Vraag nr. 124
van 23 november 2004
van de heer ELOI GLORIEUX
Richtlijn-Bolkestein – Energiediensten
Het beleidsdomein Energie wordt grotendeels uit- gesloten van het toepassingsveld van de Europese Bolkestein-richtlijn. De richtlijn bepaalt namelijk dat waar specifieke Europese regelgeving bestaat, deze primeert op de dienstenrichtlijn. Maar te- vens is het zo dat indien de specifieke regelgeving geen bepalingen inzake diensten bevat, toch de dienstenrichtlijn-Bolkestein van kracht zal zijn.
Het valt bijgevolg niet uit te sluiten dat een aantal energiediensten onder de toepassing van de richt- lijn vallen.
Kan de minister preciseren welke specifieke ener- giediensten die in Vlaanderen van toepassing zijn, onder de Bolkestein-dienstenrichtlijn dreigen te vallen en welke gevolgen dit kan hebben voor de dienstverlening inzake onder meer, maar niet uit- sluitend, ondersteuning van rationeel energiege- bruik en energiebesparing ?
Antwoord
Energie blijft voor het grootste deel buiten het toepassingsgebied van de huidige versie van de ontwerprichtlijn betreffende diensten op de inter- ne markt op basis van sectorspecifieke regelingen of in het kader van een van de specifieke uitslui- tingsgronden van het oorspronglandbeginsel. Het is evenwel niet uit te sluiten dat bepaalde energie- diensten toch onder het toepassingsgebied van de richtlijn zullen vallen. Er werd daarom reeds meerdere malen in de Raadswerkgroepen aan de Europese Commissie de vraag gesteld dit pro- bleem te onderzoeken en te verduidelijken. Tot op heden heeft de Europese Commissie de gevraagde verduidelijkingen nog niet verschaft.
De Vlaamse Regering heeft in haar vergadering van 12 november 2004 daarom beslist om er in het kader van deze onderhandelingen voor te plei- ten de energiediensten volledig te onttrekken aan de toepassing van het oorspronglandbeginsel wat betreft de beroepskwalificaties, kwaliteitscertifica- ten en erkenningsregels. Tevens dient te worden opgemerkt dat parallel met het ontwerp van dien-
stenrichtlijn er door de Europese Commissie ook wordt gewerkt aan een specifieke richtlijn met be- trekking tot de energiediensten. Het opstellen van deze algemene dienstenrichtlijn mag geen argu- ment zijn om deze specifieke richtlijn aangaande energiediensten af te voeren.
Om voormelde reden is het thans onmogelijk reeds een definitieve inschatting terzake te maken, temeer omdat de onderhandelingen in het kader van deze ontwerprichtlijnen nog volop aan de gang zijn en nog enige tijd zullen duren. De Vlaamse Regering is zich van de gevoeligheid van deze zaak terdege bewust en houdt de verdere evolutie nauwlettend in het oog.