dag.
ik ben juf nin.
ik ben de juf van groep 3.
ik ben daan.
en hoe heet jij?
rik.
we doen een spel.
wat rijmt er op zwaan?
daan.
maan.
aan.
heel knap.
en wat rijmt er op prik?
ik.
hik.
rik.
hik.
dat zei je al, daan.
hik, hik.
stop maar, daan.
hik, hik.
het is de hik!
wie gaat er naar de kraan?
en haalt een glas voor daan?
ik.
hik, hik.
neem vlug een slok, daan.
slik, slik.
weg is de hik.
lief van je rik.
dat rijmt ook!
rik daan juf nin
rik en daan (thema 1)
Lijn 3 | Theaterlezen bij thema 1 – De nieuwe groep | © Malmberg, 's-Hertogenbosch
rik daan juf nin
rik en daan (thema 1)
Lijn 3 | Theaterlezen bij thema 1 – De nieuwe groep | © Malmberg, 's-Hertogenbosch
Aandachtspunt bij thema 1
In de teksten Theaterlezen zijn er normaliter drie rollen op drie niveaus. Omdat de kinderen in thema 1 nog maar een paar letters leren, is de tekst in dit thema bij wijze van uitzondering zo verdeeld: één rol op basisniveau en twee rollen op niveau . Je kunt de -rollen laten lezen door kinderen die al meer letters kennen. Je kunt de rol van de leerkracht ook zelf lezen, waarbij
‘juf nin’ indien nodig natuurlijk kan worden vervangen door ‘mees bram’. De rol van ‘daan’ heeft de volgende letters die nog niet aangeboden zijn: b, f, h, ie, j, l en v.