• No results found

Wensen en bedenkingen

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Wensen en bedenkingen"

Copied!
7
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Wensen en bedenkingen

Voorstel voor de COMMISSIE BURGERS Agendanummer 6 d.d. 11 mei 2009

De leden van

COMMISSIE BURGERS van de gemeente Asten

Onderwerp : Uitbreiding/vernieuwing Nationaal Beiaard- en

Natuurmuseum en verhoging exploitatiebijdrage museum vanaf 2011.

Portefeuillehouder : WII

Het college van burgemeester en wethouders vraagt de commissie haar overwegingen kenbaar te maken betreffende de financiering van de uitbreiding en vernieuwing van het Nationaal Bei- aard- en Natuurmuseum tot een bedrag van € 900.000,=, excl. BTW, zijnde het gemeentelijk aandeel in de totale kosten van € 1.800.000,=, excl. BTW, waarvoor – onder voorbehoud van instemming door de gemeenteraad - een meerjarige projectsubsidie bij de provincie Noord- Brabant zal worden aangevraagd. Deze vraag leggen wordt nu voorgelegd, daar een gerede kans bestaat dat het subsidieverzoek daadwerkelijk door de provincie gehonoreerd wordt om de uitbreidings- en vernieuwingsplannen van het museum te verwezenlijken en voor het indie- nen van deze aanvrage uitstel is verleend tot uiterlijk 1 juni a.s. Ook wordt gevraagd uw over- wegingen kenbaar te maken een structurele verhoging van de exploitatiebijdrage aan het mu- seum met € 50.000,= per jaar ingaande 2011 via een verhoging van de toeristenbelasting te betrekken bij de afwegingen in het kader van de Voorjaarsnota.

Het bestuur van het Nationaal Beiaard- en Natuurmuseum (NBN) heeft sinds zijn aantreden op 1 januari 2007 zich intensief ingezet om de door de gemeenteraad gewenste bestuurlijke- en organisatorische vernieuwing van het museum daadwerkelijk vorm te geven. Dit proces is nu afgerond en heeft geresulteerd in de totstandkoming van één bestuursorgaan voor het bei- aard- en het natuurmuseum (een nadrukkelijke wens van de gemeente na de jarenlange on- werkbare, bestuurlijke situatie, destijds mede veroorzaakt door het langs elkaar functioneren van 3 besturen voor het toenmalige Nationaal Beiaardmuseum, het Natuurhistorisch Museum De Peel en het Beiaard- en Natuurmuseum Asten) en één bestuur voor de Vriendenstichting (voorheen 2 besturen) met een directe vertegenwoordiging van de voorzitter van de vrienden- stichting in het bestuur van NBN. Deze bestuurlijke “doorbraak” heeft de hoogstnoodzakelijke rust op de werkvloer gebracht met als gevolg dat vrijwilligers en beroepskrachten hun plek weer hebben gevonden en met plezier hun werk verrichten voor het museum en de bezoekers.

Ook de personele en administratieve organisatie is door het bestuur grondig herzien, hetgeen tot een soepel, goed functionerende organisatie geleid heeft. Een nieuwe huisstijl is ontwik- keld, nieuwe activiteiten en tentoonstellingen zijn opgezet, veel aandacht is besteed aan mar-

Samenvatting

Inleiding

(2)

keting en pr, 15 Atlant-medewerkers hebben een plaats gevonden bij het museum (voorheen 5 medewerkers), de vernieuwing van de museumregistratie (o.a. van belang voor het verkrij- gen van cultuursubsidies) verkeert in een eindfase en een netwerk binnen en buiten de musea- le sector is opgebouwd. Dit alles heeft er mede toe bijgedragen dat het aantal bezoekers fors is toegenomen van 28.000 in 2006, naar 32.000 in 2007, tot ruim 37.000 in 2008 (een stijging met 32%(!) ten opzichte van 2006).

Nieuwbouw en uitbreiding museum

Een volgend traject is inmiddels in gang gezet: de vernieuwing en uitbreiding van het muse- umcomplex, noodzakelijk om op termijn tot innovatie en uitbreiding van de museumcollecties over te gaan. Voor een onderbouwing voor de (ver)nieuwbouw van het museum en de innova- tie van de museumcollecties, inclusief de realisering van een nieuw thema “Peelhistorie” als verbindende schakel tussen de beiaard- en de natuurhistorische collecties, is bijgevoegde startnotitie opgesteld. Ook heeft het bestuur en de directie van het museum uw commissie tijdens uw vergadering van 12 januari jl. via een presentatie geïnformeerd over het beleids- plan 2008-2012 en de vernieuwingsplannen van het museum; zie bijgaande presentatie.

Vernieuwing en uitbreiding van het museum, waarmee een bedrag van € 1.800,000,=, excl.

BTW, is gemoeid, is volgens het bestuur dringend gewenst om:

- in de eerste plaats te voldoen aan de eisen van bereikbaarheid, toegankelijkheid en in het bijzonder (brand)veiligheid door onder meer het (aan)bouwen van nieuwe toegangspartijen, vluchtwegen en een ontvangstruimte, en het verbeteren van de routing en het aanpassen daarvan voor mensen met beperkingen;

- de ruimte te scheppen voor wisselende tentoonstellingen, lezingen en bijzondere activiteiten;

- de inrichting van een educatieve ruimte voor projecten en opdrachten in het kader van cul- tuureducatie van schoolgaande jeugd mogelijk te maken;

- de conservatoren, de directie en de administratie doelmatig te (her)huisvesten;

- een toegankelijke sanitaire voorziening te realiseren en

- de verouderde, onveilige tuinkas te vervangen door een oranjerie die ook in de winter ge- bruikt kan worden voor educatieve en creatieve activiteiten.

Een volgende fase betreft de vernieuwing van de presentatie en de uitbreiding van de muse- umcollecties. De concrete uitwerking van de plannen voor innovatie van de collecties kan eerst geschieden, nadat de verbouwing/vernieuwing van het museumcomplex is gerealiseerd. De kosten die met de collectievernieuwing gemoeid zijn, bedragen € 750.000,=, excl. BTW. Het museumbestuur heeft te kennen gegeven zélf voor de financiering van innovatie en presenta- tievernieuwing van de collecties en de daadwerkelijke invulling van het nieuwe, verbindende thema Peelhistorie zorg te dragen door middel van fondsenwerving.

De vernieuwing van het museumbestuur en de museumorganisatie is voortgekomen uit het destijds door de gemeenteraad ingenomen standpunt dat het beiaard- en natuurmuseum dient te streven naar een “bovenregionale functie met een landelijke uitstraling”. Om deze ambitie waar te maken onderschrijft ons college met het museumbestuur de noodzaak dat de nu voorliggende vernieuwingsplannen worden uitgevoerd. Uitbreiding en vernieuwing van het museumcomplex en innovatie van de collecties stelt het museumbestuur in staat om het mu- seum als “speerpunt van toeristisch-recreatief beleid” tegemoet te laten komen aan het door de raad geformuleerde uitgangspunt. De realisering van een bezoekersaantal van tenminste 40.000/45.000 per jaar moet dan zeker tot de mogelijkheden behoren met alle voordelen van- dien voor de toeristisch-recreatieve sector in de gemeente Asten (denk aan: toename horeca- bezoeken, toename overnachtingen bij het aanbieden van aantrekkelijke (meerdaagse) arran- gementen, toename VVV-verkopen, toename gebruik fiets- en wandelroutes, toename gebruik toeristisch-recreatieve faciliteiten/voorzieningen).

Een ander, niet minder belangrijk gegeven om tot uitvoering van vernieuwing van de muse- umgebouwen over te gaan zijn de veiligheids- en toegankelijkheidsaspecten van het museum.

Uit een inmiddels afgerond veiligheidsonderzoek blijkt dat het museum niet voldoet aan de wettelijk gestelde (brand)veiligheids- en toegankelijkheidseisen. Dit houdt in dat de gemeente

(3)

als eigenaresse van de museumgebouwen op termijn ingrijpende bouwkundige maatregelen zal moeten treffen om aan deze vereisten te kunnen voldoen. Ook uit een inmiddels opgesteld calamiteits- en ontruimingsplan blijkt dat het museumcomplex er niet aan zal ontkomen om voorzieningen te treffen teneinde te kunnen voldoen aan de wettelijke vereisten op het terrein van veiligheid. In de vernieuwingsplannen van het museumbestuur wordt echter eveneens invulling gegeven aan de eisen op het terrein van (brand)veiligheid, bereikbaarheid en toegan- kelijkheid voor onder meer mensen met beperkingen. Daarmee wordt voorkomen dat de ge- meente in de toekomst geconfronteerd wordt met forse uitgaven op (brand)veiligheidsgebied.

Met de te nemen maatregelen en te treffen (bouwkundige) voorzieningen ten behoeve van de toegankelijkheid, de bereikbaarheid en bovenal de veiligheid van het museumcomplex is blij- kens een berekening ten behoeve van een projectaanvrage ingevolge POP2 (Plattelandsont- wikkelingsprogramma) een bedrag van ruim € 600.000,= gemoeid.

Gelet op het belang dat het Nationaal Beiaard- en Natuurmuseum hecht aan integrale veilig- heidszorg voor zowel mensen als collecties, gebouwen en inventaris is onlangs door het be- stuur en de directie van het museum het convenant “Cultureel Preventienetwerk Helmond - Asten” ondertekend; zie de voor u ter inzage liggende Preventiemap van het culturele preven- tienetwerk.

De eerste schetsplannen van de (ver)nieuwbouw van het museum zijn inmiddels ter informatie voorgelegd aan Bouw- en Woningtoezicht van de gemeente. De eerste indruk is dat met name de uitbreiding bij het huidige museumcafé een evenwichtig geheel vormt met het bestaande oude “boerderij”-gedeelte van het museum. Ook de overkapping van het binnenterrein lijkt geen problemen op te leveren. Wél verdient de nieuwe hoofdingang nog enige aandacht van- wege de verschillende bouwstijlen die op deze plek bij elkaar komen.

Momenteel ligt de actualisatie van het bestemmingsplan “Kom Asten” ter inzage, waarin ook de museumlocatie is opgenomen. De uitbreidingsplannen van het museum passen binnen de planologische mogelijkheden die het herziene bestemmingsplan biedt.

Opties financiering nieuwbouw en uitbreiding museum

Het museumbestuur heeft na enkele voorbereidende gesprekken op ambtelijk niveau met de provincie Noord-Brabant eind 2008 een aanvrage voor een meerjarige subsidie ingediend op grond van de nieuwe provinciale beleidsregel Cultureel Erfgoed “Musea in de samenleving”; zie bijgaande startnotitie van 30 september 2008 en de aanvrage van 3 november 2008. Daarbij heeft het museum in eerste instantie ingezet op realisatie van vernieuwing/uitbreiding van het museumcomplex, aangezien deze bouwkundige aanpassingen noodzakelijk zijn alvorens de innovatie en uitbreiding van de collecties ter hand genomen kunnen worden. De provincie is verzocht om voor de periode 2009 tot en met 2011 een meerjarige projectsubsidie van in to- taal € 900.000,= te verlenen, zijnde 50% van de totale (ver)nieuwbouwkosten ad

€ 1.800.000,=. Alhoewel blijkens bijgaand schrijven van 24 november jl. de provincie zich in beginsel positief uitspreekt over het vernieuwingsproject van het museum, zal het subsidiever- zoek worden afgewezen, daar niet voldaan wordt aan het vereiste dat bij een aanvrage voor een meerjarig project de gemeente via cofinanciering 50% in de kosten bijdraagt. Zodra dui- delijkheid is verkregen over een eventuele bijdrage van de gemeente Asten, zal een nieuw subsidieverzoek welwillend in behandeling worden genomen door de provincie.

Het standpunt van de provincie is voor ons college aanleiding geweest om tijdens een overleg met het museumbestuur op 16 december jl. ons uit te spreken over uitstel van indiening van de meerjarige subsidieaanvrage teneinde de gemeente de ruimte te bieden “creatieve oplos- singen” te zoeken voor financiering van de noodzakelijk geachte gemeentelijke bijdrage. Na diverse contacten met de provincie is de gemeente erin geslaagd uitstel te verkrijgen tot uiter- lijk 1 juni 2009, waarbij door de provincie is toegezegd dat de aanvrage alsnog behandeld zal worden bij de tranche van maart jl. Dit betekent dat dan nog gebruikgemaakt kan worden van de optimale financiële mogelijkheden van het tot en met 2011 van toepassing zijnde provincia- le museumbeleid om de gevraagde bijdrage van € 900.000,=, gespreid over de dan nog reste- rende periode van 3 jaar (2009 tot en met 2011), daadwerkelijk te verkrijgen.

(4)

Mede in overleg met het museumbestuur en de -directie is de afgelopen maanden gezocht naar diverse financieringsvormen.

In bijgaand overzicht “Financieringsmogelijkheden (ver)nieuwbouw museum” zijn een achttal opties vermeld voor bekostiging van het gemeentelijk aandeel ad € 900.000,= teneinde te voldoen aan de voorwaarde om in aanmerking te komen voor een meerjarige projectsubsidie van de provincie. De “vet” gedrukte bedragen hebben betrekking op de financieringsvormen die nu reeds daadwerkelijk beschikbaar zijn ter bekostiging van de gemeentelijke bijdrage. Het gaat daarbij om:

- de onttrekking aan de gemeentelijke onderhoudsvoorziening voor het museum tot en met 2017 tot een bedrag van € 200.000,= voor dié onderdelen die door het museum zelf uitge- voerd kunnen worden dan wel niet meer benodigd zijn vanwege de nieuwbouw;

- de inbreng van het museum door zelfwerkzaamheid tijdens de (ver)nieuwbouwwerkzaam- heden en een bijdrage uit eigen vermogen c.q. een bijdrage van de Vriendenstichting tot een bedrag van € 100.000,=;

- de onttrekking aan (het surplus van) de plaatselijke voorziening van het Regionaal Instituut voor Cultuur- en Kunsteducatie (RICK) ad € 33.599,= (een overschot dat in de afgelopen ja- ren is gevormd uit het toegekende gemeentelijk subsidiebudget en dat rechtens aan de ge- meente toekomt).

In totaal derhalve € 333.599,=.

Voor het resterende bedrag ad € 566.401,= dient nog een oplossing te worden gevonden. Voor de invulling daarvan zijn een aantal opties nader onderzocht met de daarbij behorende bedra- gen, zoals:

- de mogelijke verhuur van de “Ostaderzaal” gedurende 10 jaar aan Atlant Groep voor uitbrei- ding van de basisvoorziening WSW in Asten en Someren ad € 129.000,=;

(De eerste gesprekken met Atlant Groep hebben inmiddels plaatsgevonden. Een vervolggesprek is noodzakelijk om te bezien of deze optie daadwerkelijk kan worden ingevuld.)

- de mogelijke toekenning van een projectaanvrage in het kader van het Regionaal Stimule- ringsfonds van het SRE ad € 250.000,=;

(Op 25 maart jl. is een aanvrage ingediend.)

- de mogelijke toekenning van een projectaanvrage ingevolge POP2 (Plattelandsontwikkelings- programma) ad € 315.000,=;

(Een eerste oriënterende aanvrage is op 10 april jl. ingediend.)

- de onttrekking van een bedrag ad € 50.000,= aan de Reserve kunstwerken door géén uit- voering te geven aan de realisatie van een kunstobject op de rotonde Heesakkerweg/ Wil- helminastraat;

- de toekenning van een eenmalige bijdrage ten laste van de Reserve eenmalige bestedingen, p.m.;

(Mocht één of meerdere opties niet realiseerbaar zijn, zou de raad gevraagd kunnen worden een eenmalig bedrag ten laste van de eigen gemeentelijke middelen ter beschikking te stel- len voor de (ver)nieuwbouw van het museum.)

Met de keuze/realisatie van enkele van bovengenoemde opties kan het reeds beschikbare be- drag van € 333.599,= aangevuld worden tot het benodigde bedrag van € 900.000,= en zou de aanvrage voor een meerjarige provinciale projectsubsidie alsnog kunnen worden ingediend binnen de gestelde termijn van 1 juni a.s.

Verhoging structurele bijdrage museumexploitatie

Het museumbestuur heeft herhaaldelijk erop gewezen dat een structurele gemeentelijke bij- drage van € 200.000,= noodzakelijk is om het museum te kunnen exploiteren. Met name de dekking van de kosten van de parttime beroepskrachten (directeur, hoofd algemene en facili- taire zaken, conservatoren en administratieve kracht) en het inhuren van medewerkers via Atlant Groep vraagt aandacht. Deze personele kosten bedragen ruim € 200.000,=. De ge-

(5)

meentelijke exploitatiesubsidie is met name gekoppeld aan deze kostenpost. Overigens heeft ook de gemeenteraad destijds een verantwoorde museumexploitatie onderschreven door – naast een structurele exploitatiebijdrage van € 150.000,= - gedurende de jaren 2008 tot en met 2010 een aanvullende subsidie van respectievelijk € 45.000,=, € 40.000,= en € 35.000,=

beschikbaar te stellen. Vanaf 2011 zal een structurele oplossing gevonden dienen te worden voor de invulling van de exploitatiesubsidie tot een bedrag van € 200.000,= per jaar. Een structurele verhoging van de gemeentelijke bijdrage in de exploitatiekosten van het museum met € 50.000,= per jaar zou gefinancierd kunnen worden door een verhoging van de toeris- tenbelasting met € 0,15 per persoon per nacht.

Verhoging van de toeristenbelasting zou gemotiveerd kunnen worden in relatie tot de mogelijke vestiging bij het museum van een “toeristisch-recreatieve poort”, waar fiets- en wandelroutes van start gaan en informatie beschikbaar is over het fiets- en

wandelroutenetwerk, waar (dag)arrangementen beginnen of eindigen, waar informatie wordt gegeven over toeristisch-recreatieve- en horecavoorzieningen, natuurgebieden, culturele organisaties en manifestaties, etc. Aan de toeristisch-recreatieve aanbieders in Asten zou als

“tegenprestatie” voor deze verhoging van de toeristenbelasting toegangskaarten voor het museum met een reductie van bijv. 25% op de entreegelden beschikbaar gesteld kunnen worden ten behoeve van de gebruikers van de voorzieningen van deze aanbieders. Voor uw informatie treft u hierbij een overzicht aan van door de gemeenten in Nederland geheven toeristenbelasting. Op basis van de hoogte van de toeristenbelasting neemt Asten van de 441 Nederlandse gemeenten momenteel een met 12 gemeenten gedeelde 133e plaats in.

Het verwerven van voldoende financiële middelen via de provincie Noord-Brabant, diverse re- gelingen, (her)huisvesting van organisaties in het museumcomplex en bijdragen van derden en de gemeente om de uitbreiding en vernieuwing van het museum mogelijk te maken. Door uitbreiding/vernieuwing kan tevens worden voldaan aan de eisen van (brand)veiligheid, toe- gankelijkheid en bereikbaarheid van de museumgebouwen (voor onder meer mensen met be- perkingen).

Het realiseren van een gezonde financiële exploitatie van het museum, zodat het museumbe- stuur in staat wordt gesteld invulling te geven aan het door de gemeenteraad gestelde uit- gangspunt dat het beiaard- en natuurmuseum dient te streven naar een “bovenregionale func- tie met een landelijke uitstraling” met een bezoekersaantal van minimaal 40.000/45.000 per jaar.

Naast de reeds beschikbare bedragen zal ons college zich tezamen met het museumbestuur inzetten om subsidies te verwerven en verder invulling te geven aan het verhuren van ruimten in het museumcomplex aan organisaties die direct of indirect betrokken zijn bij de activiteiten van NBN. Op deze wijze hopen wij op termijn over voldoende middelen te kunnen beschikken voor cofinanciering teneinde de uitbreiding en vernieuwing van het museum daadwerkelijk mogelijk te maken.

In het voor u ter inzage gelegde overzicht betreffende de financieringsmogelijkheden voor de uitbreiding en de vernieuwing van het Nationaal Beiaard- en Natuurmuseum treft u de opties aan die een bijdrage kunnen leveren aan de financiering door de gemeente van de nieuw- bouwplannen van het museum. Uiteraard vernemen wij graag van uw commissie of ook andere opties in aanmerking komen voor cofinanciering door de gemeente.

Wat willen we bereiken

Wat gaan we daarvoor doen

Mogelijke Alternatieven

(6)

Ter voorkoming van juridische (en financiële) problemen bij de uitvoering en afwikkeling van toegekende bijdragen door de provincie, eventueel het SRE en Europese fondsen dient – ervan uitgaande dat het museum voor de uitvoering van de (ver)nieuwbouw verantwoordelijk wordt gesteld – in een overeenkomst met het museumbestuur te worden vastgelegd dat de aanbe- steding, de verslaglegging en de verantwoording van de besteding van de toegekende bijdra- gen door de gemeente onder nadere bepalingen wordt overgedragen aan het museumbestuur.

Zoals eerder onder de “Inleiding” van dit commissiestuk is aangegeven, is momenteel een be- drag van € 333.599,= daadwerkelijk beschikbaar is. Een bedrag dat niet ten laste komt van de gemeentebegroting.

Voor financiering van het nog ontbrekende bedrag van € 566.401,= staat een aantal opties open. In de komende maanden zal duidelijk worden welke van deze opties concreet zijn en werkelijk een bijdrage leveren aan het door de gemeente te financieren aandeel in de kosten van (ver)nieuwbouw van het museum. Gelet op de opdracht van ons college om op een crea- tieve manier te zoeken naar financiële dekkingsmiddelen die niet direct een beslag op de ge- meentebegroting leggen, is het begrijpelijk dat niet op zo’n korte termijn een bedrag van

€ 900.000,=, zijnde 50% van de totale bouwkosten, kan worden gevonden.

Een feit blijft dat, wil het museum een serieuze kans maken op een meerjarige bijdrage van de provincie voor de overige 50% van de bouwkosten oftewel € 900.000,= (en wij hebben tot heden niet het tegendeel gehoord van de provincie), vóór 1 juni a.s. een aanvrage, incl. finan- ciële vertaling, bij de provincie door het museumbestuur moet zijn ingediend. Deze aanvrage zal, zoals eerder is gemeld, dan betrokken worden bij de tranche van maart jl., hetgeen méér mogelijkheden en méér financiële ruimte biedt bij de provincie om de gevraagde bijdrage in zijn geheel toe te kennen. Een aanvrage op een later tijdstip (vóór 1 oktober a.s.) zal minder zekerheid bieden om alsnog voor het gevraagde bedrag in aanmerking te komen, daar het beschikbare provinciale budget dan reeds deels een bestemming heeft gekregen en daarmee in feite voor de nog resterende periode van 2 jaar van het 4-jarige provinciaal museumbeleid minder middelen beschikbaar zijn. Daarenboven zal de geloofwaardigheid van het museum als subsidieaanvrager onder druk komen te staan, gelet op de herhaalde verzoeken aan de pro- vincie om uitstel (eerst tot 31 januari jl. en vervolgens, na diverse contacten, tot uiterlijk 1 juni a.s.).

Een mogelijke optie om een provinciale subsidie in termijnen aan te vragen is niet reëel, daar de bouwkundige werkzaamheden voor de uitbreiding en vernieuwing van het museum niet in onderdelen uit te splitsen zijn. De bouwactiviteiten grijpen op elkaar in en kunnen derhalve niet afzonderlijk van elkaar uitgevoerd worden. Daarenboven zou het nagenoeg ondoenlijk worden voor het museum om op deze wijze meerdere jaren met bouwkundige werkzaamheden geconfronteerd te worden met alle gevolgen vandien voor de bezoekers vanwege de voortdu- rende, gedeeltelijke afsluiting van het museumcomplex voor verbouwingsactiviteiten. Boven- dien adviseert de provincie de aanvrage niet te splitsen in onderdelen, daar de kans heel reëel is dat een volgende aanvrage van NBN niet opnieuw zal worden gehonoreerd door de provin- cie.

Aangezien de bouwkundige activiteiten zich zullen concentreren in de jaren 2010 en 2011 en in 2009 daarentegen slechts beperkte uitgaven zullen worden gedaan ten behoeve van de voor- bereiding van de (ver)nieuwbouw, waarvoor de huidige beschikbare middelen ruimschoots toe- reikend zijn, geeft ons college in overweging nú een aanvrage bij de provincie in te dienen om de te verwachten provinciale bijdrage van € 900.000,= veilig te stellen. Uiteraard zal deze aanvrage dan worden ingediend onder voorbehoud van instemming door de gemeenteraad, daar de raad zich eerst in een later stadium over de financiering kan uitspreken. Zodra meer duidelijkheid verkregen is over de daadwerkelijke invulling van de opties, zullen wij bij gele-

Risico’s

Wat mag het kosten

(7)

genheid van de begrotingsbehandeling 2010 een voorstel aan de raad doen over de definitieve financiering van het gemeentelijk aandeel in de verbouwingskosten.

Tot slot wordt in overweging gegeven een structurele verhoging van de gemeentelijke bijdrage in de exploitatiekosten van het museum met € 50.000,= per jaar ingaande 2011 te financie- ring, eventueel in fasen, via een verhoging van de toeristenbelasting met € 0,15 p.p.p.n. te betrekken bij de afwegingen in het kader van de Voorjaarsnota.

Wij verzoeken uw commissie u uit te spreken over bovenstaande financieringsopzet en het indienen van een aanvrage bij de provincie tot een bedrag van € 900.000,=, onder voorbehoud van instemming door de gemeenteraad bij gelegenheid van de begrotingsbehandeling 2010 en u uit te spreken over het betrekken van een structu- rele verhoging van de exploitatiebijdrage aan het museum met € 50.000,= per jaar ingaande 2011 via een verhoging van de toeristenbelasting bij de afwegingen in het kader van de Voorjaarsnota.

- de Startnotitie van het museumbestuur inzake Uitbreiding, vernieuwing en herinrichting van het Nationaal Beiaard- en Natuurmuseum Asten, gedateerd 30 september 2008;

- de aanvraag van het museumbestuur voor een meerjarige projectsubsidie ingevolge de be- leidsregel Cultureel Erfgoed, Musea in de Samenleving, gedateerd 3 november 2008;

- het schrijven van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant over de voorgenomen afwijzing van de subsidieaanvrage voor Vernieuwing van het museum, gedateerd 24 november 2008;

- het schrijven van ons college ter ondersteuning van het bestuur van het Beiaard- en Na- tuurmuseum om de voorgenomen afwijzing van een meerjarige projectsubsidie door de pro- vincie te heroverwegen, gedateerd 11 december 2008;

- het schrijven van ons college over uitstel van de behandeling door de provincie van de aan- vrage om een meerjarige projectsubsidie, gedateerd 12 januari 2009;

- de presentatie van het Beleidsplan 2008-2012 en de Vernieuwingsplannen van het museum door het museumbestuur en de –directie tijdens de vergadering van de commissie BUR- GERS van 12 januari 2009;

- een overzicht van de door de gemeenten in Nederland geheven toeristenbelasting over de jaren 2007 tot en met 2009;

- het overzicht van de Financieringsmogelijkheden voor (ver)nieuwbouw van het museum, gedateerd 10 april 2009;

- de Preventiemap van het “Culturele Preventienetwerk Helmond – Asten”, gedateerd 20 april 2009;

- Risicoanalyse nationaal Beiaard- en Natuurmuseum, mei 2008;

- Calamiteitenplan Nationaal Beiaard- en Natuurmuseum, juni 2008;

- Ontruimingsplan Nationaal Beiaard- en Natuurmuseum, juni 2008.

dict : c.bollen@asten.nl type : CV.MO.09.AC.005 coll :

Voor u ligt ter inzage:

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

veehouderij. ► Het bestemmingsplan Buitengebied Asten 2008 is op 7 juli 2009 vastgesteld. Hierbij zijn in beginsel geen nieuwe ontwikkelingen betrokken. Bovendien was

Dit is afhankelijk van de (voortgang) van de ontwikkeling van het plangebied. Om negatieve gevolgen voor de ontwikkeling van het plangebied te voorkomen, komt vooralsnog slechts

►Volgens de Woonvisie 2010 t/m 2019 moeten in de categorie geschikt wonen gestapeld 110 appartementen worden gerealiseerd, waarvan 45 in de huursector en 65 in de koopsector.. In

We zien deze lijst niet als een lijst van "vormeisen voor goede reclame", maar als een lijst met condities waarbuiten reclame ook kan, mits het aan eisen van

- Door het inbrengen van de onderhoudsvoorziening voor het museum, het achterwege laten van grote onderhoudswerkzaamheden gedurende de (ver)nieuwbouw van het museum gedurende

Door met terugwerkende kracht per 1 januari 2010 een belaste huur in rekening te brengen aan het museumbestuur wordt tevens het in aftrek brengen van BTW als voorbelasting over

Om te voorkomen dat dit voor overlast zorgt en er onveilige situaties ontstaan, heeft de Oostappen Groep behoefte aan ruimte om deze stacaravans buiten het park op te slaan. In

Voor sommige instrumenten zijn voldoende alternatieven – zo hoeft een beperkt aantal mondelinge vragen in de meeste gevallen niet te betekenen dat raadsleden niet aan hun