Itho ontwikkelt het juiste klimaat
STORINGEN OPLOSSEN AAN EEN
ITHO WARMTEPOMP
Itho ontwikkelt het juiste klimaat
Itho
b.v.Admiraal de Ruyterstraat 2 3115 HB Schiedam Postbus 21
3100 AA Schiedam
Telefoon: 010 – 4278 500 Telefax: 010 – 4278 875
Itho ontwikkelt het juiste klimaat
INHOUD
V
OORWOORD...2
1 D
E STORINGSANALYSE...3
1.1 Algemeen...3
1.2 Analyse ...3
2 D
E STORING OPLOSSEN...4
2.1 Warmtepomp of systeem...4
2.2 Kamerthermostaat ...5
2.3 Uitlezen van foutcodes uit de kamerthermostaat en WPcom ...8
3 O
VERZICHTS
TORINGEN...9
3.1 Storingen tabel kamerthermostaat...9
3.2 Storingen aan het warmtepomp systeem ...13
3.2.1 Het is te koud in de winter (hoofdverblijf) ...13
3.2.2 Naregeling overige ruimten (verwarmingsbedrijf) ...14
3.2.3 Het is te warm in de winter (hoofdverblijf) ...14
3.2.4 Naregeling overige ruimten (verwarmingsbedrijf) ...14
3.2.5 Het is te warm in de zomer (hoofdverblijf)...15
3.2.6 Naregeling overige ruimten (koelbedrijf) ...15
3.2.7 Geen warm tapwater ...16
3.2.8 Warmtepomp doet niets ...16
3.2.9 Vreemde geluiden uit de warmtepomp of warmtepompinstallatie ...17
4 B
IJLAGEN...18
4.1 Tabel sensoren 10k NTC...18
Itho ontwikkelt het juiste klimaat
Voorwoord
Iedere woning staat boven op een onuitputtelijke bron van energie. Door instraling van de zon op de aarde is er in onze omgeving voldoende - duurzame / gratis - energie aanwezig om onze huizen te verwarmen of te koelen en ons tapwater te verwarmen. Deze duurzame (gratis) energie heeft echter jammer genoeg een te lage temperatuur om rechtstreeks op onze normale centrale
verwarmingsinstallatie aangesloten te worden.
Een warmtepomp is in staat om energie (warmte) in temperatuur te verhogen. Dit biedt de
mogelijkheid om (laagwaardige) duurzame energie te benutten voor hoogwaardige doeleinden, zoals het verwarmen van woonhuizen, bereiding van tapwater, etc.
Alle waterstromen van en naar de diverse componenten van een warmtepomp installatie worden via of door de warmtepomp unit gestuurd. Daartoe bestaat de warmtepomp uit een aantal componenten.
Ondanks de goede voorbereiding van zowel Itho als de installateur kan het toch gebeuren dat er een storing optreedt. In deze technische handleiding wordt nader ingegaan op de diverse storingen en hoe deze storingen te analyseren en te verhelpen zijn.
Wij verwachten dat de toelichting een goede basis vormt voor een juiste storingsanalyse door de betreffende servicemedewerker. Wij verzoeken u in geval van vragen en / of onduidelijkheden of indien technische ondersteuning gewenst is met Itho contact op te nemen.
Doordat Itho zich continu bezig houdt met het verbeteren van producten en systemen behoudt Itho zich het recht voor om, zonder kennisgeving vooraf, deze beschrijving en de te gebruiken apparatuur aan te passen.
Itho ontwikkelt het juiste klimaat
1 De storingsanalyse
1.1 Algemeen
Voor het verhelpen van storingen aan de Itho warmtepomp of aan een systeem waarin een Itho warmtepomp is toegepast is een basiskennis van zowel systeem, als warmtepomp essentieel. Itho heeft meerdere documenten opgesteld waarin systemen en kennis van Itho warmtepompen staan beschreven. De volgende documenten zijn onder andere beschikbaar:
Technisch handboek warmtepompinstallaties Technisch handboek WPcom
Technische informatie Itho warmtepomp hardware Technische informatie Itho warmtepomp software
Naast basiskennis van het systeem en de apparatuur is een goede storingsanalyse van groot belang.
1.2 Analyse
Na de melding van de storing door de bewoners is van groot belang om de juiste omschrijving van de storing te achterhalen. Stel kritische vragen en vraag door. Stop pas met vragen totdat het probleem geheel duidelijk is. Een aantal mogelijke vragen of controles zou kunnen zijn:
Is er een concrete storingsmelding in de kamerthermostaat of is het een probleem dat de bewoners ervaren? Met andere woorden, is het een daadwerkelijk probleem met de warmtepomp, de installatie of is het een ervaringsprobleem?
Speelt het probleem recent of al langere tijd?
Wanneer treedt het probleem op?
Welk apparaat of component geeft storing. Is dit de warmtepomp, de zonnepanelen, de vloerverwarming of het ventilatie systeem?
Hoeveel bewoners wonen er in het huis en heeft dit mogelijk met de problemen te maken?
Heeft er recent een handeling door de bewoners plaatsgevonden? Is er bijvoorbeeld pas behangen of geschilderd? Is de elektrische installatie aangepast? Heeft men een ander of extra apparaat gekocht?
Is er iets binnen of buiten het huis aangepast?
Is dezelfde storing al eerder opgetreden of is dit de eerste keer. Heeft een monteur van Itho of een andere monteur eerder al aan de installatie gewerkt?
Staat er misschien iets in het logboek (indien aanwezig) waarmee de storing nader kan worden geanalyseerd?
Een goede storingsanalyse is dus van groot belang!
Itho ontwikkelt het juiste klimaat
2 De storing oplossen
2.1 Warmtepomp of systeem
Nadat de storing grondig is geanalyseerd kan worden bepaald of het een daadwerkelijk storing is of dat het geen storing is maar dat de bewoners verkeerd met het systeem omgaan of de werking van het systeem niet goed begrijpen.
Wij gaan er verder van uit dat het een daadwerkelijke storing betreft. Om de storing op te lossen is van belang te weten of het een storing aan de warmtepomp betreft of een storing aan het systeem.
Een storing aan de warmtepomp kan ook meerdere oorzaken hebben. Het kan een daadwerkelijke storing zijn aan de warmtepomp die dan ook gemeld wordt op de kamerthermostaat. De opgetreden storing kan echter ook het gevolg zijn van een verkeerde instelling in de warmtepomp software of een niet goed functioneren van de warmtepomp veroorzaakt door verkeerde instellingen. Een storing aan de zonnecollectoren bijvoorbeeld wordt ook door de warmtepomp gemeld. Een aantal storingen is niet altijd even duidelijk aan te wijzen.
Een storing aan het systeem is vaak duidelijker aanwijsbaar. Met een storing aan het systeem bedoelen we een storing aan het bronnensysteem, het Cv-systeem, het zonnecircuit of het boilercircuit.
Hieronder een aantal voorbeelden om dit duidelijker te maken.
Storingsmelding: de slaapkamer wordt niet warm
Analyse: na controle blijkt dat de betreffende slaapkamer inderdaad niet warm wordt. De overige ruimtes komen wel op temperatuur.
Conclusie: systeem storing. De warmtepomp levert warmte voor de andere ruimtes en er is geen storingsmelding in de kamerthermostaat.
Er zal dus verder gezocht moeten worden in de betreffende ruimte.
Staat er bijvoorbeeld vaak een raam open, zit er lucht in het vloerverwarmingsysteem of doet de naregeling het niet Storingsmelding: de woning wordt niet warm. Het blijft koud binnen Analyse: na controle blijkt dat de bewoner de kamerthermostaat in
stand 3 (vrij koelen) heeft staan
Conclusie: geen storing. . De warmtepomp doet gewoon wat van hem gevraagd wordt. Er is dus sprake van geen enkele storing
Storingsmelding: de warmtepomp meldt storing 71 en er is geen warm water Analyse: na controle blijkt dat inderdaad storing 71 is opgetreden.
Storing 71 geeft aan dat er geen stroming is over het
bronnensysteem. Na verdere controle blijkt de systeemdruk 0 bar te zijn.
Conclusie: systeem storing. Het betreft hier een storing aan het systeem.
Na vullen van het systeem dient goed te worden gecontroleerd of er ergens een lekkage is. De drukval in het systeem kan ook het gevolg zijn geweest van lucht in het systeem die door de automatische ontluchters afgevoerd is. Nadere controle en een afspraak met de bewoners de druk in de gaten te houden is dus essentieel.
Itho ontwikkelt het juiste klimaat
Storingsmelding: de warmtepomp meldt storing 1 op de kamerthermostaat Analyse: na controle blijkt dat inderdaad storing 1 is opgetreden.
Storing 1 geeft aan dat de buitenvoeler defect is en de verkeerde weerstandswaarde aangeeft bij de heersende buitentemperatuur Conclusie: warmtepomp storing. Het betreft hier een storing aan de
warmtepomp. De buitenvoeler dient vervangen te worden en met behulp van het programma WPcom dient gecontroleerd te worden of de nieuwe buitenvoeler wel de juiste buitentemperatuur aangeeft
2.2 Kamerthermostaat
Indien de warmtepomp geen storing heeft worden alleen de ingestelde temperatuur en de gemeten temperatuur op het display van de kamerthermostaat getoond. Het display van de kamerthermostaat ziet er dan uit zoals in figuur 1.
Figuur 1
De actuele ruimtetemperatuur wordt groot weergegeven in het midden van de thermostaat. De ingestelde ruimtetemperatuur wordt rechts onder in het display klein weergegeven.
Zodra de warmtepomp een storing heeft wordt deze storing doorgegeven aan de kamerthermostaat.
De warmtepomp onderscheidt twee typen storingen, namelijk:
Melding = M = geen urgente storing
Storing = P = urgente storing
Itho ontwikkelt het juiste klimaat
Als de warmtepomp een melding heeft wordt dit op de thermostaat weergegeven met behulp van de letter M links boven in het display. Zie hiervoor figuur 2
Figuur 2
Als de warmtepomp een storing heeft wordt dit op de thermostaat weergegeven met behulp van de letter P links boven in het display. Zie hiervoor figuur 3
Figuur 3
Itho ontwikkelt het juiste klimaat Indien een storing of melding wordt weergegeven kan het storingsnummer worden uitgelezen. Daartoe dienen de volgende handelingen te worden verricht:
Open het klepje van de kamerthermostaat Druk toets E in
In het display verschijnt de eerste storing (storingsnummer) midden in het beeld en het volgnummer rechtsonder. Het display ziet er uit zoals in figuur
Figuur 4
Met behulp van de "pijl omhoog" en de "pijl omlaag" knoppen kan door alle storingen worden gelopen.
Lees alle storingen uit. Het kan zijn dat een storing het gevolg is van een andere storing. Nadat alle storingen zijn uitgelezen kan door het indrukken van toets E weer worden teruggekeerd naar de gemeten kamertemperatuur. Het resetten van de warmtepomp kan worden gedaan door het
gelijktijdig indrukken van de A en de C toets. De warmtepomp reset en start weer van voren af aan.
Itho ontwikkelt het juiste klimaat
2.3 Uitlezen van foutcodes uit de kamerthermostaat en WPcom
Op de kamerthermostaat kunnen alle, op dat moment aanwezige, storingen uitgelezen worden. De storing met het laagste storingsnummer komt als eerste in beeld.
Voorbeeld: Er komt een storing; storing 14
Thermostaat geeft 14 als eerste (adres 00) Vervolgens komt een tweede storing; storing 1
De thermostaat geeft nu als eerste een 1 (adres 00) en als tweede een 14 (adres 01) Er komt nog een storing bij; storing 7
De uitlezing in de kamerthermostaat wordt dan: 01 1 02 7 03 14
Dus het laagste storingsnummer verschijnt als eerste in de thermostaat.
In de warmtepomp zijn er 16 locaties waar ALLE meetwaarden die bij een storing optreden worden opgeslagen. De locatie waar de volgende waarden opgeslagen worden staan in array Variabelen onder H_Data_St_Nummer.
Dus de opgeslagen waarden schuiven niet op, maar komen in het volgende blok terecht.
De pointer H_Data_St_Nummer geeft dan aan waar de waarden terechtkomen.
Bovenstaande voorbeeld.
Stel Variabelen (H_Data_St_Nummer) = 10
Als storing 14 komt zullen alle meetwaarden opgeslagen worden in array H_Bedr_Data_St_9 Als nu storing 1 komt zullen alle meetwaarden opgeslagen worden in array H_Bedr_Data_St_8 Als nu storing 7 komt zullen alle meetwaarden opgeslagen worden in array H_Bedr_Data_St_7
De laatste storing is de storing die aangegeven is in
Variabelen (H_Data_St_Nummer) (array 35 laatste variabele)
Itho ontwikkelt het juiste klimaat
3 Overzicht Storingen
Zoals aangegeven in paragraaf 2.1 kan een storing worden veroorzaakt door een defect aan de warmtepomp of een defect aan het systeem. In paragraaf 3.1 worden alle de storingen genoemd die de kamerthermostaat kan weergeven. Tevens staan hier de meest voorkomende storingsoorzaken bij genoemd en de acties die kunnen worden uitgevoerd om de storing te verhelpen.
3.1 Storingen tabel kamerthermostaat
Nr. Mogelijke oorzaak Actie, na actie resetten
0 Geen storing, alles is in orde - 1 Temperatuurwaarde buiten sensor (IT-1) is buiten het
normale werkgebied of de sensor is onderbroken of kortgesloten
Neem de sensor los, meet door en vervang de sensor indien deze defect is
2 Temperatuurwaarde collector sensor (IT-2) is buiten het normale werkgebied of de sensor is onderbroken of kortgesloten
Neem de sensor los, meet door en vervang de sensor indien deze defect is
3 Temperatuurwaarde zonnewater sensor (IT-3) is buiten het normale werkgebied of de sensor is onderbroken of kortgesloten
Neem de sensor los, meet door en vervang de sensor indien deze defect is
4 Temperatuurwaarde boiler sensor (IT-4) is buiten het normale werkgebied of de sensor is onderbroken of kortgesloten
Neem de sensor los, meet door en vervang de sensor indien deze defect is
5 Temperatuurwaarde inspuittemperatuur sensor (IT-5) compressor 1 is buiten het normale werkgebied of de sensor is onderbroken of kortgesloten
Neem de sensor los, meet door en vervang de sensor indien deze defect is
6 Temperatuurwaarde zuiggastemperatuur sensor (IT-6) compressor 1 is buiten het normale werkgebied of de sensor is onderbroken of kortgesloten
Neem de sensor los, meet door en vervang de sensor indien deze defect is
7 Temperatuurwaarde persgastemperatuur sensor (IT-7) compressor 1 is buiten het normale werkgebied of de sensor is onderbroken of kortgesloten
Neem de sensor los, meet door en vervang de sensor indien deze defect is
8 Temperatuurwaarde vloeistoftemperatuur sensor (IT-8) compressor 1 is buiten het normale werkgebied of de sensor is onderbroken of kortgesloten
Neem de sensor los, meet door en vervang de sensor indien deze defect is
9 Temperatuurwaarde inspuittemperatuur sensor (IT-9) compressor 2 is buiten het normale werkgebied of de sensor is onderbroken of kortgesloten
Neem de sensor los, meet door en vervang de sensor indien deze defect is
10 Temperatuurwaarde zuiggastemperatuur sensor (IT-10) compressor 2 is buiten het normale werkgebied of de sensor is onderbroken of kortgesloten
Neem de sensor los, meet door en vervang de sensor indien deze defect is
Itho ontwikkelt het juiste klimaat
Nr. Mogelijke oorzaak Actie, na actie resetten
11 Temperatuurwaarde persgastemperatuur sensor (IT-11) compressor 2 is buiten het normale werkgebied of de sensor is onderbroken of kortgesloten
Neem de sensor los, meet door en vervang de sensor indien deze defect is
12 Temperatuurwaarde vloeistoftemperatuur sensor (IT-12) compressor 2 is buiten het normale werkgebied of de sensor is onderbroken of kortgesloten
Neem de sensor los, meet door en vervang de sensor indien deze defect is
13 Temperatuurwaarde bron uittredetemperatuur sensor (IT-13) is buiten het normale werkgebied of de sensor is onderbroken of kortgesloten
Neem de sensor los, meet door en vervang de sensor indien deze defect is
14 Temperatuurwaarde CV-aanvoer temperatuur sensor (IT-14) is buiten het normale werkgebied of de sensor is onderbroken of kortgesloten
Neem de sensor los, meet door en vervang de sensor indien deze defect is
15 Temperatuurwaarde verdamperwater uittrede temperatuur sensor (IT-15) is buiten het normale werkgebied of de sensor is onderbroken of kortgesloten
Neem de sensor los, meet door en vervang de sensor indien deze defect is
16 Temperatuurwaarde CV-retour temperatuur sensor (IT-16) is buiten het normale werkgebied of de sensor is
onderbroken of kortgesloten
Neem de sensor los, meet door en vervang de sensor indien deze defect is
17 Temperatuurwaarde reserve temperatuur sensor (IT-17) is buiten het normale werkgebied of de sensor is
onderbroken of kortgesloten
Neem de sensor los, meet door en vervang de sensor indien deze defect is
18 Stroomtrafo 1 defect, losse soldering op de print of printingang defect
Vervang de hoofdprint (powerprint) 19 Stroomtrafo 2 defect, losse soldering op de print of
printingang defect
Vervang de hoofdprint (powerprint)
20 Reserve -
21 Reserve -
22 Reserve -
23 Reserve -
24 Reserve -
25 Reserve -
26 Reserve -
27 Reserve -
28 Lepel van flowschakelaar valt niet terug door vervuiling,
geen of te weinig flow of door een defect contact Reinig de flowschakelaar en vervang de flowschakelaar indien deze defect is
29 Reserve -
30 Te hoge condensatiedruk compressor 1 Controleer de waterflow over het CV en/of boilercircuit, controleer de watertemperatuur, controleer de sensor en controleer op condensorvervuiling. Herstel de flow, vervang de sensor, herstel de flow en/of reinig de condensor
31 Te hoge condensatiedruk compressor 2 Controleer de waterflow over het CV en/of boilercircuit, controleer de watertemperatuur, controleer de sensor en controleer op condensorvervuiling. Herstel de flow, vervang de sensor, herstel de flow en/of reinig de condensor
32 Hoge druk pressostaat compressor 1 aangesproken. Het contact van HP 1 blijft onderbroken als P<18 bar door een slechte verbinding in of aan de pressostaat. Neem de drukschakelaar los en meet door.
Als de druk <18 bar moet het contact gesloten zijn, als de druk >25 bar moet het contact open zijn
33 Hoge druk pressostaat compressor 2 aangesproken. Het contact van HP 2 blijft onderbroken als P<18 bar door een slechte verbinding in of aan de pressostaat. Neem de drukschakelaar los en meet door.
Als de druk <18 bar moet het contact gesloten zijn, als de druk >25 bar moet het contact open zijn
34 Reserve -
Itho ontwikkelt het juiste klimaat
Nr. Mogelijke oorzaak Actie, na actie resetten
35 Clixon compressor 1 aangesproken Herstel de doorverbinding CL 1 op print 36 Clixon compressor 2 aangesproken Herstel de doorverbinding CL 2 op print
37 Reserve -
38 Inkomende voedingsspanningen of fasevolgorden zijn niet
in orde Controleer de voedingspanning van de 3 fasen en de nul.
Indien spanning aanwezig is wissel L2 en L3 van de inkomende voeding van de print en NIET de compressorkabel!!
39 Inkomende voedingsspanningen of fasevolgorden zijn niet
in orde Controleer de voedingspanning van de 3 fasen en de nul.
Indien spanning aanwezig is wissel L2 en L3 van de inkomende voeding van de print en NIET de compressorkabel!!
40 Stroomopname compressor 1 te laag De clixon, compressorkabel of compressorwikkeling is onderbroken van compressor 1 (Clixon kan open zijn door hoge opstartstroom en/of compressorstroom). Laat de compressor en clixon afkoelen en meet door. Repareer indien nodig.
41 Stroomopname compressor 2 te laag De clixon, compressorkabel of compressorwikkeling is onderbroken van compressor 2 (Clixon kan open zijn door hoge opstartstroom en/of compressorstroom). Laat de compressor en clixon afkoelen en meet door. Repareer indien nodig.
42 Stroomopname compressor 1 te hoog Te hoge condensatiedruk, voedingsspanning te laag, bedrijfscondensator defect of compressor 1 loopt zwaar.
Controleer de watertemperaturen, flows en voedingsspanningen
43 Stroomopname compressor 2 te hoog Te hoge condensatiedruk, voedingsspanning te laag, bedrijfscondensator defect of compressor 2 loopt zwaar.
Controleer watertemperaturen, flows en voedingsspanningen
44 Te hoge startstroom compressor 1 Voedingsspanning te laag, compressor rotor staat vast, bedrijfscondensator defect of de compressor start op met een te groot drukverschil tussen zuig en pers.
Controleer de voedingsspanning en koelmiddeldruk 45 Te hoge startstroom compressor 2 Voedingsspanning te laag, compressor rotor staat vast,
bedrijfscondensator defect of de compressor start op met een te groot drukverschil tussen zuig en pers.
Controleer voedingsspanning en koelmiddeldruk 46 Ongelijke fasen over compressor 1 Ongelijke spanningen over de drie fase voeding,
weerstand van wikkelingen compressor 1 ongelijk, compressordraad los. Meet door en repareer indien nodig 47 Ongelijke fasen over compressor 2 Ongelijke spanningen over de drie fase voeding,
weerstand van wikkelingen compressor 2 ongelijk, compressordraad los. Meet door en repareer indien nodig 48 Uittredewater temperatuur (IT-15) van verdamper circuit 1
te laag
Controleer sensor IT-15, de waterflow en de brontemperatuur
49 Reserve -
50 Condensatie temperatuur compressor 1 (IT-8) te hoog Controleer sensor IT-8 of de watertemperatuur van het CV- of boilercircuit is te hoog door een te lage flow of door vervuiling van de condensor
Itho ontwikkelt het juiste klimaat
Nr. Mogelijke oorzaak Actie, na actie resetten
51 Condensatie temperatuur compressor 2 (IT-12) te hoog Controleer sensor IT-12 of de watertemperatuur van het CV- of boilercircuit is te hoog door een te lage flow of door vervuiling van de condensor
52 Persgastemperatuur compressor 1 (IT-7) te hoog, Controleer sensor IT-7, de koelmiddelvulling en de koelmiddel drukken. Er kan lucht in het koelmiddel aanwezig zijn, de zuiggas oververhitting is niet correct of er is te weinig flow over de verdamper
53 Persgastemperatuur compressor 2 (IT-11) te hoog, Controleer sensor IT-11, de koelmiddelvulling en de koelmiddel drukken. Er kan lucht in het koelmiddel aanwezig zijn, de zuiggas oververhitting is niet correct of er is te weinig flow over de verdamper
54 Persgastemperatuur sensor (IT-7) compressor 1 reageert niet
Na start van de compressor stijgt de persgastemperatuur onvoldoende. De Compressor is defect of er is een te kleine oververhitting over koelcircuit 1. Controleer de pers- en zuigdrukken, de werking van het expantieventiel en de stijging van de watertemperatuur
55 Persgastemperatuur sensor (IT-11) compressor 2 reageert niet
Na start van de compressor stijgt de persgastemperatuur onvoldoende. De Compressor is defect of er is een te kleine oververhitting over koelcircuit 2. Controleer de pers- en zuigdrukken, de werking van het expansieventiel en de stijging van de watertemperatuur
56 Verdampingstemperatuur (IT-5) compressor 1 te De temperatuur van sensor IT-5 is te laag, te lage verdamperwatertemperatuur, te lage verdamperwaterflow of te weinig koelmiddelinspuiting circuit 1. Controleer de flow, temperaturen, koelmiddelvulling en het
expansieventiel
57 Reserve
58 Te hoge persgastemperatuur compressor 1 Persgastemperatuur IT-7 te hoog en het expansieventiel staat vol open. Er is te weinig koelmiddel, er is koelmiddel lekkage of een verstopping in koelcircuit 1. Controleer de koelmiddeldrukken en temperaturen en het
expansieventiel
59 Te hoge persgastemperatuur compressor 2 Persgastemperatuur IT-11 te hoog en het expansieventiel staat vol open. Er is te weinig koelmiddel, er is koelmiddel lekkage of een verstopping in koelcircuit 1. Controleer de koelmiddeldrukken en temperaturen en het
expansieventiel
60 Klepmotor defect of waterklep loopt te zwaar Neet de klep door en repareer indien nodig 61 Waterklep is op handbediening gezet Haal de waterklep van handbediening af
62 Temperatuur zonnecollector te hoog De temperatuur van de collector (IT-2) loopt te hoog op tijdens een zonnefunctie. Pomp P4 start niet. Controleer pomp P4, het vulniveau van het leegloopvat en de flow over het zonnecircuit
63 Reserve -
64 Reserve -
65 Reserve -
66 Reserve -
67 Reserve -
68 Reserve -
69 Reserve -
70 Reserve -
71 Flowstoring Er is onvoldoende flow over de verdampers, pomp 2 draait niet of er zit lucht in de bron of het verdampercircuit.
Controleer de verdamper flow en pomp P2
72 Reserve -
73 Reserve -
74 Reserve -
75 Reserve -
Itho ontwikkelt het juiste klimaat
Nr. Mogelijke oorzaak Actie, na actie resetten
76 Reserve -
77 Reserve -
78 Reserve -
79 Reserve -
80 Communicatie storing thermostaat Bedrading naar thermostaat onderbroken/kortgesloten, thermostaat defect of print defect. Controleer bedrading thermostaat of vervang de print. Storing treedt ook op bij loshalen en aansluiten thermostaat bij in bedrijf zijnde warmtepomp.
81 Reserve -
82 Reserve -
83 Reserve -
84 Geen communicatie met PC PC seriële -kabelfout, PC fout, print defect. Controleer de seriële kabel, de PC of vervang de print
85 Handbediening Eén of meerdere handbedieningen zijn actief
86 Reserve -
87 Reserve -
88 Reserve -
89 Reserve -
90 Reserve -
3.2 Storingen aan het warmtepomp systeem
In paragraaf 3.2 worden de storingen genoemd die niet op de kamerthermostaat worden weergeven maar die wel tot een storing leiden. Tevens staan hier de meest voorkomende storingsoorzaken bij genoemd en de acties die kunnen worden uitgevoerd om de storing te verhelpen.
3.2.1 Het is te koud in de winter (hoofdverblijf)
1. De ingestelde waarde van de kamerthermostaat is te laag
2. De keuzeschakelaar op de kamerthermostaat staat niet in stand 1 of stand 2
3. De thermostaattemperatuur wordt beïnvloed door een warmtebron of door zoninstraling waardoor de werkelijke kamertemperatuur niet wordt gemeten
4. De thermostaat doet niets (geen display) door:
• 400V steker is eruit
• Er staat geen spanning op de warmtepomp door een weggevallen voeding. Controleer de zekeringen in de meterkast en de aardlekschakelaar
• Losse / kortgesloten bedrading tussen warmtepomp en thermostaat.
• Defecte thermostaat
• WP-print defect
5. Door veelvuldig warm water tappen gedurende de gehele dag komt de warmtepomp niet aan verwarmen toe als de keuzeschakelaar op de kamerthermostaat op stand 2 staat of als er geen klok is toegepast. Dit kan ook optreden als een warmwaterkraan staat te lekken waardoor de boiler steeds wordt ontladen
6. Door te veel warmteverlies uit de woning ten opzichte van de warmtepompcapaciteit door:
• Open ramen en / of deuren
• Tocht
• Geen of slechte isolatie van de woning
• Slecht sluitende deuren of ramen
7. Onvoldoende of geen doorstroming van Cv-water door vloer en / of wand zodat deze de ruimte niet kan opwarmen door:
• Afsluiters staan dicht of geknepen
• Lucht in het Cv / bronsysteem
• Te weinig water in systeem (waterdruk)
8. Dimensionering vloerverwarming is niet voldoende waardoor er te weinig warmte overdracht plaats vindt
Itho ontwikkelt het juiste klimaat 9. De capaciteitsbegrenzing is actief door bijvoorbeeld:
• Te lage brontemperatuur
• De weersafhankelijke regeling begrenst de Cv-watertemperatuur
• Buitenvoeler zit niet op de noordkant of wordt door een warmtebron beïnvloed
• Gehele of gedeeltelijke capaciteit niet vrijgegeven door storing in warmtepomp
• Sensoren wijken af waardoor er een meetfout ontstaat met capaciteitsreductie tot gevolg 10. Eén of meerdere driewegkleppen in de warmtepomp staan niet in de juiste positie waardoor er
warm Cv-water naar de bron terugstroomt (thermische kortsluiting) met als gevolg geen of onvoldoende warmteopbrengst
11. Storing (weergegeven met de letter M en/of P in thermostaatdisplay) van de warmtepomp waardoor deze niet meer de gedeeltelijke en / of gehele capaciteit kan leveren
12. Na een eventuele temperatuurverlaging (lagere thermostaatinstelling) tijdens een
wintervakantieperiode kan het door de grote betonmassa van de woning lang duren voordat de ruimte weer op de gewenste temperatuur is
13. Eén of meerdere modussen zijn met de computer uitgezet
3.2.2 Naregeling overige ruimten (verwarmingsbedrijf)
1. Ingestelde waarde van de naregelthermostaat in de nageregelde ruimte(n) staat te laag ingesteld
2. Naregelthermostaat in de nageregelde ruimte is niet goed aangesloten 3. Naregelthermostaat is “ingebouwd” waardoor hij niet goed kan meten
4. Naregelthermostaattemperatuur wordt beïnvloed door warmtebron / zoninstraling, waardoor de werkelijke ruimtetemperatuur niet wordt gemeten
5. Thermische motor defect in nageregelde ruimte 6. Geen 24V voeding op naregeling aanwezig
3.2.3 Het is te warm in de winter (hoofdverblijf)
1. Ingestelde waarde woonkamerthermostaat staat te hoog
2. Montageplaats van de thermostaat is fout. De thermostaat kan de ruimtetemperatuur niet goed meten doordat:
• de thermostaat bijvoorbeeld in een verkeerde ruimte gemonteerd zit
• de thermostaat op een “koude” muur gemonteerd zit
• de thermostaat te veel ingebouwd zit, bijvoorbeeld in een kast
• er veel warmte toevoer in de woning is. Als veel mensen in een goed geïsoleerde ruimte verblijven kan de ruimte temperatuur tijdelijk hoger oplopen dan de ingestelde waarde op de thermostaat (warmtepomp schakelt uit)
• Veel warmte-instraling van de zon door de ruiten (warmtepomp schakelt uit)
• Warmteproducerende apparaten. Bijvoorbeeld computers (warmtepomp schakelt uit).
3. De thermostaat heeft lang warmtevraag gehad waardoor de ruimtetemperatuur tijdelijk iets te hoog kan oplopen
3.2.4 Naregeling overige ruimten (verwarmingsbedrijf)
1. Ingestelde waarde van de naregelthermostaat in de nageregelde ruimte(n) staat te hoog 2. Naregelthermostaat in de nageregelde ruimte is niet goed aangesloten
3. Naregelthermostaat is ingebouwd waardoor hij niet goed kan meten 4. Naregelthermostaat zit op een “koude” muur gemonteerd
5. Geen 24V voeding op naregeling aanwezig
Itho ontwikkelt het juiste klimaat 3.2.5 Het is te warm in de zomer (hoofdverblijf)
1. De woonkamerthermostaat staat te hoog ingesteld waardoor de warmtepomp niet automatisch naar vrijkoelen stand schakelt. Let op de volgende punten:
• Als de schakelaar op de kamerthermostaat in stand 1 of stand 2 staat, dan moet de gemeten ruimte temperatuur minimaal 3°C hoger zijn dan de ingestelde temperatuur voordat de warmtepomp gaat vrijkoelen
• Als de schakelaar op de kamerthermostaatschakelaar in stand 3 staat dan moet de gemeten ruimtetemperatuur minimaal 1°C hoger zijn dan de ingestelde temperatuur voordat de warmtepomp gaat vrijkoelen
2. De warmtelast is groter dan de koelcapaciteit door:
• veel zoninstraling
• veel warmteproductie in de woning door apparatuur zoals bijvoorbeeld een computers.
Denk er aan dat bij hogere buitentemperaturen de ingestelde waarde op de thermostaat af kan wijken van de gemeten kamertemperatuur
3. Thermostaat doet niets, (geen display) door:
• 400V steker is eruit
• Geen spanning op warmtepomp door weggevallen voeding (zekeringen meterkast)
• Defecte thermostaat
• Losse / kortgesloten bedrading tussen warmtepomp en thermostaat
• WP-print defect
4. Onvoldoende of geen doorstroming van CV-water door vloer / wand, zodat deze de ruimte niet kan koelen door
• Afsluiters staan dicht of geknepen
• Lucht in CV / bronsysteem
• Te weinig water in systeem (waterdruk)
5. Eén of meerdere driewegkleppen in warmtepomp staan niet in de juiste positie waardoor koeling niet mogelijk is
6. Storing (weergegeven met de letter M en/of P in thermostaatdisplay) van de
warmtepomp waardoor deze niet meer de gedeeltelijke en/of gehele koelcapaciteit kan leveren
7. Door te veel warmtetoevoer naar de woning ten opzichte van de koelcapaciteit door:
• Open ramen en /of deuren
• Tocht
• Geen of slechte isolatie
• Fout in capaciteitsberekening warmteverlies woning.
8. Eén of meerdere modussen zijn met de computer uitgezet
3.2.6 Naregeling overige ruimten (koelbedrijf)
1. Ingestelde waarde van de naregelthermostaat in de nageregelde ruimte(n) staat te hoog 2. Naregelthermostaat in de nageregelde ruimte is niet goed aangesloten
3. Naregelthermostaat is ingebouwd waardoor hij niet goed kan meten 4. Naregelthermostaat zit op een “koude” muur gemonteerd
5. Geen 24V voeding op naregeling aanwezig
Itho ontwikkelt het juiste klimaat 3.2.7 Geen warm tapwater
1. Al het warme water is opgebruikt. De warmtepomp wacht op vrijgave boilerbedrijf van de hoog/laag-tariefklok (alleen als de schakelaar op de kamerthermostaat in stand 1 of 3 staat) 2. Er wordt zoveel warm water getapt dat de warmtepomp het niet kan bijhouden
3. De hoog/laag-tariefklok staat uit of is defect (alleen als de schakelaar op de kamerthermostaat in stand 1 of 3 staat)
4. Thermostaat doet niets, (geen display) door:
• 400V steker is eruit
• Geen spanning op warmtepomp door weggevallen voeding (zekeringen in meterkast)
• Defecte thermostaat
• Losse / kortgesloten bedrading tussen warmtepomp en thermostaat
• WP-print defect
5. Warmtepompstoring (weergegeven met de letter M en/of P in thermostaatdisplay) van de warmtepomp waardoor deze de boiler niet meer kan opwarmen
6. Eén of meerdere driewegkleppen in de warmtepomp staan niet in de juiste positie waardoor er warm Cv-water naar de bron terugstroomt (thermische kortsluiting) met als gevolg geen of onvoldoende tapwater opwarming
7. Driewegklep van de Cv-pomp staat verkeerd in boilerbedrijf waardoor het tapwater koud blijft en de Cv onbedoeld warm wordt
8. Warm en koudwater leidingen zijn verwisseld of kortgesloten 9. Onvoldoende of geen doorstroming van Cv, bron of boiler door:
• Afsluiters staan dicht of geknepen
• Lucht in CV-water / bronwatersysteem
• Lucht in boilerwatersysteem
• Boilerpomp defect
• Te weinig water in één van de watersystemen (waterdruk) 10. Eén of meerdere modussen zijn met de computer uitgezet 11. Capaciteitsbegrenzing actief door bijvoorbeeld:
• Te lage brontemperatuur, bron is te klein bemeten
• Te lage brontemperatuur door onvoldoende regeneratie
• Eén of meerdere sensoren wijken af waardoor er een meetfout ontstaat met capaciteitsreductie als gevolg
3.2.8 Warmtepomp doet niets
1. Warmtepomp hoeft niets te doen omdat:
• De woonkamer op temperatuur is en de thermostaat dus geen verwarming- of koelvraag heeft
• Er geen boilervraag is omdat de boiler op temperatuur is of wacht op een klokcommando
• Er onvoldoende zonnewarmte is om bijvoorbeeld een zonneboilerfunctie of zonregeneratiefunctie te doen
2. Er staat geen spanning op de warmtepomp 3. De warmtepomp is defect
4. Eén of meerdere modussen zijn met de computer uitgezet 5. De warmtepomp staat in storing
Itho ontwikkelt het juiste klimaat
3.2.9 Vreemde geluiden uit de warmtepomp of warmtepompinstallatie 1. Eén of meerdere pompen lopen zwaar of lopen aan
2. Trillingen van bijvoorbeeld kabels tegen koelleidingen 3. Koelleidingen trillen tegen metalen delen
4. Trillingsdempers van de compressor of compressorplaat zijn defect of staan scheef 5. Eén of meerdere bouten in warmtepomp zitten los
6. Eén van de compressoren heeft last van vloeistofslag 7. Erg hoge condensatiedruk door onvoldoende waterflow 8. Eén of meerdere waterafsluiters staan geknepen 9. Eén van de compressoren loopt zwaar of loopt aan 10. Lucht in de waterleidingen
11. Onvoldoende waterdruk in het systeem
12. De zonnepomp is zojuist opgestart of uitgeschakeld waardoor het water in het terugloopvat
“borrelt”
Itho ontwikkelt het juiste klimaat
4 Bijlagen
4.1 Tabel sensoren 10k NTC
Temperatuur Waarde Temperatuur Waarde
-10 °C 55,33 kΩ 55 °C 2,99 kΩ
-5 °C 42,31 kΩ 60 °C 2,49 kΩ
0 °C 32,65 kΩ 65 °C 2,08 kΩ
5 °C 25,39 kΩ 70 °C 1,75 kΩ
10 °C 19,90 kΩ 75 °C 1,48 kΩ
15 °C 15,71 kΩ 80 °C 1,26 kΩ
20 °C 12,49 kΩ 85 °C 1,07 kΩ
25 °C 10,00 kΩ 90 °C 0,92 kΩ
30 °C 8,06 kΩ 95 °C 0,79 kΩ
35 °C 6,53 kΩ 100 °C 0,68 kΩ
40 °C 5,33 kΩ 120 °C 0,59 kΩ
45 °C 4,37 kΩ 110 °C 0,51 kΩ
50 °C 3,60 kΩ 115 °C 0,45 kΩ
Itho ontwikkelt het juiste klimaat
INDEX
A
Algemeen... 3 Analyse ... 3
B
Bijlagen ... 18 G
Geen warm tapwater... 16 H
Het is te koud in de winter (hoofdverblijf) ... 13 Het is te warm in de winter (hoofdverblijf)
... 14 Het is te warm in de zomer (hoofdverblijf)
... 15 K
Kamerthermostaat ... 5 N
Naregeling overige ruimten (koelbedrijf) ... 15 Naregeling overige ruimten
(verwarmingsbedrijf) ... 14
O
Overzicht storingen ... 9 S
Storing oplossen ... 4 Storing warmtepomp of systeem ... 4 Storingen aan het warmtepomp systeem
... 13 Storingen tabel kamerthermostaat... 9 Storingsanalyse ... 3
T
Tabel sensoren ... 18 U
Uitlezen van foutcodes uit thermostaat en WPcom ... 8
V
Vreemde geluiden uit de warmtepomp of warmtepompinstallatie ... 17
W
Warmtepomp doet niets... 16 Warmtepomp storingen... 13