hasselt- Wie vaak een gps gebruikt, heeft een verhoogde kans om dementie te ontwikkelen op latere leeftijd. Dat blijkt uit een onderzoek van de Schotse universiteit van Dundee. Veelvuldig gps-gebruik blijkt nefast voor het geheugen.
Dokter Toon Delva van de geheugenkliniek in het Jessa Ziekenhuis van Hasselt bevestigt: "Wie zijn brein stimuleert, verkleint de kans op dementie."Ilse CLEEREN Volgens het Schotse onderzoek blijkt dat oudere proefpersonen die vaak een gps gebruiken sneller dementie ontwikkelen dan de proefpersonen die vaak een stratenplan gebruiken. Het blijkt ook dat ervaren taxichauffeurs een beter ontwikkelde hippocampus hebben. Daardoor zijn ze beter beschermd tegen dementie op latere leeftijd. De hippocampus is het hersendeel verantwoordelijk voor de opslag van gebeurtenissen in ons geheugen. Een gelijkaardig onderzoek door de universiteit van Londen bevestigt de besluiten van de universiteit van Dundee. Uit het Engelse onderzoek blijkt ook dat het hersendeel van de ervaren taxichauffeurs terug kan krimpen als ze met pensioen zijn. De gps is natuurlijk niet het enige technologische hulpmiddel dat ons leven vergemakkelijkt.
Rekenmachines, laptops en smartphones nemen taken over die vroeger gewoon 'uit het hoofd' werden gedaan. We maken daardoor steeds minder gebruik van onze grijze hersencellen. Volgens het Schotse onderzoek bestaat de kans dat ons brein hierdoor op latere leeftijd 'uitvalt'. De gevolgen zijn drastisch: van
geheugenproblemen tot zelfs depressies. Dokter Delva nuanceert: "Als je
occasioneel je gps gebruikt, is er geen probleem. Mensen die vaak onderweg zijn, kunnen wel beter een stratenplan in plaats van een gps gebruiken. Want zo blijven ze hun brein stimuleren en zijn ze beter beschermd tegen dementie."Bescherming Vervang dus je gps door een stratenplan en zet je brein aan het werk. "Bij
kaartlezen ontwikkel je een ruimtelijk inzicht. Het is goed voor het brein omdat het bij stimulatie een cognitieve reserve tegen dementie opbouwt. Hogeropgeleiden stimuleren hun brein tijdens hun jeugd en ook op latere leeftijd, waardoor ze een lager risico op dementie hebben. Als ze dan toch dementie krijgen, zal dat dus op latere leeftijd zijn", legt dokter Delva uit. Oplossing De moderne technologie kan ouderen ook helpen om hun hersenen actief te houden. "Het is belangrijk dat oudere mensen veel blijven communiceren. Dat kan ook met laptops en
smartphones. Door het opstellen van een e-mail of het praten via Skype wordt het brein van ouderen gestimuleerd. Verder kunnen ze dementie tegengaan door veel te lezen, sudoku's in te vullen, naar lezingen te gaan en sociaal actief te blijven", besluit Delva.
Wo. 04 Mar. 2015, Pagina 13 Het Belang van Limburg,
