Wijze verwerken opmerkingen in verordening artikel 212 naar aanleiding van overleg
1. In de verordening wordt verschillende keren verwezen naar hogere regelgeving.
Raadslid Peters-Duits vraagt of het in voorkomende gevallen niet mogelijk is om dan ook artikelen te benoemen (bijvoorbeeld bij inkoop- en aanbestedingsbeleid)
In de modelverordening van de VNG wordt verschillende keren verwezen naar hogere regelgeving (met name het Besluit begroting en Verantwoording). Deze verwijzingen zijn overgenomen in de Beuningse verordening. Andere algemene verwijzingen naar andere wet- en regelgeving zijn niet toegepast. Hiervan was in de modelverordening ook geen sprake.
2. Kan een definitie van het begrip ‘prioriteit’ worden opgenomen? Hier wordt naar verwezen in de verordening.
Bij artikel 1 is het een definitie opgenomen van het begrip ‘prioriteit’.
3. Artikel 2 lid 4: is de ‘kan’-bepaling niet te vrijblijvend?
In de gewijzigde verordening is lid 4 aangepast. De modelverordening wordt gevolgd, waarin wordt aangegeven dat elke raad bij aanvang van de raadsperiode onderwerpen kan benoemen die in (extra) paragrafen bij de programmabegroting en programmarekening worden
behandeld. Daarnaast is de bepaling uitgebreid dat de raad dit ook op een ander moment kan doen.
4. Artikel 4: kan voor onvoorzien niet een bedrag of % van de begroting worden opgenomen?
Dit is mogelijk, maar in de Beuningse verordening niet uitgewerkt. De BBV schrijft voor dat de gemeente in de programmabegroting expliciet een bedrag op moet nemen voor ‘onvoorzien’.
Door geen vaste afspraak op te nemen over de hoogte van dit bedrag, kan de gemeenteraad jaarlijks bij het vaststellen van de begroting ook het bedrag van ‘onvoorzien’ vaststellen.
5. Artikel 5 lid 5: kan de keuze voor het bedrag van € 1 miljoen worden beargumenteerd?
Het bedrag van € 1 miljoen betreft de grens waarbij de raad door het college wordt geïnformeerd over het effect van een investering (van meer dan € 1 miljoen) op de schuldpositie van de gemeente Beuningen. De huidige schuldpositie van Beuningen is
ongeveer € 80 miljoen. Een bedrag van minder dan € 1 miljoen (1,25%) is te beperkt om van een wezenlijk effect op de schuldpositie te spreken.
6. Artikel 12 lid 9 en 10: waarom wijkt Beuningen af van de modelverordening?
Deze artikelen uit de modelverordening waren in de Beuningse verordening eerst weggelaten, maar zijn nu weer toegevoegd. Het betreft het rentepercentage dat gehanteerd wordt bij het berekenen van een kostprijs. Het gaat hier om de berekening van de rente van de reserves en de rente van leningen die voor een specifiek doel zijn aangetrokken. Gezien de huidige reservepositie van de gemeente is in Beuningen geen sprake van financiering met eigen vermogen. Ook werkt de gemeente met integrale financiering, dus kan van het vreemd
vermogen niet worden aangegeven voor welke investering een lening expliciet is
aangetrokken. De beide verwijderde leden zijn nu wel weer toegevoegd. Mogelijk wijzigen zaken in de toekomst, waardoor de leden wel een toegevoegde waarde kunnen hebben.
7. Artikel 14 lid 2 en 3: waarom is de doorberekening aan derden uit de modelverordening weggelaten?
In deze twee leden staat aangegeven dat het college een nota aanbiedt met kaders voor prijzen voor de levering van gemeentelijke goederen. Lid 2 en 3 uit de modelverordening waren in eerste instantie weggelaten, maar zijn in de gewijzigde verordening weer
toegevoegd. Eventuele opbrengsten (bijvoorbeeld erfpacht) betreffen het budgetrecht van de raad. Aangezien het hier om beperkte opbrengsten gaat voor de gemeente Beuningen, zijn beide leden in eerste instantie weggelaten, maar in de nieuwe verordening weer toegevoegd.
Artikel 19 lid 4: waarom is het onderhoudsplan gebouwen weggelaten (wel in de modelverordening VNG).
Het onderhoudsplan van de gemeente Beuningen heeft als uitgangspunt dat de gebouwen van de gemeente Beuningen op een sobere en doelmatige wijze voor het betreffende doel van het gebouw in stand worden gehouden. Het onderhoudsniveau is van dusdanig niveau dat deze doelstelling wordt behaald en kapitaalvernietiging door achterstallig onderhoud wordt voorkomen. Het onderhoudsplan wordt jaarlijks geactualiseerd, waarbij de mogelijkheid van het uitstellen van onderhoud wordt onderzocht. Gezien bovenstaande invulling is het in Beuningen niet gebruikelijk dat het onderhoudsplan in de gemeenteraad wordt behandeld. In de verordening is opgenomen dat toch elke vier jaar een nota onderhoud gebouwen wordt aangeboden aan de gemeenteraad.
8. Artikel 22: Waarom wordt het artikel met de nota grondbeleid weggelaten?
In de modelverordening van de VNG is de mogelijkheid van een nota grondbeleid
opgenomen. Deze nota is in eerste instantie weggelaten in de Beuningse verordening. De in de nota op te nemen zaken (visie grondbeleid, ontwikkeling projecten, verloop grondvoorraad en uitgangspunten verkoopprijzen) zijn ook standaard in de paragraaf grondbeleid
opgenomen. De paragraaf wordt twee keer per jaar behandeld in de gemeenteraad (begroting en jaarrekening). Op verzoek van de commissie wordt in de nieuwe verordening wel een nota grondbeleid opgenomen. Deze wordt elke vier jaar aangeboden aan de gemeenteraad ter vaststelling.
9. Artikel 25 lid 2: waarom is de uitbreiding uit de modelverordening niet meegenomen?
In lid 2 van dit artikel staat dat het college zorgt voor een systematische controle van de registratie en de ontwikkelingen van de bezittingen en het financieel vermogen van de gemeente. In de modelverordening staat aanvullend opgenomen dat bepaalde zaken jaarlijks moeten worden gecontroleerd in dit verband. Deze gemeente Beuningen doet deze controle standaard bij het opstellen van de jaarrekening. Een extra controle, zoals in de uitbreiding mogelijk wordt gesuggereerd, vindt niet plaats. De accountant heeft bij de jaarrekening specifiek aandacht voor deze zaken. Aangezien de uitbreiding van het artikel verder geen toegevoegde waarde heeft, is het in de Beuningse verordening weggelaten.