• No results found

Nieuw Beschut Werk. Een eerste inventarisatie voor Werkplein Fivelingo. Datum : 18 april 2017 Versie : 1.4

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Nieuw Beschut Werk. Een eerste inventarisatie voor Werkplein Fivelingo. Datum : 18 april 2017 Versie : 1.4"

Copied!
31
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Nieuw Beschut Werk

Een eerste inventarisatie voor Werkplein Fivelingo

Datum : 18 april 2017 Versie : 1.4

(2)

Werkplein Fivelingo - Nieuw Beschut Werk - versie 1.4 DEF (18-04-17).docx

- 2 -

Versiebeheer

Versie Datum Wijzigingen Afgestemd met Vastgesteld

1.0 10-03-2017 Nieuw Beschut Werk | Een eerste inventarisatie voor Werkplein Fivelingo

Werkgroep Nieuw

Beschut Werk

1.1 20-03-2017 Tekstuele aanpassingen Werkgroep Nieuw

Beschut Werk

1.2 30-03-2017 Tekstuele aanpassingen MT Werkplein Fivelingo 21-03-2017

1.3 03-04-2017 blz.11 onder scenario B toegevoegd: De LKS afkomstig uit het BUIG-budget is permanent onderdeel voor elk geplaatste ‘Nieuw Beschutte Werkplek’.

Werkgroep Nieuw

Beschut Werk

1.4 18-04-2017 Toegevoegd: Managementsamenvatting Directeur

Werkplein Fivelingo

Referentie

Organisatie: Gemeenschappelijke Regeling Werkplein Fivelingo Opdrachtgever: MT Werkplein Fivelingo

Samenstelling: Jaap Zwama, Bart Duursma, Aaldrik Jager, Bart Lensink Datum: 18-04-2017

Versie: 1.4

Naam document: Werkplein Fivelingo - Nieuw Beschut Werk - versie 1.4 DEF (18-04-17).docx

(3)

Werkplein Fivelingo - Nieuw Beschut Werk - versie 1.4 DEF (18-04-17).docx

- 3 -

Inhoud

1

M a n a g e m e n t s a m e n v a t t i n g . . . 5

2

I n l e i d i n g . . . 7

3

W e t t e l i j k e k a d e r s . . . 8

3.1

Inleiding ... 8

3.2

Doelgroep ... 8

3.3

Aantallen beschut werkplekken per gemeente ... 9

3.4

Arbeidsvoorwaarden ... 10

4

F i n a n c i ë l e k a d e r s . . . 1 2

4.1

Inleiding ... 12

4.2

Lasten en baten Nieuw Beschut Werk ... 12

4.3

Toelichting lasten en baten ... 14

4.3.1

Beloning ... 14

4.3.2

Begeleidingskosten ... 14

4.3.3

Organisatiekosten ... 14

4.3.4

Verdienvermogen ... 15

4.3.5

Middelen voor begeleiding (Participatiebudget) ... 15

4.3.6

Middelen voor loonkostensubsidie (I-deel) ... 15

4.3.7

Lage inkomensvoordeel (LIV) ... 16

4.3.8

Extra financiële impuls ... 16

5

O r g a n i s a t i e . . . 1 8

5.1

Inleiding ... 18

5.2

Werkwijze UWV ... 18

5.3

Intake en indicatiestelling ... 19

5.4

Verordeningen ... 20

5.5

Plaatsing ... 20

5.6

Overwegingen ... 21

6

B i j l a g e n . . . 2 3

Bijlage 1: Overzicht nieuw-oud artikelen 10b en 10d van de Participatiewet ... 24

Bijlage 2: Bronnen ... 25

(4)

Werkplein Fivelingo - Nieuw Beschut Werk - versie 1.4 DEF (18-04-17).docx

- 4 -

Leeswijzer

Hoofdstuk 1 is de managementsamenvatting van de eerste inventarisatie voor Nieuw Beschut Werk bij Werkplein Fivelingo.

Hoofstuk 2 is de inleiding

Hoofdstuk 3 behandelt het wettelijke kader van het Nieuw Beschut Werken en geeft een weergave van de taakgestelde aantallen beschut werkplekken per gemeente. We beschouwen Nieuw Beschut Werken als tijdelijke voorziening met een maximale omloop van 2 jaar. Daarna wordt de mogelijkheid van uitstroom naar werk bij een werkgever onderzocht en wordt de beschutte werkplek voor een ander beschikbaar gesteld.

Hoofdstuk 4 gaat nader in op de lasten en baten van het Nieuw Beschut Werken. Er worden drie scenario’s uitgewerkt; een maximale variant van 40 uur (100%), een minimale variant van 20 uur (50%) en een tussenvariant van 32 uur (80%). De tussenvariant (scenario B) wordt als praktisch meest haalbaar beschouwd. Een werkplek voor onbepaalde tijd heeft als financieel risico dat er bovenop de loonkostensubsidie en het verdienvermogen toch permanent geld bij moet. Dat wordt alleen de eerste jaren gecompenseerd door de besparing op de uitkering.

Hoofdstuk 5 behandelt de organisatorische consequenties van het Nieuw Beschut Werken, zoals de indicatiestelling, de gemeentelijke verordening en de plaatsing.

In de bijlagen wordt een overzicht van nieuw-oud artikelen 10b en 10d van de Participatiewet gepresenteerd en een overzicht van de gebruikte bronnen.

(5)

Werkplein Fivelingo - Nieuw Beschut Werk - versie 1.4 DEF (18-04-17).docx

- 5 -

1 Managementsamenvatting

Algemeen kader

Met inwerkingtreding per 1 januari 2017 van de Wijziging van de Participatiewet en enkele andere wetten in verband met het verplichten van beschut werk en met betrekking tot het quotum van arbeidsbeperkten en het openstellen van de Praktijkroute (Stb. 2016, 519), is het voor gemeenten verplicht om de voorziening beschut werk aan te bieden aan personen die daarop zijn aangewezen.

Het gaat om mensen die door hun lichamelijke, verstandelijke of psychische beperking een zodanig hoge mate van (structurele) begeleiding of aanpassing van de werkplek nodig hebben, dat niet van een werkgever mag worden verwacht dat hij deze mensen in dienst neemt. Wat betreft de verdere uitwerking van beschut werk (werkgeverschap, arbeidsvoorwaarden en begeleiding) zijn gemeenten vrij om keuzes te maken.

De Regeling Beschut Werk is een verplichting voor de gemeente om in een jaar beschut werk aan te bieden voor zover de behoefte daartoe bestaat (behoefte wordt bepaald door het aantal door UWV afgegeven positieve adviezen). In een ministeriële regeling is vastgelegd hoeveel beschutte plekken gemeenten moeten realiseren, als de behoefte zich voordoet.

De financiële middelen die aan gemeenten beschikbaar zijn gesteld om beschut werk te realiseren gaan uit van dienstverbanden van gemiddeld 31 uur per week; de gerealiseerde beschutte plekken worden dan ook ‘geteld’ in eenheden van 31 uur per week.

Wat betekent dit voor Werkplein Fivelingo?

Voor de gemeenten Delfzijl, Appingedam en Loppersum zijn dat er samen minimaal 11 per ultimo 2017 en 18 per ultimo 2018 (dat is een groei van 7 in 2018 ten opzichte van de eindejaarsstand 2017).

Voor de in 2015 en 2016 niet gerealiseerde plekken krijgen we vijf jaar de tijd om die achterstand in te lopen. Dit inhalen wordt verspreid over de jaren 2017 – 2021 (daar hebben de gemeenten vorig jaar al een vergoeding voor ontvangen).

Bij de financiering van het Participatiebudget en het macrobudget I-deel wordt rekening gehouden met een geleidelijke opbouw van het aantal beschut werkplekken. Per beschutte werkplek zijn de volgende middelen per jaar beschikbaar:

- voor de begeleiding en de inzet van werkvoorzieningen in het Participatiebudget: € 8,500;

- een loonkostensubsidie (70%) in het BUIG-budget: € 14.000;

- de geschatte maximale loonwaarde van de werknemer op een beschutte werkplek: € 4.800;

- het Lage Inkomens Voordeel (LIV): € 1.000;

- de bonus ‘impuls beschut werk’ tot 2020: € 3.000;

- additionele middelen van gemeenten na aftrek van de kosten.

(6)

Werkplein Fivelingo - Nieuw Beschut Werk - versie 1.4 DEF (18-04-17).docx

- 6 -

De kosten zijn als volgt ingeschat op basis van een inzetbaarheid van 32 uur (80%):

- loonkosten 80% van het wettelijk minimum loon: € 20.000;

- begeleidingskosten: € 5.000;

- organisatiekosten, toegerekende overhead: € 5.000.

We beschouwen Nieuw Beschut Werken als tijdelijke voorziening met een maximale omloop van 2 jaar. Daarna wordt de mogelijkheid van uitstroom naar werk bij een werkgever onderzocht en wordt de beschutte werkplek voor een ander beschikbaar gesteld.

Samenvatting

Uitgaande van de taakstelling voor 2017 en 2018 zien de lasten en baten er samengevat als volgt uit:

Werkplein Fivelingo norm taakstelling taakstelling

Lasten en baten beschut werk in € 2017 2018

Aantal werkzaam in beschut werk 1 11 18

Lasten

- Loonkosten (80% WML) 20.000 220.000 360.000

- Lage inkomensvoordeel -1.000 -11.000 -18.000

- Begeleidingskosten 5.000 55.000 90.000

- Organisatiekosten 5.000 55.000 90.000

Totaal lasten 29.000 319.000 522.000

Baten

- Loonkostensubsidie 70% 14.000 154.000 252.000

- Middelen begeleiding 8.500 93.500 153.000

- Verdienvermogen NTW 4.800 52.800 86.400

Totaal baten 27.300 300.300 491.400

Resultaat -1.700 -18.700 -30.600

Additionele baten

- Bonus (2016-2020) 3.000 33.000 54.000

Resultaat 1.300 14.300 23.400

Toelichting: de lasten zijn gebaseerd op de kosten gedurende een heel jaar; in de praktijk kunnen deze kosten lager zijn naar rato van het aantal werkzame maanden in het jaar. De baten zijn gebaseerd op het aantal werkzame personen in beschut werk per ultimo van het jaar; dat is het meetmoment voor het Rijk. In 2018 is er dus een groei van het aantal geplaatsten met 7 personen met een inzetbaarheid van 31 uur per week.

(7)

Werkplein Fivelingo - Nieuw Beschut Werk - versie 1.4 DEF (18-04-17).docx

- 7 -

2 Inleiding

Per 1 januari zijn gemeenten verplicht onder bepaalde voorwaarden beschut werk aan te bieden.

Door een wijziging van de Participatiewet is het vanaf die datum mogelijk dat mensen zelf een advies beschut werk bij het UWV aanvragen. Dat was eerder voorbehouden aan gemeenten.

Voor gemeenten heeft de wetswijziging grote gevolgen omdat zij nu verplicht een (nog te bepalen) aantal plekken beschut werk in moeten vullen en daarbij niet langer zelf keuzes kunnen maken over de invulling van het begrip 'beschut werk'.

In een ministeriële regeling is vastgelegd hoeveel beschutte plekken gemeenten moeten realiseren, als de behoefte zich voordoet. Over de exacte hoogte van deze aantallen vindt momenteel nog overleg plaats. Wat betreft de verdere uitwerking van beschut werk (werkgeverschap, arbeidsvoorwaarden en begeleiding) zijn gemeenten vrij om keuzes te maken.

Doel van deze notitie is om een eerste inventarisatie te maken van de mogelijkheden voor beschut werk bij Werkplein Fivelingo binnen de gestelde wettelijke en financiële kaders.

(8)

Werkplein Fivelingo - Nieuw Beschut Werk - versie 1.4 DEF (18-04-17).docx

- 8 -

3 Wettelijke kaders

3.1 Inleiding

Doel van de Participatiewet is te stimuleren dat mensen zoveel mogelijk betaald aan het werk gaan.

Met inwerkingtreding per 1 januari 2017 van de Wijziging van de Participatiewet en enkele andere wetten in verband met het verplichten van beschut werk en met betrekking tot het quotum van arbeidsbeperkten en het openstellen van de Praktijkroute (Stb. 2016, 519), is het voor gemeenten verplicht om de voorziening beschut werk aan te bieden aan personen die daarop zijn aangewezen.

Beschut werk is werk in een beschutte omgeving onder aangepaste omstandigheden. Er is sprake van beschut werk als aan onderstaande voorwaarden is voldaan:

- het College draagt mensen voor een advies beschut werk voor bij het UWV.

- het UWV geeft een positief advies beschut werk af.

- het College besluit vervolgens dat de betreffende persoon uitsluitend beschut kan werken.

- het College zorgt ervoor dat de betreffende persoon met een dienstbetrekking op een beschut werkplek wordt geplaatst (artikel 10b Participatiewet).

3.2 Doelgroep

De doelgroep voor beschut werk bestaat uit mensen die uitsluitend in een beschutte omgeving onder aangepaste omstandigheden mogelijkheden tot arbeidsparticipatie hebben. Het gaat bij beschut werk om mensen die vanwege hun beperking een hoge mate van begeleiding of aanpassing van de werkplek nodig hebben. De voorziening is juist bedoeld voor mensen die met deze ondersteuning wel in staat zijn om loonvormende arbeid te verrichten.

Het onderscheid met arbeidsmatige dagbesteding is:

- Er is sprake van loonvormende arbeid;

- Het gaat om werk in een dienstbetrekking;

- Alleen mogelijk met een advies beschut werk van het UWV.

Tot de doelgroep beschut werk behoren mensen die (nog) niet in een reguliere baan kunnen werken, ook niet met extra begeleiding en ondersteuning, maar uitsluitend in een beschutte omgeving onder aangepaste omstandigheden mogelijkheden tot arbeidsparticipatie hebben. Het gaat om mensen die door hun lichamelijke, verstandelijke of psychische beperking een zodanig hoge mate van (structurele) begeleiding of aanpassing van de werkplek nodig hebben, dat niet van een werkgever mag worden verwacht dat hij deze mensen in dienst neemt. Ook niet met extra voorzieningen van gemeente of het UWV. Dit onderscheidt de doelgroep beschut werk van de doelgroep voor de banenafspraak.

(9)

Werkplein Fivelingo - Nieuw Beschut Werk - versie 1.4 DEF (18-04-17).docx

- 9 - Of iemand in aanmerking komt voor beschut werk hoeft niets te zeggen over de mate van productiviteit van deze persoon. Beschut werk is juist bedoeld voor mensen die met (structurele) ondersteuning of aanpassing van de werkplek wel in staat zijn om loonvormende arbeid te verrichten.

Dit onderscheidt beschut werk van dagbesteding.

Ook mensen met een UWV-uitkering kunnen voor een beschut werkplek in aanmerking komen, als zij aan de criteria voor de doelgroep voldoen (zie vraag 2 –Voor wie is beschut werk bedoeld?). Het UWV kan niet zelf een beschut werkplek organiseren. Dit loopt altijd via de gemeente. UWV en gemeenten kunnen afspraken maken over de inzet van een beschut werkplek door de gemeente voor iemand met een uitkering van het UWV. Hieronder wordt dit nader toegelicht.

Gemeentelijke ondersteuning aan mensen met een UWV-uitkering

Voor mensen met een uitkering van het UWV (zoals in het kader van de Wajong en WAO/WIA) is in beginsel het UWV verantwoordelijk voor ondersteuning bij het vinden van werk en voor het aanbieden van voorzieningen hierbij.

In de Participatiewet (artikel 7, zevende lid) is geregeld dat gemeente en het UWV ook iets anders kunnen afspreken. Gemeente en het UWV kunnen overeenkomen dat de gemeente mensen ondersteunt aan wie het UWV een uitkering verstrekt. De gemeente kan deze mensen dan ook een voorziening aanbieden. Zo kan voor mensen met alle typen UWV-uitkeringen door de gemeente de voorziening beschut werk worden ingezet. Wel moet vaststaan dat betrokkene tot de doelgroep beschut werk hoort: de gemeente moet dus eerst bij het UWV een advies beschut werk aanvragen.

Gemeenten en UWV moeten bij overname van de ondersteuning door de gemeente samen nadere afspraken maken over de financiering. In het budget dat gemeenten voor beschut werk beschikbaar hebben (macro voor 30.000 plekken, zie ook vraag 4) is rekening gehouden met de financiering van beschut werkplekken voor de UWV-populatie.

Mensen met een Wajong-uitkering

Een belangrijk deel van de UWV-populatie op de Wsw-wachtlijst betreft mensen met een Wajong- uitkering. Beschut werk kan voor mensen met een Wajong-uitkering ook worden ingezet in combinatie met loondispensatie verleend door het UWV. Inzet van loonkostensubsidie door de gemeente is dan dus niet nodig. Ook kan het UWV de jobcoaching leveren voor deze groep. Dan is er sprake van een gedeelde verantwoordelijkheid voor ondersteuning van een cliënt, met voorzieningen van zowel het UWV als de gemeente. UWV werkt aan een landelijk arrangement voor deze groep. Het spreekt voor zich dat dit zeer zorgvuldige afstemming tussen de gemeente en het UWV vereist.

3.3 Aantallen beschut werkplekken per gemeente

In het vierde lid van het gewijzigde artikel 10b van de Participatiewet is opgenomen dat bij ministeriële regeling het aantal te realiseren beschut werkplekken kan worden vastgesteld per gemeente. Deze aantallen zullen uiteindelijk in 2048 bij elkaar opgeteld overeenkomen met de aantallen in de raming en daarmee de financiering vanuit het Rijk. Bij de gepresenteerde aantallen is uitgegaan van een ‘ingroeipad’ van vijf jaar, zodat gemeenten vijf jaar de tijd krijgen om het aantal plekken te realiseren waar ook in de financiering van de plekken en bij invoering van de Participatiewet vanuit is gegaan.

(10)

Werkplein Fivelingo - Nieuw Beschut Werk - versie 1.4 DEF (18-04-17).docx

- 10 -

Tabel 2.1 Aantallen beschut werkplekken per gemeente (op basis van 31 uur per week)

Werkplein Fivelingo opgave opgave

Aantallen nieuw beschut werk 2017 2018

- Appingedam 2 4

- Delfzijl 6 10

- Loppersum 3 4

Totaal 11 18

Bron:https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/werken-met-arbeidsbeperking/nieuws/2017/01/24/te- realiseren-beschut-werkplekken-2017-en-2018-per-gemeente

Voor de gemeenten Delfzijl, Appingedam en Loppersum zijn dat er samen minimaal 11 per ultimo 2017 en 18 per ultimo 2018 (dat is een groei van 7 in 2018 ten opzichte van de eindejaarsstand 2017).

Voor de in 2015 en 2016 niet gerealiseerde plekken krijgen we vijf jaar de tijd om die achterstand in te lopen. Dit inhalen wordt verspreid over de jaren 2017 – 2021 (daar hebben de gemeenten vorig jaar al een vergoeding voor ontvangen).

De regering verwacht dat in de structurele situatie circa 30.000 plekken nodig zijn voor mensen die zijn aangewezen op beschut werk. Bij de financiering wordt rekening gehouden met dit aantal.

Middelen voor het verstrekken van loonkostensubsidie worden aan het inkomensdeel toegevoegd.

Ook in de integratie uitkering sociaal domein zijn middelen voor de begeleiding en werkaanpassing (gemiddeld 8.500 euro per werknemer) verdisconteerd die rekening houden met de groei van beschutte plekken. Als vuistregel voor het aantal plekken beschut werk kunnen gemeenten uitgaan van ongeveer 1/3 deel van de uitstroom uit de Wsw.

3.4 Arbeidsvoorwaarden

De Participatiewet regelt geen specifieke arbeidsvoorwaarden voor mensen die beschut gaan werken.

Het is aan de sociale partners om hierover afspraken te maken Uit het sociaal akkoord is de keuze voor loonkostensubsidie voortgekomen en een beloning conform de van toepassing zijnde cao dan wel minimaal conform de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag. Daarbij passen geen door de regering gestelde voorwaarden ten aanzien van het beloningsniveau.

Werknemers met beschut werk krijgen een dienstverband gekoppeld aan een cao, waarvoor de gemeenten de rol van werkgever vervullen. Het beloningsniveau begint op het wettelijk minimumloon. Het perspectief is dat mensen die beschut werken er op termijn beperkt op vooruit kunnen gaan. Hierbij kan worden aangesloten bij de voorziene periodieke herbeoordelingen van de kwalificatie voor beschut werk.

Ook bij nieuw beschut werk blijft de mogelijkheid voor gedetacheerd werk bestaan. De werknemer komt dan in dienst bij de gemeente maar voert de werkzaamheden uit bij een andere, reguliere werkgever. Als een werkgever met een werknemer een arbeidsovereenkomst aangaat voor bepaalde tijd eindigt de arbeidsovereenkomst na die periode automatisch.

Partijen kunnen ook besluiten tot een contract voor onbepaalde tijd. Het nieuwe instrument loonkostensubsidie in de Participatiewet is immers niet per definitie tijdelijk. In een dergelijke overeenkomst kan in sommige gevallen worden bepaald dat het contract voortduurt zolang recht

(11)

Werkplein Fivelingo - Nieuw Beschut Werk - versie 1.4 DEF (18-04-17).docx

- 11 - blijft bestaan op loonkostensubsidie. Het beëindigen van het recht op loonkostensubsidie is dan een ontbindende voorwaarde. Een dergelijke voorwaarde – die in feite een inbreuk is op het gesloten systeem van het ontslagrecht - is in jurisprudentie van de Hoge Raad aanvaard onder de voorwaarde dat de werkzaamheden die worden verricht additioneel zijn ten opzichte van de reguliere werkzaamheden van de werkgever. Additioneel betekent dat na vervulling van de voorwaarde geen invulling meer kan worden gegeven aan de arbeidsovereenkomst. Als een werknemer hetzelfde (reguliere) werk verricht en even productief is als andere werknemers voor wie geen loonkostensubsidie is verleend, zal het wegvallen van de loonkostensubsidie geen toestemming voor ontslag opleveren.

In dienst nemen van mensen bij de gemeente betekent dat zij een ambtelijke status krijgen. Dat heeft als gevolg dat ze bijna niet te ontslaan zijn zonder lange procedures, terwijl een groot risico aanwezig is op verzuim door ziekte of niet functioneren. Als iemand wordt ontslagen dan is er een wachtgeldverplichting.

Iemand kan in dienst komen bij Jobber. In dat geval zijn de arbeidsvoorwaarden gestoeld op die van een uitzendorganisatie. Zij zijn dan ook bij werkgevers en andere instanties te detacheren tegen een acceptabel uurloon. Het contract kan maximaal in fase A 78 weken verschillende contracten in fase B maximaal 4 jaar en 6 contracten. Na een half jaar wordt het contract duurder doordat er verplichte deelname aan het pensioenfonds volgt.

Iemand kan ook in dienst bij Jobber komen met een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht.

Hieruit volgt een CAO SW met alle verplichtingen die daaruit voortvloeien met uitzondering van leeftijdsregelingen en terugkeergarantie.

Er bestaan eveneens pensioenverplichtingen opname in pensioenfonds ABP. Er kunnen maximaal 3 contracten voor bepaalde tijd gegeven worden binnen een looptijd van 2 jaar.

Het is mogelijk een contract voor 32 uur aan te bieden, zodat er meer mensen deel kunnen nemen aan de regeling beschut werk. Bij een 32 uur contract kunnen vijf mensen aan de regeling deelnemen tegen vier mensen op basis van een 36-urige werkweek.

We beschouwen Nieuw Beschut Werken als tijdelijke voorziening met een maximale omloop van 2 jaar. Daarna wordt de mogelijkheid van uitstroom naar werk bij een werkgever onderzocht en wordt de beschutte werkplek voor een ander beschikbaar gesteld.

(12)

Werkplein Fivelingo - Nieuw Beschut Werk - versie 1.4 DEF (18-04-17).docx

- 12 -

4 Financiële kaders

4.1 Inleiding

Voor de financiering van het instrument beschut werk zijn de volgende middelen per jaar beschikbaar:

- middelen voor begeleiding en de inzet van werkvoorzieningen in het Participatiebudget (onderdeel integratie-uitkering sociaal domein gemeentefonds);

- middelen voor loonkostensubsidie in het I-deel (BUIG-budget);

- de loonwaarde van de werknemer op een beschut werkplek;

- vanaf 2017 het Lage Inkomens Voordeel (LIV);

- middelen van de impuls beschut werk;

- eventueel additionele middelen van gemeenten.

Bij de financiering van het Participatiebudget en het macrobudget I-deel wordt rekening gehouden met een geleidelijke opbouw van het aantal beschut werkplekken.

4.2 Lasten en baten Nieuw Beschut Werk

Scenario A: loonwaarde 30%, inzetbaarheid 40 uur (100%)

Tabel 3.1 Lasten en baten beschut werk scenario A (in €)

Werkplein Fivelingo

Lasten en baten beschut werk

Lasten Baten

- Loonkosten (100% WML) 25.000 - Loonkostensubsidie 70% 17.000 - Lage inkomensvoordeel - 2.000 - Middelen begeleiding 8.500 - Begeleidingskosten 5.000 - Verdienvermogen NTW 7.500

- Organisatiekosten 5.000

Totaal lasten 33.000 Totaal baten 33.000

Resultaat -

Additionele baten

- Bonus (2016-2020) 3.000

Resultaat 3.000

Toelichting: deze maximale variant is hier opgenomen als referentie. Dit scenario wordt niet realistisch beschouwd gezien de hoge inzetbaarheid van 40 uur en het relatief hoge verdienvermogen (30% van het WML). In de regel ligt het verdienvermogen tussen de € 5.000 en € 6.000 per jaar.

(13)

Werkplein Fivelingo - Nieuw Beschut Werk - versie 1.4 DEF (18-04-17).docx

- 13 - Scenario B: loonwaarde 30%, inzetbaarheid 32 uur (80%)

Tabel 3.2 Lasten en baten beschut werk scenario B (in €)

Werkplein Fivelingo

Lasten en baten beschut werk

Lasten Baten

- Loonkosten (80% WML) 20.000 - Loonkostensubsidie 70% 14.000 - Lage inkomensvoordeel - 1.000 - Middelen begeleiding 8.500 - Begeleidingskosten 5.000 - Verdienvermogen NTW 4.800

- Organisatiekosten 5.000

Totaal lasten 29.000 Totaal baten 27.300

Resultaat - 1.700

Additionele baten

- Bonus (2016-2020) 3.000

Resultaat 1.300

Toelichting: In de praktijk wordt deze variant als meest haalbaar gezien. Dit scenario is berekend op basis van het verdienvermogen van 1200 uur per jaar (80%) x € 4,- per uur. Dankzij de additionele baten wordt het verlies de eerste jaren gecompenseerd. Een werkplek voor onbepaalde tijd heeft als financieel risico dat er bovenop de loonkostensubsidie en het verdienvermogen toch permanent geld bij moet. De LKS afkomstig uit het BUIG-budget is permanent onderdeel voor elk geplaatste ‘Nieuw Beschutte Werkplek’.

Scenario C: loonwaarde 30%, inzetbaarheid 20 uur (50%)

Tabel 3.3 Lasten en baten beschut werk scenario C (in €)

Werkplein Fivelingo

Lasten en baten beschut werk

Lasten Baten

- Loonkosten (50% WML) 12.500 - Loonkostensubsidie 70% 8.750 - Lage inkomensvoordeel - 800 - Middelen begeleiding 8.500 - Begeleidingskosten 5.000 - Verdienvermogen NTW 3.000

- Organisatiekosten 5.000

Totaal lasten 21.700 Totaal baten 20.250

Resultaat - 1.450

Additionele baten

- Bonus (2016-2020) 3.000

Resultaat 1.550

Toelichting: deze minimale variant is ook opgenomen als referentie. Dit scenario wordt niet realistisch beschouwd gezien omdat bij een dienstverband van 20% er geen (volledige uitstroom) is uit de bijstand.

(14)

Werkplein Fivelingo - Nieuw Beschut Werk - versie 1.4 DEF (18-04-17).docx

- 14 -

4.3 Toelichting lasten en baten

4.3.1 Beloning

Beloning geschiedt ten minste conform het minimumloon (Wml). Het maken van afspraken over aanvullende arbeidsvoorwaarden is aan werkgevers- en werknemersorganisaties. Partijen in de Werkkamer hebben met elkaar als uitgangspunt afgesproken dat het perspectief is dat mensen die beschut werken er op termijn beperkt op vooruit kunnen gaan. Afhankelijk van hoe de dienstbetrekking is georganiseerd, kunnen aanvullende arbeidsvoorwaarden van toepassing zijn.

De gemeente geeft aan de werkgever een loonkostensubsidie ter grootte van het verschil tussen de loonwaarde en het wettelijk minimumloon. Een hogere beloning dan het wettelijk minimumloon kan (in een cao) zijn afgesproken, maar dit verschil komt voor rekening van de werkgever.

De transitievergoeding is maximaal de hoogte van het bruto jaarsalaris. Is het jaarsalaris lager dan

€ 76.000 bruto? Dan is de hoogte van de transitievergoeding maximaal € 76.000 bruto.

Is de werknemer op een beschut werkplek in overheidsdienst, dan is het ambtenarenrecht van toepassing en geldt het burgerlijk recht niet. Wel kan het zijn dat in het ambtenarenrecht regels zijn opgenomen die gelijkluidend zijn aan de regels die gelden op grond van het burgerlijk recht.

Uitgangspunt is dat er beloond wordt naar het minimumloon. Er is sprake van een transitievergoeding, als iemand langer dan twee jaar in dienst is. De transitievergoeding bedraagt in het uiterste geval een bruto jaarsalaris en wordt volgens de formule één derde van het maansalaris gedurende de eerste 10 jaar van het dienstverband plus een half maandsalaris indien het dienstverband langer dan 10 jaar was berekend. Tijdelijke contracten kennen een aanzegtermijn van één maand.

4.3.2 Begeleidingskosten

Job-coaching kan geregeld worden via een interne job-coach of een job-coach via het werkplein.

Een job-coach helpt de werkgever bij het inwerken of hij maakt een persoonlijk trainingsprogramma om het werk te leren. Hij begeleidt ook werknemers op de werkvloer. Aan het eind van een programma kan de werknemer zelfstandig werken. De job-coach blijft bereikbaar wanneer er een probleem ontstaat of als er nog knelpunten zijn. Een job-coach heeft een case-load van ongeveer 20 mensen.

4.3.3 Organisatiekosten

Ondersteunende voorzieningen zijn:

No-risk polis

Er is een no-risk polis van kracht wat inhoud dat bij ziekte de loonkosten gedeclareerd kunnen worden bij het UWV. De werkgever dient dit zelf aan te vragen.

(15)

Werkplein Fivelingo - Nieuw Beschut Werk - versie 1.4 DEF (18-04-17).docx

- 15 - Scholing

Gedacht kan worden aan specifiek training of scholing van betrokkene om vaardigheden te ontwikkelen die noodzakelijk zijn om de functie uit te oefenen.

Werkplekaanpassing

Werkplekaanpassingen door middel van hulpmiddelen (aangepast meubilair, aangepaste werkschoenen) om het werk mogelijk te maken tot aanpassingen in de vorm van hulpgereedschappen (een vergrotingsscherm om verpakken mogelijk te maken). Natuurlijk is intensieve begeleiding ook een vorm van aanpassing. Een span of control van 15 tot 20 medewerkers is gebruikelijk.

4.3.4 Verdienvermogen

De mensen die in aanmerking komen voor beschut die vanwege hun beperking een hoge mate van begeleiding of aanpassing van de werkplek nodig hebben. Geëigend werk kennen we natuurlijk binnen de sociale werkvoorziening waar mensen in verschillende werksoorten actief zijn. Ook worden mensen gedetacheerd bij een werkgever. Detacheren is succesvol omdat een werkgever iemand niet in dienst hoeft te nemen. Het detacheren kan een middel zijn die aansluit bij de wens vanuit de politiek om werk in dorpen of wijken te organiseren. Dit zal veelal een individuele plaatsing bij een werkgever, vereniging of stichting zijn. Het verdienvermogen wordt door middel van een loonwaardemeting vastgesteld.

Binnen de verpakkingsafdeling, is aan te merken als beschut werk, is minimaal een netto-opbrengst van € 4,- te halen uitgaande van 1.200 productieve uren voor een 80% werknemer is dus € 4.800,- euro te realiseren.

4.3.5 Middelen voor begeleiding (Participatiebudget)

De kosten voor begeleiding en werkplekaanpassing worden uit het Participatiebudget betaald.

Hiervoor is door het kabinet gerekend met een gemiddeld bedrag van € 8.500 per werknemer per jaar. Voor de verdeling van deze middelen over gemeenten wordt tot en met 2017 als verdeelsleutel het gemeentelijk aandeel in de historische instroom in de werkregeling van de Wajong en de wachtlijst Wsw gebruikt. In de aanloop naar 2018 zal deze verdeelsleutel opnieuw worden bezien, in het licht van de opname van de integratie-uitkering sociaal domein in de algemene uitkering van het gemeentefonds.

4.3.6 Middelen voor loonkostensubsidie (I-deel)

Gemeenten kunnen voor de financiering van beschut werk loonkostensubsidie inzetten. Bij de berekening van het macrobudget voor het I-deel is hiermee rekening gehouden; er is uitgegaan van een loonwaarde van 30% van het Wml inclusief vakantietoeslag. Derhalve is er bij een voltijdbaan voor de loonkostensubsidie 70% Wml, inclusief vakantietoeslag, dat wil zeggen € 17.000 per werkplek beschikbaar in de financiering. Een hogere feitelijke loonwaarde doet hier niets aan af en kan door de gemeente naar eigen inzicht worden ingezet. Aansluiting bij een hoger cao-loon dan het Wml betekent dat de werkgever het meerdere voor eigen rekening neemt. Op grond van de Participatiewet moet de loonwaarde regelmatig worden herbepaald en dat de loonkostensubsidie

(16)

Werkplein Fivelingo - Nieuw Beschut Werk - versie 1.4 DEF (18-04-17).docx

- 16 -

jaarlijks per 1 januari moet worden vastgesteld aan de hand van de ontwikkelingen van het wettelijk minimumloon. Het is aan de gemeenten of zij de loonkostensubsidie willen aanpassen.

De middelen voor de loonkostensubsidie zijn toegevoegd aan het I-deel (BUIG-budget). Als er minder beschut werkplekken worden gerealiseerd dan geraamd, dan leidt dat tot een lager macrobudget voor het I-deel in het volgende jaar T+1.

Als alle gemeenten samen in een jaar minder beschut werkplekken realiseren dan geraamd, wordt in het jaar daarop het macrobudget (het budget voor alle gemeenten samen) voor het i-deel verlaagd.

De korting werkt dus niet een-op-een door, maar wel via de verdeling van het macrobudget.

4.3.7 Lage inkomensvoordeel (LIV)

Het lage inkomensvoordeel (LIV) gaat gelden wanneer een werknemer tussen de 100 en 120% van het Wml verdient; daarmee geldt het LIV ook voor beschut werk. Het moet daarbij gaan om een baan waarin de werknemer tenminste 1.248 uren per jaar werkt (24 uur per week).

Het voordeel bedraagt € 2.000 per fte per jaar bij een loon tussen de 100 en 110% Wml, en € 1.000 per fte per jaar bij een loon tussen 110 en 120% Wml. Bij deeltijd wordt het LIV naar rato verlaagd.

Het LIV is structureel.

De Belastingdienst betaalt de tegemoetkoming uit. De hoogte van LIV is afhankelijk van het aantal verloonde uren en het uurloon van de werknemer. Het is van belang dat het loon en de verloonde uren goed geregistreerd worden in de loonaangifte.

In 2018 dient de toekenning van UWV te worden gecontroleerd zodat eventuele correcties tijdig kunnen worden verwerkt in de loonaangifte.

4.3.8 Extra financiële impuls

Om gemeenten te ondersteunen beschut werkplekken te realiseren is in de jaren 2016-2020 cumulatief € 100 miljoen extra beschikbaar voor drie tijdelijke maatregelen. Deze maatregelen zijn:

1. Een financiële stimulans (bonus) voor gemeenten per gerealiseerde beschut werkplek. Voor deze maatregel is circa € 74 miljoen beschikbaar.

- Gemeenten ontvangen achteraf op basis van daadwerkelijk gerealiseerde beschut werkplekken de extra middelen. Dit gaat volgens het principe één is gelijk aan één plek, ongeacht het aantal uren dat deze persoon op een beschut werkplek werkt. Hierbij wordt gedacht aan een bedrag van circa € 3000,- per gerealiseerde beschut werkplek (op grond van artikel 10b Participatiewet) per jaar voor een tijdelijke periode van 5 jaar. Als blijkt dat gemeenten meer beschut werkplekken realiseren dan waarmee in de ramingen rekening is gehouden, wordt dit bedrag navenant verlaagd;

- De middelen worden toegekend via een decentralisatie-uitkering. Gemeenten krijgen de middelen op basis van gerealiseerde beschut werkplekken die vervolgens vrij besteedbaar zijn;

- De beschut werkplekken die gemeenten in 2015 hebben gerealiseerd tellen mee. In 2017 ontvangen gemeenten middelen voor de in 2015 en 2016 gerealiseerde beschut werkplekken.

Gemeenten worden, zodra hier meer over bekend is, zo snel mogelijk geïnformeerd over het betalingsmoment;

(17)

Werkplein Fivelingo - Nieuw Beschut Werk - versie 1.4 DEF (18-04-17).docx

- 17 - - Het tot stand komen van duurzame beschut werkplekken is belangrijk. Gemeenten krijgen

daarom middelen voor alle beschut werkplekken die in een jaar zijn gerealiseerd dan wel gecontinueerd.

De (tijdelijke) financiële stimulans van ongeveer € 3.000 is voor het realiseren van een beschut werkplek. De gemeente ontvangt de extra middelen achteraf op basis van het aantal beschut werkplekken dat zij daadwerkelijk heeft gerealiseerd. Dit gaat volgens het principe dat één persoon gelijk is aan één plek, ongeacht het aantal uren dat deze persoon op een beschut werkplek werkt.

Uitbreiding van de uniforme no-risk polis door UWV met de doelgroep beschut werk. Hiervoor is circa

€ 26 miljoen beschikbaar. Dit is per 1 januari 2016 geregeld in de Wet harmonisering instrumenten

Participatiewet.

(18)

Werkplein Fivelingo - Nieuw Beschut Werk - versie 1.4 DEF (18-04-17).docx

- 18 -

5 Organisatie

5.1 Inleiding

De doelstelling van de Participatiewet is om mensen met arbeidsvermogen naar werk toe te leiden, bij voorkeur naar regulier werk. Het gaat om mensen die al dan niet tijdelijk zijn aangewezen op ondersteuning om aan het werk te komen en eventuele inkomensondersteuning. Werk is essentieel omdat het zorgt voor financiële en economische zelfstandigheid en daarmee bijdraagt aan een gevoel van eigenwaarde.

Het College heeft verschillende instrumenten tot haar beschikking om mensen aan het werk te helpen. De voorziening beschut werk is één van deze instrumenten. Beschut werk is bedoeld voor mensen die wel arbeidsvermogen hebben maar zoveel begeleiding en/of aanpassingen nodig hebben dat niet van een werkgever mag worden verwacht dat hij deze mensen in dienst neemt. Deze mensen hebben uitsluitend in een beschutte omgeving onder aangepaste omstandigheden mogelijkheden tot arbeidsparticipatie. In de Participatiewet is artikel 10b de voorziening beschut werk opgenomen. Het kabinet heeft daarmee beoogd dat alle gemeenten deze voorziening aanbieden als de inwoners daarop zijn aangewezen. Uit een rapport van de Inspectie SWZ blijkt dat het aantal gerealiseerde beschut werkplekken achterblijft bij de verwachtingen. Ruim een kwart van de gemeenten biedt de voorziening beschut werk niet aan en de gemeenten die het wel aanbieden blijft ver achter bij de verwachtingen. De regering vindt dit een onwenselijke situatie en strijdig met het doel van de Participatiewet om mensen met een arbeidsbeperking die kunnen werken te laten participeren op de arbeidsmarkt en zo hun loonwaarde te benutten. De regering heeft maatregelen getroffen om ervoor te zorgen dat alle gemeenten plekken creëren voor mensen die uitsluitend onder beschutte omstandigheden kunnen werken. Vanaf 1 januari 2017 zijn de gemeenten verplicht een aantal beschut werkplekken te realiseren dat aansluit bij de behoefte en waarvoor de gemeente vanaf de totstandkoming van de Participatiewet financiële middelen krijgt. Het is daarmee niet meer mogelijk voor een gemeente om geen beschut werk aan te bieden.

5.2 Werkwijze UWV

Het College beslist over toelating tot de doelgroep voor een beschutte werkplek op basis van advies van het UWV. Het UWV toetst of iemand een taak in een arbeidsorganisatie kan vervullen, basale werknemersvaardigheden heeft, één uur aaneengesloten kan werken en vier uur per dag belastbaar is.

Het UWV voert op grond van artikel 10b van de Participatiewet de werkzaamheden uit ten behoeve van de vaststelling of een persoon uitsluitend in een beschutte omgeving onder aangepaste omstandigheden mogelijkheden tot arbeidsparticipatie heeft. Of iemand in aanmerking komt voor beschut werk, hoeft niets te zeggen over de mate van productiviteit of de loonwaarde van deze

(19)

Werkplein Fivelingo - Nieuw Beschut Werk - versie 1.4 DEF (18-04-17).docx

- 19 - persoon. Dit laat onverlet dat als een reguliere werkgever in een individueel geval wel beschut werk wil aanbieden dit tot de mogelijkheden kunnen behoren.

Het College kan door middel van een voorselectie personen voordragen bij het UWV voor een advies beschut werk. Vanaf 1 januari 2017 kunnen ook personen die menen voor beschut werk in aanmerking te komen zelf, zonder tussenkomst van het College , een advies beschut werk aanvragen bij het UWV. Dit geldt ook voor die personen die een uitkering van het UWV hebben. De doelstelling is dat hiermee meer maatwerk mogelijk is en wordt de positie van de personen die het betreft versterkt.

Een persoon met arbeidsvermogen komt in aanmerking voor de voorziening beschut werk als hij voldoet aan de volgende landelijke criteria:

a. De persoon die het betreft is aangewezen op een of meer technische of organisatorische aanpassingen die niet binnen redelijke grenzen door een werkgever kunnen worden gerealiseerd.

b. De persoon die het betreft is aangewezen op permanent toezicht of heeft intensieve begeleiding nodig die niet binnen redelijke grenzen door een werkgever kan worden aangeboden (ook niet met behulp van extra voorzieningen van gemeente of het UWV).

Als uit het onderzoek van het UWV blijkt dat betrokkene aan ten minste één van deze twee landelijke criteria voldoet, adviseert het UWV het College vast te stellen dat betrokkene uitsluitend in en beschutte omgeving onder aangepaste omstandigheden mogelijkheden tot arbeidsparticipatie heeft.

Als het advies is aangevraagd door de persoon zelf, ontvangt deze persoon gelijktijdig met het College de strekking van het advies. Na een positief advies van het UWV stelt het College vast dat die persoon uitsluitend in een beschutte omgeving onder aangepaste omstandigheden mogelijkheden tot arbeidsparticipatie heeft en tot de doelgroep beschut werk behoort. Het College biedt de betreffende persoon dan vervolgens een voorziening beschut werk aan waarbij de persoon in een dienstbetrekking in een beschutte omgeving werkzaamheden verricht.

Het College is bij de besluitvorming in vergaande mate gebonden aan het advies van UWV en mag hier niet lichtzinnig van afwijken. Pas als het advies van het UWV ondeugdelijk tot stand zou zijn gekomen, heeft het College reden om af te wijken van het advies.

Tegen het besluit van het College staat bezwaar en beroep open. Bij een bezwaar en beroepsprocedure speelt de inhoud van het advies een rol.

5.3 Intake en indicatiestelling

Het UWV beoordeelt op basis van de methode SMBA (Sociaal Medisch Beoordelen van Arbeidsvermogen). Met toepassing van deze methode is het UWV in staat om de vereiste aanpassingen in de werkplek respectievelijk de begeleidingsbehoefte van de betreffende persoon inzichtelijk te maken. Het kan gaan om een breed scala aan aanpassingen. Bijvoorbeeld fysieke aanpassingen aan de werkplek of de werkomgeving, een uitsplitsing van taken of aanpassingen in de wijze van werkbegeleiding, werktempo of arbeidsduur. Bij de begeleidingsbehoefte kijkt het UWV of een persoon is aangewezen op permanent toezicht of intensieve begeleiding. Permanent toezicht betreft een begeleider die altijd aanwezig is op de werkvloer en kennis heeft van de specifieke problematiek van de betreffende persoon. Onder intensieve begeleiding wordt begeleiding verstaan

(20)

Werkplein Fivelingo - Nieuw Beschut Werk - versie 1.4 DEF (18-04-17).docx

- 20 -

waarbij de betreffende persoon elk dagdeel begeleiding nodig heeft die een substantiële onderbreking van het werkproces tot gevolg heeft.

De afweging of de benodigde aanpassingen en/of benodigde begeleiding binnen redelijke grenzen door een werkgever kan worden aangeboden, is afhankelijk van de situatie waarin de persoon zich bevindt. Dat heeft te maken met de beperkingen die de persoon heeft, het werk dat hij gaat doen en de omgeving waarin hij dat werk gaat doen. Het UWV onderbouwt altijd zijn advies aan het College . Het UWV geeft altijd een advies als daarom is gevraagd. Het UWV hoeft echter niet altijd over te gaan tot een nader onderzoek dat leidt tot een beoordeling beschut werk. Ten aanzien van de persoon die het betreft kan al informatie bij UWV bekend zijn, een nieuw onderzoek is daarmee niet in het belang van het UWV en de betrokkene.

5.4 Verordeningen

Omdat het voor de gemeenteraad niet langer mogelijk is om bij verordening te besluiten dat beschut werk niet wordt aangeboden is de verordeningsplicht aangepast. In de verordening, bedoeld in artikel 8a, eerste lid, onderdeel e stelt de gemeenteraad in elk geval vast welke voorzieningen gericht op arbeidsinschakeling worden aangeboden om personen op een beschut werkplek te laten werken.

Daarnaast kan de gemeenteraad in de verordening een hoger aantal door het College te realiseren beschut werkplekken vaststellen en regelen hoe de additionele omvang van het aantal beschut werkplekken wordt bepaald.

Als het aantal geraamde beschut werkplekken in een gemeente is gerealiseerd maar er zijn meer personen met een positief advies beschut werk, heeft het College ook naar die personen toe verantwoordelijkheden. De gemeenteraad dient bij verordening regels te stellen over de verspreiding van de voorzieningen over de verschillende personen in de doelgroep. De gemeenteraad kan daarbij ook een volgorde bepalen waarin de beschikbare beschut werkplekken worden toegewezen. Tot slot geeft de gemeenteraad in de verordening aan hoe voorzieningen worden ingezet voor die personen voor wie nog geen beschut werkplek beschikbaar is tot het moment dat er wel een beschut werkplek beschikbaar komt (ontstaan mogelijke wachtlijsten). Er mag in de verordening geen uitsluitende criteria opgenomen worden die ertoe kunnen leiden dat een persoon met een positief advies alsnog niet geplaatst wordt in een beschut werk dienstbetrekking zolang het geraamde aantal beschut werkplekken niet is gerealiseerd. Wel mag in de verordening uitsluitende criteria opgenomen worden die gelden nadat in een jaar het aantal geraamde beschut werkplekken is gerealiseerd. Het is dan ook aan de gemeenteraad om in de verordening te bepalen of meer beschut werkplekken beschikbaar worden gesteld dan het aantal dat volgens de ramingen moet worden gerealiseerd.

Het is van belang dat gemeenten de vertegenwoordigers van de doelgroep betrekken bij de vormgeving van het beleid voor beschut werk.

5.5 Plaatsing

Het College heeft de mogelijkheid om beschut werk zelf te organiseren binnen de gemeente. Dit kan zij doen bij de bestaande SW-bedrijven, of bij een andere aan de gemeente gelieerde organisatie. Het kan ook zijn dat een reguliere werkgever bereid is de benodigde beschutte omstandigheden te bieden. In dat geval kan het College dan afspraken maken met deze werkgever over het inrichten van

(21)

Werkplein Fivelingo - Nieuw Beschut Werk - versie 1.4 DEF (18-04-17).docx

- 21 - een beschutte werkplek. Volgens de definitie van artikel 10b Participatiewet werkt een persoon op een beschutte werkplek altijd in een dienstbetrekking. De arbeidsvoorwaarden van de werkgever waar de persoon in dienst is zijn van toepassing.

Beschut werk bedoeld is voor mensen die door hun beperking een zodanig hoge mate van begeleiding of aanpassing van de werkplek nodig hebben, dat niet van een werkgever mag worden verwacht dat hij deze mensen in dienst neemt, ook niet met extra voorzieningen van gemeente of het UWV. Dit laat echter onverlet dat sommige werkgevers hier mogelijk toch toe bereid zijn. Gemeenten hebben dan ook de mogelijkheid om met reguliere werkgevers afspraken te maken over de inrichting van een beschutte werkplek. Bijvoorbeeld via een detachering of een arbeidscontract met de betreffende werkgever. In het laatste geval komt de betreffende persoon bij deze werkgever in dienst.

5.6 Overwegingen

Beschut werken kan op meerdere wijze worden ingevuld. Denk hierbij aan:

- Het organiseren in eigen beheer. Er is natuurlijk veel ervaring met de invulling van beschut werk binnen Wsw- verband. Hiervoor wordt in hoofdzaak gebruik gemaakt van de infrastructuur van de sw-bedrijven. Met het wegvallen van de wettelijke basis is op veel plaatsen in het land sprake van omvorming van deze bedrijven. Afhankelijk van de keuzes die gemaakt worden over de toekomst van deze bedrijven kan beschut werk binnen de structuur van een sw-bedrijf vorm krijgen, al dan niet in combinatie met arbeidsmatige dagbesteding. Er zijn veel raakvlakken tussen beschut werk en arbeidsmatige dagbesteding. Te denken valt hierbij aan de aard van de werkzaamheden, de eisen die aan de producten gesteld worden en de consequenties van het niet halen van die eisen.

- Het detacheren bij werkgevers. Gemeenten kunnen mensen in het kader van beschut werk een dienstverband aanbieden en vervolgens detacheren bij werkgevers. Het voordeel hiervan is dat er afspraken gemaakt kunnen worden over de inzet van de begeleiding door werkgevers zelf.

Daarnaast is het niet noodzakelijk een eigen infrastructuur in stand te houden om de werkplekken te realiseren. Als belangrijk argument noemen gemeenten de mogelijkheid om het verkrijgen van beschutte werkplekken te koppelen aan de reguliere werkgeversbenadering, zodat er integrale arrangementen met werkgevers mogelijk zijn. Hierbij zal wel gekeken moeten worden naar de risico’s van verdringing. Verder kan beschut werk ook bij maatschappelijke organisaties worden ingevuld die actief zijn op het brede welzijns- en Wmo terrein. Omdat deze organisaties vaak van overheidsfinanciering afhankelijk zijn, kan dit consequenties hebben voor het lokale subsidiebeleid en kan aan de gemeente het ‘ontbrekende’ deel van de loonkostensubsidie als subsidie worden gevraagd.

- Bij de overgang van de functie begeleiding naar de gemeenten in het kader van de WMO 2015 ontstaan nieuwe mogelijkheden. Er zijn diverse voorbeelden van sociale werkvoorzieningen en AWBZ (arbeidsmatige) dagbesteding op locaties die een gezamenlijk aanbod hebben ingericht. Er is winst te behalen door het slim benutten van infrastructuur, begeleiding, vervoer en vastgoed van beide sectoren. Binnen de wettelijke kaders van de Participatiewet en de Wmo2015 is er beleidsruimte voor het invullen en organiseren van de voorziening beschut werk en een maatwerkvoorziening zoals dagbesteding. Zo kunnen nieuwe integrale arrangementen ontwikkeld worden. Hierbij kan ook de samenwerking met jeugdzorg betrokken worden. Vanuit

(22)

Werkplein Fivelingo - Nieuw Beschut Werk - versie 1.4 DEF (18-04-17).docx

- 22 -

deze sector wordt het grote belang van werk voor jongeren aangegeven, onder meer om tal van maatschappelijke problemen en daarmee gepaard gaande kosten te voorkomen. Voor bijvoorbeeld de doelgroep licht verstandelijk beperkten kan, nu de Wsw geen alternatief meer biedt, de voorziening beschut werken een bijdrage leveren aan volwaardige deelname aan de samenleving, en de kwetsbaarheid voor crimineel gedrag verminderen.

Tot slot

Het realiseren van beschut werk of een participatievoorziening is niet alleen een financiële afweging:

er zijn veel maatschappelijke baten. Werk biedt zelfstandigheid, ontwikkelingsmogelijkheden, een positief effect op iemands zelfrespect en ‘echte’ participatie in de samenleving. Daar komt bij dat thuis zitten vaak andere maatschappelijke kosten veroorzaakt (schulden, huisuitzettingen, overlast, zorgkosten).

(23)

Werkplein Fivelingo - Nieuw Beschut Werk - versie 1.4 DEF (18-04-17).docx

- 23 -

6 Bijlagen

Bijlage 1: Overzicht nieuw-oud artikelen 10b en 10d van de Participatiewet ... 24

Bijlage 2: Bronnen ... 25

(24)

Werkplein Fivelingo - Nieuw Beschut Werk - versie 1.4 DEF (18-04-17).docx

- 24 -

Bijlage 1: Overzicht nieuw-oud artikelen 10b en 10d van de Participatiewet

(25)

BIJLAGE 1 Overzicht nieuw-oud artikelen 10b en 10d van de Participatiewet

Artikel 10b van de Participatiewet (nieuw) Artikel 10b van de Participatiewet (oud)

Lid 1 Het college biedt ter uitvoering van artikel 7, eerste lid, onderdeel a, een persoon als bedoeld in artikel 7, eerste lid, onderdeel a, of een persoon aan wie het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen een uitkering verstrekt, van wie het college heeft vastgesteld dat deze uitsluitend in een beschutte omgeving onder aangepaste omstandigheden mogelijkheden tot

arbeidsparticipatie heeft, ambtshalve of op verzoek een voorziening beschut werk aan, waarbij deze persoon in een dienstbetrekking in een beschutte omgeving onder aangepaste omstandigheden werkzaamheden verricht.

Lid 1 Het college kan ter uitvoering van artikel 7, eerste lid, onderdeel a, ambtshalve vaststellen of iemand uitsluitend in een beschutte omgeving onder aangepaste omstandigheden mogelijkheden tot arbeidsparticipatie heeft.

Lid 2 Om vast te stellen of een persoon uitsluitend in een beschutte omgeving onder aangepaste omstandigheden mogelijkheden tot arbeidsparticipatie heeft, verricht het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, op grond van bij of krachtens algemene maatregel van bestuur te stellen regels, voor het college de werkzaamheden ten behoeve van die vaststelling en adviseert het college hierover.

Lid 2 Indien het college voornemens is om vast te stellen of een inwoner uitsluitend in een beschutte omgeving onder aangepaste omstandigheden mogelijkheden tot arbeidsparticipatie heeft, verricht het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, op grond van bij of krachtens algemene maatregel van bestuur te stellen regels, voor het college de

werkzaamheden ten behoeve van die vaststelling en adviseert het college hierover.

Lid 3 Onverminderd het tweede lid, verricht het Uitvoeringsinstituut

werknemersverzekeringen uitsluitend op verzoek van een persoon als bedoeld in artikel 7, eerste lid, onderdeel a, van de wet of een persoon aan wie het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen een uitkering verstrekt de werkzaamheden ten behoeve van de vaststelling, bedoeld in het eerste en tweede lid, en adviseert het college hierover. Het Uitvoeringsinstituut

werknemersverzekeringen meldt het uitbrengen en een weergave van de inhoud van dit advies gelijktijdig aan de betreffende persoon.

Lid 3 Indien op grond van het eerste lid door het college is vastgesteld dat een persoon uitsluitend in een beschutte omgeving onder aangepaste omstandigheden mogelijkheden tot arbeidsparticipatie heeft, zorgt het college ervoor dat deze persoon een dienstbetrekking verkrijgt waar hij in een beschutte omgeving en onder aangepaste omstandigheden

werkzaamheden verricht.

Lid 4 Bij ministeriële regeling kan jaarlijks per gemeente het aantal ten minste te realiseren dienstbetrekkingen, bedoeld in het eerste lid, worden bepaald.

-.-

Lid 5 De gemeenteraad kan bij verordening een hoger aantal door het college te realiseren dienstbetrekkingen vaststellen en daarbij, onverminderd artikel 8a, tweede lid, onderdeel a, regelen hoe deze additionele omvang van de voorziening wordt bepaald en hoe dan de volgorde wordt bepaald waarin de personen, bedoeld in het eerste lid, door het college van een dienstbetrekking

-.-

(26)

worden voorzien.

Lid 6 Het eerste lid is niet van toepassing indien het aantal dienstbetrekkingen, bedoeld in het vierde of het vijfde lid, door het college is gerealiseerd.

-,-

Lid 7 In de verordening, bedoeld in artikel 8a, eerste lid, onderdeel e, stelt de gemeenteraad in elk geval vast welke voorzieningen gericht op

arbeidsinschakeling worden aangeboden om de in het eerste lid bedoelde werkzaamheden mogelijk te maken en welke voorzieningen worden aangeboden tot het moment dat de dienstbetrekking, bedoeld in het eerste lid, aanvangt.

Lid 4 In de verordening, bedoeld in artikel 8a, eerste lid, onderdeel e, stelt de gemeenteraad in elk geval vast:

a. op welke wijze wordt bepaald welke personen in aanmerking komen voor de ambtshalve vaststelling, bedoeld in het eerste lid;

b. welke voorzieningen gericht op arbeidsinschakeling worden

aangeboden om de in het eerste lid bedoelde werkzaamheden mogelijk te maken;

c. de wijze waarop de omvang van het aanbod van de voorziening, bedoeld in het eerste lid, wordt vastgesteld. (lid 4)

Lid 8 De voordracht voor een krachtens het tweede lid vast te stellen algemene maatregel van bestuur wordt niet eerder gedaan dan vier weken nadat het ontwerp aan beide kamers der Staten-Generaal is overgelegd.

Lid 5 De voordracht voor een krachtens het tweede lid vast te stellen algemene maatregel van bestuur wordt niet eerder gedaan dan vier weken nadat het ontwerp aan beide kamers der Staten-Generaal is overgelegd.

Lid 9 Het college verstrekt zo nodig ter uitvoering van het eerste lid, en artikel 30a, derde lid, onderdeel a van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen, loonkostensubsidie in overeenstemming met artikel 10d aan de personen, genoemd in het eerste lid.

-,-

Artikel 10d van de Participatiewet (nieuw) Artikel 10d van de Participatiewet (oud)

Lid 1 Indien een werkgever voornemens is een dienstbetrekking aan te gaan met een persoon die behoort tot de doelgroep loonkostensubsidie, verleent het college loonkostensubsidie aan de werkgever:

a. met inachtneming van het vierde lid, nadat het college eerst de loonwaarde van die persoon heeft vastgesteld en de dienstbetrekking tot stand komt, dan wel

b. met inachtneming van het vijfde lid, nadat het college in overleg met de werkgever heeft vastgesteld dat de vaststelling van de loonwaarde van die

Lid 1 Indien een werkgever voornemens is een dienstbetrekking aan te gaan met een persoon die behoort tot de doelgroep loonkostensubsidie, stelt het college de loonwaarde van die persoon vast. Indien die

dienstbetrekking tot stand komt verleent het college loonkostensubsidie aan de werkgever.

(27)

persoon achterwege kan blijven en de dienstbetrekking tot stand komt.

Lid 2 Indien een werkgever reeds een dienstbetrekking is aangegaan met een persoon die met voltijdse arbeid niet in staat blijkt tot het verdienen van het wettelijk minimumloon doch wel mogelijkheden tot arbeidsparticipatie heeft en die in de periode van zes maanden voorafgaande aan de dienstbetrekking deelnam aan:

a. het praktijkonderwijs, bedoeld in artikel 10f van de Wet op het voortgezet onderwijs,

b. het voortgezet speciaal onderwijs, bedoeld in artikel 2 van de Wet op de expertisecentra, of

c. de entreeopleiding, bedoeld in artikel 7.2.2., onderdeel a, van de Wet educatie en beroepsonderwijs,

stelt het college op diens aanvraag in aanvulling op artikel 7 de loonwaarde van die persoon vast en verleent het college de loonkostensubsidie, met in achtneming van het vierde lid, aan de werkgever.

-.-

Lid 3 Het eerste en tweede lid is niet van toepassing indien de arbeid wordt verricht in een dienstbetrekking als bedoeld in de artikelen 2 en 7 van de Wet sociale werkvoorziening.

Lid 2 Het eerste lid is niet van toepassing indien:

a. de arbeid wordt verricht in een dienstbetrekking als bedoeld in de artikelen 2 en 7 van de Wet sociale werkvoorziening; of

b. met betrekking tot de dienstbetrekking een proeftijd geldt en het derde lid is toegepast.

-.- Lid 3 Het college kan een persoon als bedoeld in artikel 7, eerste lid, onderdeel

a, onder 1, 2, 3, 5 of 6, en die behoort tot de doelgroep

loonkostensubsidie, gedurende maximaal drie maanden bij een werkgever onbeloonde werkzaamheden laten verrichten met het oog op een reële vaststelling van de loonwaarde.

(28)

Lid 4 De hoogte van de loonkostensubsidie, bedoeld in het eerste lid, onderdeel a, en het tweede lid, is het verschil tussen het wettelijk minimumloon

vermeerderd met de aanspraak op vakantiebijslag op grond van artikel 15 van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag en de loonwaarde van die persoon vermeerderd met de voor die persoon naar rato van de

loonwaarde rechtens geldende vakantiebijslag, maar is ten hoogste 70 procent van het totale bedrag van het wettelijk minimumloon en de aanspraak op vakantiebijslag op grond van artikel 15 van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag, vermeerderd met een bij ministeriële regeling vastgestelde vergoeding voor werkgeverslasten. De loonkostensubsidie wordt naar evenredigheid verminderd, indien de overeengekomen arbeidsduur korter is dan de normale arbeidsduur, bedoeld in artikel 12 van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag.

Lid 4 De hoogte van de loonkostensubsidie, bedoeld in het eerste lid, is het verschil tussen het wettelijk minimumloon vermeerderd met de aanspraak op vakantiebijslag op grond van artikel 15 van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag en de loonwaarde van die persoon vermeerderd met de voor die persoon naar rato van de loonwaarde rechtens geldende vakantiebijslag, maar is ten hoogste 70% van het totale bedrag van het wettelijk minimumloon en de aanspraak op vakantiebijslag op grond van artikel 15 van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag,

vermeerderd met een bij ministeriële regeling nader te bepalen vergoeding voor werkgeverslasten. De loonkostensubsidie wordt naar evenredigheid verminderd, indien de overeengekomen arbeidsduur korter is dan de normale arbeidsduur, bedoeld in artikel 12 van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag.

Lid 5 De hoogte van de loonkostensubsidie, bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, bedraagt gedurende een periode van maximaal de eerste zes maanden van de dienstbetrekking 50 procent van het totale bedrag van het wettelijk minimumloon en de aanspraak op vakantiebijslag op grond van artikel 15 van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag, vermeerderd met een bij ministeriële regeling vastgestelde vergoeding voor werkgeverslasten. Over het tijdvak na die periode stelt het college de loonwaarde vast en verleent het college loonkostensubsidie met inachtneming van het vierde lid. De

loonkostensubsidie wordt naar evenredigheid verminderd, indien de

overeengekomen arbeidsduur korter is dan de normale arbeidsduur, bedoeld in artikel 12 van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag.

-.-

Lid 6 Het college bepaalt na aanvang van de dienstbetrekking bij toepassing van het vierde lid ambtshalve in overleg met de persoon en met de werkgever wanneer de loonwaarde opnieuw wordt vastgesteld en past, indien de hoogte van de loonwaarde is gewijzigd, de hoogte van de loonkostensubsidie aan.

Lid 5 Het college stelt na aanvang van de dienstbetrekking jaarlijks:

a. ambtshalve vast of een persoon nog steeds tot de doelgroep loonkostensubsidie behoort;

b. de hoogte van de loonwaarde en de loonkostensubsidie ambtshalve vast.

Indien het een dienstbetrekking als bedoeld in artikel 10b, eerste lid,

(29)

betreft, vindt de ambtshalve vaststelling eenmaal in de drie jaar plaats.

Lid 7 Het college stelt na aanvang van de dienstbetrekking de hoogte van de loonkostensubsidie ambtshalve opnieuw vast met ingang van 1 januari van het kalenderjaar in overeenstemming met de ontwikkeling van het wettelijk minimumloon in het voorafgaande jaar en de aanspraak op vakantiebijslag op grond van artikel 15 van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag en de vergoeding voor werkgeverslasten, bedoeld in het vierde en vijfde lid.

-.-

Lid 8 Het eerste en tweede lid zijn niet langer op een persoon van toepassing, vanaf het moment dat is vastgesteld dat die persoon niet tot de doelgroep loonkostensubsidie behoort.

Lid 6 Het eerste tot en met vijfde lid zijn niet langer op een persoon van toepassing, vanaf het moment dat is vastgesteld dat die persoon niet tot de doelgroep loonkostensubsidie behoort.

Lid 9 Indien het college loonkostensubsidie als bedoeld in dit artikel verleent, verleent het ten aanzien van dezelfde dienstbetrekking geen andere subsidie voor de loonkosten.

Lid 7 Indien het college loonkostensubsidie als bedoeld in dit artikel verleent, verleent het ten aanzien van dezelfde dienstbetrekking geen andere subsidie voor de loonkosten.

Lid 10 Indien een persoon in een dienstbetrekking waarbij loonkostensubsidie als bedoeld in dit artikel wordt verleend zijn woonplaats verplaatst naar een andere gemeente, wordt gedurende die dienstbetrekking onder college in dit artikel verstaan het college dat op grond van het eerste of tweede lid de loonkostensubsidie verleende.

Lid 8 Indien een persoon in een dienstbetrekking waarbij loonkostensubsidie als bedoeld in dit artikel wordt verleend zijn woonplaats verplaatst naar een andere gemeente, wordt gedurende die dienstbetrekking onder college in dit artikel verstaan het college dat op grond van het eerste lid bij het tot stand komen van de dienstbetrekking de loonkostensubsidie verleende Lid 111 [Indien de werkgever een dienstbetrekking aangaat met een persoon die

behoort tot de doelgroep loonkostensubsidie en hij op grond van dit artikel in aanmerking komt voor loonkostensubsidie is de aanspraak van de

werknemer op de geldelijke beloning bij aanvang van de dienstbetrekking 100 procent van het voor hem geldende wettelijk minimumloon en is de werkgever gerechtigd dit loon te betalen, waarbij dit loon wordt aangemerkt als het rechtens geldende loon ten behoeve van de vaststelling van de loonwaarde.]

Lid 92 Indien de werkgever een dienstbetrekking aangaat met een persoon die behoort tot de doelgroep loonkostensubsidie en hij op grond van dit artikel in aanmerking komt voor loonkostensubsidie is de aanspraak van de werknemer op de geldelijke beloning bij aanvang van de dienstbetrekking 100 procent van het voor hem geldende wettelijk minimumloon en is de werkgever gerechtigd dit loon te betalen, waarbij dit loon wordt

aangemerkt als het rechtens geldende loon ten behoeve van de vaststelling van de loonwaarde.

Lid 12 Het college verstrekt geen loonkostensubsidie met betrekking tot perioden Lid 10 Het college verstrekt geen loonkostensubsidie met betrekking tot perioden

1 Treedt vooralsnog niet in werking. Zie Stb. 2016-498, p. 3.

2 Treedt vooralsnog niet in werking. Zie Stb. 2016-498, p. 3.

(30)

waarin recht bestaat op ziekengeld o.g.v. artikel 29b van de Ziektewet. waarin recht bestaat op ziekengeld o.g.v. artikel 29b van de Ziektewet.

(31)

Werkplein Fivelingo - Nieuw Beschut Werk - versie 1.4 DEF (18-04-17).docx

- 25 -

Bijlage 2: Bronnen

1. Handreiking Beschut werk. Uitgave van de Programmaraad, Ondersteuningsprogramma implementatie Participatiewet. Frans Kuiper – Stimulansz, december 2014

2. Factsheet beschut werk. De feiten over beschut werk: werken loont. Uitgave van Cedris 2015 3. Beschut werk in de praktijk. Uitgave van Cedris. Tom de Haas. Deze publicatie is onderdeel van het

Cedris-programma ‘Optimalisering van het verdienvermogen in de SW (spoor 2).

4. Beschut werk; een voorziening met beperkingen. September 2015. Capel Advies.

5. Memorie van toelichting Tweede Kamer der Staten-Generaal 2016-2017, 34 578, nr 3 6. Dossier Beschut werk en financiering. Robert Capel 16 december 2016

http://cedris.nl/fileadmin/contents/user_upload/161219_Rapport_Beschut_werk_en_financiering_

factsheet.pdf

7. Kennisdocument beschut werk - Veel gestelde vragen en antwoorden. Uitgave van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en tot stand gekomen in samenwerking met de Programmaraad, februari 2017

https://www.rijksoverheid.nl/documenten/publicaties/2016/03/15/kennisdocument-beschut- werken

8. Handreiking stroomlijning loonkostensubsidie en het verplichten van beschut werk.

Programmaraad.

http://cedris.nl/nieuws/detail/article/handreiking-verplichten-van-beschut-werk-en-stroomlijning- loonkostensubsidie.html

9. Aantallen beschut werkplekken per gemeente 2017 en 2018

https://www.rijksoverheid.nl/actueel/nieuws/2017/01/24/te-realiseren-beschut-werkplekken- 2017-en-2018-per-gemeente

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

• Mensen die door hun lichamelijke, verstandelijke of psychische beperking een zodanige mate van (structurele) begeleiding of aanpassing van de werkplek nodig hebben, dat niet

Ten tweede het totaal aantal werkenden op peildatum 31 december 2019, ongeacht het moment van afgifte van het positieve advies, dus inclusief de mensen die een positief

Wanneer we de ontwikkeling van mensen centraal zetten, dan moet er traploos op- en afgeschakeld kunnen worden tussen arbeidsmatige dagbesteding, beschut werk en garantiebanen..

Ten tweede het totaal aantal werkenden op peildatum 30 september 2019, ongeacht het moment van afgifte van het positieve advies, dus inclusief de mensen die een positief

- is aangegeven, is beschut werk bedoeld voor mensen die een zodanig hoge mate van begeleiding of aanpassing van de werkplek nodig hebben, dat niet van een werkgever mag

Mensen met een geldende indicatiebeschikking Wsw zonder advies begeleid werken Als een advies beschut werk wordt aangevraagd voor een persoon met een – op het moment van aanvraag

• Stel dat beschut werk straks verplicht wordt, wat heeft u dan nodig voor een

Dit geldt niet alleen voor gemeenten die principieel afzien van de voorziening beschut werk, maar ook voor gemeenten die een beperkende volumedoelstelling hebben opgenomen of