• No results found

Natuur-Wetenschappelijk Centrum

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Natuur-Wetenschappelijk Centrum"

Copied!
20
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

MPGR32010032310260189

GR3 23.03.2010 0189

Natuur-Wetenschappelijk Centrum

LI

Noorderelsweg 4A

3329 KH Dordrecht Tel (078) 6213921 Fax (078) 6210099 www. nwcadvies.nl

e-mail: veen@nwcadvies.nl Bankrelatie:

ABN Amro 50.83.75.800 KvK 41119400

Ingenieursbureau Drechtsteden T.a.v. dhr. R. Penning

Postbus 619 3300 AP Dordrecht

Dordrecht, 22 maart 2010

Uw kenmerk: Per mail d.d. 22 december 2009 Onzeref.:SB10bNWC028

Betreft: Notitie inventarisatie Flora- en faunawet

Geachte heer Penning,

Bijgaand ontvangt u de notitie, in tweevoud, met betrekking tot het voor de gemeente Zwijndrecht uitgevoerde onderzoek. Dit betreft een natuurwaardenonderzoek op het bedrijventerrein "De Geer" in Zwijndrecht.

Bedankt voor de prettige samenwerking en met vriendelijke groet, namens het Natuur-Wetenschappelijk Centrum,

Sharon Boekhout

(2)

Natuurwaardenonderzoek

op het bedrijventerrein "De Geer"

in Zwijndrecht

Maart 2010 P09-125/W459

Auteur: Sharon Boekhout

Natuur-Wetenschappelijk Centrum Noorderelsweg 4A

3329 KH Dordrecht 078-6.21.39.21 veen@nwcadvies.nl www.nwcadvies.nl

(3)

Foto voorzijde: Een nestholte van de Grote bonte specht (Dendrocopos major) in een te rooien Abeel op het bedrijventerrein De Geer in Zwijndrecht

(4)

Natuurwaardenonderzoek op het bedrijventerrein "De Geer" in Zwijndrecht

Opdrachtgever:

Contactpersoon:

Uitvoering:

Aanleiding:

Gemeente Zwijndrecht

Ingenieursbureau Drechtsteden; Robert Penning Natuur-Wetenschappelijk Centrum

De gemeente Zwijndrecht gaat de komende jaren de openbare infrastructuur van het bedrijventerrein De Geer herinrichten. Grofweg houdt dit in dat de wegen, het riool en het groen opnieuw worden ingericht en opgehoogd naar het oorspronkelijke peil. Naar verwachting vindt de herinrichting van het bedrijventerrein plaats in 2011-2012.

Vooruitlopend op de herinrichting zal de oostelijke toe- gangsweg van het bedrijventerrein worden verlegd, dit in verband met de veiligere aansluiting van het bedrijventer- rein op de Geerweg. Hierbij wordt de watergang gedeelte- lijk gedempt, de uiteinden van de te handhaven water- gang worden verbreed en negen bomen worden gekapt.

Deze werkzaamheden worden naar verwachting in de pe- riode februari tot en met april 2010 uitgevoerd. Tevens wil de gemeente in maart 2010 ook elders op het bedrijven- terrein een aantal bomen kappen.

In het kader van de Flora- en faunawet dient, bij ruimtelij- ke ingrepen, onderzoek gedaan te worden naar be- schermde natuurwaarden en een beoordeling gemaakt te worden van eventuele negatieve effecten van de plannen op deze waarden.

Aan het Natuur-Wetenschappelijk Centrum (NWC) is ge- vraagd onderzoek uit te voeren naar de natuurwaarden en te adviseren in het kader van de Flora- en faunawet.

Locatiebeschrijving: De onderzoekslocatie bevindt zich in Zwijndrecht en wordt

ten noorden begrensd door de Geerweg, ten oosten en

ten zuiden door de Houtkoperstraat en ten westen door

Scheepmakersstraat. De onderzoekslocatie is een bedrij-

venterrein en er is een groot aantal bomen aanwezig. Ten

noorden van het bedrijventerrein bevindt zich oppervlak-

tewater, in de vorm van een sloot.

(5)

Methode

Er is een quick-scan uitgevoerd die zich heeft gericht op de beoordeling van de ge- schiktheid van het terrein als leefgebied voor beschermde soorten waarvoor een ont- heffing nodig is en/of waarvoor speciale maatregelen nodig zijn in geval van ruimtelijke ingrepen.

Het onderzoeksgebied is een aantal malen gebiedsdekkend onderzocht. Deze veldbezoeken hebben bestaan uit daginventarisaties waarbij alle soortgroepen zijn geïnventariseerd en waarbij gekeken is naar de geschiktheid van het gebied voor aanvullend beschermde flora en fauna. Specifiek is gekeken naar vleermuizen (geschiktheid van het gebied en de bomen), vogels met een vaste verblijf-plaats en vissen.

Resultaten

De bomen in het plangebied hebben weinig waarde als verblijfplaats voor vleermuizen.

In een te rooien Abeel is een nestholte van een Grote bonte specht Dendrocopos ma-

jor aangetroffen. In de te dempen watergang zijn algemeen beschermde vissoorten

waargenomen.

Conclusie

Het grootste deel van de aanwezige soorten zijn algemene soorten die onder de vrij- stellingsregeling in het kader van de Flora- en faunawet vallen (zie bijlage 1 Tabellen soorten Flora- en faunawet). Er hoeft geen ontheffing te worden aangevraagd.

Uit de bomeninspectie is naar voren gekomen dat de bomen weinig waarde hebben als verblijfplaats voor vleermuizen en dat er op dit moment genoeg bomen overblijven.

Deze kunnen de functie als jacht- of migratieroute blijven vervullen. Geadviseerd wordt om ter compensatie een aantal vleermuiskasten op te hangen.

Voor de Grote bonte specht geldt dat rekening gehouden dient te worden met de broedperiode. Geadviseerd wordt om ter compensatie een aantal spechtenkasten op te hangen.

Daarnaast dient er rekening gehouden te worden met het broedseizoen van vogels.

Binnen deze periode (globaal van 15 maart -15 juli, soortspecifiek), maar ook daarbui- ten, mogen door werkzaamheden geen broedende vogels, hun nesten of jongen ver- stoord worden.

Uit de visinventarisatie is gebleken dat er algemeen beschermde vissoorten aanwezig

zijn. Voor alle vissoorten geldt de zorgplicht. De zorgplicht houdt in dat alle mogelijke

nadelige gevolgen voor (alle) planten en dieren (ook onbeschermde) zoveel mogelijk

(6)
(7)

vermeden moeten worden. Bij het dempen van sloten moeten de aanwezige vissen zoveel mogelijk worden overgezet en/of worden opgedreven naar een andere sloot.

Zekerheidshalve wordt aangeraden hiervoor een ecologisch werkprotocol op te laten stellen.

Aanbevelingen

Aanbevolen wordt geen activiteiten zoals rooien, kappen en grondverzet, in de broed- tijd van vogels uit te voeren, tenzij onderzoek door een deskundige heeft uitgewezen dat van broedgevallen op het moment van slopen of rooien geen sprake is.

Op het moment dat de overige bomen gerooid zullen worden, wordt aanbevolen on-

derzoek uit te laten voeren naar de geschiktheid voor vleermuizen en vogels met een

vaste verblijfplaats.

(8)
(9)

Bijlage 1: Tabellen soorten Flora- en faunawet

Tabel 1: Algemene soorten

Voor deze soorten geldt een vrijstelling. Er hoeft geen ontheffing van de Flora­ en fauna­

wet aangevraagd te worden, maar wel moet de zorgplicht worden nagekomen.

Zooadieren Aardmuis Bosmuis Bunzing Dwergmuis Dwergspitsmuis Egel

Gewone bosspitsmuis Haas

Hermelijn Huisspitsmuis Konijn

Mol

Ondergrondse woelmuis Ree

I Rosse woelmuis

I Tweekleurige bosspitsmuis I Veldmuis

Vos , Wezel

Woelrat

■ Reptielen en amfibieën Bruine kikker

Gewone pad

Kleine watersalamander Middelste groene kikker Meerkikker

Mieren

Behaarde rode bosmier Kale rode bosmier Stronkmier Zwartrugbosmier

Microtus agrestis Apodemus sylvaticus Mustela putorius Micromys minutus

Sorex minutus '

Erinaceus europaeus '

Sorex araneus Lepus europaeus Mustela erminea Crocidura russuia Oryctolagus cuniculus Talpa europaea Microtus subterraneus Capreolus capreolus Clethrionomys glareolus Sorex coronatus

Microtus arvalis Vulpes vulpes Mustela nivalis Arvicola terrestris

Rana temporaria Bufo bufo

Lissotriton vulgaris

Pelophylax klepton esculentus Pelophylax ridibundus

Formica rufa Formica polyctena Formica truncorum Formica pratensis

(10)

Vervolg tabel 1: Algemene soorten

Slakken Wijngaardslak Vaatolanten Aardaker Akkerklokje

Brede wespenorchis Breed klokje

Dotterbloem*

Gewone vogelmelk Grasklokje

Grote kaardenbol Kleine maagdenpalm Knikkende vogelmelk Koningsvaren Slanke sleutelbloem Zwanenbloem

Helix pomatia

Lathyrus tuberosus

Campanula rapunculoides Epipactis helleborine Campanula latifolia Caltha palustris

Omithogalum umbellatum Campanula rotundifolia Dipsacus fullonum

Vinca minor

Omithogalum nutans Osmunda regalis Primula elatior Butomus umbellatus

* Uitgezonderd de ondersoort Spindotterbloem (Caltha palustris araneosa), deze staat in tabel 2 van de Flora- en faunawet

(11)

Tabel 2: Overige soorten

Als een goedgekeurde gedragscode van toepassing is op de activiteiten geldt een vrij- stelling. Er hoeft geen ontheffing van de Flora- en faunawet aangevraagd te worden, maar de activiteiten moeten aantoonbaar worden uitgevoerd zoals in de gedragscode staat. Tevens geldt de zorgplicht.

Als niet gewerkt kan worden volgens een goedgekeurde gedragscode, maar wel maatre- gelen genomen kunnen worden om de functionaliteit van de voortplantings- en/of vaste rust- en verblijfplaats te garanderen, hoeft geen ontheffing van de Flora- en faunawet aangevraagd te worden. Om zeker te weten of de mitigerende maatregelen voldoende zijn en er inderdaad geen ontheffing nodig is, kan een ontheffing aangevraagd worden om de maatregelen (goed) te laten keuren.

Als niet gewerkt kan worden volgens een goedgekeurde gedragscode en geen maatrege- len genomen kunnen worden om de functionaliteit van de voortplantings- en/of rust- en verblijfplaats te garanderen, dient een ontheffing aangevraagd te worden. De aanvraag wordt beoordeeld op de volgende punten:

• In welke mate wordt de functionaliteit van de vaste voortplantings-, rust- en/of verblijfplaats aangetast door de activiteiten?

• Komt de gunstige staat van instandhouding niet in gevaar?

Zooadieren Damhert Edelhert Eekhoorn Grijze zeehond Grote bosmuis Steenmarter Wild zwijn

Reptielen en amfibieën Alpenwatersalamander Levendbarende hagedis Dagvlinders

Moerasparelmoervlinder Vals heideblauwtje Vissen

Bermpje

Kleine modderkruiper Giebel

Cervus dama Cervus elaphus Sciurus vulgaris Halichoerus grypus Apodemus flavicollis Martes foina

Sus scrofa

Mesotriton alpestris Zootoca vivipara

Euphydryas aurinia Lycaeides idas

Barbatula barbatula Cobitis taenia Carassius gibelio

(12)

Vervolg tabel 2: Overige soorten

Vervola vissen Marmergrondel Meerval

Rivierdonderpad Witvingrondel

Vaatolanten

Aangebrande orchis Aapjesorchis

Beenbreek Bergklokje Berg nachtorchis Bijenorchis Blaasvaren Blauwe zeedistel Bleek bosvogeltje Bokkenorchis Brede orchis

Bruinrode wespenorchis i Daslook

Dennenorchis Duitse gentiaan Franjegentiaan

Geelgroene wespenorchis Gele helmbloem

Gevlekte orchis Groene nachtorchis Groensteel

Grote keverorchis Grote muggenorchis Gulden sleutelbloem Harlekijn

Herfstschroeforchis Hondskruid

Honingorchis Jeneverbes Klein glaskruid Kleine keverorchis Kleine zonnedauw Klokjesgentiaan

Proterorhinus semilunaris Silurus glanis

Cottus perifretum Romanogobio belingi

Orchis ustulata Orchis simia

Narthecium ossifragum Campanula rhomboidalis Platanthera chlorantha Ophrys apifera

Cystopteris fragilis Eryngium maritimum Cephalantera damasonium Himantoglossum hircinum Dactylorhiza majalis majalis Epipactis atrorubens Allium ursinum

Goodyera repens Gentianella germanica Gentinella ciliata Epipactis muelleri Pseudofumaria lutea Dactylorhiza maculata Coeloglossum viride Asplenium viride Neottia ovata

Gymnadenia conopsea Primula veris

Orchis morio Spiranthes spiralis Anacamptis pyramidalis Herminium monorchis Juniperus communis Parietaria judaica Listera cordata Drosera intermedia Gentiana pneumonanthe

(13)

Vervolg tabel 2: Overige soorten

Vervola vaatolanten Kluwenklokje Koraalwortel Kruisbladgentiaan Lange ereprijs Lange zonnedauw Mannetjesorchis Maretak

Moeraswespenorchis Muurbloem

Pamassia Pijlscheefkelk Poppenorchis Prachtklokje Purperorchis Rapunzelklokje

Rechte driehoeksvaren Rietorchis

i Ronde zonnedauw Rood bosvogeltje i Ruig klokje

Schubvaren Slanke gentiaan Soldaatje i Spaanse ruiter

Spindotterbloem Steenanjer Steenbreekvaren

Stengelloze sleutelbloem Stengelomvattend havikskruid Stijf hardgras

Tongvaren Valkruid Veenmosorchis Veldgentiaan Veldsalie

Vleeskleurige orchis Vliegenorchis Vogelnestje Voorjaarsadonis

Campanula glomerata Corallorhiza trifida Gentiana cruciata Veronica longifola Drosera anglica Orchis mascula Viscum album Epipactis palustris Erysimum cheiri Pamassia palustris Arabis hirsuta sagittata Aceras anthropophorum Campanula persicifolia

Orchis purpurea 1 Campanula rapunculus 1 Gymnocarpium robertianum

Dactylorhiza majalis praetermissa Drosera rotundifolia

Cephalanthera rubra Campanula trachelium Ceterach officinarum Gentianella amarella Orchis militaris Cirsium dissectum Caltha palustris araneosa Dianthus deltoides Asplenium trichomanes Primula vulgaris

Hieracium amplexicaule Catapodium rigidum Asplenium scolopendrium Arnica montana

Hammarbya paludosa Gentianella campestris Salvia pratensis Dactylorhiza incamata Ophrys insectifera Neottia nidus-avis Adonis vernalis

(14)

Vervolg tabel 2: Overige soorten

Vervola vaatolanten Wantsenorchis Waterdrieblad Weideklokje

Welriekende nachtorchis Wilde gagel

Wilde herfststijlloos Wilde kievitsbloem Wilde marjolein Wit bosvogeltje Witte muggenorchis Zinkviooltje

Zomerklokje Zwartsteel Kevers Vliegend hert Kreeftachtiaen Rivierkreeft

Orchis coriophora Menyanthes trifoliata Campanula patuia Platanthera bifolia Myrica gale

Colchicum autumnale Fritillaria meleagris Origanum vulgare Cephalanthera longifolia Pseudorchis albida Viola lutea calaminaria Leucojum aestivum

Asplenium adiantum-nigrum

Lucanus census

Astacus astacus

(15)

Soorten van Tabel 3: Soorten bijlage 1 AMvB/bijlage IV HRL

Als maatregelen genomen kunnen worden om de functionaliteit van de voortplantings- en/of vaste rust- en verblijfplaats te garanderen, hoeft geen ontheffing van de Flora- en faunawet aangevraagd te worden. Om zeker te weten of de mitigerende maatregelen voldoende zijn en er inderdaad geen ontheffing nodig is, kan een ontheffing aangevraagd worden om de maatregelen (goed) te laten keuren.

Als geen maatregelen genomen kunnen worden om de functionaliteit van de voortplan- tings- en/of rust- en verblijfplaats te garanderen, dient een ontheffing aangevraagd te worden op grond van een wettelijk belang uit artikel 2 van het Besluit vrijstelling be- schermde dier- en plantensoorten (soorten bijlage 1 AMvB) of uit de Habitatrichtlijn (soor- ten bijlage IV HRL).

Deze belangen zijn:

• Bescherming van flora en fauna (b)

• Volksgezondheid of openbare veiligheid (d)

• Dwingende reden van groot openbaar belang, met inbegrip van redenen van so- ciale of economische aard en voor het milieu wezenlijk gunstige effecten (e) En alléén voor soorten van bijlage 1 AMvB:

• Uitvoering werkzaamheden in het kader van ruimtelijke inrichting of ontwikkeling Ü)

De aanvraag wordt beoordeeld op de volgende punten:

• In welke mate wordt de functionaliteit van de vaste voortplantings-, rust- en/of verblijfplaats aangetast door de activiteiten?

• Is er een wettelijk belang (belang b, d, e of j)?

• Is er een bevredigende oplossing?

• Komt de gunstige staat van instandhouding niet in gevaar?

Soorten bijlage 1 AMvB:

Zoogdieren Boommarter Das

Eikelmuis

Gewone zeehond Veldspitsmuis Waterspitsmuis Reptielen en amfibieën Adder

Martes martes Meles meles Eliomys quercinus Phoca vitulina Crocidura leucodon Neomys fodiens

Vipera berus

(16)

Vervolg tabel 3: Soorten bijlage 1 AMvB/bijlage IV HRL

Vervolg soorten bijlage 1 AMvB:

Vervola reptielen en amfibieën Hazelworm

Ringslang

Vinpootsalamander Vuursalamander Vissen

Beekprik Bittervoorn Elrits

Gestippelde alver Grote modderkruiper Rivierprik

Daavlinders Bruin dikkopje Dwergblauwtje Dwergdikkopje Groot geaderd witje Grote ijsvogelvlinder Heideblauwtje lepepage

Kalkgraslanddikkopje Keizersmantel Klaverblauwtje

Purperstreepparelmoervlinder Rode vuurvlinder

Rouwmantel

Tweekleurig hooibeestje Veenbesparelmoervlinder Veenhooibeestje

Veldparelmoervlinder Woudparelmoervlinder Zilvervlek

Vaatolanten Groot zeegras

Anguis fragilis Natrix natrix

Lissotriton helveticus Salamandra salamandra

Lampetra planeri Rhodeus amarus Phoxinus phoxinus Albumoides bipunctatus Misgurnus fossilis Lampetra fluviatilis

Erynnis tages Cupido minimus Thymelicus acteon Aporia crataegi Limenitis populi Plebeius argus Satyrium w-album Spialia sertorius Argynnis paphia

Polyommatus semiargus Brenthis ino

Lycaena hippothoe Nymphalis antiopa Coenonympha arcania Euphydryas aurinia Coenonympha tullia Melitaea cinxia Melitaea diamina Bolaria euphrosyne

Zostera marina

(17)

»1 AMvB/bijlage IV HRL

Vervolg tabel 3: Soorten bijlage 1

Dytiscus latissimus Graphoderus bilineatus Cerambyx cerdo Osmoderma eremita

Unio crassus Anisus vorticulus

Soorten bijlage IV HRL:

Zoogdieren

Bechstein's vleermuis Bever

Bosvleermuis Brandt's vleermuis Bruinvis

Euraziatische lynx Franjestaart

Gewone baardvleermuis Gewone dolfijn

Gewone dwergvleermuis Gewone grootoorvleermuis Grijze grootoorvleermuis Grote hoefijzerneus Hamster

Hazelmuis

Ingekorven vleermuis Kleine dwergvleermuis Kleine hoefijzerneus Laatvlieger

Meervleermuis Mopsvleermuis

Nathusius' dwergvleermuis Noordse woelmuis

Otter

Rosse vleermuis Tuimelaar

Tweekleurige vleermuis Vale vleermuis

Watervleermuis Wilde kat Witflankdolfijn Witsnuitdolfijn

Reptielen en amfibieën Boomkikker

Geelbuikvuurpad Gladde slang

(18)

/lvB/bijlage IV HRL Vogels

Rana arvalis

rriturus cristatus

°elobates fuscus

Dodarcis muralis

Delophylax lessonae zpidalea calamita

\lytes obstetricans .acerta agilis

\/laculinea nausithous .ycaena dispar

Waculinea teleius Waculinea arion loenonympha hero

Dxygastra curtusii Dphiogomphus cecilia .eucorrhinia pectoralis

\eshna viridis

Sympecma paedisca .eucorrhinia albifrons Somphus flavipes .eucorrhinia caudalis

Zoregonus maraena

\cipenser sturio

-uronium natans Jparis loeselii

\pium repens

Spiranthes aestivalis

Als maatregelen genomen kunnen worde en/of vaste rust- en verblijfplaats te garai faunawet aangevraagd te worden. Om 2 voldoende zijn en er inderdaad geen onthi worden om de maatregelen (goed) te later Als geen maatregelen genomen kunnen tings- en/of rust- en verblijfplaats te gan worden op grond van een wettelijk belang Deze belangen zijn:

• Bescherming van flora en fauna (l

• Veiligheid van het luchtverkeer (c)

• Volksgezondheid of openbare veil De aanvraag wordt beoordeeld op de volg

• In welke mate wordt de function;

verblijfplaats aangetast door de ac

• Is er een wettelijk belang (belang I

• Is er een bevredigende oplossing'

• Komt de gunstige staat van instan Bescherming van vogelnesten

Artikel 11 van de Flora- en faunawet luidt:

"Het is verboden nesten, holen of andere van dieren, behorende tot een beschermt nielen, uit te halen, weg te nemen ofte vei Tijdens de werkzaamheden moet rekenin*

vogels. De Flora- en faunawet kent geen gaat er om of er sprake is van een broed zoen een nieuw nest of zijn in staat om ee eenmalig gebruik vallen alleen tijdens het der de bescherming van artikel 11 van de ontheffing nodig voor werkzaamheden buil len worden getroffen die voorkomen dat d<

dens het broedseizoen.

Een (beperkt) aantal soorten bewoont hel naar hetzelfde nest. Verblijfplaatsen van d<

• Nesten die het hele jaar door zijn t

• Nesten die niet het hele jaar door 2

(19)

Nesten die het hele jaar door zijn beschermd

Voor de volgende categorieën gelden de verbodsbepalingen van artikel 11 van de Flora- en faunawet het gehele seizoen:

1. Nesten die, behalve gedurende het broedseizoen als nest, buiten het broedseizoen in gebruik zijn als vaste rust- en verblijfplaats (voorbeeld: Steenuil).

2. Nesten van koloniebroeders die elk broedseizoen op dezelfde plaats broeden en die daarin zeer honkvast zijn of afhankelijk zijn van bebouwing of biotoop. De (fysieke) voorwaarden voor de nestplaats zijn vaak zeer specifiek en limitatief beschikbaar (voorbeeld: Roek, Gierzwaluw en Huismus).

3. Nesten van vogels, zijnde geen koloniebroeders, die elk broedseizoen op dezelfde plaats broeden en die daarin zeer honkvast zijn of afhankelijk van bebouwing. De (fy- sieke) voorwaarden voor de nestplaats zijn vaak zeer specifiek en limitatief beschik- baar (voorbeeld: Ooievaar, Kerkuil en Slechtvalk).

4. Vogels die jaar in jaar uit gebruik maken van hetzelfde nest en die zelf niet of nauwe- lijks in staat zijn een nest te bouwen (voorbeeld: Boomvalk, Buizerd en Ransuil).

Nesten die niet het hele jaar door zijn beschermd

5. Nesten van vogels die weliswaar vaak terugkeren naar de plaats waar zij het jaar daarvoor hebben gebroed of de directe omgeving daarvan, maar die wel over vol- doende flexibiliteit beschikken om, als de broedplaats verloren is gegaan, zich elders te vestigen. Categorie 5-soorten vragen extra onderzoek, ook al zijn hun nesten niet jaarrond beschermd; deze soorten zijn namelijk wel jaarrond beschermd als zwaar- wegende feiten of ecologische omstandigheden dat rechtvaardigen.

Aangepaste lijst jaarrond beschermde vogelnesten die momenteel door LNV wordt ge- hanteerd:

Nesten van Boomvalk Buizerd Gierzwaluw

de volgende soorten zijn jaarrond beschermd indien ze nog in functie zijn:

Grote gele kwikstaart Havik

Huismus Kerkuil Oehoe Ooievaar Ransuil Roek Slechtvalk Sperwer

Falco subbuteo Buteo buteo Apus apus Motacilla cinerea Accipiter gentilis Passer domesticus Tyto alba

Bubo bubo Ciconia ciconia Asio otus

Corvus frugilegus Falco peregrinus Accipiter nisus

(20)

deze behouden blijven of anders tijdig op een goede manier vervangen worden. De func- tie die het leefgebied voor de betreffende populatie vervult moet onverminderd blijven be- staan.

Om te voorkomen dat dieren gedood, verwond of actief verstoord worden, kunnen de volgende maatregelen nodig zijn:

• niet slopen in de winterslaapperiode (in deze periode kan zelden met zekerheid worden vastgesteld dat vleermuizen afwezig zijn in een potentieel geschikt en onoverzichtelijk object, omdat ze dan ook 's nachts passief zijn. Dat maakt ze in deze periode overigens extra kwetsbaar);

• vlak voor de sloop onderzoeken of er individuen aanwezig zijn in het te slopen object. Zijn deze wel aanwezig dan geldt dat in geval van een significant belang- rijke verblijfplaats gewacht moet worden tot het dier of de dieren weg zijn, anders kan het dier/kunnen de dieren ook passief verjaagd worden (door verstoring van het microklimaat of 's nachts dichten van de invliegopening) mits zij niet verwond, gedood of actief verstoord worden.

Bij het verdwijnen van een verblijfplaats kunnen maatregelen bestaan uit het aanbieden van inpandige voorzieningen in nieuwbouw, zodat deze geschikt is voor vleermuizen om in te verblijven.

Om zeker te weten of de geplande maatregelen voldoende zijn kan een ontheffing aan- gevraagd worden bij de Dienst Regelingen. Een afwijzingsbrief, die stelt dat geen onthef- fing nodig is, 'omdat als de voorgestelde maatregelen genomen worden er immers geen verboden overtreden worden' geldt als goedkeuring van de voorgestelde maatregelen.

Zijn de maatregelen niet voldoende, dan moeten deze aangepast worden. Als dat niet mogelijk is, is een ontheffing nodig. Deze wordt alleen verstrekt in geval van projecten waarbij sprake is van groot openbaar belang.

Jachtgebied en vliegroutes

Naast verblijfplaatsen bestaat het leefgebied van vleermuizen uit foerageergebied en vliegroutes (vaak bomenrijen of waterlopen). Deze zijn ook beschermd als zij van signifi- cant belang zijn. Zij gelden als significant belangrijk indien, bij aantasting, de functionali- teit van de verblijfplaats(en) in het geding komt. Is dat het geval, dan zijn maatregelen nodig die dit voorkomen, anders is een ontheffing nodig. Ook hier geldt dat deze alleen verstrekt wordt in geval van projecten waarbij sprake is van groot openbaar belang.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

en in Haarlem enkele dagen langer). De betaling vond in Haarlem en Amsterdam gemiddeld een week na de vervaldag van de eerste trans- actietermijn plaats, in Utrecht en Dordrecht

Als geen maatregelen genomen kunnen worden om de functionaliteit van de voortplantings- en/of rust- en verblijfplaats te garanderen of wanneer compenserende

Sinds de oprichting van de eerste Russische processor voor kunstmatige intelligentie op de kern van NeuroMatrix, heeft de Scientific and Technical Center Module acht

Voor soorten die niet zijn vrijgesteld dient gewerkt te worden volgens een goedgekeurde gedragscode, of dient bij de aantasting van exemplaren nesten, voortplantings- of

Voor deze soorten geldt, ook wanneer wordt gewerkt volgens een goedgekeurde gedragscode, geen vrijstelling voor ruimtelijke ontwikkeling en inrichting. Ontheffing voor het

Voor deze soorten dient een ontheffing aangevraagd te worden, welke aan vier criteria wordt getoetst (zware toets): de functionaliteit van de voortplantings- en/of vaste rust-

We kunnen dan toch op zijn minst van enige reflectie door de auteur spreken en de lezer krijgt dan ook zeker lessons lear- ned te lezen, waarmee hij zijn voordeel kan doen voor

De kans op schade bij de Perciden groter dan 15 centimeter kent - net als bij Cy- priniden groter dan 15 centimeter - bij veel opvoerwerken een groot betrouwbaar- heidinterval, dus