Dementie
Wat is dementie?
• Verzamelnaam voor hersenziekten met vaste kern van symptomen
• Er zijn verschillende vormen van dementie
• kernsymptomen:
• geheugenproblemen
• stoornissen in het denkvermogen
• verandering van gedrag
• Stoornissen hangen met elkaar samen
• Gedragsproblemen
Wat is dementie ?
• Afgeleid van Latijnse de-mens = zonder geest zijn, ontgeestelijken
• Niet alleen achteruitgang verstandelijke vermogens b.v.:
– incontinentie – vermagering
– gevoeligheid voor infecties – problemen met lopen
– problemen met kauwen en slikken – onregelmatig slapen
Volgens de DSM-IV wordt elk type van dementie gekenmerkt
door de volgende twee stoornissen:
1 Geheugenstoornissen oftewel een
verminderd vermogen nieuwe informatie te leren of zich eerder geleerde informatie te herinneren.
(DSM 4 += Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders 4)
2 Eén (of meer) van de volgende cognitieve stoornissen:
• Afasie: taalstoornis waarbij een persoon woorden niet goed begrijpt en zich niet goed kan uitdrukken.
• Apraxie: de persoon heeft moeite handelingen uit te voeren ondanks functionerende spieren.
• Agnosie: iemand kan geen personen, voorwerpen en geuren herkennen ondanks dat de zintuigen wel nog werken.
• Stoornis in uitvoerende functies zoals plannen maken, organiseren, opeenvolgend handelen.
Om de diagnose dementie te stellen moeten:
• De stoornissen die zijn genoemd bij punt 1 en 2 allebei een duidelijke verslechtering in het sociaal of beroepsmatig functioneren veroorzaken.
• Dit betekent ook een duidelijke achteruitgang ten opzichte van het vroegere niveau van functioneren.
• De stoornissen niet uitsluitend voorkomen tijdens het beloop van een delirium.
Kenmerkende symptomen
Symptomen van de eerste orde
• Stoornissen in het korte termijn geheugen
• Stoornissen in het lange termijn geheugen
• Desoriëntatie in tijd en ruimte
• Desoriëntatie in persoon
• Afasie
• Apraxie
• Agnosie
Symptomen van 2de orde
• Stemmingswisselingen
• Gedragsverandering
• Versterking van karaktertrekken
• Persoonlijkheidsverandering
• Woede, agressie, angst, apathie, achterdocht
• Grote verzamelwoede
• Persevereren
• Hallucinatie
• Decorumverlies
CORTICALE DEMENTIE
De klinische verschijnselen bestaan uit;
progressieve geheugenstoornissen, afasie,
agnosie, apraxie,
gestoorde visueel-ruimtelijke vaardigheden en persoonlijkheidsveranderingen.
SUBCORTICALE DEMENTIE
De klinische kenmerken van een subcorticale dementie zijn:
• vertraging van intellectuele functies,
geheugenstoornissen en verandering van het affect.
• De geheugenstoornissen worden vooral omschreven als ‘vergeetachtigheid’, een
stoornis in het ophalen van reeds verworven informatie.
SUBCORTICALE DEMENTIE
• Het betreft geen leerdefect zoals bij corticale dementiën.
• Stoornissen als afasie, apraxie en agnosie ontbreken bij subcorticale dementie.
Soorten dementie
• Ziekte van Alzheimer (60-70%)
• Frontotemporale dementie (ziekte van Pick)
• Vasculaire dementie (15%)
• Lewy Body dementie
Ø Creutzfelt-Jacob, Parkinson, MS, AIDS, Ø Mengvormen
Ø alcoholvergiftiging, medicijnen, ontregelde diabetes, longontsteking,
blaasontsteking, hersenziektes (tumor of CVA, opname in ziekenhuis, verandering van omgeving, verlies partner, institutionalisering)
Ziekte van Alzheimer
• Degeneratieve ziekte die langzaam en geleidelijk hersencellen vernietigt
• 1907: Aloïs Alzheimer beschrijft symptomen en
neuropathologische verschijnselen: voorkomen van plaques en kluwens in hersenen
• Stoornissen in recente geheugen:
ü Begin: verstrooidheid, voorwerpen niet terugvinden, vragen herhalen,…
ü Later: belangrijker zaken vergeten (afspraken, gas niet afzetten,…), eenvoudige handelingen worden moeilijk
(aankleden, telefoneren, deur openen met sleutel, …), problemen met benoemen van voorwerpen en het herkennen van vroeger bekende personen
Ziekte van Alzheimer
• Evolueert tot volledige desintegratie van persoonlijkheid
• Autonoom handelen wordt onmogelijk,
afhankelijkheid van anderen neemt sterk toe
• Terminale faze: bedlegerig, incontinent, hypertoon
• Overlijden tgv secundaire oorzaken (slikpneumonie, cachexie, decubitus met veralgemeende infectie,…)
• Verloop en duur van ziekte is zeer wisselend van persoon tot persoon
Ziekte van Alzheimer
• Diagnose
ü Microscopisch onderzoek na overlijden of van hersenbiopten ü Veranderingen in hersenen zijn niet specifiek voor AD (ook bij
andere aandoeningen en zelfs bij normale veroudering) ü Neerslagen van onoplosbare fibrillen: tangles en plaques ü Verlies van zenuwcellen: verschrompeling van de hersenen
ü Eerst aangetast: gedeelten van hersenen cruciaal voor geheugen ü Later aangetast: associatieve velden van hersenschors
ü Verlies van cellen in hersenkernen die acetylcholine produceren (=neurotransmittor die het geheugen ondersteunt)
Ziekte van Alzheimer
• Risicofactoren:
ü Leeftijd: >65j = 5-10%, >85j = 25%
ü Geslacht: kans op Alzheimer groter bij vrouw
ü Genetische factoren: kans op alzheimer groter als
familielid met alzheimer, familiale vormen met autosomaal dominante overerving
ü Andere (ter discussie): schedeltrauma, cardiovasculaire belasting
Frontotemporale dementie (ziekte van Pick)
• Kenmerkend zijn de opgezwollen,
ballonvormige zenuwcellen in het voorste deel van de hersenen.
• Begint op vrij jonge leeftijd 40-50 jaar.
Frontotemporale dementie symptomen:
• De eerste verschijnselen uiten zich in
veranderingen in gedrag en persoonlijkheid.
Ook kunnen er lichamelijke stoornissen ontstaan.
• Geheugen en de oriëntatie blijven in eerste instantie relatief goed functioneren.
Vasculaire dementie
• Gelijke symptomen als Alzheimer:
ü Geheugenverlies
ü Communicatiemoeilijkheden
ü Uitgesproken stemmingswisselingen ü Depressie
ü Hallucinatie
• Kenmerkende verschillen:
ü Een plots begin van dementiesyndroom ü Een sprongsgewijze achteruitgang
ü Een onregelmatig verval van het geestelijk vermogen afhankelijk van de plaats waar de infarcten de hersenen beschadigen
Vasculaire dementie
• Oorzaak:
ü Eén of meerdere cerebrovasculair accident(en) (CVA)
Ø Infarct = bloedvat geraakt afgesloten door trombose of embolie à hersencellen krijgen te weinig zuurstof à
afsterven
Ø Hersenbloeding
• Risicofactoren:
ü hoge bloeddruk ü hartstoornissen ü suikerziekte
Lewy Body dementie
• wisselende achteruitgang van het geestelijk functioneren
• verschijnselen die te zien zijn bij mensen met de ziekte van Parkinson, ook wel
Parkinsonisme genoemd, zoals trillen,
stijfheid, langzame beweging, een gebogen houding en een afwijkende manier van
lopen
Lewy Body dementie
• In het begin van de ziekte vallen met name aandachtsstoornissen en problemen met
benoemen op.
• Vroeg in het ziekteproces komen ook
visuele hallucinaties voor. Het geheugen en het uitvoeren van handelingen blijft meestal lange tijd goed.
• ziekteverschijnselen verschillen per dag,
maken vaak perioden van verwardheid door.
Creutzfeldt-Jakob
• Creutzfeldt-Jakob is een ongeneeslijke hersenziekte, waarbij de hersencellen in snel tempo afsterven.
• Deze hersenaandoening, in feite een zeer snel verlopende vorm van dementie,
wordt veroorzaakt door een eiwit.
Dit eiwit is normaal in het lichaam
aanwezig maar door verandering van vorm veroorzaakt het allerlei
ziekteverschijnselen.
Parkinson en dementie
• Naast veranderingen in het bewegen komen depressieve gevoelens voor en kunnen ook veranderingen in het denken optreden. Als deze veranderingen zo ernstig zijn dat ze het dagelijks functioneren belemmeren, spreekt men van dementie. Uit een aantal
onderzoeken komt naar voren dat 35 tot
55% van de mensen die lijden aan de ziekte van Parkinson daarnaast een vorm van
dementie ontwikkelt.
Het verloop van dementie 1) het voorstadium
• Vergeetachtigheid
• Moeilijkheden bij uitvoeren van redelijk ingewikkelde taken (koken, huishoudelijke klussen, feest organiseren)
• Camouflage-gedrag: moeilijke vragen weglachen, een excuus verzinnen
• Gevoelens van ontkenning, rouw, verdriet en irritatie
• Pas dementie als duidelijke stoornissen in sociaal functioneren
• De persoon merkt het zelf
Het verloop van dementie 2) Beginnende dementie
• Niet meer kunnen zonder steun van anderen
• Begeleiding voor meeste handelingen in dagelijks leven
• IADL (Instrumentele Algemene Dagelijkse Levensverrichtingen)
• Vergeten is meer regel dan uitzondering
• Confrontatie met omgeving die “anders” denkt over de realiteit à conflicten (anderen schuldigen)
• Angstig worden en houvast zoeken (basisveiligheid zoeken in voorwerpen, situaties, personen, rituelen)
• Het gevoel overheerst verstand à impulsief reageren
Het verloop van dementie
3) Milde of matige dementie
• Niet meer kunnen opslaan of onthouden van bepaalde informatie à zich afsluiten van die informatie
• Apatisch worden, minder activiteiten uit zichzelf uitvoeren
• Steeds meer zorg nodig
• Verder teruggaan in zijn herinneringen
• Bovenkomen van pijnlijke ervaringen
• Heden en verleden lopen door elkaar
• Kan zich onmogelijk een beeld vormen van werkelijkheid
• Omgeving moet in zijn realiteit binnengaan en van daaruit contact zoeken
Het verloop van dementie
4) Ernstige of diepe dementie
• Accent ligt op verpleging en verzorging bieden
• Volledig in zichzelf gekeerd
• Primaire fysische behoeften: eten, drinken, rust, geborgenheid, warmte en veiligheid
• In contact komen lukt het best vanuit vervullen van primaire behoeften
• Tijd geven om aan onze aanwezigheid te wennen
• Rustige en trage bewegingen zijn essentieel
Diagnose van dementie
• Vroege diagnose is belangrijk
• Onderscheid met normale veroudering niet altijd duidelijk
• Andere medische en psychologische oorzaken uitsluiten (depressie, acute verwardheid, …)
• Alzheimer enkel diagnose via biopsie of autopsie
• Dementie tgv herseninfarcten of infectieziekten kunnen met grote zekerheid vastgesteld worden
Beleving bij dementerende
ü Het bedreigde ik:
ü Zich bedreigd voelen, concentratieproblemen, twijfel aan functioneren, boosheid of woede, camouflagegedrag, verdriet, rouwproces (ontkenning, opstandigheid, verzet, verdriet, schuldgevoelens, zelfverwijt, verwijten aan omgeving), angst, onzekerheid, moeilijk contacten met nieuwe mensen
ü Het verdwaalde ik:
ü Toenemende geheugenstoornissen, zijn situatie niet meer kunnen
beschrijven, terugkeren naar verleden, eigen leefwereld, onveiligheidsgevoel, toenemende angst, desoriëntatie in tijd en ruimte, onrustig worden, terug naar huis willen naar de ouders
ü Het verzonken ik:
ü Geïsoleerd geraken, verlies van contact met omgeving, volledig in verleden leven, vertrouwde personen worden vreemden, geen reactie op woorden of zinnen, wel nog op niet-verbale communicatie, decorumverlies, seksueel ontremd gedrag, zeer ernstige geheugenstoornissen
Het aangetaste geheugen
• Korte termijngeheugen of werkgeheugen:
ü 7 elementen gedurende 30 seconden
• Lange termijngeheugen (boekenkast)
ü Het procedureel geheugen: hoe dingen doen
ü Het episodisch geheugen: meegemaakte gebeurtenissen, opgedane kennis waarbij context belangrijk is
ü Het semantisch geheugen: kennis over de wereld en de betekenis die je daaraan geeft
Verstoord geheugen
• Verstoorde opname van informatie:
• Verstoorde opslag van informatie
• Verstoorde verwerking
• Verstoorde weergave
Gedragsveranderingen
• Afhankelijkheid bij het inzicht in de
activiteiten van het dagelijks leven (IADL)
Ø Boodschappen doen
• Afhankelijkheid bij activiteiten van het dagelijks leven (ADL)
Ø Wassen en aankleden Ø Incontinentie
Ø Eten en drinken
Emotionele veranderingen
• Gevoelsleven blijft lang intact
Ø gevoelens van boosheid en verdriet Ø gevoelens niet goed meer begrijpen
Ø positieve en negatieve emoties naar boven komen
• Verzinsels of confabulaties
• Decorumverlies
Behandeling van dementie
• Door medicatie
• Psychologische behandeling en begeleiding.
Medicatie
• Acetylcholine-esterase-remmers, remmen de afbraak van Acetylcholine.
– (Rivastigmine, Galantamine)
• NMDA-antagonisten, beïnvloeden de
verstoorde signaaloverdracht in de hersenen door de concentratie van de
neurotransmitter glutamaat te verlagen.
– (Memantine)
Medicatie bij
gedragsveranderingen/
probleemgedrag
• Over het algemeen medicijnen uit de volgende groepen psychofarmaca:
– Antidepressiva
– Kalmeringsmiddelen en slaapmiddelen – Antipsychotica
– Anticonvulsiva
Psychologische behandeling en begeleiding.
• Psychotherapie
Ondersteuningsgroepen
Realiteitsoriëntatietraining (ROT) Gedragstherapie
Lichamelijke stimulering Muziektherapie
Life review en levensboeken
Geïntegreerde belevingsgerichte benadering
Psychotherapie
• Doel is om mensen met beginnende
dementie te helpen bij de verwerking van emoties en bij het aanleren van manieren om met de problemen als gevolg van de dementie om te gaan. Psychotherapie kan individueel, in een groep of samen met de partner plaatsvinden. Er is echter nog
weinig onderzoek naar gedaan.
Ondersteuningsgroepen
•
Deze groepen zijn vooral gericht op mensen met beginnende dementie. Belangrijk is de uitwisseling van ervaringen en de
mogelijkheid om gevoelens te uiten. Ook kan er aandacht worden besteed aan het omgaan met geheugenproblemen.
Realiteitsoriëntatietraining
Bij realititeitsoriëntatietraining (ROT) zorgt men door informatie te geven over de tijd, plaats en persoon waardoor mensen met dementie hun omgeving beter gaan begrijpen. Dit kan
bijvoorbeeld door bewegwijzering, datumklokken, naambordjes en foto's.
Het zou kunnen dat als iemand steeds
geconfronteerd wordt met zijn of haar beperkingen dat deze therapie alleen maar frustraties oproept.
De ROT blijkt een positief effect te hebben op cognitie en geheugen.
Gedragstherapie
• Uitgangspunt hier is beloning van gewenst gedrag door iets te geven of te doen wat de persoon met dementie op prijs stelt.
Bijvoorbeeld een drankje, een gesprek, een compliment, muziek beluisteren of buiten gaan wandelen.
Deze aanpak lijkt te werken;
gedragsproblemen en incontinentie nemen af en de mensen met dementie worden
actiever.
Lichamelijke stimulering
• Bij deze vorm van therapie wordt gebruikt gemaakt van bewegingsactiviteiten zoals spel en sport en ontspanningsoefeningen.
Mensen met dementie blijven zo lichamelijk actief en hebben contact met anderen. Men reageert vaak met positief gedrag op deze activiteiten. Op de lange termijn zorgt deze therapie voor minder agressie en nachtelijke onrust.
Muziektherapie
• Muziektherapie is een behandeling die zich richt op het bereiken van een beter
emotioneel evenwicht. Dit doet men door middel van zelf muziek maken of naar
muziek luisteren. Individueel maar ook voor groepen is deze therapie geschikt. Muziek kan een mogelijkheid tot expressie van
emoties zijn voor mensen die dit niet meer verbaal kunnen.
Life review en levensboeken
• Bij deze therapie worden herinneringen uit de levensloop opgehaald. Dit gebeurt vaak met behulp van foto's, filmfragmenten of oude voorwerpen. Een specifieke vorm van life review is het maken van een
levensboek. Hierbij wordt het levensverhaal door middel van foto's en teksten in een
boek weergegeven.
Geïntegreerde belevingsgerichte benadering
• Bij belevingsgerichte zorg wordt erkend dat mensen met dementie een eigen
belevingswereld hebben. De bedoeling is hun emotionele en sociale functioneren te verbeteren.
– Validation
– Zintuigactivering (snoezelen)
– Reminiscentie (ophalen van herinneringen)