• No results found

Je oefent het gemiddelde berekenen met hoofdrekenen en met de rekenmachine. Stap 2: Deel de uitkomst door het aantal getallen.

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Je oefent het gemiddelde berekenen met hoofdrekenen en met de rekenmachine. Stap 2: Deel de uitkomst door het aantal getallen."

Copied!
15
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

GA VERDER HULP

HULP

aantal goede antwoorden:

Luuk 8

Bram 8

Tess 4

Noor 12

Gemiddelde berekenen:

Stap 1: Tel de getallen bij elkaar op.

8 + 8 + 4 + 12 = 32

Stap 2: Deel de uitkomst door het aantal getallen.

32 : 4 = 8

Het gemiddelde van de groep is 8 goede antwoorden.

Hoe lang zijn wij gemiddeld? 138 cm 145 cm 147 cm 153 cm

156 cm

De totale lengte gedeeld door het aantal kinderen.

optellen met de rekenmachine delen met rekenmachine

# # # # 1 5 6 = ##.## 739

# # # # # # # # # # # # 1 3 8 + 1 4 5 + 1 4 7 + # # # # 1 5 3 + # # # # # # 7 3 9 : 5 = ##.## 147,8

1

Welke som hoort erbij? Reken het gemiddelde uit.

Leila maakt een fietstocht.

Het eerste uur rijdt ze 18 km.

Het tweede uur 14 km en het derde uur 13 km.

Hoeveel rijdt zij gemiddeld per uur?

Loek speelt maandag 3 computerspelletjes, dinsdag 4, woensdag 5, donderdag 4, vrijdag 6 en zaterdag 8.

Hoeveel spelletjes zijn dit gemiddeld per dag?

optelsom:

18 + 14 + 13 = 45

deelsom:

45 : 3 = 15

antwoord:

15 km

optelsom:

3 + 4 + 5 + 4 + 6 + 8 = 30

deelsom:

30 : 6 = 5

antwoord:

5 spelletjes

(2)

GA VERDER

2

Reken het gemiddelde uit.

De kinderen hebben loten verkocht voor hun sportclub. Bereken van elke dag de gemiddelde opbrengst per dag.

maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag

Joep € 27,20 € 16,64 € 53,- € 37,30 € 12,15

Rosalie € 54,70 € 21,35 € 48,10 € 33,20 € 28,98

Lynn € 26,85 € 40,30 € 23,20 € 15,95 € 31,40

Anton € 11,15 € 28,65 € 32,75 € 25,45 € 17,25

Niek € 9,50 € 10,35 € 37,75 € 20,- € 35,85

Aiara € 14,90 € 9,55 € 31,10 € 23,38 € 26,35

maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag

schatting

€ 25,- € 20,- € 40,- € 25,- € 25,-

gemiddelde opbrengst

€ 24,05 € 21,14 € 37,65 € 25,88 € 25,33

Welke dag is de gemiddelde opbrengst van de verkoop het hoogst?

woensdag

Hoeveel is voor de hele week de gemiddelde opbrengst per dag?

Dit is € 26,81.

3

Welke som hoort erbij? Reken het gemiddelde uit.

Maudi haalt in 5 dagen € 85,- op met het verkopen van koekjes.

Hoeveel is dit gemiddeld per dag?

Mart, Tom en Lisanne smeren 204 broodjes.

Hoeveel broodjes zijn dat gemiddeld per persoon?

deelsom:

85 : 5 = 17

antwoord:

€17,- per dag

deelsom:

204 : 3 = 68

antwoord:

68 broodjes per persoon

Giovanni fietst de eerste dag 24 km. De tweede dag 44 km, de derde dag 28 km en de vierde dag 32 km. Hoeveel fietst hij gemiddeld per dag?

Lars traint op maandag en vrijdag van 18:00 uur tot 21:00 uur, op dinsdag van 19:00 uur tot 21:00 uur en op zaterdag van 10.00 uur tot 14.00 uur. Hoeveel uur traint hij gemiddeld per dag?

optelsom:

24 + 44 + 28 + 32 = 128

deelsom:

128 : 4 = 32

antwoord:

32 km per dag

optelsom:

3 + 3 + 2 + 4 = 12

deelsom:

12 : 4 = 3

antwoord:

3 uur per dag

(3)

KLAAR!

4

Reken het gemiddelde uit.

maandag 14 graden dinsdag 15 graden woensdag 19 graden donderdag 23 graden vrijdag 26 graden zaterdag 24 graden

zondag 26 graden

Laat zien hoe je rekent.

14 + 15 + 19 + 23 + 26 + 24 + 26 = 147 147 : 7 = 21

De gemiddelde temperatuur is

21

graden.

5

Reken uit. Hoe oud is de meester?

Er zitten 32 kinderen in mijn groep. Als je mijn leeftijd niet meetelt, is de gemiddelde leeftijd precies 11 jaar. Als je mijn leeftijd wel meetelt, dan is de gemiddelde leeftijd precies 12 jaar.

Laat zien hoe je rekent.

De kinderen zijn samen 32 × 11 = 352 jaar.

Met de meester erbij zijn ze samen 33 × 12 = 396 jaar.

Het verschil is 396 − 352 = 44 jaar. Dat is de leeftijd van de meester.

(4)

GA VERDER HULP

HULP

h t

7 5

×10

5 0

, , , E 0 7

t h d

t h d

5 :10

:100

7 5

, , , ,

D H T E

1 7 5

1 7

1

1

Reken uit.

Vul in.

×

€ 0,02

€ 7,80 6,9 km 3,18 kg

10 20 100 200 1000

€ 0,20

€ 78,- 69 km

€ 0,40

€ 156,- 138 km

€ 2,-

€ 780,- 690 km 31,8 kg 63,6 kg 318 kg

€ 4,-

€ 1560,- 1380 km 636 kg

€ 20,-

€ 7800,- 6900 km 3180 kg

2

Welke som hoort erbij?

Reken uit.

10 grote dozen wegen samen 435 kilogram.

De dozen zijn allemaal even zwaar.

Hoeveel weegt 1 doos?

In 1 liter aardbeienijs gaat 100 gram aardbeien.

De ijsmaker heeft 3650 gram aardbeien.

Hoeveel liter aardbeienijs kan hij maken?

som:

435 : 10 = 43,5

antwoord:

43,5 kg

som:

3650 : 100 = 36,50

antwoord:

36,50 l

delen door 10 en 100.

(5)

KLAAR!

3

Reken uit.

100 × 6,4 =

640

100 × 4,35 =

435

100 × 8,2 =

820

100 × 5,95 =

595

100 × 0,55 =

55

1000 × 0,95 =

950

1000 × 6,2 =

6200

1000 × 0,03 =

30

1000 × 5,8 =

5800

1000 × 4,07 =

4070

100 × € 1,65 =

€ 165,-

10 × 6,26 m =

62,6 m

1000 × € 0,45 =

€ 450,-

10 × 0,3 m =

3 m

100 × 9,8 m =

980 m

4

Reken uit.

4,3 : 10 =

0,43

72,60 : 10 =

7,26

12 : 10 =

1,2

5 : 10 =

0,5

90,8 : 10 =

9,08

10 : 100 =

0,10

8375 : 100 =

83,75

494 : 100 =

4,94

52 : 100 =

0,52

7130 : 100 =

71,30

€ 639,- : 100 =

€ 6,39

€ 4,70 : 10 =

€ 0,47

22 m : 100 =

0,22 m

5,6 m : 10 =

0,56 m

815 m : 100 =

8,15 m

5

Wat staat er onder de vlek?

Vul in.

×

100 m = 365 m

×

10 € = € 82,-

×

1000 € = € 40,-

3,65 8,20 0,04

×

1000 km = 500 km

× 0,9 l = 90 l

×

10 € = € 82,50

0,5 100

8,25

× 6,01 kg = 60,1 kg

×

1000 € = € 900,-

×

100 m = 1 m

0,90 0,01 10

6

Maak de sommen af.

Kies uit: 10, 100 of 1000.

54,7 :

10

= 5,47

4669 :

1000

= 4,669

710 :

100

= 7,10

896 :

10

= 89,6

3,8 :

10

= 0,38

324,9 :

100

= 3,249 361 :

1000

= 0,361 2470 :

10

= 247

55,99 :

10

= 5,599 325 :

100

= 3,25

7 :

100

= 0,07

6,2 :

10

= 0,62

349 :

1000

= 0,349

74 :

1000

= 0,074

5912 :

100

= 59,12

(6)

GA VERDER HULP

l liter

1 l = 10 dl = 100 cl = 1000 ml 1 dl = 10 cl = 100 ml 1 cl = 10 ml dl

deciliter cl

centiliter ml milliliter

4 , 3 5 9 liter

l dl cl ml

4,359 liter = 4 l + 3 dl + 5 cl + 9 ml

= 4000 ml + 300 ml + 50 ml + 9 ml = 4359 ml water 4,359 liter is bijna 4,500 liter.

4,5 liter = 45 dl = 450 cl = 4500 ml

1

Hoeveel is het? Vul in.

cl100 90 8070 60 5040 30 2010 0

l 1

0

1 2

ml1000 900 800700 600 500400 300 200100 0

dl10 9 87 6 54 3 21 0

8

dl

80

cl

800

ml

9

dl

90

cl

900

ml

4

dl

40

cl

400

ml

7

dl

70

cl

700

ml

2

Hoeveel kun je ermee vullen? Vul in.

1,5 l

1,5 liter

15

glazen

6

kommetjes

5dl

3

flesjes

10

bekers

centiliter (cl), milliliter (ml) en maten in liter opschrijven met 1, 2 of 3 cijfers achter de komma.

(7)

KLAAR!

3

Kleur de maatbeker. Reken om naar de andere maat.

l 1

0

1 2

ml1000 900 800 700600 500 400300 200 1000

dl10 9 8 76 5 43 2 10

cl100 90 80 7060 50 4030 20 100

3 dl =

0,3

l 50 cl =

500

ml 65 cl =

6,5

dl 200 ml =

20

cl

4

Hoeveel moet er nog bij om 1 liter te maken? Vul in.

l 1

0

1 2

Er zit al

400

ml in.

Er moet nog

600

ml bij.

Dat is

6

dl.

dl10 9 8 76 5 43 2 10

Er zit al

5

dl in.

Er moet nog

5

dl bij.

Dat is

0,5

l.

cl100 90 80 7060 50 4030 20 100

Er zit al

20

cl in.

Er moet nog

80

cl bij.

Dat is

800

ml.

ml1000 900 800 700600 500 400300 200 1000

Er zit al

750

ml in.

Er moet nog

250

ml bij.

Dat is

2,5

dl.

5

Reken om naar de andere maat. Vul in.

5 l =

500

cl

800 cl =

8

l

7 dl =

700

ml

1 l =

1000

ml

9000 ml =

9

l

4000 ml =

40

dl

6 l =

60

dl

20 dl =

2

l

80 cl =

8

dl

30 dl =

300

cl

40 cl =

4

dl

100 ml =

10

cl

6

Vul de juiste maat in.

een soepkom: 2,5

dl

een eetlepel: 15

ml

een theelepel: 0,05

dl

(8)

GA VERDER HULP

HULP

Een auto kan met 1 liter brandstof 15 km rijden. Hij rijdt 1 op 15.

Hoeveel liter brandstof is nodig voor 390 km?

afstand (km) brandstof (l) 1

15

×20

×6

10 20 6

150 300 90

26 390

×20

×6

20 + 6

300 + 90

antwoord: 26 liter brandstof

muntsoort dagkoers dagkoers

Amerikaanse dollar (USD) 1 euro = 1,17 USD 1 USD = 0,85 euro

USD

euro 1

1,17

100 500

117 585

Voor 500 euro krijg je 585 USD.

euro

USD 1

0,85

100 500

85 425

Voor 500 USD krijg je 425 euro.

1

In welke pot zitten de meeste rode kralen? Kruis aan.

Laat zien hoe je rekent in je schrift.

kralen 1600

3 op de 8 kralen zijn rood.

2100

kralen

1 op de 3 kralen zijn rood.

2

Hoeveel liter brandstof is nodig voor 1000 kilometer? Laat zien hoe je rekent in je schrift.

Een vrachtauto rijdt 1 op 4. Een auto rijdt 1 op 8.

antwoord:

250

liter brandstof antwoord:

125

liter brandstof

• Je oefent rekenen met vreemde valuta.

(9)

KLAAR!

3

Hoeveel geld krijgen ze?

muntsoort dagkoers dagkoers

Amerikaanse dollar (USD) 1 euro = 1,14 USD 1 USD = 0,87 euro

Britse pond (GBP) 1 euro = 0,89 GBP 1 GBP = 1,11 euro

Justin wisselt 400 euro voor Amerikaanse dollars.

Hoeveel Amerikaanse dollars krijgt hij?

Meghan wisselt 200 euro voor Britse ponden.

Hoeveel Britse ponden krijgt zij?

som:

400 × 1,14 = 456

antwoord:

456 Amerikaanse dollars

som:

200 × 0,89 = 178

antwoord:

178 Britse ponden

4

Hoeveel geld krijgen ze?

muntsoort dagkoers dagkoers

Noorse kroon (NOK) 1 euro = 9,67 NOK 1 NOK = 0,10 euro

Zwitserse frank (CHF) 1 euro = 1,14 CHF 1 CHF = 0,87 euro

Mette wisselt 450 euro voor Noorse kronen.

Hoeveel Noorse kronen krijgt zij?

Silvan wisselt 250 Zwitserse franken voor euro. Hoeveel euro krijgt hij?

som:

450 × 9,67 = 4351,50

antwoord:

4351,50 Noorse kronen

som:

250 × 0,87 = 217,50

antwoord:

217,50 euro

5

Reken uit. Laat zien hoe je rekent in je schrift.

Elvis is in Amerika en heeft nog 350 Amerikaanse dollars (USD).

Hij reist door naar Canada.

Hij wisselt zijn Amerikaanse dollars in voor Canadese (CAD).

(USD) 1 USD

muntsoort dagkoers dagkoers 1 CAD = 0,76 USD 1,32 CAD

Hij krijgt

462,00

Canadese dollars.

6

Hoeveel kralen van elke kleur heeft ze nodig? Laat zien hoe je rekent in je schrift.

Roosmarijn maakt een ketting met rode, blauwe, gele en paarse kralen. Ze gebruikt steeds 5 rode, 3 blauwe, 6 gele en 2 paarse kralen. Ze gebruikt in totaal 15 blauwe kralen.

paarse kralen:

10

rode kralen:

25

gele kralen:

30

(10)

HULP

HULP

6 dm

2 dm3 2 dm

3 dm

2 dm 1 dm 1 dm 1 dm

1 dm 1 dm 1 dm3

De inhoud kun je uitrekenen met de formule: lengte × breedte × hoogte.

In de doos passen 6 × 2 × 3 = 36 blokken van 1 dm3. De inhoud van de doos is 36 dm3.

De inhoud van het rode blok is 2 dm3.

In de grote doos passen 3 × 2 × 3 = 18 rode blokken van 2 dm2.

l 1

0

1 2

1 dm = 10 cm

1 dm = 10 cm 1 dm = 10 cm

In de doos passen 1000 blokjes van 1 cm3. 1 dm3 = 1 liter

1 cm3 = 1 ml

1 dm3 = 1000 cm3 = 1 liter 1 m3 = 1000 dm3 = 1000 liter

GA VERDER van een bepaalde grootte er in een grotere doos passen.

(11)

GA VERDER

1

Wat is de inhoud? Hoeveel blokken passen erin?

3 dm3

doos 1

3 dm

7 dm 5 dm

De inhoud van doos 1 is

105

dm3.

In doos 1 passen

35

rode blokken.

doos 2

5 dm

6 dm 5 dm

De inhoud van doos 2 is

150

dm3.

In doos 2 passen

50

rode blokken.

2

Wat is de inhoud? Hoeveel aquariums passen in de rode doos?

4 dm

10 dm 5 dm

De inhoud van het aquarium is

200

dm3.

Dat is

200

liter.

20 dm

14 dm

10 dm

De inhoud van de doos is

2800

dm3.

Dat is

2800

liter.

Er passen

14

aquariums in deze doos.

(12)

KLAAR!

3

Wat is de inhoud?

8 dm 1 dm 1 dm

3 dm 3 dm

5 dm

De inhoud van de doos is

120

dm3.

In de doos passen

40

oranje blokken.

Potloden

2 dm

4 dm

3 dm

1 dm3 = 1 liter

De inhoud van de doos is

24

dm3.

Dat is

24

liter.

4

Wat is de hoogte?

20 cm

30 cm

60

cm

De hoogte is

60

cm.

inhoud 27 dm3

Schoenen

20 cm 45 cm

3

dm

De hoogte is

3

dm.

inhoud 137 ,5 dm3 5,5 dm

1 m

25

cm

De hoogte is

25

cm.

5

Hoeveel kruiwagens aarde zijn er nodig?

De kruiwagen heeft een inhoud van 50 liter.

20 dm 1 m

60 cm

50 l

De inhoud van de plantenbak is

1200

dm3.

Dat is

1200

liter.

Er zijn

24

kruiwagens aarde nodig.

(13)

GA VERDER HULP

HULP

Stap 1: 7 + 5 = 12 2 opschrijven, tientje bij de tientallen

Stap 2: 1 + 8 + 3 = 12 2 opschrijven, honderdje bij de honderdtallen

Stap 3: 1 + 4 + 2 = 7 7 honderdjes opschrijven 4 8 7

2 3 5 7 2 2

+

1 1

cijferen

4 2 2 2 6 5

1 5 7

1

3 11 12

Stap 1: Achteraan beginnen, bij de eenheden 2 − 5 =?

Dat gaat niet. Tientje inwisselen. Nu 1 tientje en 12 munten van € 1,-.

12 − 5 = 7

Stap 2: Bij de tientjes: 1 − 6 =? Dat gaat niet. Honderdje inwisselen.

Nu 3 honderdjes en 11 tientjes.

11 − 6 = 5

Stap 3: bij de honderdjes: 3 − 2 = 1.

• Je oefent sommen als 432 − 263 en 1705 − 346 cijferend aftrekken.

(14)

GA VERDER

1

Welke som hoort erbij?

Hoeveel kost het samen?

Reken uit met cijferen.

€ 396,-

€ 459,-

€ 489,-

€ 677,-

€ 548,-

€ 439,-

som:

3 9 6 4 5 9 8 5 5 +

1 1

som:

4 8 9 6 7 7 1 1 6 6 +

1 1

som:

5 4 8 4 3 9 9 8 7 +

1

antwoord:

€ 855,-

antwoord:

€ 1166,-

antwoord:

€ 987,-

2

Reken uit in je schrift.

Reken uit met cijferen.

528 + 184 =

712

386 + 428 =

814

287 + 439 =

726

298 + 467 =

765

557 + 147 =

704

358 + 267 =

625

432 + 386 =

818

448 + 469 =

917

364 + 593 =

957

597 + 131 =

728

415 + 165 =

580

296 + 478 =

774

(15)

KLAAR!

3

Welke som hoort erbij?

Hoeveel euro blijft er over?

Reken uit met cijferen.

€ 325,-

€ 149,- € 184,-

€ 475,- € 730,-

€ 593,-

som:

3 2 5 9 1 4  1 7 6

2 111

15 som:

4 7 5 4 1 8  2 9 1

3 17 som:

7 3 0 3 5 9  1 3 7

6 212 10

antwoord:

€ 176,-

antwoord:

€ 291,-

antwoord:

€ 137,-

4

Reken uit in je schrift.

Reken uit met cijferen.

700 − 358 =

342

847 − 329 =

518

491 − 286 =

205

538 − 119 =

419

400 − 138 =

262

456 − 189 =

267

804 − 277 =

527

662 − 346 =

316

827 − 385 =

442

5

Hoeveel euro blijft er over? Vul in.

Reken uit met cijferen of kolomsgewijs in je schrift.

gespaard uitgegeven som over

€ 438 € 169 438 − 169 €

269

€ 637 € 285

637 − 285

352

€ 591 € 342

591 − 342

249

€ 380 € 167

380 − 167

213

€ 724 € 359

724 − 359

365

Laat zien hoe je rekent bij de laatste som.

7 2 4 3 5 9 3 6 5 −

111 14 6

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

[r]

Oudere werknemers (45 tot 54 jaar) rapporteerden ho- gere psychologische jobeisen dan hun jongere collega’s. Daar stond tegenover dat de meeste respondenten het gevoel hadden zich

Bloedcellen, bloedvaten 14 , eiwitten 15 (hemoglobine 16 , osteocalcine 17 , collageen 18 , histonen 19 ) en DNA van dinosauriërs 20 zijn niet consistent met hun

Lichen ruber planus: huid en slijmvliezen (30-70%), meestal spontane genezing < 1-2 jaar, sterk jeukend, reactie T-cellen tegen antigeen in basale keratinocyten of

Loek speelt maandag 3 computerspelletjes, dinsdag 4, woensdag 5, donderdag 4, vrijdag 6 en zaterdag 8.. Hoeveel spelletjes zijn dit gemiddeld

D66 zou graag zien dat de gemeente zelf hierin ook haar verantwoordelijkheid neemt en een evenredig deel van de kosten voor haar rekening neemt.. Bijvoorbeeld door het inbouwen

slaaptijden en wat het kind prettig vindt om zo de wenperiode voor zowel ouder als kind prettig te laten verlopen op de locatie. Hierbij wordt altijd gekeken naar het aantal

Belangrijkste redenen voor de raadpleging (en sinds hoelang of sinds welke leeftijd U deze problemen hebt).. Reden 1