• No results found

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN"

Copied!
16
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN

Brussel, 02.02.1998

COM(1998) 33 def.

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE

DE TOESTAND VAN HET MfLIEU

IN DE ZES DEELSTATEN VAN VOORMALIG OOST-DUITSLAND

(2)
(3)

DE TOESTAND VAN HET MILIEU

IN DE ZES DEELSTATEN VAN VOORMALIG OOST-DUITSLAND

Samenvatting

Krachtens Richtlijn 90/656/EEG van de Raad diende Duitsland de communautaire wetgeving op tiet gebied van milieubescherming in de zes nieuwe deelstaten binnen een bepaalde termijn en uiterlijk op 31 december 1995 ten uitvoer te leggen.

Ten aanzien van Richtlijn 90/656/EEG heeft Duitsland de Commissie in kennis gesteld van de maatregelen die zijn getroffen, problemen die zijn aangepakt en de verbeteringen die zijn verwezenlijkt met betrekking tot de milieusituatie in de zes nieuwe deelstaten.

Er zijn tijdig wetten afgekondigd en maatregelen getroffen om aan de verplichtingen van Richtlijn 90/656/EEG te kunnen voldoen, behalve ten aanzien van een aantal richtlijnen op het gebied van water.

Het is niet gelukt om alle communautaire wetgeving correct ten uitvoer te leggen voor wat betreft het opstellen van systematische actieplannen voor oppervlaktewater dat als drinkwater wordt gebruikt; hetzelfde geldt voor de tenuitvoerlegging van de wetgeving en aanzien van zwemwater, de lozing van gevaarlijke stoffen en de kwaliteit van het viswater. Met name zijn er problemen met betrekking tot de drinkwaterkwaliteit in twee deelstaten, de uitstoot van SO2 in één deelstaat en de uitstoot van lood in drie specifieke gebieden.

L Inleiding

Richtlijn 90/656/EEG van de Raad inzake de in Duitsland toepasselijke overgangsmaatregelen met betrekking tot sommige communautaire bepalingen op het gebied van milieubescherming bepaalt in de artikelen 1 tot en met 16 een specifiek tijdpad voor de tenuitvoerlegging van de communautaire milieuwetgeving in de deelstaten van de voormalige DDR: Berlijn, Brandenburg, Saksen, Saksen-Anhalt, Thüringen en Mecklenburg-Voor-Pommeren. Aanvullende bepalingen zijn opgenomen in Richtlijn 90/660/EEG van de. Raad inzake de in de Duitsland toepasselijke overgangsmaatregelen met betrekking tot sommige communautaire bepalingen op het gebied van de milieubescherming die met de interne markt verband houden.

Hierin wordt een aantal milieurichtlijnen genoemd die op het grondgebied van voormalig Oost-Duitsland moesten worden toegepast. In alle gevallen werd een datum gespecificeerd waarop de tenuitvoerlegging voltooid diende te zijn. Uiterlijk op 31 december 1995 moest aan de laatste verplichtingen zijn voldaan.

Artikel 17 van Richtlijn 90/656/EEG bepaalt als volgt:

Z.

(4)

Duitsland stelt de Commissie onverwijld in kennis van de ter uitvoering van de artikelen 1 tot en met 16 genomen maatregelen; de Commissie doet hiervan mededeling aan de andere lidstaten en aan het Europese Parlement.

Dit verslag is bedoeld om de tot dusverre van de Duitse autoriteiten ontvangen informatie ter kennis te brengen van de andere lidstaten en van het Europees Parlement.

Halverwege 1993 ontving de Commissie een eerste pakket informatie, waarvan het Europees Parlement en de lidstaten op de hoogte zijn gesteld door middel van een verslag gedateerd 29 juni 19931.

Vervolgens ontving de Commissie, bij brieven van 5 juli en 9 oktober 1996 en van 30 april en 12 augustus 1997, nadere informatie met betrekking tot water, afvalstoffen, lucht- verontreiniging en natuurbehoud. Deze informatie, en in bepaalde gevallen andere officieel van de Duitse autoriteiten ontvangen informatie, vormt de basis voor dit verslag. Het heeft uitsluitend betrekking op de tenuitvoerlegging van de wettelijke verplichtingen die in de artikelen 1 tot en met 16 van Richtlijn 90/656/EEG staan omschreven.

Ter introductie van dit verslag moet worden benadrukt dat informatie die reeds in het verslag van 1993 aan de orde is geweest, alleen wordt herhaald indien dat in het kader van dit verslag noodzakelijk is. Het zwaartepunt ligt daarom bij die wettelijke maatregelen die nog genomen moesten worden nadat het eerste verslag was verschenen. Dit rapport gaat daarom niet in op Richtlijn 90/660/EEG van de Raad inzake de in Duitsland toepasselijke overgangsmaatregelen met betrekking tot sommige communautaire bepalingen op het gebied van de milieubescherming die met de interne markt verband houden, aangezien alle daartoe vereiste informatie reeds in het verslag van 1993 was opgenomen. Verder moet worden onderstreept dat iedere beoordeling van de tenuitvoerlegging van de richtlijn alleen gebaseerd kan zijn op de meest recente gegevens die door de Duitse autoriteiten aan de Commissie zijn verstrekt.

H. Algemeen

Hoewel Richtlijn 90/656/EEG Duitsland verplicht om de communautaire wetgeving op het gebied van milieubescherming binnen een bepaalde termijn en uiterlijk op 31 december 1995 ten uitvoer te leggen, zegt Duitsland dat het ernaar streeft de milieusituatie in het westen en het oosten vóór het jaar 2000 gelijk te trekken.

Volgens Duitsland waren bodem, water en lucht ten tijde van de eenwording zeer ernstig verontreinigd. Daarom zijn, parallel met de invoering van de krachtens genoemde richtlijnen vereiste wetgeving, aanzienlijke inspanningen verricht om de milieubescherming in de zes nieuwe deelstaten op hetzelfde niveau te brengen als in voormalig West- Duitsland.

Volgens de door Duitsland ingediende rapporten is de eerste prioriteit geweest om onmiddellijk iets te doen aan de bestaande risicosituaties ten aanzien van de volksgezondheid en het milieu.

Parallel daarmee zijn in de diverse sectoren specifieke maatregelen genomen, onder meer op het gebied van water (met name drinkwatervoorziening en afvalwaterbehandeling), luchtverontreiniging (met name ten aanzien van stof en zwaveldioxide) en

COM(93) 295 def.

(5)

afvalstoffenbeheer. Duitsland heeft informatie verstrekt over omvangrijke financiële steun voor verbeteringsmaatregelen die is verleend via het Europees herstelprogramma.

De Commissie heeft in haar verslag van 1993 reeds aangegeven dat de milieuverbetering in de zes nieuwe deelstaten sinds de eenwording ook grotendeels samenhangt met de sluiting van verouderde industriële installaties. Dit wordt bevestigd door de verslagen die Duitsland heeft ingediend, met name ten aanzien van water- en luchtverontreiniging.

Samenvattend stelt Duitsland vast dat zich in alle sectoren significante verbeteringen hebben voorgedaan, ondanks andere factoren zoals de aanzienlijke toename van het aantal voertuigen.

E In detail 1. Water

a) Artikel 1 van Richtlijn 90/656AEEG: Oppervlaktewater (Richtlijnen 75/440/EEG en 79/869/EEG)

Op grond van artikel 1 van Richtlijn 90/656/EEG moest Duitsland, voor wat betreft het grondgebied van de voormalige Duitse Democratische Republiek, ervoor zorgen dat de kwaliteitsnormen voor oppervlaktewater, alsook de meetmethoden en bemonsterings- en analysefrequenties waarin de Richtlijnen 75/440/EEG en 79/869/EEG voorzien, uiterlijk op 31 december 1995 in acht zouden zijn genomen.

De Duitse autoriteiten hebben de Commissie in 1997 in kennis gesteld van de vereiste verordeningen die door de zes nieuwe deelstaten zijn vastgesteld of nog moeten worden vastgesteld om de Richtlijnen 75/440/EEG en 79/869/EEG ten uitvoer te leggen2, dommige daarvan zijn niet in overeenstemming met de bepalingen van de richtlijnen.

Richtlijn 75/440/EEG

Op grond van artikel 3 van Richtlijn 75/440/EEG moeten de lidstaten voor alle punten waar monsters worden genomen of voor elk punt waar monsters worden genomen, de waarden vaststellen die van toepassing zijn op het oppervlaktewater voor alle in die richtlijn aangegeven parameters. Duitsland geeft aan dat er oppervlaktewater wordt gebruikt voor drinkwater in Mecklenburg-Voor-Pommeren, Saksen, Saksen-Anhalt en Thüringen en dat de bemonsteringspunten zijn onderverdeeld in de categorieën Al (5), A2 (20), A3 (2) en minder dan A3 (1). Die laatste categorie heeft betrekking op de

2 Berlijn: Verordening inzake de inname van water uit het oppervlaktewater met het oog op de drinkwatervoorziening; Brandenburg: Verordening inzake de kwaliteitseisen voor het oppervlaktewater met het oog op de inname van water voor de drinkwatervoorziening van 15 april 1997, in werking getreden op 17 mei 1997; Mecklenburg-Voor-Pommeren: Verordening inzake de inname van water uit het oppervlaktewater met het oog op de drinkwatervoorziening van 24 april 1997, in werking getreden op 22 mei 1997; Saksen: Verordening van het Saksische ministerie van milieu en landontwikkeling inzake de kwaliteitseisen voor het oppervlaktewater met het oog op de drinkwaterwinning ter uitvoering van de Richtlijnen 75/440/EEG en 79/869/EEG van 22 april 1997, in werking getreden op 22 mei 1997; Saksen-Anhalt: Verordening inzake de kwaliteitseisen voor het oppervlaktewater met het oog op de drinkwaterwinning en het toezicht daarop van 17 april 1997, in werking getreden op 23 april 1997; Thüringen: Verordening inzake de kwaliteitseisen voor het oppervlaktewater met het oog op de drinkwaterwinning van 20 maart 1997, in werking getreden op 6 mei 1997.

(6)

onttrekking van oppervlaktewater uit de rivier de Warnow in Mecklenburg-Voor- Pommeren. De betrokken parameters zijn fosfaten, verzadigingspercentage aan opgeloste zuurstof, en totale colibacteriën.

Op grond van artikel 4, lid 2, van Richtlijn 75/440/EEG moeten de lidstaten de nodige maatregelen treffen om te zorgen voor een gestadige verbetering van het leefmilieu.

Daartoe dienen zij een systematisch actieplan, inclusief een tijdschema, op te stellen voor de verbetering van het oppervlaktewater en met name het water dat in categorie A3 valt.

Dergelijke plannen zijn overgelegd voor Brandenburg, Saksen en Thüringen. Echter alleen in het eerste geval is het betreffende plan opgesteld overeenkomstig artikel 4, lid 2. Ten aanzien van Saksen ontbreekt in het plan informatie over de kwaliteit van het water afkomstig uit Zeuggraben/Flöha.

Overeenkomstig artikel 4, lid 3, van Richtlijn 75/440/EEG is de Commissie in kennis gesteld van een plan voor het beheer van de watervoorraden betreffende de rivier de Warnow in Mecklenburg-Voor-Pommeren. Er is ook een dergelijk plan ingediend voor de Weida-dam in Thüringen met betrekking tot nitraat.

Richtlijn 79/869/EEG

Op grond van de artikelen 3 en 4 van Richtlijn 79/869/EEG moeten de lidstaten gebruikmaken van de in die richtlijn genoemde referentie-meetmethodes, en moeten ze de jaarlijkse minimale frequenties voor bemonstering en analyse van de in

Richtlijn 75/440/EEG genoemde parameters in acht nemen.

De Duitse autoriteiten hebben informatie verstrekt over de wetgeving ter uitvoering van Richtlijn 79/869/EEG. Volgens deze informatie wordt in alle zes nieuwe deelstaten wetgeving opgesteld. De autoriteiten hebben informatie verstrekt over zowel de parameters als de frequenties voor alle zes nieuwe deelstaten. Sommige daarvan zijn niet in overeenstemming met de bepalingen van de richtlijn.

b) Artikel 2 van Richtlijn 90/656/EEG: Kwaliteit van het zwemwater (Richtlijn 76/160/EEG)

Op grond van artikel 2 van Richtlijn 90/656/EEG moest Duitsland, voor wat betreft het grondgebied van de voormalige Duitse Democratische Republiek, ervoor zorgen dat de uit Richtlijn 76/160/EEG voortvloeiende verplichtingen uiterlijk op 31 december 1993 zouden zijn nagekomen.

Duitsland heeft aangegeven dat er met betrekking tot de zes nieuwe deelstaten aan de noodzakelijke wetgeving voor de tenuitvoerlegging van Richtlijn 76/160/EEG wordt gewerkt, maar dat die nog niet definitief is goedgekeurd, behalve voor Mecklenburg- Voor-Pommeren en Saksen-Anhalt3. Er zij op gewezen dat er in dat laatste geval een circulaire is uitgevaardigd in plaats van bindende wetgeving.

Meckleriburg-Voor-Pommeren: Verordening van de deelstaat inzake de hygiënische eisen voor zwemwater van 3 mei 1995, in werking getreden op 25 mei 1995; Saksen-Anhalt: Circulaire van het ministerie van werkgelegenheid en sociale zaken van 15 oktober 1993.

(7)

c) Artikel 3 van Richtlijn 90/656/EEG: Lozing van gevaarlijke stoffen (Richtlijn 76/464/EEG en dochterrichtlijnen)

Op grond van artikel 3 van Richtlijn 90/656/EEG moest Duitsland, voor wat betreft het grondgebied van de voormalige Duitse Democratische Republiek, de bij de Richtlijnen 76/464/EEG, 82/176/EEG, 83/513/EEG, 84/156/EEG, 84/491/EEG, 86/280/EEG en 88/347/EEG vastgestelde bepalingen uiterlijk op 31 december 1992 toepassen op industriële inrichtingen die op de datum van de Duitse eenwording op dat grondgebied waren gevestigd. Bij Richtlijn 93/80/EEG van de Commissie werd deze datum uitgesteld tot 31 december 1995.

Duitsland heeft laten weten dat bovengenoemde richtlijnen nog niet ten uitvoer zijn gelegd. De bedoeling is dat ze op federaal niveau worden ingevoerd. Daar is men momenteel mee bezig.

Duitsland heeft ook cijfers en tabellen ingeleverd die wijzen op een aanzienlijke vermindering van gevaarlijke stoffen (kwik, cadmium, fosfor) in oppervlaktewateren, met name in de rivier de Elbe.

d) Artikel 4 van Richtlijn 90/656/EEG: Kwaliteit van het viswater (Richtlijn 78/659/EEG)

Op grond van artikel 4 van Richtlijn 90/656/EEG moest Duitsland, voor wat betreft het grondgebied van de voormalige Duitse Democratische Republiek, ervoor zorgen dat de uit Richtlijn 78/659/EEG voortvloeiende verplichtingen uiterlijk op 31 december 1992 zouden zijn nagekomen.

Duitsland heeft laten weten dat bovengenoemde richtlijnen nog niet ten uitvoer zijn gelegd. De bedoeling is dat ze op federaal niveau worden ingevoerd; daaraan wordt momenteel gewerkt. In 1997 hebben de Duitse autoriteiten wetgeving ter kennis gebracht ten aanzien van twee van de nieuwe deelstaten4.

e) Artikel 6 van Richtlijn 90/656/EEG: Bescherming van het grondwater tegen verontreiniging (Richtlijn 80/68/EEG)

Op grond van artikel 6 van Richtlijn 90/656/EEG moest Duitsland, voor wat betreft het grondgebied van de voormalige Duitse Democratische Republiek, ervoor zorgen dat de uit Richtlijn 80/68/EEG voortvloeiende verplichtingen uiterlijk op 31 december 1995 zouden zijn nagekomen.

Duitsland heeft aangegeven dat genoemde richtlijn op federaal niveau ten uitvoer zal worden gelegd. In 1997 heeft Duitsland mededeling gedaan van de uitvoeringsverordening die is aangenomen op 18 maart 19975.

Brandenburg: Verordening inzake de kwaliteitseisen voor het oppervlaktewater wat betreft de geschiktheid als viswater van 28 mei 1997; Saksen: Verordening van het Saksische ministerie van milieu en landontwikkeling, ter uitvoering van Richtlijn 78/659/EEG, betreffende de kwaliteit van zoet water dat beschermd of verbeterd moet worden om het geschikt te maken als viswater, van 3 juli 1997.

Verordening ter uitvoering van Richtlijn 80/68/EEG van de Raad van 17 december 1979 betreffende de bescherming van bet grondwater tegen verontreiniging veroorzaakt door de lozing van bepaalde gevaarlijke stoffen van 18 maart 1997, in werking getreden op 22 maart 1997.

(8)

Verder heeft Duitsland details verstrekt van de uitvoeringsmaatregelen met betrekking tot de artikelen 3 tot en met 6 van Richtlijn 80/68/EEG.

De artikelen 3, 4 en 5 hebben betrekking op de lozing van stoffen van de lijsten I en II in het grondwater. Volgens Duitsland vindt er geen directe lozing van dergelijke stoffen plaats. Ten aanzien van artikel 4, lid 1, tweede streepje, en artikel 5, lid 1, tweede streepje, wordt controle uitgevoerd en worden vergunningen afgegeven om indirecte lozingen van stoffen van lijst I te voorkomen en verontreiniging met stoffen van lijst II te vermijden. De situatie met betrekking tot stortplaatsen is beschreven (zie hierna onder afvalstoffen). Met betrekking tot artikel 4, lid 1, derde streepje, zegt Duitsland dat er overgangsmaatregelen zijn getroffen in afwachting van de inwerkingtreding van definitieve wetgeving. Duitsland heeft tevens informatie verstrekt over bepaalde gevallen van directe lozingen in Thüringen, die ofwel zijn beëindigd ofwel worden beschouwd als niet vallend onder Richtlijn 80/68/EEG op grond van artikel 2, onder b). Ten aanzien van artikel 6 heeft Duitsland informatie verstrekt over officieel toegestane kunstmatige aanvulling van het grondwater in Saksen en Saksen-Anhalt.

Tenslotte heeft Duitsland, gezien het belang van grondwater in de zes nieuwe deelstaten (twee derde van de hoeveelheid drinkwater wordt uit grondwater gewonnen), informatie verstrekt over een project betreffende controle van het grondwater en het opzetten van een netwerk van meetpunten.

f) Artikel 7 van Richtlijn 90/656/EEG: Kwaliteit van voor menselijke consumptie bestemd water (Richtlijn 80/778/EEG)

Op grond van artikel 7 van Richtlijn 90/656/EEG moest Duitsland, voor wat betreft het grondgebied van de voormalige Duitse Democratische Republiek, ervoor zorgen dat de uit Richtlijn 80/778/EEG voortvloeiende verplichtingen uiterlijk op 31 december 1995 zouden zijn nagekomen. Men diende zich echter in te spannen om dit doel reeds per 31 december 1991 te verwezenlijken. Indien dat niet zou lukken, moest Duitsland onmiddellijk alle terzake dienstige inlichtingen aan de Commissie verstrekken, vergezeld van een saneringsplan waarin werd aangegeven hoe ervoor kon worden gezorgd dat uiterlijk op 31 december 1995 aan de normen zou zijn voldaan.

Duitsland heeft laten weten dat Richtlijn 80/778/EEG ten uitvoer is gelegd door middel van federale wetgeving die sinds 1 oktober 1995 in de zes nieuwe deelstaten van kracht is6.

Ten aanzien van de kwaliteit van voor menselijke consumptie bestemd water in de zes nieuwe deelstaten heeft de Commissie reeds in haar verslag van 1993 vermeld dat Duitsland er niet in was geslaagd om die vóór 31 december 1991 op het volgens Richtlijn 80/778/EEG vereiste niveau te brengen. Een eerste rapport dat Duitsland in 1992 had overgelegd, werd door de Commissie niet als volledig beschouwd, vanwege de hierboven beschreven verplichting krachtens artikel 7 van Richtlijn 90/656/EEG. Dat had vooral te maken met gebrek aan betrouwbare gegevens. Een aanvullend rapport verscheen in juni 1996. Dat rapport geeft een gedetailleerde beschrijving van de algehele situatie ten aanzien van de drinkwaterkwaliteit sinds 1992, maatregelen die inmiddels zijn getroffen en resultaten die zijn behaald. Gesteld wordt dat de grenswaarden slechts in enkele gevallen

Verordening inzake drinkwater en water voor levensmiddelenbedrijven in de op 5 december 1990 gepubliceerde versie, gerectificeerd op 23 januari 1991.

(9)

zijn overschreden: eind 1995 had minder dan 0,1% van de bevolking te maken gehad met overschrijdingen van de grenswaarden voor giftige stoffen uit bijlage I van Richtlijn 80/778/EEG, en 0,6% met overschrijdingen van de grenswaarde voor nitraten.

2. De vogelstand

Artikel 5 van Richtlijn 90/656/EEG: De vogelstand (Richtlijn 79/409/EEG)

Op grond van artikel 5 moest Duitsland, voor wat betreft het grondgebied van de voormalige Duitse Democratische Republiek, ervoor zorgen dat de krachtens de artikelen 3 en 4 van genoemde richtlijn vereiste beschermingsmaatregelen uiterlijk op 31 december 1992 zouden zijn ingevoerd.

Duitsland laat weten dat Richtlijn 79/409/EEG ten uitvoer is gelegd, en verwijst naar informatie die reeds in het verslag van 1993 is verwerkt.

3. Luchtverontreiniging door SO?, NO, en lood

In de artikelen 8, 10 en 12 van Richtlijn 90/656/EEG wordt, voor wat betreft het grondgebied van de voormalige Duitse Democratische Republiek, een twee-stappen- aanpak ingesteld voor de verbetering van de luchtkwaliteit met betrekking tot SO2, NOx

en lood zoals bepaald in de Richtlijnen 80/779/EEG (S02), 82/884/EEG (lood in de lucht) en 85/203/EEG (NOx).

Als eerste stap was Duitsland verplicht om de nodige maatregelen te treffen om ervoor te zorgen dat vóór 31 december 1991 de concentraties van genoemde verontreinigende stoffen onder de in de richtlijnen genoemde grenswaarden bleven. Indien de kans bestond dat, ondanks de getroffen maatregelen, de concentraties van deze stoffen in bepaalde zones de grenswaarden zouden overschrijden, diende Duitsland de Commissie daarvan vóór 31 december 1991 in kennis te stellen (voor stikstofdioxide echter vóór 31 december 1992), en tegelijkertijd de Commissie plannen te doen toekomen voor de geleidelijke verbetering van de luchtkwaliteit in die zones. In die plannen moesten de genomen of nog te nemen maatregelen en de toegepaste of nog toe te passen procedures beschreven worden.

Deze maatregelen moesten ervoor zorgen - als tweede stap - dat de concentraties van bovengenoemde verontreinigende stoffen in de lucht binnen deze zones zich uiterlijk op 31 december 1995 onder of op het niveau van de in de betrokken richtlijnen aangegeven grenswaarden zouden bevinden.

Duitsland laat weten dat de in de artikelen 8, 10 en 12 van Richtlijn 90/656/EEG genoemde richtlijnen ten uitvoer zijn gelegd door middel van de federale wet van 26 oktober 19937.

7 22e verordening ter uitvoering van de federale wet inzake bescherming tegen emissies van 26 oktober 1993, gewijzigd bij de verordening van 27 mei 1994.

(10)

a) Artikel 8 van Richtlijn 90/656/EEG: Zwaveldioxide en zwevende deeltjes (Richtlijn 80/779/EEG)

Zoals reeds in het verslag van 1993 is vermeld, heeft Duitsland doorgegeven in welke zones de concentraties hoger waren dan de grenswaarden zoals vastgelegd in Richtlijn 80/779/EEG. Deze zones bevonden zich in Saksen-Anhalt, Saksen en Thüringen.

Over het geheel genomen kunnen de gemelde overschrijdingen van de grenswaarde als volgt worden samengevat:

Voor de onderstaande jaren (steeds lopend van 1 april tot en met 31 maart) is melding gemaakt van het volgende aantal zones/subzones waar overschrijdingen zijn gemeten:

91/92: 18. 92/93:21. 93/94:4. 94/95: 1. 95/96: 1.

Uit de informatie die sindsdien is verstrekt, blijkt dat de uitstoot van SO2 voor het gehele grondgebied van de zes nieuwe deelstaten binnen de in Richtlijn 90/656/EEG gestelde termijn substantieel is verminderd. In de informatie betreffende de laatste twee jaren worden alleen overschrijdingen van de grenswaarde voor SO2 in het Ertsgebergte (Saksen) gemeld. Vanwege het grensoverschrijdende karakter van de S02-verontreiniging in het betrokken gebied wordt verwacht dat de overschrijdingen de komende vier jaar zullen aanhouden. De redenen voor deze overschrijdingen zijn ook gemeld, alsmede de maatregelen die in het gebied zijn getroffen om de uitstoot van S02 uiteindelijk terug te dringen.

b) Artikel 10 van Richtlijn 90/656/EEG: Lood in de lucht (Richtlijn 82/884/EEG)

Zoals reeds in het verslag van 1993 is gezegd, hadden de Duitse autoriteiten het gebied bij Ohrdruf (Landkreis Gotha) uit voorzorg aangemeld als gebied waar, vanwege de voor- malige verfindustrie, de in Richtlijn 82/884/EEG gegeven grenswaarden overschreden zouden kunnen worden. Het omringende gebied werd als "risicogebied" aangewezen. De autoriteiten stelden de Commissie tevens in kennis van de doorgevoerde veranderingen in het productieproces, waardoor de uitstoot uit de installatie aanmerkelijk afnam en de voorgeschreven grenswaarde bereikte. Dit werd nogmaals bevestigd door opeenvolgende meetprogramma's die in 1994 en 1995 in dat gebied werden uitgevoerd. In 1995 bedroeg de hoogste gemeten waarde 0,69 jag/m3. Daarom werd de aanduiding "risicogebied" voor Ohrdruf ingetrokken.

Twee andere gebieden in Saksen (Freiberg (allerlei industrie) en Zwickau (loodaccu- fabrieken)) zijn weliswaar aangemeld maar er zijn geen overschrijdingen geconstateerd.

De controle wordt echter nog voortgezet.

De Commissie heeft van de Duitse autoriteiten ook plannen ontvangen voor maatregelen en procedures voor het verbeteren van de luchtkwaliteit in verontreinigde gebieden.

c) Artikel 12 van Richtlijn 90/656/EEG: Stikstofdioxide (Richtlijn 85/203/EEG) De Duitse -autoriteiten hebben de Commissie in kennis gesteld van vier zones waar de concentraties de grenswaarde dreigden te overschrijden. Voor het gehele grondgebied werd echter gedurende de in Richtlijn 90/656/EEG bepaalde periode geen enkele overschrijding gemeld.

3

(11)

Sinds 1990 zijn er volgens de Duitse autoriteiten over het gehele grondgebied geen concentraties boven de grenswaarde voor stikstofdioxide gemeten.

De Duitse autoriteiten hebben de Commissie ook informatie verstrekt omtrent maat- regelen om de uitstoot van N02 terug te dringen, namelijk beperking van de uitstoot van NOx vanuit stationaire bronnen en door het verkeer.

Volgens de informatie die door de Duitse regering is verstrekt, is in de nieuwe deelstaten aan de verplichtingen van Richtlijn 85/203/EEG voldaan.

4. Risico's van zware ongevallen

Artikel 9 van Richtlijn 90/656/EEG: Risico's van zware ongevallen

Op grond van artikel 9 moesten, voor wat betreft het grondgebied van de voormalige Duitse Democratische Republiek, de uit Richtlijn 82/50l/EEG voortvloeiende verplichtingen uiterlijk op 1 juli 1992 zijn nagekomen. Deze richtlijn is omgezet in Duitse wetgeving8. In alle zes deelstaten zijn de doelstellingen van deze richtlijn nu bereikt.

Duitsland zegt dat er in één geval - een onderneming in Thüringen - geen informatie over veiligheidsmaatregelen overeenkomstig artikel 5 van Richtlijn 82/50l/EEG is verstrekt vanwege de beoogde sluiting. Duitsland heeft evenwel niet bevestigd dat de genoemde onderneming nu inderdaad is gesloten.

5. Verontreiniging door asbest

Artikel 14 van Richtlijn 90/656/EEG: Voorkoming en vermindering van milieu- verontreiniging door asbest (Richtlijn 87/217/EEG)

Op grond van artikel 14 moesten, voor wat betreft het grondgebied van de voormalige Duitse Democratische Republiek, de uit Richtlijn 87/217/EEG voortvloeiende verplichtingen respectievelijk op 31 december 1991 en 30 juni 1993 uiterlijk zijn nagekomen.

Volgens de Duitse autoriteiten is Richtlijn 87/217/EEG opgenomen in de Duitse wetgeving9. Deze wetgeving omvat bepalingen die de productie en het gebruik van asbest verbieden, behalve met betrekking tot een aantal bestaande installaties die hun activiteiten tijdelijk zouden kunnen voortzetten. De wetgeving omvat tevens de grenswaarden voor emissies in de lucht en lozingen in water.

6. Afvalstoffen

Artikel 16 van Richtlijn 90/656/EEG: Afvalstoffen (Richtlijnen 75/442/EEG en 78/319/EEG)

Op grond van artikel 16, lid 1, moest Duitsland, behoudens wat betreft nieuwe installaties, ervoor zorgen dat op het grondgebied van de voormalige Duitse Democratische Republiek uiterlijk op 31 december 1995 zou zijn voldaan aan artikel 8 van

8 Verordening inzake storingen van 20 september 1991, laatstelijk gewijzigd bij artikel 3 van de verordening van 26 oktober 1993.

9 Verordening inzake bescherming tegen gevaarlijke stoffen van 26 oktober 1993.

{O

(12)

Richtlijn 75/442/EEG en artikel 9 van Richtlijn 78/319/EEG. Krachtens deze bepalingen moeten afvalverwerkingsinstallaties over een vergunning van de bevoegde instanties beschikken. Duitsland zegt bezig te zijn met de vergunningverlening voor bestaande stortplaatsen voor huishoudelijke (133) en gevaarlijke afvalstoffen (13), alsmede voor 11 tijdelijke opslagplaatsen. Duitsland heeft ook ' informatie verstrekt over de vergunningverlening voor nieuwe stortplaatsen voor huishoudelijk afval (3) en 23 tijdelijke opslagplaatsen. Er zijn 84 stortplaatsen voor huishoudelijk afval gesloten.

Indien nodig wordt gezorgd voor nabehandeling.

Op grond van artikel 16, lid 2, moest Duitsland uiterlijk op 31 december 1991 saneringsplannen indienen die beantwoordden aan de eisen van artikel 6 van Richtlijn 75/442/EEG en artikel 12 van Richtlijn 78/319/EEG. In het verslag van de Commissie van 1993 stond dat de Commissie het niet eens was met Duitsland ten aanzien van de interpretatie van de term "saneringsplannen" en dat zij van mening was dat die plannen moesten worden opgesteld overeenkomstig artikel 6 van Richtlijn 75/442/EEG en artikel 12 van Richtlijn 78/319/EEG. Gezien het feit dat Duitsland nu voor alle zes nieuwe deelstaten de vereiste afvalverwijderingsplannen - althans het merendeel daarvan - in overeenstemming met de genoemde bepalingen heeft ingediend, is deze kwestie afgehandeld.

Bijlagen:

Bijlage 1: Mededeling uit hoofde van de artikelen 1 tot en met 10, 12 en 14 van Richtlijn 90/656/EEG

Bijlage 2: Mededeling uit hoofde van de artikelen 1, 6 en 16 van Richtlijn 90/656/EEG Bijlage 3: Mededeling uit hoofde van artikel 1 van Richtlijn 90/656/EEG

Bijlage 4: Mededeling inzake de algemene situatie ten aanzien van Richtlijn 90/656/EEG

i\

(13)

DA: Bilaget foreligger kun pâ tysk

EN: Annex exists in German only

ES: Anexo disponible sólamente en alemân

FI: Liite saatavilla ainoastaan saksankielisenà

FR: Annexe disponible seulement en allemand

GR: To JtaQàQTT)|xa vKâQ%zi |xóvo oxa yeQixavixa

IT: Allegato disponibile soltanto in tedesco

NL: Annex bestaat alleen in het duits

PT: Anexo apemas disponivel em alernao

SV: Bilagan finns bara pâ tyska

(14)
(15)
(16)

ISSN 0254-1513

COM(98) 33 def.

DOCUMENTEN

N L 14 01 13 03

Catalogusnummer : CB-CO-98-033-NL-C

ISBN 92-78-30328-3

Bureau voor officiële publikaties der Europese Gemeenschappen L-2985 Luxemburg

f i t

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Europeana, de online-bibliotheek van Europa, alsmede museum en archief, is in november 2008 opgericht als onderdeel van het initiatief van de Commissie inzake digitale

Dit voorstel bevat geharmoniseerde technische voorschriften voor de typegoedkeuring van motorvoertuigen met betrekking tot de beschermingsinrichtingen aan de voorzijde die tot

Naar aanleiding van een bespreking over discriminerende rechten voor de expertise van ingevoerde farmaceutische producten op de bijeenkomst van de Samenwerkingsraad van de

De Raad heeft al reeksen indicatoren ontwikkeld met betrekking tot vrouwen in de politieke en economische besluitvorming, de combinatie van werk en gezinsleven, gelijke beloning

Teneinde overloopeffecten op de elektriciteitsmarkt ten gevolge van staatssteun voor de kolenindustrie te voorkomen, is in de kolenverordening in artikel 4, onder e), een

Hoewel de bescherming van het voor IMTS-2000 bestemde spectrum tegen siganlen van satellieten al werd besproken op WRC-03 (zie paragraaf 3.1), zijn er ook andere satellietsystemen

De EU heeft een belangrijke rol gespeeld als bijdrager aan de eerste fase van de WSIS in Genève en moet nu trachten van deze impuls te profiteren, zowel voor wat betreft haar

Op 2 augustus 2005 heeft de Commissie een voorstel aangenomen tot wijziging van deze verordening (COM(2005) 357) met het oog op de voorbereiding en de aanpassing van het