• No results found

Hoeveel van de kosten van de geplande actie zal Umicore betalen en hoeveel de overheid ? 3

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Hoeveel van de kosten van de geplande actie zal Umicore betalen en hoeveel de overheid ? 3"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 342 van 11 februari 2005 van de heer PAUL WILLE

Bodemsanering Noorderkempen – Umicore In de kranten en de media kan men lezen dat het Vlaams Gewest en de Openbare Afvalstoffenmaatschappij van het Vlaams Gewest (OVAM) in de komende periode werk zullen maken van de bestrijding van verontreiniging met zware metalen in de Noorderkempen. Daartoe werd onder meer een convenant gesloten met Umicore.

Een deel van de kosten zal worden gedragen door Umicore, veroorzaker van de verontreiniging, een ander deel door de overheid via de OVAM-begro- ting.

Niemand twijfelt aan het milieukundig nut van de voorgestelde actie, maar wel rijzen er vragen over de financiering.

1. Wanneer werd het convenant met Umicore afgesloten ? Op wiens initiatief ?

Welke personen hebben het ondertekend ? Wanneer werd het herzien ?

2. Hoeveel van de kosten van de geplande actie zal Umicore betalen en hoeveel de overheid ? 3. Waarom wordt met het grote Umicore een over-

eenkomst gemaakt, en met "kleine lieden" niet

?

4. Hoe verantwoordt de minister het feit dat de overheid een gedeelte van de financiering van het probleem in de Noorderkempen ten laste neemt, terwijl Umicore de veroorzaker is van de verontreiniging ?

Is dit verenigbaar met artikel 174 van het Europees Verdrag "De vervuiler betaalt" ? Neemt de minister hiervoor het risico van een Europese ingebrekestelling ?

Antwoord

1. Na onderling overleg tussen de OVAM, Union Miniere (heden Umicore NV) en de toenma- lige Vlaamse minister bevoegd voor het leefmi-

lieu werd op 27 november 1997 het convenant

"Geïntegreerde uitgangspunten met betrekking tot de bodemsanering van de in het Vlaamse Gewest gelegen Union Miniere vestigingen" afge- sloten tussen de OVAM en Union Miniere NV, met ondertekening voor kennisname door de Vlaamse Regering. Als aanvulling op dit conve- nant werd op 23 april 2004 met toepassing van artikel 48 van het bodemsaneringsdecreet een Addendum I ondertekend tussen de OVAM, Umicore NV en de Vlaamse Regering.

2. Het Addendum I maakt een onderscheid tussen enerzijds de bodemsanering van de verontrei- niging op de Umicore-vestigingen en bepaalde omliggende percelen, en anderzijds de overige omgeving. Voor de sanering van de Umicore- vestigingen en bepaalde omliggende percelen voorziet Umicore NV in een bedrag van maxi- maal 61.750.000 euro voor de komende vijf- tien jaar. Voor de overige omgeving wordt de komende tien jaar een maximaal bedrag voor- zien van 15.000.000 euro door Umicore NV en 15.000.000 euro door de Vlaamse overheid.

3. In 1997 werd in het kader van een langetermijn- visie bovengenoemd convenant afgesloten om te komen tot een geïntegreerde en systematische aanpak van de historische bodemverontreini- ging totstandgekomen op de bedrijfsterreinen van de Vlaamse Union Minière-vestigingen (Hoboken, Olen, Balen en Overpelt). In het con- venant werd voorzien in een gefaseerde aanpak met spreiding in de tijd en prioriteitsbepaling op basis van objectieve factoren. Tevens werd een studieprogramma opgezet voor toegepast wetenschappelijk onderzoek inzake in situ risico reductiemethoden voor de sanering van met metalen en metalloïden verontreinigde bodems.

In uitvoering van het convenant werden in opdracht van Umicore NV met betrekking tot de bodemverontreiniging totstandgekomen op haar bedrijfsterreinen, beschrijvende bodemon- derzoeken opgemaakt. Deze bodemonderzoe- ken werden in de loop van het jaar 2002 door de OVAM met aanvullingen conform verklaard aan de bepalingen van het bodemsanerings- decreet. In toepassing van artikel 23 van het bodemsaneringsdecreet werd hiertegen admi- nistratief beroep aangetekend door Umicore NV bij de Vlaamse Regering. De conform- verklaringen van de OVAM werden evenwel door de toenmalige Vlaamse minister bevoegd

(2)

voor Leefmilieu, optredend voor de Vlaamse Regering, bekrachtigd. Deze administratieve beroepsbeslissingen werden vervolgens door Umicore NV aangevochten bij de Raad van State middels een beroep tot nietigverklaring.

Deze beroepen hadden in hoofdzaak betrek- king op de hoedanigheid waarin Umicore NV bij de sanering optreedt (als saneringsplichtige, dan wel als saneringswillige) en de draagwijdte van de saneringsplicht.

Om uit de juridische impasse te geraken en om op korte termijn op het terrein tot een daad- werkelijke aanpak van de bodemverontreini- ging te komen, is er tussen Umicore NV en de overheid in toepassing van artikel 48 van het bodemsaneringsdecreet met het Addendum I bij het convenant een regeling gekomen met concrete afspraken over de aanpak en timing van de sanering, zowel voor de verontreiniging op de Umicore-vestigingen en bepaalde omlig- gende percelen, als voor de overige omgeving, en daaraan gekoppeld een afstand van de annu- latieberoepen bij de Raad van State.

4. In eerste instantie betwist Umicore NV de sane- ringsplicht voor de historische verontreiniging in de wijde omgeving in de Noorderkempen.

Op basis van verschillende afwegingen werd beslist dat de aanpak van de verdere omgeving op basis van een 50/50-regel overheid/Umicore zou gebeuren. Elementen die in rekening wor- den gebracht zijn onder meer:

– in het gebied van de Noorderkempen kan de verontreiniging door meerdere historische bronnen veroorzaakt zijn;

– de verontreiniging waarover in de overeen- komst sprake is, is historisch van aard. De bedoelde Vlaamse Umicore-vestigingen heb- ben een productiegeschiedenis van 100 jaar of meer. In het verleden werden op basis van vergunningen door de overheid bepaalde activiteiten toegestaan. De ernst van de ver- ontreiniging is pas later aan het licht geko- men,

– tevens is het aantonen van de foutaansprake- lijkheid niet eenvoudig. Ook de verstrengde verjaringswetgeving dient mee in rekening gebracht te worden.

Omtrent de verenigbaarheid van artikel 147 van het Europees Verdrag "De vervuiler betaalt", dient opgemerkt te worden dat de bepaling van de verantwoordelijkheid afhankelijk is van de eigen wetgeving. Dit convenant is tot stand gekomen op basis van het bodemsane- ringsdecreet. Hierin wordt gesproken over de saneringsplicht en niet over aansprakelijkheid.

Net om een einde te maken aan de eindeloze en dure juridische procedures en om op het ter- rein een daadwerkelijke aanpak van historische bodemverontreiniging te kunnen realiseren, heeft men met de invoering van het bodemsane- ringsdecreet een administratieve verplichting tot uitvoering en prefinanciering van de bodemsa- nering ingevoerd en deze saneringsplicht losge- koppeld van aansprakelijkheid voor de kosten ervan.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Steeds een indicatie voor pre-emptieve, kortdurende (3 tot 5 dagen) antibiothe- rapie (met dekking van anaëroben), geïnitieerd in afwezigheid van klinische symptomen (regimes zijn

Daarmee strekken die hande- lingen van de aannemer immers nog niet tot nako- ming van zijn tweede verbintenis tot (op)levering van het tot stand gebrachte werk: zij hebben enkel

Volgens [eiseres] hebben de gedragingen van de Staat en de Stichting ertoe geleid dat zij geadopteerd heeft kunnen worden op de door haar gestelde (illegale) wijze, dat zij

De waterbouwer leest, begrijpt en interpreteert de tekening en opdracht bij het inrichten en onderhouden van het werkterrein, waarbij hij voor het plaatsen, herstellen,

Brachyspira murdochii wordt af en toe gemeld als pathogeen maar bij experimentele infectie blijkt dat er hoge kiemaan- tallen nodig zijn voor het ontwikkelen van een eerder

 De meeste vissers geven aan weinig te denken bij het zien van de hoeveelheid discards die ze aan boord halen; het hoort bij de visserijpraktijk, zoals bijvoorbeeld visser 6

Een deel van de afvoer die verzameld wordt in Salland stroomt in deze situatie dus niet meer door de Weteringen naar het Zwarte Water maar het achterliggende gebied in.. De hoogte van