banque, bl. 289-299, 1943; bl. 1-21, 1944.

Afstand van handelszaak en inschrijving in het handelsregister. Tijdschrift voor Notarissen, bl. 129- 135, 1942.

L' apport en jouïssance. Revue critique de jurisprudence beige, bl. 248-267, 1947.

De Vrijheid ter zee. Hogeschool en Volk, bl. 98 en v., 1947.

De zaakwaarneming in het administratief recht. Tijdschrift voor Bestuurswetenschappen, bl. 65-76, 1948.

Chroniques de législation et de jurisprudence commerciale beige : 1939-1948,1949, 1950, 1951-52, 1953-55.

Revue trimestrielle de droit commercial, Parijs, bl. 734-756, 1948; bl. 193-216, 1950; bl. 515-524 en 709-724, 1950; bl. 217-232, 1952; bl. 249-26, 1953; bl. 451-480, 1954; bl. 778-820, 1957.

Les obligations. Examens de jurisprudence, 1939-1948, 1949-52, 1953-1955. Revue critique de jurisprudence beige, bl. 350-385, 1949; bl. 48-57, 1953; bl. 199-239, 1956.

Chronique de législation beige : 1939-1949, 1950, 1951, 1952 (met CLOSON en GuiSSART). Revue de droit international et de droit comparé, bl. 127-130, 1949; bl. 42-84, 1950; bl. 35-36, 1951;

bl. 38-48, 1952; bl. 36-53, 1953.

Encyclopedie van het recht. Cursus gedoceerd aan de Rijksuniversiteit te Gent, 201 bl. (Stencil), 1948.

La notion du fonds de commerce et la subrogation réelle. Revue de la Banque, bl. 269 en v., 1950.

De la compétence des tribunaux de commerce en matière de baux commerciaux. Noot in Revue critique de jurisprudence beige, bl. 93-116, 1950.

La notion juridique du fonds de commerce en droit beige. Revue de droit international et de droit comparé. Bijzondere aflevering, bl. 98-109, 1950.

La notion juridique du fonds de commerce en droit international comparé (met Prof. L. FREDERICQ).

(4)

Algemeen verslag voor het congres van de Académie internationale de droit comparé, Londen, 1950.

L' infiuence du Code ei vil de 1804 au point de vue de la technique juridique. Preadvies voor "La semaine juridique internationale" te Parijs 1950, 32 bl., gepubliceerd in 1954.

Chroniques de législation étrangères 1939-49, 1950, met de medewerking van verschillende buitenlandse correspondenten. Revue de droit international et de droit comparé, 1950; bl. 179-276, 1951;

bl. 129-228, 1953.

La responsabilité du tiers complice de la vialation d'un cantrat (met Prof.

J.

VAN RYN). Revue critique de jurisprudence belge, bl. 81-96, 1951.

Des droits respectiJs du créancier hypothécaire et du créancier gagiste sur Ie fonds de commerce. Revue pratique du notariat belge, bl. 289-298, 1952; bl. 210-215, 1953.

De l'un!fication du droit civil et du droit commercial. Joumal des Tribunaux, p. 353-359, 1953.

Qu' avons-nous fait de la démocratie? Le Flambeau, bl. 391-409, 1953.

Un critère susc~ptible de distinguer la société publique de la société privée : La responsabilité partielle.

Revue pratique des sociétés civiles et commerciales, 23 bl., 1953.

L' un!fication del diritto civile e commerciale. Rivista del diritto commerciale, Milano, bl. 417-433, 1953.

In het Portugees in Jornal de Foro.

Responsabilité du contractant cnvers les tiers du chef de la vialation du contrat. Revue de droit inter- national et de droit comparé, speciaal nummer, bl. 98-108, 1954.

Territoria[ expansion of the Code. In the Code Napoleon and the common law world, edited by Bernard Schwartz, bl. 94-109, New-York, 1956.

Eduard Maurits Meijers. Rivista del diritto commerciale et del diritto generale delle obligatione, bl. 492, 1956.

L' expansion du Code civil dans Ie monde. Revue de droit international et de droit comparé, bl. 59- 77, 1956.

Le problème de la compétence répressive des Jutures jurisdictions du travail. Joumal des Tribunaux, blz. 89-92, 1957.

L' évolution législative, Belgique 1952-54, 1955-56 (met A. HAUTEKIER). Annuaire de législation étrangère, nouvelle série, band III bl. 95 en v., band V, bl. 20 en v., 1957.

Un!ficatie van het nationaal en het internationaal privaatrecht. Rechtskundig Week blad, col. 1730- 1746, 1957-58.

L' évolution récente du droit des sociétés en Belgique (met

J.

VAN DAMME). Rivista delle societa, bl.

853-877, 1957.

Les constantes de l'un!fication du droit privé. Revue internationale de droit comparé, bl. 277-297, 1958.

Les moyens de promouvoir la stabilité du mariage. Colloquium, Chicago, 9-18 september 1957, Revesta del Instituto de derecho comparado, bl. 604-620, 1957.

L' étude du droit comparé envisagé comme moyen de reehereher les matières susceptibles d' un!fication sur Ie plan international. Revue de droit international et de droit comparé. Speciaal nummer van het V• international congres voor rechtsvergelijking, bl. 88-98, 1958.

Les moyens de promouvoir la stabilité du mc;riage. Compte rendu du colloque de l'Ass~ciation inter- nationale des sciences juridiques. Chicago 9-18 septembre 1957. Revue internationale de droit comparé, bl. 361-364, 1958.

Le Vième Congrès de l' Académie internationale de droit comparé. Bruxelles 4-9 août 1958. Revue internationale de droit comparé, bl. 789-800, 1958.

Les garanties juridiques du crédit agricole dans la législation beige (met R. LIEvrNs). Rivista di diritto agrario, bl. 347-363, 1959.

L' étude du droit comparé cnvisagé comme moyen de reehereher les matières susceptibles d' un!fication sur Ie plan international. Algemeen rapport in Rapports généraux au Vième Congrès International

de droit comparé, bl. 193-227, 1960. ·

Introduetion au droit civil comparé. Conférences faites à la Faculté internationale de droit comparé de Luxembourg, bl. 50, 1960 (stencil).

La capacité de la Jemme mariée et Ie régime matrimonia/, in XXth Century comparative and con- flicts law legal essays in honor of Hessel E. Yntema. (Ter perse).

(5)

De 1' opposabilité des cantrats à 1' égard des tiers, in Mélanges en l'honneur du doyen Paul Roubier (ter perse).

Les pouvoirs respectiJs du conseil d' administration et de 1' assemblée générale dans les sociétés par actions en droit beige, in La società per azioni alla metà del secoio XX, Raccolta di scritti in onore di Angelo Sr alfa (ter perse).

La Jaute et l'acte illicite en droit beige, in Studi in memoria di Tullio Ascarelli (ter perse).

La evalucion de la un!ficacion del derecho, in Revista del Instituto de Derecho comparado de Barcelona (ter perse).

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Il reste la question de savoir si un acte de reconnaissance peut être considéré une violation du principe de non-intervention dans les affaires intérieures des

Ainsi le système villageois continue-t-il à se reproduire en milieu urbain, quoique sous une forme adaptée. Les relations quasi-parentales du système d'adjiati sont progressivement

Dans ce cadre, nous parlerons d'abord des systèmes résidentiels ayant comme objectif le maintien de la solidarité familiale ; ensuite, nous aborderons les différents modes

Les propriétaires fonciers, qui sont généralement des résidents de longue durée, ont tendance à favoriser les membres de leur famille dans l'accès à la terre et à la

Joost van den Vondel, Voor de Leydsche weezen, bij den aanvang van het jaar MDCCLXXXVIII.. Z.p.,

Het EHRM vindt met 15 tegen 2 stemmen, en in afwij- king van de Kamer, geen schending van het recht op leven in zijn materiële aspect, maar doet dat unaniem wel voor wat betreft

Cette étude montre que dans aucun pays européen, cette exclusion n'a encore été complètement abolie, même si les neuf pays attribuent un nombre croissant des conséquences juridiques

La Déclaration de Rio lie la réalisation du droit au développement au traitement équitable des générations présentes et futures, reconnaît la nécessité d’accorder une