• No results found

J. van Dispel Jz., Uitboezeming · dbnl

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "J. van Dispel Jz., Uitboezeming · dbnl"

Copied!
6
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

J. van Dispel Jz.

bron

J. van Dispel Jz., Uitboezeming. Z.p., 1830

Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/disp003uitb01_01/colofon.php

© 2011 dbnl

(2)

Uitboezeming.

In 't heilige uur, bij 't naad'ren van den strijd Stort ik mijn' zang, u, Broederen, gewijd!

Ik ken uw hart in dezen bangen tijd.

'k Breng u mijn' groete!

Gij, Beuk'laars! voor uw Vaderland en Vorst, Wien Vrijheid vlamt in de onbedwongen borst, Die naar het uur der wrake gloeijend dorst,

Om hen te ontmoeten,

J. van Dispel Jz., Uitboezeming

(3)

Die eed en eer verloochnend, in hun waan Aan Holland's vlag de handen durfden slaan, En beuz'len, dat die Godgewijde vaan

Voor hen zou strijken!

Dat waar' te snood een schennis voor uw' eer;

Zoo beuz'le nooit dat vuig gebroedsel weêr!

Scheurt weg dat vod! Rukt 's muiters wimpel neêr, Op puin en lijken!

Kom, Helden-teelt! kom gloei' in u het vuur Van 't voorgeslacht, oud Hollands kop'ren muur, Dat in den nood, in 't bangst en vrees'lijkst uur

Den kamp dorst strijden.

Kom, Gelre's bloem! kom Godgewijde schaar!

Den eed herhaald op 't Vaderlandsch altaar:

‘Wij zweren: wachte ons eer of lijk-misbaar, Ons 't land te wijden!’

J. van Dispel Jz., Uitboezeming

(4)

Dat erf, waar 't eerst het schuld'loos lagchend oog Zich wendde naar den blaauwen hemelboog;

Elk 's moeders borst in zaal'ge weelde zoog;

Dat erf zal bloeijen!

Daar knoopt de zoetste erinnering zich aan!

Zou eens die grond voor muiters ondergaan?

En ooit van gade of kroost de veege traan In schande vloeijen?

Neen, neen! de huid aan 's muiters vuur gezengd!

De laatste drop van 't hartebloed geplengd!

Eer ooit de faam de schandmare overbrengt

‘De Schutters vlugten!’

Neen, braven, neen! wij hebben vrouw en kroost, En maag en vriend: wij zijn 't voor hen getroost:

De vloek op hem, om wien ooit 't nakroost bloost Of slaafs moet zuchten!

J. van Dispel Jz., Uitboezeming

(5)

Komt, Broed'ren! dan ten heil'gen strijd!

Den arm aan 't Vaderland gewijd, De Koning heeft gesproken:

't Viel niet ter aard, dat plegtig woord:

Gij, Schutters! hebt dien klank gehoord, En Holland zal gewroken!

Het Hollandsch hart gruwt van verraad:

Verdelgen wij het basterd-zaad, Dat lang ons heeft geschonden!

Vraagt ooit het nakroost: ‘tot wat prijs Het leve in Hollands paradijs?’

Dan toonen we onze wonden.

Voor mij, wanneer des muiters staal, Of schroot, u 't eerlijk lijf vermaal',

'k Zal u als broeders plegen!

En, ben 'k niet in den strijd voorop, Dan de eerste kogel voor mijn' kop,

En - vrouw en kroost geen' zegen!

J. van Dispel Jz., Uitboezeming

(6)

En hij, die in den heil'gen krijg Doorwond en stervend nederzijg',

Driedubble' eer dien braven!

Dan eens, (God geev' 't!) in vrede en rust Dat heilig lijkgesteent' gekust,

En laauw'ren op die graven!

November 1830.

J. van Dispel Jz., Uitboezeming

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Daarin werd de liberale zienswijze als volgt omschreven: "liberalisme komt op voor vrijheid, naar het is een dwaling te menen, dat een politiek van vrijheid altijd negatief

- Zij mogen in het vervolg toezien, wat en hoe zij recenseren voor Mijnheer van der Hey; maar - zij zullen zich ook kunnen beroemen, en de borst hoog dragen, wanneer hun werk in

Tegen Bibeb heb ik eens in een interview gezegd: ‘Stoom afblazen van collega-journalisten onder elkaar heeft blijkbaar een nuttige functie.’ Triester ervoer ik het, toen de

so datter was te desen dage versament meneh moderbaren 275 die alle vroe ende blide waren dor datse die borh suken souden beide die jonge metten ouden daden hen wapenen sonder

30 Van den wapenen die hier an droech Hi dede haer ovels me dan genoech Want hi sl[oec]hse met onwerden Over die [hei]de daer jegen werden Her Walewein ende sijn broder quamen 35

Welkom, welkom Vaderland Wij zijn nu weer op Hollands strand Niets kan meer genoegen geven

Alleen het tooneel geniet het twijfelachtige voorrecht, dat het publiek over zijn uitingen en ontwikkeling uitsluitend pleegt te worden voorgelicht door premières-bezoekende leeken,

Petronella Moens en Bernardus Bosch, Liederen voor het vaderland.. De Leeuw en Krap, Dordrecht / Van Riemsdyk en Van Bronkhorst, Bergen op