• No results found

Heb je lekker geslapen ?

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Heb je lekker geslapen ?"

Copied!
15
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Waarom?

Daarom!

themadossier

(2)

Dat slapen belangrijk is, lijdt geen twijfel Het doet deugd.

Het is gezond.

Kinderen groeien ervan, bloeien open.

Als ouder kan je ervan genieten je slapend kind vredig te zien vertoeven in dromenland.

(3)

Slapen heeft veel invloed

Elke ouder heeft wel wat te vertellen over slaap- ervaringen van zoon of dochter. Avondlijke strijd, wakkere nachten, oververmoeide kinderen, alles klinkt zeer herkenbaar. Slechte slapers kunnen ouders tot wanhoop drijven. Het hele gezin lijdt er- onder. Ouders verschijnen moe op het werk, maken fouten. Kinderen leren minder gemakkelijk, groeien minder goed, gedragsproblemen duiken op.

En uw kind?

Voor ieder kind verloopt het slapen anders. Jonge kinderen hebben meer slaap nodig dan oudere kinderen. Hoe verloopt het slaapproces van jouw kind? Is het een goede slaper? Een slechte slaper?

Het grootste “normale” probleem is in slaap vallen, de dag kunnen stoppen. Vele kinderen slapen niet genoeg, maar ouders zijn zich niet altijd bewust de slaapproblemen van hun kinderen.

Tussen waken en slapen…

In een kinderlichaam gebeurt ontzettend veel tussen het waken en slapen, vooral in de hersenen.

Onze zogenoemde biologische klok zorgt ervoor dat periodes van rust en activiteit elkaar afwisselen.

Rond de zevenentwintigste week van de zwan- gerschap zou deze beginnen te tikken. Vanaf de geboorte zorgt deze klok ervoor dat de slaap van je kind zich stap voor stap instelt op een 24 uursritme waarin dag en nacht zich voortdurend afwisselen.

De plaats in de hersenen waarin deze biologische klok zich bevindt, is gevoelig voor zintuiglijke prik- kels, zoals licht. Als het donker wordt, is het tijd om te gaan slapen. Het menselijk lichaam streeft altijd naar evenwicht en daar wil onze interne klok ons mee helpen.

Elke dag is het een strijd om Jonas, 4 jaar, in zijn bedje te krijgen. De papa begint te koken nadat een zoveelste po- ging niet is gelukt. Als Jonas uiteindelijk toch in bed ligt, horen de ouders hem jammeren. Daar gaan ze, opnieuw, met veel wrevel, de trap op…

Bij Bora, 6 jaar, moet mama telkens tien minuten mee in bed vooraleer ze rustig kan inslapen. Als mama laat weten dat ze nog wel eens een kijkje zal komen nemen straks, is Bora gerustgesteld, laat ze zich niet meer horen.

Niels is bang om te gaan slapen. ’s Morgens vinden zijn ouders hem vaak bij hen in bed.

Gouden regel 1

RESPECTEER DE BIOLOGISCHE KLOK VAN JE KIND!

Melatonine is de slaapstof in de hersenen die ervoor zorgt dat je kind zich ’s avonds moe voelt en wil gaan slapen. Het vergemakkelijkt het inslapen. De hele dag zijn de hersenen en het lichaam in de weer, waardoor je kind een ‘slaapschuld’ opbouwt. Hoe later op de dag, hoe groter die schuld wordt. Alleen als die slaapschuld ingelost is door te slapen, kan je kind vrolijk, alert, goed wakker reageren. Slapen en waken zijn dus onlosmakelijk met elkaar verbonden.

HOE SLAAPT JE KIND?

(4)

We slapen in fases

Een kind doorloopt elke nacht verschillende slaap- fases. Een cyclus diep slapen en minder diep slapen volgen elkaar op. Op sommige momenten in zo’n cyclus zijn je hersenen en je lichaam minder of meer actief. Actieve en rustige slaap, dromen en niet dro- men, roerloos blijven liggen en bewegen wisselen elkaar voortdurend af. Elke slaapcyclus bestaat uit de remslaap en de non-remslaap. De eerst fase is de non-remslaap, die ook de rustige slaap genoemd wordt. Deze slaap verloopt in verschillende stadia, met als laatste stadium de ‘diepe’ slaap, waarin het lichaam bijna helemaal stilvalt. In het begin van de nacht slapen we het diepst. We worden dan niet zo snel wakker. Deze slaap is ook het meest verkwikkend. Na een non-remslaapfase volgt een remslaapfase of een actieve slaap. Naar de ochtend toe brengen we hier meer tijd in door. Tijdens deze

actieve slaap kunnen we sneller wakker worden. De verhouding tussen non-remslaap en remslaap ver- andert naarmate we ouder worden. Een baby slaapt ongeveer zestien uur per etmaal en de verhouding tussen rem en non-remslaap is ongeveer gelijk. Het aantal uren dat een kind echt wakker is, neemt toe en de remslaap ook.

Slapen is goed voor…

…onze geest en ons lichaam, die zich weer volledig herstellen. We laden onze batterijen opnieuw op, om er de volgende dag terug tegenaan te kunnen.

Alles wat je overdag leert, wordt ’s nachts herwerkt in de hersenen, vooral tijdens de remslaap of de actieve slaap. Wie slecht slaapt, leert minder gemakkelijk. Een nachtje doorstuderen heeft weinig zin. Er ‘een nachtje over slapen’ des te meer.

Steffie toont zich snel prikkelbaar.

Glenn dut zelfs bij het kleuren in.

Arthur reageert heftig en impulsief.

Gouden regel 2

EEN GOEDE SLAAPHYGIËNE DOET WONDEREN!

 Zorg ervoor dat je kind op vaste tijdstippen gaat slapen en opstaat, ook tijdens het weekend en in vakantieperiodes, aangepast aan de leeftijd.

 Let er op dat de tijd die je kind in bed doorbrengt, ook de tijd is die afgestemd is op zijn slaapbehoefte.

 Laat je kind weinig cola of koffie drinken overdag, en helemaal niet voor het slapengaan.

Voor het slapengaan, bied je best geen drank meer aan.

 Zie erop toe dat je kind voldoende kan bewegen overdag. In de zomer speelt je kind best veel buiten, sporten is ook prima. Net voor het slapengaan is ontspanning nodig, een rustige activiteit bevordert de slaapbehoefte.

 Regelmatig eten, een duidelijke dag- en avondindeling zorgen voor evenwicht in het ritme van je kind.

 Laat die televisie en computer op de kamer achterwege. Ze verstoren een evenwichtige slaap en kunnen absoluut niet dé oplossing zijn voor als je kind niet ‘kan’ slapen.

 Het heeft geen zin dat een kind ‘probeert’ te slapen. Ligt je kind na twintig minuten nog steeds niet in slaap, laat het dan eventjes rustig bezig zijn en probeer het dan opnieuw. Het al- lerbeste is het tijdstip van slapengaan af te stemmen op het tijdstip van vermoeidheid. Signalen bij het kind maken duidelijk wanneer dat het geval is.

 Je zet best geen klok in de nabijheid van je kind, behalve wanneer het daar rustig van wordt.

 Als je kind echt honger heeft, laat je het best nog iets licht eten (een banaan, melk,…).

 Dat het kind zich veilig kan voelen, is belangrijk. Zorg voor niet te veel lawaai in de omgeving.

 Een comfortabel bed en geen te hoge temperatuur in de kamer zijn aan te raden.

 Vermijd het gebruik van medicatie om je kind te laten slapen.

 Herkenbare stappen en handelingen voor het slapengaan, een ‘slaapritueel’, bevorderen de rust bij het slapengaan.

 Dutjes overdag gebeuren bij voorkeur in dezelfde ruimte of plaats waar je kind ’s nachts slaapt.

 Roken en alcoholgebruik hebben een slechte invloed op het slapen. Leg dat uit aan je puber.

Bij alcohol bevordert alcohol het inslapen, maar het doorslapen wordt verstoord.

 Zeg al een tijdje vooraf dat het tijd wordt om te gaan slapen, zodat je kind zijn/haar activiteit kan afronden. Reageer zeer vastberaden bij het slapengaan. Geef geen onduidelijke signalen:

”Je gaat nu slapen!”, of: “Nu naar bed!”

(5)

Slapen moet je leren

Dat leren gebeurt stap voor stap en begint al vóór de geboorte van het kind. Het slaappatroon ontwikkelt zich in de hersenen en wordt beïnvloed door factoren van buitenaf.

Een kind moet leren:

• wakker zijn te koppelen aan licht en slapen aan

‘donker’;

• alle slaapperiodes samen te brengen tot één aaneengesloten slaapperiode.

Vanaf drie, vier maanden mag je een acht à negen uren slaap ’s nachts verwachten.

Vanaf zes maanden slaapt het kind hoofdzakelijk

’s nachts. Het inslapen duurt iets langer. Het kind leert zichzelf in slaap sussen: het brabbelt, zeurt nog een beetje, wriemelt aan de knuffel.

Dit leren is van belang voor de toekomst, zodat het kind zich ook later zelf weet te sussen wan- neer het tijdens de nacht wakker wordt! Dit is ook de uitgelezen leeftijd om te starten met een bedtijdritueel.

Slapen op de rug

Baby’s in buikligging zouden langer en dieper slapen, minder en kortere ontwaakmomenten ken- nen, wat de kans op wiegendood verhoogt.

Eindelijk doorslapen!

Dat is een wens van elke ouder. Elk kind is anders.

De ene zal sneller doorslapen dan de andere. 95 procent van de baby’s zou van zich laten horen bij het wakker worden. Tegen de leeftijd van één jaar zou de meerderheid van de baby’s zichzelf kunnen sussen.

Van baby naar peuterleeftijd

Dutjes verminderen naarmate de kinderen de leeftijd van twee jaar naderen.

• Van zes maanden tot één jaar: twee dutjes overdag

• Tussen één en drie jaar: slechts één dutje Een halfuurtje minder slapen overdag is een halfuurtje meer slapen ’s nachts.

Als die slaapschuld maar ingelost wordt!

GOED EN GENOEG SLAPEN, HOE DOE JE DAT?

Ruben heeft zijn knuffel nodig om te slapen.

Marie kan enkel slapen na een verhaaltje voorgelezen door papa.

Bij Sam moet mama even naast het bedje blijven zitten vooraleer hij de slaap kan vatten.

(6)

Hop naar zelfstandigheid!

Behoed je er als ouder voor ’s nachts uit bed te moeten om het slaapritueel te moeten herhalen.

Bijna alle kinderen worden ’s nachts eens wakker, maar veelal vallen ze zonder hulp van papa of mama opnieuw in slaap. Je kind evolueert van een baby die hulp nodig heeft bij het inslapen naar een baby die zichzelf in slaap kan sussen.

Gouden regel 3

LEER HET KIND ZELFSTANDIG INSLAPEN!

 Reageer wel als je kind wakker wordt. Tot zes maanden kan je je kind niet verwennen.

 Leer het kind inslapen in het wiegje, eventueel eerst op een rustige plek in je buurt.

 Als het kind minder voeding nodig heeft en meer doorslaapt, kan je haar/hem verhuizen naar de eigen kamer.

 Een knuffel, de fopspeen, het dekentje,… kunnen bij de overgang van waken naar slapen een grote hulp betekenen.

 Het dutje vindt best niet te laat op de dag plaats. Hoe later op de dag je kind een dutje doet, hoe dieper de slaap, hoe minder lang de slaap ’s nachts.

Kleuterslaap

Stilaan gaan de dutjes overdag plaats maken voor een langere slaapperiode ’s nachts.

Vanaf vijf jaar evolueert de slaapontwikkeling trager. Er zijn dan minder veranderingen in het slaappatroon. Slapen blijft wel belangrijk.

Elk kind is uniek! Het ene kind heeft meer veilig- heid nodig om in te slapen, een ander kind heeft last van nachtelijke angsten,… de gevoeligheid voor problemen bij het ontwaken en inslapen neemt toe.

Slapen op de basisschoolleeftijd.

De slaapcyclus begint er vanaf zes jaar uit te zien als deze van een volwassene. Het is erg belangrijk dat je kind goed slaapt, want deze periode is de meest alerte in een mensenleven. Kinderen leren ontzettend veel, hebben veel prikkels te verwer- ken. De slaapschuld moet door het slaappatroon ingelost worden.

Hoeveel slaap is nodig?

Deze slaapbehoefte kan variëren van kind tot kind en is afhankelijk van omgevingsfactoren, persoon- lijke aangelegenheden, de leeftijd van het kind.

Dit schema toont een gemiddelde slaapbehoefte per leeftijd:

Wanneer is het bedtijd?

Hoeveel tijd gaat er voorbij tussen het naar bed gaan en het inslapen?

Te vroeg naar bed gaan, kan leiden tot moeilijker inslapen. Te laat naar bed gaan, kan er ook toe bijdragen dat het kind te veel overstuur is om in te slapen. Het is goed om te weten wanneer je kind echt klaar is om te gaan slapen, wanneer het het best tot rust komt.

Dat is persoons- en leeftijdsgebonden. Wordt je kind energiek wakker? Dan is aan zijn/haar slaapbehoefte voldaan.

Te weinig slaap

Onze kinderen slapen vaak niet genoeg, is uit onderzoek gebleken. Zoals de meeste ouders, ken je het volledige slaapgedrag van je kind meestal niet: wanneer, hoe vaak en hoe lang je kind wak- ker ligt, of het knarsetandt, praat in zijn of haar slaap,…

Als je merkt dat je kind rusteloos is overdag, moeite heeft om nieuwe dingen te leren, kan het zijn dat je kind niet voldoende slaapt.

Als ouder speel je een belangrijke rol bij het cre- eren, achterhalen, onderhouden én het oplossen van een specifiek probleem.

• Vanaf geboorte: 16-18 uur

• Vanaf zes maanden: 14-15 uur

• 2 jaar: 11-13 uur ’s nachts, 1 à 2 uur dutten

• 3 jaar: 10,5-12 uur ‘s nachts, 1,5 à 2 uur dutten

• 4 jaar: 11,5 uur

• 5 tot 9 jaar: 10-11 uur

• 10 tot 14 jaar: 9-9,75 uur

• 15 tot 18 jaar: 8,25-8,75 uur

• >19 jaar: 8-9 uur

• 25-45 jaar: ongeveer 8 uur

• >45 jaar: ongeveer 7,5 uur

Enkele tips

• Breng een kind vóór bedtijd naar bed. Dan is er voldoende tijd om het kind te laten ontspannen, eventueel samen nog iets rustigs te doen zoals voorlezen.

• Laat je kind ook in het weekend en in vakantieperiodes op tijd naar bed gaan.

• Als je je kind elke ochtend moet wekken, is dat een signaal dat aangeeft dat er iets snort aan het slaappatroon.

(7)

Omdat jonge kinderen nog geen tijdsbesef hebben, zijn herkenbare, telkens terugkerende aanwijzingen voor hen nodig om aan te geven dat het tijd is om te gaan slapen.

Als ouder kan je ervoor zorgen dat je kind niet overrompeld wordt door plots te moeten gaan slapen. Een geleidelijke overgang van niet-slapen naar slapen is aangewezen. Ook oudere kinderen, die de klok wel al kunnen lezen, zijn gebaat met een aangepast, zich telkens herhalend bedtijdri- tueel. Het kind leert dat het nu gerust mag, kan, moet slapen. Het stimuleert de warme, goede vertrouwensband met je kind.

Persoonlijk en herkenbaar

Een bedtijdritueel verschilt van gezin tot gezin, er bestaan geen vast regels.

Enkele kenmerken van een bedtijdritueel, zijn:

• telkens weerkerende elementen;

Tijd nemen voor…

Wat betekent dat, tijd nemen voor? Een bedtijd- ritueel:

• hoeft niet lang te duren om goed te zijn (van een kwartiertje tot een uur);

• vergt niet dat je bij elke stap altijd betrokken hoeft te zijn. Bewaken van op een afstandje is prima;

• mag ook niet té veel tijd in beslag nemen;

• start wanneer je kind nog niet té moe is;

• is een moment van jou voor je kind alleen;

• geeft alle betrokken partijen rust en een gevoel van succes.

Zorg ervoor dat je bedtijd vooraf aankondigt.

Vermijd discussies op het moment van slapengaan zelf. Zorg voor duidelijkheid.

HET BEDTIJDRITUEEL

Kato (6 jaar) doet elke avond haar pyjama aan, gaat dan haar tanden poetsen, kruipt haar bedje in. Mama leest een verhaaltje voor, ze knuffelen nog even. Kato legt haar knuffels goed, mama doet het licht uit en zegt:”slaap lek- ker!” Mama loopt de kamer uit.

Mama zegt tegen Kasper (7 jaar) dat hij moet gaan slapen als FC De Kampioenen is afgelopen.

Nadat het keukenwekkertje is afgelopen, is het bedtijd, zo weet Amélie (5 jaar). Dat is dagelijkse routine.

Als de wijzer op acht staat, moet Anaïs (8 jaar) naar bed.

Volharden is de boodschap!

Kinderen testen je grenzen af. Kinderen zijn inven- tief, zodat het als ouder veel vergt om hen toch tijdig in bed te krijgen. Het bedtijdritueel vaak herhalen zorgt voor gewoontevorming en werkt lonend na bepaalde tijd.

Voor oudere kinderen, die geen bedtijdritueel gewoon zijn, kan je hiermee nog starten, ook al is het niet vanzelfsprekend. De kans bestaat dat aanvankelijk het moeilijke inslaap-of doorslaapge- drag nóg moeilijker wordt. Toch zal het effect op langere termijn wel succesvol zijn.

Enkele tips

• Wees duidelijk in je grenzen, redelijk, wijk er niet van af, zonder je boos te maken.

• Het helpt als je in je hele opvoedingsstijl consequent bent en duidelijke grenzen stelt.

• Begin niet met een nieuwe aanpak op een moment van spanning of bij grote afwezig- heid van jou als ouder. Kies een periode van relatieve rust.

• Je kan vooraf met je kind al bespreken wat je van plan bent te gaan veranderen en

(8)

Een prettige, rustige, vertrouwde slaapomgeving…

Een slaapkamer mag er aangepast gezellig uit zien, maar moet vooral dienst doen als SLAAPka- mer. Er kan ook in gespeeld worden, en straftijd brengen we niet in de slaapkamer door.

HET BEDTIJDRITUEEL

Er verandert veel in de ontwikkeling van de hersenen EN WAT MET JONGEREN IN DE PUBERTEITSFASE?

Charlotte kon vroeger erg stipt inslapen. Nu sms’t ze of chat ze vaak nog tot 22u. Ze is ’s morgens met geen stokken wakker te krijgen. Overdag loopt ze op school slaperig rond. In het weekend slaapt ze uit tot ’s middags.

De mama van Lien gaat tegenwoordig vroeger naar bed dan haar dochter, en Lien is vaak geneigd haar ontbijt te nemen wanneer de rest van het gezin gaat lunchen.

De veranderingen in de hersenen en in het lichaam dragen ertoe bij dat je puber anders gaat slapen dan voorheen. Het slaaphormoon melato- nine wordt later op de avond afgescheiden dan bij jonge kinderen. Pubers worden dus pas later op de avond slaperig en hebben dan ook nood om later op te staan. De non-remslaap gaat anders verlopen, de remslaap valt later in de slaapcyclus en een tiener brengt ook minder tijd door in de diepe non-remslaap dan voorheen. De neiging om op een later tijdstip te gaan slapen is niet zo on- gewoon, als je weet dat veel van de hoeveelheid diepe slaap vervangen wordt door lichtere slaap.

Ook pubers bouwen een slaapschuld op, maar wat we kennen als ‘normale tijdstippen’ om naar bed te gaan en weer op te staan, is helemaal niet zo voor de jongere. Tot grote ergernis van de omgeving!

Emotionele verwarring en psychische stress zijn op deze leeftijd veel voorkomend, door de hormonale veranderingen. Het is niet meer eenvoudig om slaap een plaats te geven.

Als je zoon of dochter altijd laat opblijft, ’s nachts vaak op stap gaat, ook nog eens met drugs en drank gaat experimenteren, kan dat de slaap flink in de war sturen.

Niet alleen lichamelijke factoren zijn beïnvloedend voor het laat slapengaan. Ook het vele huiswerk, de sociale activiteiten, het hangen voor de tv of de computer omdat dat nu eenmaal ‘cool’ is, de drang naar onafhankelijkheid, een bijbaantje…

Als ouder heb je ook minder invloed op het uitoe- fenen van controle op het slaapgedrag.

Eigenlijk heeft een jongere in de puberteit net meer slaap nodig, want: puberen is vermoeiend!

Ze zijn zich hier wel bewust van, maar stellen uit tot later. Dat ze prikkelbaarder gedrag vertonen hierdoor, kan je je wel voorstellen.

Enkele tips

• Zorg dat de slaapkamer rust uitstraalt.

• De ideale kamertemperatuur is twintig graden.

• Te vochtige of te droge lucht zijn niet goed om in te slapen. Een luchtbe- vochtiger kan helpen.

• Verlucht de kamer goed overdag.

• Laat je kind slapen in een zo donker mogelijke omgeving.

• Zorg voor een zo stil mogelijke kamer en een rustige omgeving.

• Je kind slaapt beter op een goede, voldoende grote matras en in schoon, comfortabel beddengoed.

• Een stofvrije kamer is belangrijk, zeker voor kinderen met gevoeligheid voor allergieën.

• Verban de GSM uit de kamer! Ook tijdens het slapen reageren de herse- nen op een mobiele telefoon en wordt de slaap verstoord.

• Iedereen slaapt beter als hij/zij alleen slaapt.

(9)

Als je kind te weinig slaapt

Kleuters die minder dan tien uur per nacht slapen, hebben meer kans op:

• gezondheidsproblemen

• gedragsproblemen

• leerproblemen

• motorische problemen

• …

Slapen is van levensbelang, en kinderen in volle ontwikkeling vormen een heel kwetsbare groep als ze niet goed of niet genoeg slapen.

Bas kan het tempo van de juf niet volgen. Hij staart voor zich uit, be- grijpt niet meteen de kleuropdrachten die de juffrouw hem geeft.

Lola ademt moeilijk en snurkt veel ’s nachts. Vermoedelijk wordt zij daarvan ’s nachts steeds wakker. Zij voelt zich nooit uitgeslapen. Haar mama maakt een afspraak met de huisarts.

Lien luistert overdag slecht en huilt erg vaak. Het slapengaan eindigt tel- kens in een groot drama. Ze weigert in haar bedje te blijven en staat om de tien minuten terug in de woonkamer.

Hoe herken je een slaperig kind?

• concentratie- en aandachtsproblemen

• geeuwen

• humeurigheid

• prikkelbaarheid

Enkele tips

• Waak er als ouder over een regelmatig en aanvaardbaar slaappatroon te stimuleren, om eventuele echte slaapproblemen te vermijden.

• Werk in stappen van een kwartiertje om het slaapschema van je zoon of dochter terug te brengen naar een goed slaap-waakpatroon.

• Spreek af dat je tiener niet krampachtig probeert te slapen, want dat heeft geen zin.

Hij of zij kan dan best nog eventjes opstaan en nog even ontspannen. Daarna kan die terug naar bed. Ontspannen valt niet gelijk met computerspelletjes spelen, surfen, tv- kijken,…

• Tracht te vermijden dat je puber overdag gaat dutten.

• In onderhandeling met je puber kun je afspraken maken over computer- of tv-gebruik op de kamer. Als ouder heb je recht om de grenzen aan te geven. Een wekker van een gsm werkt ook als de telefoon uit staat. Plaats een wekker altijd buiten het rechtstreek- se gezichtsveld van de jongere.

• Verwijder rommel uit de slaapkamer en richt deze zo rustgevend mogelijk in.

• Professionele hulp kan je inschakelen wanneer het dagelijks functioneren van je puber er onder lijdt en je dochter of zoon slaapmoeilijkheden lijkt te hebben. De meest uiteenlopende problemen overdag, kunnen te maken hebben met een verstoord slaap- patroon of slaapproblemen. Met chronotherapie, die de biologische klok opnieuw tracht in te stellen, eventueel met toediening van melatonine, kan het slaappatroon verbeterd worden.

• Leer je tiener matig te zijn met alcohol en nicotine. Beiden hebben een nadelig effect op onze slaap. Van alcohol slaap je sneller in, maar het bemoeilijkt het doorslapen.

• Leg je tiener uit dat cafeïnehoudende drank zoals koffie en coca-cola best niet na vier uur ’s middags gedronken wordt. Slapen is nog altijd beter dan slaperigheid tegengaan in examenperiodes.

• Bewegen, sporten, maakt dat je kind zich beter gaat voelen en er beter door gaat slapen. Toch is sporten net voor het slapengaan niet aan te raden. Een ontspannend bad is dan meer aangewezen. Vermijd studeren net voor bedtijd.

• Zorg voor zo min mogelijk lawaai in huis en een goed geventileerde kamer die niet te

(10)

Probleem 1

- nog moe bij het opstaan

Erg veel ouders herkennen dit probleem. Het wijst er op dat het kind niet (goed) genoeg geslapen heeft.

Probleem 2

- niet naar bed willen

Als je kind elke avond zeurt bij het naar bed moeten, is dat erg lastig. Je kunt dit probleem enkel oplos- sen als je weet waarom het niet wil gaan slapen. Stel je de volgende vragen:

• Slaapt je kind goed genoeg en op de juiste momenten?

• Ben je consequent in het tijdstip van slapengaan? Als je voldoende grenzen bewaakt in dat tijdstip (niet de ene dag een half uur vroeger en de andere dag een half uur later), is de kans groot dat het dagelijks protest van je kind al heel snel verdwijnt.

• Heeft je kind tijd die het alleen met jou kan doorbrengen?

• Is het te donker of te licht in de kamer?

• Voelt je kind zich alleen gelaten of zelfs gestraft omdat de slaapkamer ook de kamer is waar je kind bij straf naartoe gestuurd wordt?

• Heeft je kind last van achtergrondlawaai of heeft het ademhalingsproblemen in de slaap? Is zij of hij bang om alweer in bed te plassen?

• Praat je kind in zijn of haar slaap, heeft het last van nachtelijke angsten of slaapwandelt het?

• Heeft je kind geleerd dat het niet hoeft te gaan slapen, wanneer het maar lang genoeg krijst?

Er zijn erg veel oorzaken mogelijk voor eenzelfde probleem. Maar in elk geval moet dat probleem wor- den opgelost.

SLAAPPROBLEMEN AANPAKKEN!

een tip

Laat je kind ook in het weekend en in vakantieperiodes tijdig gaan slapen.

Respecteer die biologische klok!

enkele tips

• Tijd samen doorbrengen met je kind… Met je kind babbelen, het be- trekken bij je bezigheden, een complimentje omdat het zo mooi speelt,…

het helpt!

• Bedtijd is bedtijd! Het is aan de ouder vol te houden het bedtijdmoment aan te geven! Ook al blijft je kind opnieuw en opnieuw proberen om over die grens te gaan, het geeft houvast aan je kind. Zorg ervoor dat je met je partner voldoende hebt overlegd over de regels, zodat deze gelijklopend zijn. Twijfel niet te veel en voel je niet schuldig, ook wanneer je kind komt met argumenten over andere kinderen of een ziektegevoel.

Probleem 3 -

je kind slaapt niet zonder jou

Je kan je kind nog leren in zijn / haar eigen bed in slaap te vallen, eventueel met een knuffel erbij. Het lastige inslaapgedrag zal waarschijnlijk in eerste instantie verergeren, nadien zal het stilaan verbeteren.

Je kunt ook hier het best mee beginnen waneer jij jezelf rustig voelt, want het kan behoorlijk wat van je zenuwen vergen. Het komt eropaan de tijd te verlengen die het kind alleen in het eigen bedje door- brengt. Je kunt starten met om de vijf minuten te komen kijken, tot als je kind slaapt. De tweede avond maak je daar zes minuten van, de derde zeven enzovoort. Aanvankelijk kan je kind beginnen huilen, maar de volharding loont, misschien zelfs na een week!

Probleem 4

- je kind slaap niet in zijn eigen bed

Je kunt proberen de eerste week met je kind in de nieuwe situatie te ‘slapen’. Na die week ga je verder met de hierboven beschreven tips. Voor je aan deze aanpak begint, moet je er wel zeker van zijn dat deze problemen vooral te maken hebben met inslaapgewoonten en niet met angsten of onaangepast slaap-waakpatroon.

Probleem 5

- té vroeg wakker

Sommige kinderen zijn al erg vroeg uit de veren. Uitslapen is nu eenmaal niets voor kinderen. Op zich geen probleem als aan hun slaapbehoefte is voldaan. Maar veel kinderen slapen niet genoeg, en dan vormt dat wel een probleem. Bekijk dus eerst het slaap-waakpatroon van je kind en grijp in wanneer nodig.

• Ligt je kind niet te vroeg in bed of is de totale tijd die het in bed doorbrengt niet te lang?

• Probeer zo veel mogelijk licht uit de kamer te houden.

• Heeft het kind nog honger?

• Wil het televisie gaan kijken?

• Wordt het wakker van lawaai?

Bo (4 jaar) heeft de steevaste gewoonte ’s nachts bij de ouders in bed te kruipen.

Lotte (10 jaar) kan enkel inslapen als ze haar mama kan zien

(11)

Je kan

• Een wekker programmeren met een muziekje of een lampje dat aangeeft wan- neer je kind uit bed kan komen om jou te storen.

• Zorg er voor dat je kind niet te lang hoeft wakker te liggen. Voorzie eventueel wat speelgoed waar het mee kan spelen tot het lampje brandt, bijvoorbeeld.

• Plaats bedjes zoveel mogelijk uit elkaar wanneer kinderen in dezelfde kamer slapen.

• Maak duidelijke afspraken en grijp in als ze die niet naleven.

• Je kan met je partner afspreken om om beurten op te staan.

• Eventueel neem je je kinderen even mee in je bed.

Probleem 6

- je kind is bang

Slapengaan betekent afscheid nemen voor je kind. Dat kan gedachten brengen over doodgaan, mama of papa die niet meer terugkomt,... Soms worden deze gedachten geuit in de vorm van spoken zien, een dief horen, bang zijn dat er iemand onder het bed zit.

• Ga hier als ouder erg omzichtig mee om. Laat het kind er overdag over vertellen of tekenen.

• Probeer het kind te leren omgaan met de angst en zoek samen naar een oplossing.

• Soms helpt het in een aangrenzende kamer nog even op te ruimen. Zo hoort, voelt je kind je aanwezigheid. Zo hoef je niet bij het bed te blijven zitten.

• Bied duidelijke steun en geef een compliment wanneer je kind goed vooruit gaat!

• Minimaliseer die angst niet, wuif ze niet weg. Wees niet te streng. Voor een kind is het nog te moeilijk om op een volwassen manier met deze angst om te gaan.

• Misschien is het probleem al verholpen door het bedtijduur te verlaten, zodanig dat je kind minder lang wakker moet liggen.

• Een klein nachtlampje op de gang kan angst verminderen.

• Ga na of je kind een regelmatig slaap-waakpatroon heeft. Misschien heeft het slaaptekort?

• Raadpleeg een dokter bij regelmatige nachtangsten. Is er sprake van epilepsie, een andere lichamelijke aandoening?

Nachtelijke verwarring is geen angst. Het kind kan op je beginnen roepen, tegenstribbelen wanneer je wil helpen. De verwarring kan een hele tijd duren.

Probleem 8

- nachtmerries

Bij drie- tot zesjarigen komt dit vooral voor, telkens later in de nacht, tijdens de lichtere slaap. Dan is het geen enkel probleem je kind te wekken. Je kind voelt zich niet gedesoriënteerd en kan gemakkelijk ver- tellen over de nachtmerrie. Nadien in slaap vallen is vaak moeilijker omdat je kind echt wakker geweest is en de angst nog nazindert.

• Laat je kind even doen terwijl je een oogje in het zeil houdt. Zo duurt de ver- wardheid niet nóg langer.

• Slaaptekort is vaak een oorzaak, hou ook hier het slaap-waakpatroon in de gaten!

• Troost helpt je kind al om de ergste emoties te doen verdwijnen.

• De veiligheid en de regelmaat van het bedtijdritueel kunnen helpen.

• Voer een goede fee in die monsters en spoken verjaagt, praat over de angsten, verwerk oplossingen in spelletjes.

Marie heeft haar dief die in het hoofd zat in de bange doos gesto-

(12)

Probleem 9

- slaapwandelen

Je kind stapt uit bed en wandelt rond in huis alsof er niets aan de hand is. Het ziet er wel slaapdronken uit. In de leeftijd van vier tot acht jaar komt dit vaak voor, iets vaker bij jongens dan bij meisjes. Soms gaat dat slaapwandelen ook gepaard met praten in de slaap of angsten. Dat kan gevaarlijk worden wanneer je kind denkt te moeten vluchten en hierdoor de straat oploopt. Als je je kind wakker maakt, herinnert het zich niets. Slaapwandelen kan te maken hebben met medicatiegebruik, koorts, slaapge- brek, spanningen, angst, enzovoort.

• Wees alert als ouder!

• Zorg voor een veilige omgeving. Installeer bv. een hekje boven aan de trap, zet gevaarlijke voorwerpen aan de kant.

• Maak je niet te veel zorgen over dat slaapwandelen, praat er niet te veel over met je kind.

• Ga naar de dokter als dat slaapwandelen blijft voortduren.

Probleem 10

- moeilijk of vreemd ademhalen

Snurken, piepend ademhalen, apneu, zijn ademhalingsproblemen waar je als ouder aandacht voor moet hebben.

Mogelijke oorzaken:

• ontstoken amandelen

• allergie

• kleine afwijkingen aan neus- en keelholte

• hooikoorts

• overgewicht

• ...

Raadpleeg een arts!

Probleem 11

- bedplassen

• Een goed slaap-waakpatroon kan het begin van een oplossing zijn.

• Misschien is er een medische oorzaak?

• Blijf altijd rustig en positief: een droge nacht is leuk, een natte nacht een ongelukje!!

HEB JE ANDERE VRAGEN OVER OPVOEDING?

Neem gerust contact op met de opvoedingswinkel.

Adres: Charles Deberiotstraat 2, 3000 Leuven

Slaapproblemen bij kinderen: basisgids voor ouders en hulpverleners

K.Spruyt - Lannoo, 2007

Slapen: een antwoord op 101 slaapvragen K.Spruyt

Lannoo, 2008

Leer uw baby ‘s nachts door te slapen: een slaaptrainingsprogramma voor uw baby om zelf weer aan nachtrust toe te komen Charles E. Schaefer / Michael R. Petronko 1995

De tevreden baby: hoe je baby ’s nachts doorslaapt

Gina Ford, 2004

Lekker slapen zonder huilen

Elizabeth Pantley, opvoedingsdeskundige en moeder van vier kinderen, ontwikkelde haar eigen methode, gericht op kinderen van 0 tot 2 jaar. Ze geeft inzicht in hoe baby’s precies slapen, waarom ze ‘s nachts wakker worden en wat je daaraan kunt doen - zonder dat je baby zichzelf in slaap hoeft te huilen. Of je kind nu bij jou in bed slaapt of in zijn eigen bedje, of je baby nu borstvoeding of flesvoe- ding krijgt, met dit boek kun je een persoonlijke slaapplan maken en je baby op een lieve manier helpen ‘s nachts door te slapen. Zodat je zelf ook weer lekker kunt slapen.

Slaapt de kleine al?: tips voor een perfecte nachtrust voor baby’s, peuters, kleuters en ...ouders

Andrea Schmidt-Forth / Marilis Kurz-Lunkenbein, 1997

Mijn kind kan niet slapen, de weg naar een betere nachtrust

T. Berry Brazelton / Joshua D. Sparrow, 2003

Bang om te gaan slapen: therapieboek voor kinderen die niet naar bed durven

Driesen Ludo, 2004

Mama, ik kan niet slapen: hoe kinderen met slaapproblemen helpen?

Driesen Ludo

De beste tips om uw kind goed te laten sla- pen… elke dag opnieuw

Lansky Vicky, 1998

Mama, ik kan niet slapen!

Concrete adviezen die ouders kunnen helpen om het probleem aan te pakken. Elke soort van slaapproblemen krijgt een apart stappenplan mee. Een stappenplan geeft stapsgewijs aan wat ouders kunnen doen wanneer ze met een welbepaald slaapprobleem van hun kinderen worden geconfronteerd. Het eerste hoofdstuk: algemene informatie over slapen en slaapproblemen. Hoofdstuk 2: slaapproblemen van baby’s. In het derde hoofdstuk:

kinderen die niet naar bed willen. Hoofdstuk 4: ‘s nachts wakker worden. Hoofdstuk 5: specifieke problemen zoals bonken, slaapwandelen enz. Tenslotte: adviezen voor ouders

Driesen Ludo

Slaapproblemen de baas: een gerichte hand- leiding voor als je kind niet wil slapen José Sagasser

OPVON, 2007

www.opvoedingsvragen.nl

www.motheraffairs.nl (klikken op “moeder”, vervolgens bij ‘opvoeding’ op “problemen” en dan op

“Mama, ik kan niet slapen”) LITERATUURLIJST

Boeken voor ouders

(13)

Verhaaltjes voor het slapen gaan Carol Roth, 2009

Vanaf 1 jaar Slapen

Dit is mijn pyjama. Ik drink mijn flesje melk leeg en lees in mijn boekje. Ik pak mijn lieve knuffel en kijk! Ik ga lekker slapen. Een boekje vol herkenbare illustraties van het slaapritueel. Voor peuters vanaf 12 maanden, met het dagelijks leven van het kind als thema.

Liesbeth Slegers - Clavis, 2009

Kom je slapen?

Een vrolijk boekje voor de allerkleinsten. Door de ‘uitste- kende’ dierenvriendjes leren ze bovendien razendsnel zelf de bladzijden omslaan!

Georgie Birkett - Gottmer, 2006

Vanaf 2 jaar Zaza gaat slapen

Het is bedtijd. Zaza is bijna klaar om te gaan slapen.

Maar nog niet helemaal. Eerst wenst ze al haar knuffels welterusten. En dan brengt mama haar naar bed. Voor peuters vanaf 24 maanden, met het dagelijkse leven van het kind als thema.

Mylo Freeman - Clavis, 2008

Slapen met Fien en Milo

Fien en Milo gaan slapen. Het is bedtijd en ze zijn moe.

Maar eerst moeten ze nog van alles doen. Ze moeten hun pyjama aantrekken, zich wassen, hun tanden poetsen en

zoeken. Kijk goed achter alle flapjes! Misschien slaapt er wel iemand anders! Grappig, plezierig en leerzaam, zo is dit boekje opgezet. Het leert uw peuter dieren en voorwerpen benoemen en heeft bovendien enkele leuke voelvoorwerpen.

De Ballon, 2005

Vanaf 3 jaar

Ik wil niet alleen slapen!

Een kind wordt naar bed gebracht. Maar het wil niet alleen slapen. Dat hoeft ook niet, want er zijn immers knuffels genoeg? Het wordt pas echt moeilijk, als het kind geen van die zachte, lieve of leuke knuffels bij zich wil. Wat het dan wel wil? Kijk zelf maar!

A. Marks - De Vier Windstreken, 2002

Als ik ‘s avonds slapen ga...

Langs de stralen van de sterren bezoekt een kind ‘s nachts de engelen; door de eerste zonnestralen wordt het kind weer naar de aarde geroepen. Leporello met gekleurde aquarellen en tekst op rijm. Vanaf ca. 3 jaar.

Marjan van Zeyl - Christofoor, 2007

10 lieveheersbeestjes gaan lekker slapen Tien lieveheersbeestjes zoeken een plek om te slapen.

‘Hier wil ik vannacht slapen’, zeggen ze één voor één. Ze vinden allemaal een mooi plekje voor de nacht. Welterus- ten lieve lieveheersbeestjes.

Isabel Abedi - Veltman, 2007 Muis kan niet slapen

Boeken voor kinderen haar armen en ze probeert het op de grond. Maar het lukt

niet. Dotty maakt met haar gehuil al haar vriendjes wak- ker! Hoe kunnen ze Dotty helpen om in slaap te komen?

Tim Warnes - De Eekhoorn, 2009

Vanaf 4 jaar

Het elfje dat niet kon slapen

Elfje Fliera kan niet slapen. Ze vliegt het bos in en komt erachter dat ook anderen niet kunnen slapen. Prentvertel- ling met sprookjesachtige platen. Vanaf ca. 4 jaar.

Daniele Drescher - Christofoor, 2008

Niels wil nog niet gaan slapen

Nijlpaardje Niels heeft nog geen zin om naar bed te gaan en probeert met allerlei spelletjes tijd te rekken. Prenten- boek met grote tekeningen in kleur. Vanaf ca. 4 jaar.

Marcus Pfister -De Vier Windstreken, 2008

Giraf gaat slapen

Op een nacht hoort Giraf geluiden. Enge geluiden. Hij kan er de hele nacht niet van slapen. Zou het een monster zijn? Wat moet hij doen?

Marie-Louise Sekreve -De Fontein, 2008

Kikker en het slaapfeest.

Max Velthuijs - Leopold, 2009

Stuur die duif op tijd naar bed!

Mo Willems - Gottmer, 2008

Welterusten, Nina!

Y. Yonezu, B. Weninger - De Vier Windstreken, 2009

Piep, het kleine nachtspook

E. Tharlet, B. Weninger - De Vier Windstreken, 2008

Papa, pak je de maan voor mij?

Eric Carle - Gottmer, 2008

Zzzzz…slaap lekker!

Il Sung Na - C. De Vries-Brouwers, 2007

Kleine beer is bang in het donker Landa Harrus-Jones - Veltman uitgevers, 2009

Welterusten sterren

Anu Stohner, Henrike Wilson - Lemniscaat, 2007

(G)een spook onder mijn bed Guido Van Genechten - Clavis, 2009

Licht uit!

Guy Daniëls - Clavis, 2007

Ssst! De baby slaapt!

Petra Brown - Veltman uitgevers, 2008

Slaap lekker, beertje Brom Quint Buchholz - Leopold, 2002

Vanaf 5 jaar Ik kan niet slapen!

Als Bart ‘s avonds in bed ligt, komen de dondermannetjes hem plagen, zodat hij niet kan slapen. Prentenboek met mooie, zachtgekleurde potloodtekeningen en weinig

(14)

Themaboeken

Voor het slapen gaan

De verhaaltjes in “Voor het slapen gaan” gaan over het dagelijks leven van het moslimmeisje Sarah. Moslimkin- deren zullen zichzelf snel herkennen in de verhaaltjes uit dit boek en kunnen er een voorbeeld aan nemen. De verhaaltjes over Sarah hebben allemaal een islamitisch raakvlak. Het kan een aanknopingspunt zijn om ergens over te praten.

Amina Sebbar - Oase, 2002

Ik ga slapen, ik ben moe

Tien prachtige verhaaltjes voor jonge kinderen, elk met een speciaal gebed voor het slapengaan.

Lois Rock - Callenbach, 2008

Nu kan ik rustig slapen gaan

Nog even samen lezen, praten en bidden... Dan kun je rustig slapen gaan! Een kind bedankt God voor het slapengaan voor alles om hem heen. Prentenboek met gekleurde tekeningen en tekst op rijm. Vanaf ca. 4 jaar Lois Rock - Ark Boeken, 2002

Toen de duisternis viel, heb ik ze opgeraapt:

kleine verhalen voor lange nachten.

Annemie Leysen - Lanno, 2009

Kleertjes uit, pyamaatjes aan: het boorde- volle boek voor baby’s en peuters Ploegsma, 2009

Materiaal over slapen

BabyTV - Lekker slapen (dvd)

Maak je klaar voor de nacht, samen met je vriendjes van BabyTV. Op deze dvd is een mooie collectie slaapliedjes en bedtijdverhaaltjes samengebracht. BabyTV presenteert een vrolijke serie voor baby’s en peuters tot vier jaar. Elke dvd is een verzameling van korte BabyTV afleveringen over één bepaald thema. De onderwerpen zijn aangepast aan de ontwikkelingsbehoeften van de allerkleinsten en samengesteld door kinderpsychologen, pedagogen en ervaren programmamakers. Alle afleveringen zijn leerzaam en leuk!

Sesamstraat slapen boekje - luisterboek (CD) Alle onderwerpen die met slapen te maken hebben, komen voor in dit boekje met CD van Sesamstraat. Met Ernie, Bert, Ieniemienie, Pino, Tommie, Sien en Piet. Over logeren, dromen en weer wakker worden.

Nijntje gaat slapen- kussenboek

Zacht stoffen kussenboek met Nijntje van Dick Bruna.

Beleef samen met Nijntje het slaapritueel. Na het eten in bad en daarna tanden poetsen. Nog even een verhaaltje en dan: lekker slapen. Welterusten, Nijntje! Dit stoffen boek is ideaal om mee uit logeren te nemen of om als kussentje te gebruiken in de auto. Als extra is er op de laatste pagina nog een fijn zacht schaapje om aan te voe- len. Geschikt voor kinderen vanaf 3 maanden. Door het boekje te lezen worden de zintuiglijke en de taalontwik- keling gestimuleerd.

Dick Bruna - uitgeverij Mercis, 2007

It’s a clock bubble Bear

De beer op de urenwijzer vaart langs de uren. De trein op de minutenwijzer rijdt rond en het vliegtuig op de secondewijzer vliegt door de bol. Kinderen zijn weg van de beweging in deze klok! Zet één van de 5 kaartjes in de klok bij de juiste tijd, en uw kind weet wanneer het op mag staan, wanneer het tijd is voor lunch, snack, avond- eten, bad of wanneer het tijd is om te gaan slapen. Ook te verkrijgen: It’s a clock bubble Boy, It’s a clock bubble

Snoezel doezel slaap ceedee

Versjes en slaapliedjes worden al eeuwen gebruikt als slaapmiddel. Snoezelen blijkt een rustgevende werking te hebben. Om de overgang van de dag naar de nacht makkelijker te maken is er een tempovertraging nodig.

De volgorde en selectie van muziekjes, versjes en liedjes op deze cd zijn voor dit doel geselecteerd en staan garant voor heel veel russsst. Eerst hoor je de liedjes, versjes en muziekjes als één doorlopend geheel. Daarna hoor je de slaapliedjes nogmaals.

Slaap zacht Konijntje

Beschrijft interactief het ritueel voor het slapen gaan.

Via tal van beweegbare elementen beleeft Konijntje het slaapritueel: laatste flesje, badje, pyjama, knuffeldiertje, zoentje en knuffel, en dan lekker onder de wol. Een boekje dat de kleinsten tijdsbesef bijbrengt. Visueel voor- uitlopen op het moment van het naar bed gaan, geeft het kind een geruststellend gevoel. Lilliputiens speelgoed.

Andere

Van opstaan tot slapen gaan

In korte, overzichtelijke verhaaltjes neemt de auteur jonge kinderen stap voor stap mee in het uitvoeren van basis- handelingen als tandenpoetsen, in bad gaan, nagels knip- pen, aan nieuwe kleren wennen. Ook proberen de verha- len kinderen vertrouwd te maken met allerlei ervaringen:

naar school gaan, winkelen, uit eten, naar de dokter. De teksten en meeste onderwerpen zijn geschikt voor kinde- ren vanaf twee jaar, maar zijn vooral gericht op kinderen met een stoornis in het autisme spectrum. Er staan meer dan 150 verhalende situaties in die ondersteund worden door eenvoudige, duidelijke tekeningen. Een uitgebreide inleiding geeft een overzichtelijke uitleg over het gebruik van het boek door ouders en begeleiders.

Carol Grey - Pereboom, 2005

Ook in je plaatselijke bibliotheek kan je heel wat info en literatuur vinden, zowel opvoedingsboeken als leuke (voor)lees- en kijkboeken voor je kind.

(15)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Deze resultaten betekenen dat als jongeren chronisch eenzaam worden de wens naar herstel van sociale relaties afneemt, er minder voldoening wordt gehaald uit situaties van

Meer zelfs, het lijkt er sterk op dat we vandaag datgene wat ouders doen, en waar- voor ze verantwoordelijk zijn, lijken te beperken tot de zorg voor de (meest

Een man die vo- rig jaar zijn vrouw verloor en ach- terbleef met een zoontje ver- trouwde me toe: ‘Nog altijd vertel- len we mama ’s avonds samen wat we die dag deden, net zoals

'Ze riep dat het niet waar was, dat wij probeerden haar weg te krijgen, dat het een complot was, dat het niet waar was', schrijft Marnix Peeters in Zo donker buiten, een teder

doormaken?' Als er één gedachte door zijn jonge hoofd doolde, dan wel deze, vertelt Jasper Antonissen (19), een jongeman uit Limburg.. "Als de ene operatie op de andere volgt en

waardoor hij de wereld en zijn eigen mogelijkheden onvoldoende gaat verkennen of hij keert zich uit boosheid juist af van moeder en ontwikkeld een soort schijnautonomie, ongevoelig

Hedendaagse feministische criminologie Tegenwoordig is er meer aandacht voor vrouwelijke delinquenten en zijn veel verschillende theorieën ontwikkeld die

PWC, Omvang van identiteitsfraude & maatschappelijke schade in Nederland (Amsterdam 2012). Dit rapport is een eerste aanzet om de omvang van identiteitsfraude en alle