Verslag workshop
Temse: Van omgevingsanalyse naar lokaal kansarmoedebeleid
Begeleiders: Jean-Paul De Beleyr (LOP-deskundige) en Magda De Meyer (voorzitter LOP Temse basisonderwijs)
Kansarmoede is een maatschappelijk probleem. Scholen worden er dus onvermijdelijk mee
geconfronteerd. Met een omgevingsanalyse werd op basis van diverse parameters de kansarmoede in de gemeente Temse nauwkeurig in beeld gebracht. De omgevingsanalyse is een basis voor de ontwikkeling van een beleidsplan met strategische en operationele doelstellingen die uiteindelijk leiden tot concrete acties. Een ruime werkgroep “Kansen voor kinderen” brengt zoveel mogelijk stakeholders samen.
Verslag:
De omgevingsanalyse gebeurde voor een tweede keer. Het is een analyse op het niveau van de statistische sectoren van een gemeente bijv. een straat.
Er is weinig aanbod SO in Temse door de aantrekking van het aanbod van Sint-Niklaas.
De woonsegregatie neemt toe in het centrum waar vooral Turken, Marokkanen en ROMA wonen.
12% heeft de niet-Belgische nationaliteit.
De capaciteitsgraad daalt jaarlijks waardoor gedacht wordt aan de opstart van een task-force capaciteit.
Vraag vanuit het publiek: uit het tabel (slide 27) blijkt dat er veel kansarme geboortes zijn. Komt dit vooral omdat er ook veel kansarme ouders zijn?
Antwoord: Ja, er is redelijk veel laaggeletterdheid bij de ouders.
Vraag vanuit het publiek: de cijfers dateren van 2010-2011. Is dit nog representatief?
Antwoord: Ja, uit recentere gegevens blijkt niet dat er veel is veranderd.
Omwille van de relevantie en de bredere context is de analyse ook overgemaakt aan de bouwmaatschappij maar voorlopig zijn ze er niet mee aan de slag gegaan.
Opmerking vanuit het publiek: het cijfer over schooltoelage blijkt ongeveer vergelijkbaar te zijn met die van de omgeving maar het kan ook een onderschatting zijn. Sommige kinderen of gezinnen voldoen niet aan de criteria van schooltoelage.
In de omgevingsanalyse is een synthesemaat opgenomen. Dit is een synthese van verschillende indicatoren. Omwille van de objectivering van sommige indicatoren t.o.v. andere wordt er een gewicht gebruikt per indicator. Hoe meer arbitrair de indicator, hoe lager het gewicht.
Vraag vanuit het publiek: Is er een zicht op generatiearmoede?
Antwoord: neen maar uit contacten met het OCMW blijkt dat veel mensen niet uit de generatiearmoede geraken.
Vraag vanuit het publiek: Is de gemeente geactiveerd door de omgevingsanalyse? Of was het een maat voor niks?
Antwoord: Ja, de gemeente heeft resoluut gekozen om de brugfiguren te ondersteunen. Bovendien waren de resultaten van School in Zicht teleurstellend. Desondanks heeft de gemeente samen met het LOP geïnvesteerd voor een eigen alternatief voor School in Zicht. Dit is mede ondersteund door School in Zicht zelf.
Het cijfer van de relatieve aanwezigheid (RA) blijft stabiel, namelijk 42%). Een positieve evolutie is dat er een trant is dat scholen van het uiterste naar het midden van de bandbreedte opschuiven.
Omwille van het breed en transversaal karakter van kansarmoede is er een bundeling van domeinspecifieke vergaderingen over kansarmoede bijv. in het LOP, OCMW, stad, enz. naar een domeinoverstijgende WG Kansarmoede.
Vraag vanuit het publiek: Uit de analyse blijkt dat er weinig mensen zijn met een OMNIO-statuut.
Misschien worden mensen te weinig geïnformeerd over het OMNIO-statuut?
Antwoord: In het uitgebreide rapport is er een advies over geformuleerd.
Vraag vanuit het publiek: Kunnen we de PowerPoint krijgen?
Antwoord: Ja, noteer uw gegevens op een papier en het wordt u via Wetransfer verzonden. Later is het ook mogelijk om alles te raadplegen via een link naar de studiedag.
Sint-Truiden: Brede, Bredere, Breedste School!
Begeleiders: Anja Timmermans (coördinator Brede School Sint-Truiden) en Annemie Seron (stafmedewerker).
In de Brede School Sint-Truiden vormen prioritaire lokale actoren (zoals de stad en het LOP) een netwerk dat extra tijd vrijmaakt voor de brede ontwikkeling van kinderen, jongeren op school en in de vrije tijd. IN-Z vzw verlaagt de drempel voor de Brede School met inzet van brugfiguren. Ze faciliteren activiteiten op en buiten de school en tijdens en na de schooluren. Hun bijdrage is warm, maar vanuit hun job garanderen ze ook een structurele (samen)werking. Via ateliers creëren ze aandacht voor gezondheid, veiligheid, talentontwikkeling, plezier en maatschappelijke participatie.
Tevens vestigen ze aandacht op taalstimulering en ouderbetrokkenheid.
Verslag:
Het project Brede School is gestart in 2014 maar is geïnspireerd door een ander project van INZ vzw die eerder in Beringen was gestart. Het vertrekt vanuit een referentiekader van het Steunpunt Leren
& Diversiteit.
Vraag vanuit het publiek: In het dia over subsidies blijkt dat de subsidies sociale economie lopen van 2013-2015. Stopt de subsidiëring na die periode?
Antwoord: Nee, de verderzetting wordt gegarandeerd door de stad Sint-Truiden en via eigen middelen. Er is een garantie van continuering en structurele verankering. Er is bovendien een HIVA-
onderzoek geweest naar de effecten van de Brede School en inzet van doelgroepmedewerkers. De bedoeling is om het HIVA-onderzoek te gebruiken als deuropener voor gesprekken met verschillende Ministeries zoals Onderwijs, Welzijn, Kansarmoede, etc.
Vraag vanuit het publiek: Hoeveel scholen zijn betrokken bij de Brede School?
Antwoord: Er is bij de start een oproep gedaan naar alle scholen in Sint-Truiden. Er zijn momenteel 6 scholen betrokken vanuit binnen en buiten het centrum van Sint-Truiden. Maatwerk is essentieel in de samenwerking zowel op inhoudelijk als op organisatorisch niveau. Er is ook een matching tussen het profiel van de school en de doelgroepmedewerkers.
Vraag vanuit het publiek: Om kennis te maken met de ouders en de leerlingen organiseert de brede school activiteiten aan de schoolpoort en tijdens de middagpauze. Zijn de middagactiviteiten betalend?
Antwoord: Nee, er is lang over getwijfeld maar er wordt geen kost aangerekend omdat het project gefinancierd wordt door o.a. de stad. Alle activiteiten van de Brede School zijn ook gratis.
Vraag vanuit het publiek: Wordt er iets gedaan met de signalen die de Brede School opmerkt thuis in het gezin?
Antwoord: Ja, er is hierover systematisch overleg met de partners. De brede school is ondertussen ook ingebed in de bestaande overlegstructuren zoals het LOP. Soms hebben onze medewerkers het moeilijk om de juiste keuze te maken tussen zelf iets opnemen of iets signaleren. Maar dat zijn groeipijnen.
Opmerking vanuit het publiek: Het Huis van het Kind wordt meer en meer regisseur en spil van het zorgcontinuüm.
Antwoord: Er is een streven naar een geïntegreerd beleid in Sint-Truiden om versnippering van activiteiten en netwerken te voorkomen.
Verslag: Arif Akgönül
