• No results found

Joost van den Vondel, Voor de Leydsche weezen, bij den aanvang van het jaar MDCCLXXXVIII · dbnl

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Joost van den Vondel, Voor de Leydsche weezen, bij den aanvang van het jaar MDCCLXXXVIII · dbnl"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Voor de Leydsche weezen, bij den aanvang van het jaar MDCCLXXXVIII

Joost van den Vondel

bron

Joost van den Vondel, Voor de Leydsche weezen, bij den aanvang van het jaar MDCCLXXXVIII.

Z.p., 1788 (herdruk)

Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/vond001voor01_01/colofon.php

© 2011 dbnl

(2)

2

[Voor de Leydsche weezen]

Geen armer Wees op aarde zwerft, Dan die der Weezen Vader derft;

Der Weezen Vader derft hij niet, Die Weezen troost in haar verdriet:

Dies slaa uw oogen op ons neêr, Ons aller Vader troost u weêr.

VONDEL.

Joost van den Vondel, Voor de Leydsche weezen, bij den aanvang van het jaar MDCCLXXXVIII

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

2 verzieren: verzinsels; 6 leugenklip: de gevaarlijke rotsen, die de Argo (het schip van Iason en de zijnen) moest passeren; 14 onversierde: waarheidsgetrouwe; 16 de beide

De inhoud diende men niet op te vatten volgens de een of andere er met de haren bij gesleepte uitleg, maar zoals de dichter haar verklaarde, omdat ieder de uitlegger van zijn

t'zeil ga : dit is het slot van mijn bevel : ghy zult mijn gezant hier in wezen. Zoo sprack Jupijn, en de noon maeckte zich gereet, om den last van zijnen grooten vader in 't werck

1 8 7 draeft de onuitbluschbaere liefde van koning David tot Absolon, onder zoo veele en verscheide hartstoghten van d'andere per- sonaedjen, doorgaens vooruit, onaengezien by den

De Orde was namelijk door voorspoed vermetel geworden en had de naburige Polen zonder noodzakelijkheid beoorloogd ; doch was in 1410 door koning Vladislaiis bij Danneburg in

1 ) Heerl#ck gezicht : in de schriftuurlijke taal wordt het woord gezicht veelal gebezigd in den zin van hetgeen ook wel met het bastaardwoord vizioen wordt uitgedrukt ; zoo b. En

Al deze verzen zijn toch niets anders dan erkenningen van Rembrandts kunst, die Vondel zeker niet volkomen heeft begrepen evenmin als iemand zijner tijdgenooten, al hebben

Maer terwijl hy yverde om gemaelin en kinders met allen den gevluchten scheep te brengen, en voor had zelf het huis te verdadigen, verscheen'er Rafaël, een der zeven engelen, die